De wet en de genade
De wet en de genade
oktober 22, 2012 Door bijbelenzo
Want, Voorwaar, Ik zeg u: Totdat de hemel en aarde voorbijgaan, zal er niet een jota of een tittel van de wet voorbijgaan, totdat het alles geschied is. (Mat 5:18)
Vaak horen we tegenwoordig het argument dat Christenen niet meer onder de wet vallen maar dat we onder de genade zijn. Vaak is dit ook een argument om de wet van God te kleineren en te breken. Omdat we volgens die opvatting niet meer onder de wet vallen mogen we de wet van God breken. Maar is dat wel de Bijbelse boodschap? zijn Christenen inderdaad onder de genade of leert de Bijbel ons iets anders?
Is er inderdaad een verandering gekomen binnen de wet na de kruisiging van Christus? Om te beginnen is de genade er altijd al geweest. Na de zonde van Adam en Eva was de genade van God al aanwezig. Zo kreeg Noah genade maar ook Abraham kreeg genade in de ogen van God. Dus de genade was er al vanaf het begin.
In de Bijbel komen zeker verzen voor waaruit je kan afleiden dat we niet meer onder de wet zijn maar onder de genade. Een veel aangehaald vers is bijvoorbeeld Romeinen 6:14. Daar lezen we:”De zonde zal over u niet heersen. U bent namelijk niet onder de wet, maar onder de genade”.
De wet.
Maar is dit nu inderdaad wat de Bijbel ons wil leren? Zijn Christenen onder de wet of onder de genade.? Veel mensen die deze vers aanhalen zouden het antwoord kunnen vinden als ze een vers doorlezen. In Romeinen 6:15 lezen we:”Wat dan? zullen wij zondigen omdat wij niet onder de wet maar onder de genade zijn? Volstrekt niet!”
Hier wordt min of meer al duidelijk dat we volstrekt niet de wet moeten overtreden omdat we dan de zonde doen. Hoe makkelijk kunnen we verwarring voorkomen als we gewoon doen wat de Bijbel zegt. Hoe moeten wij dit nu begrijpen? Het was niet de bedoeling dat Paulus dit letterlijk bedoelde. Ook in zijn tijd dachten veel mensen dat we onder de genade vielen en niet meer onder de wet. Paulus probeert hier duidelijk zijn visie daar op te geven, door het verbieden van het plegen van een zonde. Omdat we onder genade zijn moeten wij dan de wet overtreden? Volstrekt niet!
Paulus bedoelt hier dat genade geen licentie is om de wet te overtreden.Toch is dit precies wat veel mensen tegenwoordig denken. Een veel geleerde aanname is dat Christus de wet afgedaan heeft nadat hij aan het kruis is gestorven. Dat de genade bij het nieuwe verbond hoort en de wet dus is afgeschaft. Paulus geeft het antwoord in Romeinen 3:19,20
“Wij weten nu dat alles wat de wet zegt, zij dat spreekt tot hen die onder de wet zijn, opdat elke mond gestopt wordt en de hele wereld doemwaardig wordt voor God. Daarom zal uit werken van de wet geen vlees voor hem rechtvaardigt worden. Door de wet is immers kennis van zonde”
Hier wordt duidelijk dat je schuldig bent als je de wet overtreed. Immers is de wet de kennis van de zonde. Dat wil zeggen overtreed je de wet pleeg je de zonde. Zij die dus in overtreding zijn zullen schuldig zijn en veroordeeld worden volgens de wet. Paulus wil benadrukken dat de wet niet teniet gedaan is, maar dat de genade de voorrang heeft ten opzichte van de wet. We zijn dus niet onder de genade, maar onder de macht van de genade. God geeft ons genade of hij geeft het niet. In Romeinen 3:23,25 lezen we:
“want allen hebben gezondigd en missen de heerlijkheid van God, en worden om niet gerechtvaardigd door zijn genade, door de verlossing in Christus Jezus. Hem heeft God openlijk aangewezen als middel tot verzoening, door het geloof in zijn bloed. Dit was om zijn gerechtigheid te bewijzen vanwege het voorbij laten gaan van de zonden die eertijds hadden plaatsgevonden onder de verdraagzaamheid van God”.
Hier legt Paulus uit dat de zonden die eertijds hadden plaatsgevonden voorbij waren gegaan door de gerechtigheid van God. Christus is gestorven aan het kruis voor de zonden van de mens. dat wil zeggen. De zonden die voor die tijd gepleegd zijn waren teniet gedaan. De zonden die na de kruisiging plaats zullen vinden worden opnieuw veroordeeld volgens de wet.
Dat kan je bv vergelijken met een overtreder van de wet. Bv een moordenaar. Die zal schuldig gevonden worden volgens de wet. Stel nu dat zo’n rechter hem alsnog een kans geeft, hem genade schenkt en vrijuit laat gaan. Dan wil dat niet zeggen dat hij opnieuw een moord mag plegen. Dan is hij opnieuw in overtreding en dus schuldig volgens de wet. Zo werkt het ook met de wet van God. Omdat Christus de zonden op zich heeft genomen wil dan niet zeggen dat we onder de genade vallen.
de waarheid van dit alles is zo overduidelijk dat het eigenlijk geen verwarring moet opleveren. Maar toch is het tegenwoordig een veel gehoord argument dat je onder de genade bent en niet onder de wet. In Romeinen 3:31 geeft Paulus nog een duidelijker antwoord op dit probleem.
“Doen wij dan door het geloof de wet teniet? Volstrekt niet, maar wij bevestigen de wet”
De sluwe redeneringen van veel kerkvaders hebben vele gelovigen van de waarheid afgeleid, door te beweren dat de wet teniet gedaan is. Veel Christenen plegen dan een zonde en denken dan vrijstelling te krijgen van de wet. Maar zo zit het niet. Als je in Christus bent dan houdt je je aan zijn geboden omdat je gehoorzaam bent. Door het geloof is de wet bevestigt. Eigenlijk zou het een van de belangrijkste werken moeten zijn waar de Christen zich eigen aan dient te houden. Aan de wet van God, niet uit plicht maar uit liefde voor God, omdat je hem wil gehoorzamen.
Veel Christenen denken door goede werken te doen gered te worden door God. Omdat we onder de genade vallen. We kunnen er flink op los zondigen en onze zondes teniet doen door goede werken te verrichten. Maar dat is niet wat Paulus ons probeert uit te leggen. De goede werken zijn juist het houden van de wet. Daarom zei Christus:” Als je mij liefhebt, neem dan mijn geboden in acht.” (Joh 14:15)
Het kruis.
“En Hij heeft u, toen u dood was in de overtredingen en het onbesneden zijn van uw vlees, samen met Hem levend gemaakt door u al uw overtredingen te vergeven, en het handschrift dat tegen ons getuigde, uit te wissen. Dit handschrift was met zijn bepalingen tegen ons gericht, en Hij heeft dat uit het midden weggenomen door het aan het kruis te nagelen”. ( Kol 2:13,14)
Deze vers wordt vaak gebruikt om het idee dat de geboden teniet zijn gedaan na de kruisiging van Christus te rechtvaardigen en te verdedigen. Maar wat lezen we nu precies in deze vers? Laten we eens specifieke regel er tussen uit pikken.
Er staat: “het handschrift dat tegen ons getuigde, uit te wissen. Dit handschrift was met zijn bepalingen tegen ons gericht, en Hij heeft dat uit het midden weggenomen door het aan het kruis te nagelen”.
Het handschrift wat tegen ons getuigde. De geboden getuigen niet tegen ons. De geboden laten ons alleen maar zien wat de zonde is. Het is geen getuigenis tegen ons. De geboden wijzen ons alleen maar naar Christus. Het handschrift duidt aan dat het iets menselijks is en niet iets Goddelijks. De tien geboden zijn geschreven door God, en kan je niet beschouwen als een handschrift. we vinden het antwoord in Deuteronomium 31:26.
“Neem dit wetboek en leg het naast de ark van het verbond van de HEERE, uw God, zodat het daar is als getuige tegen u”.
Neem dit wetboek en leg het naast de ark. Het is een wetboek wat tegen ons getuigd, en niet de geboden van God, die zijn immers geschreven in steen en niet in een boek. Het gaat hier dan ook over de wet van Mozes, met name het offersysteem, de offer wetten. Christus is gestorven voor onze zondes en hij was het lam wat geslacht was voor de zondes van de wereld. Na zijn kruisiging is het offersysteem, en zijn de offer ceremonies ongedaan gemaakt. Dat is wat de Bijbel bedoelt en niet de tien geboden.
De Bijbel is daar zo duidelijk in dan misverstanden nauwelijks mogelijk zijn. Maar toch geloven veel oprechte Christenen tegenwoordig dat de geboden zijn afgeschaft. Die mensen kunnen natuurlijk bedrogen uitkomen als ze straks voor de troon van God staan.