03 Genesis
HOOFDSTUK 3.
Vers 1 - 6. EEN OPEENVOLGEN VAN IN ZONDEN VALLEN.
Als de mens opgehouden had in zonde te vallen, als Adam uit Eden gedreven werd, dan zouden wij nu in veel betere toestand verkeerd hebben zowel fysisch als mentaal en moreel. Maar terwijl de mens de val van Adam betreurt, die uitgelopen is op zulk een onuitsprekelijke ellende, zijn zij ongehoorzaam aan de nauwkeurige, uitdrukkelijke bevelen van God, juist zoals Adam deed, ofschoon zij in hem een voorbeeld hebben om hen te waarschuwen, dat zij niet zouden doen zoals hij deed in het overtreden van de wet van Jehova, Had de mens
maar gestopt met in zonde te vallen met Adam. Maar de zondevallen zijn elkander opgevolgd. De mens wil geen les trekken uit de ondervinding van Adam. Zij willen verder gaan met toe te geven aan eetlust en passies in rechtstreekse overtreding van de wet van God, en terzelvertijde verder gaan met te treuren over de overtreding van Adam, die de zonde in de wereld bracht.
Van de dagen van Adam tot onze dagen is er opeenvolging geweest van zonde, de laatste telkens groter dan de voorgaande, van alle soorten van overtredingen. God schiep geen soort van wezens zo beroofd van gezondheid, schoonheid en morele kracht gelijk ze nu bestaan in de wereld. Van alle soorten van ziekten zijn op een angstvolle wijze toegenomen in het geslacht. Dit lag niet in Gods onmiddellijke bedoeling, maar was rechtstreeks in tegenstrijd met Zijn wil. Dit komt door het niet in acht nemen van de mens van de middels, die God ingesteld had om hem te beschermen van het vreeselijk kwaad, dat bestond. R. H. Maart 4, 1875.
Vers 1. SATAN GEBRUIKT INSTRUMENTEN.
In Eden gebruikte Satan het serpent als instrument. Heden ten dage gebruikt hij leden van de menselijke familie, die werkzaam zijn met alle soorten van listen en verleidingen om het pad van gerechtigheid te belemmeren dat de vrijgekochten van de Heer er zouden op wandelen. ( Brief 91, 1900 ).
Vers 5. GEEN VERANDERING IN DE PROPAGANDA VAN DE SATAN.
God raadpleegt onze meningen en voorkeuren niet. Hij weet wat de menselijke wezens niet weten - het toekomstig resultaat van iedere beweging, en daarom moeten onze ogen rechtstreeks op Hem gevestigd zijn en niet op de wereldse voordelen die door Satan voorgesteld worden. Satan vertelt ons, als wij op hem acht slaan, wij grote hoogten van kennis zullen bereiken. Gij zult als Goden zijn zegt hij tot Eva, als gij van de boom eet, die God verboden heeft. De proef aan Adam en Eva gegeven was zeer licht, maar zij konden hem niet dragen. Zij waren ongehoorzaam aan God, en deze overtreding opende de vloedgolf van weeën op onze aarde. (MS 50, 1893.)
Vers 6. DE LICHTSTE PROEF GEGEVEN;
Met welke intense belangstelling sloeg het ganse universum het konflikt gade, dat een beslissing moest geven over de toestand van Adam en Eva. Hoe aandachtig luisterden de engels naar de woorden van Satan, de bewerker van de zonde, als hij zijn eigen ideeën plaatste boven de bevelen van God, en zocht de wet van God zonder uitwerking te maken door zijn verleidende manier van redeneren! Hoe angstvallig wachtten zij om te zien of het heilige paar door de verleider zou misleid worden, en zou toegeven aan de kunsten! Zij vroegen zich af: Zal het heilig paar zijn liefde en geloof van de Vader en de Zoon overplaatsen op de Satan. Zullen zij zijn valsheden als waarheid aannemen? Zij wisten, dat zij er zich moesten van afhouden het
fruit te nemen en dat zij moesten gehoorzaam zijn aan de positieve uitdrukkelijke bevelen van God, of dat zij het nauwkeurig bevel van hun Schepper zouden overtreden.
De mildste proef was hen gegeven, die kon gegeven worden, want het was niet nodig, dat zij van de verboden vrucht zouden eten; alles, waar hun behoeften aanspraak op maakten was voorzien. ( BE Juli 24, 1899).
KREGEN ENKEL KENNIS VAN ZONDE EN VAN HAAR GEVOLGEN.
Hadden Adam en Eva nooit de verboden vrucht aangeraakt, dan zou de Heer hen kennis verleend hebben, - kennis waarop geen vloek van zonde lag, kennis die hen eeuwige vreugde zou geschonken hebben. De enige kennis, die zij inwonnen door ongehoorzaamheid, was de kennis van de zonde en haar gevolgen. (AUGR Maartl, 1900 ).
ADAMS VAL NIET UIT TE LEGGEN.
Waaruit bestond de kracht van aanval op Adam, wat zijn val teweeg bracht ? Het was geen inwonende zonde; want God maakte Adam naar zijn eigen beeld en karakter, rein en rechtschapen. Er waren geen verdor0en princiepen in de eerste Adam, geen verkeerde neigingen of geen slechte aanleg. Adam was zo zonder fouten als de engels voor de troon van God. Deze dingen zijn niet uit te leggen, maar vele dingen, die wij nu niet kunnen begrijpen, zullen opengelegd worden als wij zullen zien zoals wij gezien worden, en kennen zo
als wij gekend zijn. ( Brief 191, 1899 ).
Pred. 1 : 13 - 18. Jaar na jaar, heeft de nieuwsgierigheid van de mens hen geleid op zoek te gaan naar de boom van kennis; en zij beeldden zich in dat zij vruchten plukken van hoogste belang, als, gelijk het vorsen van Salomo, zij het al tesamen als ijdelheid en nietigheid aanzien indien zij het vergelijken met de wetenschap van ware heiligheid, die de poorten zal openen tot de stad van God. De menselijke eerzucht was op zoek naar deze soort van kennis, die hem glorie en zelfverheffing en oppermacht zullen bezorgen. Zo werden Adam en Eva bewerkt door Satan tot Gods beperkingen verbroken werden, en hun vorming onder de leiding kwam van de onderrichter van leugens opdat zij zouden kunnen verwerven de kennis, die God hen geweigerd had, nl. de gevolgen te kennen van de zonde. ( MS 67, 1898. )
32.
DE ZONDEVAL BRAK DE GOUDEN KETEN VAN GEHOORZAAMHEID.
Adam gaf toe aan de verleiding en als wij de reden van zonde en haar gevolgen zo duidelijk voor ogen gelegd worden, dan kunnen wij lezen van oorzaak tot gevolg en zien dat het de belangrijkheid niet is van de handeling die de zonde uitmaakt, maar de ongehoorzaamheid aan de uitdrukkelijke wil van God, wat een eigenlijke ontkenning van God is door weigeren van Zijn wetten te aanvaarden ....
De val van onze eerste ouders verbrak de gouden ketting van volkomen gehoorzaamheid van de menselijke wil aan de Goddelijke. Gehoorzaamheid wordt niet langer als een absolute noodzakelijkheid aanzien. De menselijke rentmeesters volgen hun eigen inbeeldingen; deze van de bewoners van de oude wereld waren kwaadaardig en dit bestendig. ( MS 1, 1892. )
ADAM: VERLEIDING ZO VER MOGELIJK VERWIJDERD.
Het plan van verlossing was aldusdanig, dat, als Adam getest werd, de bekoring zo ver mogelijk van hem verwijderd was. Als Adam bekoord werd, had hij geen honger gevoel. ( ST April 4, 1900 )
DE MENS EEN VRIJE RENTMEESTER.
God had de macht om Adam af te houden van het aanraken van de verboden vrucht; maar moest Hij dat gedaan hebben, dan zou Satan gesteund geweest zijn in zijn aanval tegen Gods willekeurig bewind. De mens zou geen vrij moreel instrument geweest zijn, maar louter een machine. ( RH Juni 4, 1901 ).
IEDERE BEWEEGREDEN MOET OPRECHT BLIJVEN.
Het was zeker niet Gods doel dat de mens zou zondig zijn. Hij maakte Adam rein en nobel, zonder neiging tot het kwaad. Hij plaatste hem in Eden, waar hij alle motieven had om getrouw te blijven en gehoorzaam. De wet was rondom hem geplaatst als een beschutting. (ibid. )
Vers 7. VIJGEBLADEREN KUNNEN DE ZONDE NIET DEKKEN.
Adam en Eva aten beiden van de vrucht en kregen een kennis, die, indien zij God gehoorzaam geweest waren, zij nooit zouden gehad hebben - een ondervinding in ongehoorzaamheid en ontrouw aan God - het besef dat zij naakt waren. Het kleed van onschuld, een bedekking van God, dat hen omkleedde, verdween, en zij wilden zelf dit hemels gewaad vervangen door vijgebladeren te verzamelen voor dekkleding.
Dat is de bedekking, die de overtreders van de wet van God gebruikt hebben sedert de dagen van de ongehoorzaamheid van Adam en Eva. Zij hebben vijgebladeren bijeenvergaderd om hun naaktheid te bedekken, veroorzaakt door de overtreding. De vijgebladeren vertegenwoordigen de argumenten, die gebruikt worden om de ongehoorzaamheid te dekken. Als de Heer de aandacht van de mens trekt naar de waarheid, zal het maken van bedekkingen met vijgebladeren begonnen zijn, om de naaktheid van de ziel te bedekken. Maar de naaktheid van de zondaar is niet bedekt. Al de beweegredenen, die bijeenvergaderd zijn door deze, die belang gesteld hebben in dit ondeugdelijke werk, zullen op niets uitlopen. (Ibid. )
VERS 10 - 11. TREK KLEDEREN AAN VAN ONSCHULD.
Hadden Adam en Eva nooit ongehoorzaam geweest aan hun Schepper, waren zij gebleven op het pad van volmaakte rechtschapenheid, dan zouden zij God gekend hebben en verstaan. hebben. Maar als zij naar de stem van de verleider luisterden, en tegen God zondigden, dan verdween het licht van de klederen van hemelse onschuld en in de plaats van de klederen van onschuld, trokken ze op zich de duistere klederen van het niet kennen van God. Het klare en volmaakte licht, dat hen tot hiertoe omkleed had, verlichtte elk ding, dat zij benaderden; maar beroofd van dit hemelse licht, kon het nageslacht van Adam niet langer het karakter van God volgen in zijn geschapen werken.
Vers 15. ADAM KENDE DE OORSPRONKELIJKE WET.
Adam en Eva kenden bij hun schepping de oorspronkelijke wet van God. Hij was in hun harten geprent en zij waren vertrouwd met de verplichtingen, die de wet hen oplegde. Als zij de wet overtraden en van hun toestand van gelukkige onschuld vervielen, en zondaars werden, was de toestand van het gevallen mensdom met geen enkel. lichtstraal van hoop belicht. God ontfermde zich over hen, en Christus bedacht het plan voor hun heil door zelf de schuld op zich te nemen. Als de vloek uitgesproken was over de aarde en over de mens was er een belofte in verband met de vloek, dat er door Christus hoop en vergiffenis was voor de overtredingen van de wet van God. Ofschoon somberheid en duisternis gelijk een doodssluier over de toekomst hing, toch scheen de ster van hoop in de belofte van de Verlosser, op de donkere toekomst. Het verlossingsplan werd 't eerst aan Adam gepredikt door Christus. Adam en Eva voelden rechtzinnig berouw en bekering over hun zonden. Zij geloofden in de kostbare belofte van God, en werden gered van totale ondergang. ( RH April 29, 1875)
CHRISTUS DE ONMIDDELLIJKE ZEKERHEID.
Van zohaast er zonde was, was er een Redder, Christus wist, dat Hij zou moeten lijden; toch werd Hij de plaatsvervanger van de mens. Van zohaast de mens gezondigd had, stelde de Zoon zich voor als een zekerheid voor het mensenras, met juist zoveel macht om de duisternis over de schuldigen uitgesproken te weren, als wanneer Hij op het kruis van Kalvarie stierf. ( Ibid. Maart 12, 1901 ).
DE HEMELSE GEWESTEN.
Jezus werd de Verlosser van de wereld, door volmaakte gehoorzaamheid te verschaffen aan ieder woord, dat uit de mond van God komt. Hij herstelde Adam's schandelijke val, door de aarde te verbinden, die van God gescheiden geweest was door de zonde, met de hemelse gewesten. ( BE Aug. 6, 1894 ).
33.
VERBONDEN MET DE SFEER VAN HEERLIJKHEID.
De aarde was afgebroken geweest van de hemel en vervreemd van zijn gemeenschap, heeft Jezus haar weder verbonden met de sfeer van heerlijkheid. ( ST Nov. 24, 1878).
ONMIDDELLIJKE IN DE PLAATS STELLING.
De mens aanvaardde de verleidingen van Satan en deed dat, wat God gezegd had niet te doen, Christus, de Zoon van God, stond tussen dood en leven zeggende: "Laat de straf op Mij vallen. Ik zal de plaats van de mens innemen. Hij zal een andere kans krijgen". ( Brief 22, Feb. 13, 1900 ).
CHRISTUS PLAATSTE ZIJN VOET IN ADAM'S STAPPEN.
Welk een liefde ! Welk een bewonderenswaardige neerdalende minzaamheid ! De Koning van heerlijkheid stelde voor Zichzelf te vernederen tot een gevallen mensdom! Hij wilde Zijn voet plaatsen in de stappen van Adam. Hij wilde de gevallen natuur van de mens aannemen en zich begeven in de strijd tegen de sterke vijand, die Adam overmeesterde. Hij wilde de Satan overwinnen en aldus kon Hij de weg openen voor de verlossing van de
ongenade van Adam's fout en val en van de ongenade van al dezen, die in Hem zouden geloven. ( RH
Vers 16 - 17. UITVOERING VAN VONNIS WEERHOUDEN.
God onthield voor een tijd de volle uitvoering van het vonnis van dood uitgesproken over de mens. Satan vleide zich met de gedachte dat hij voor altijd de verbinding tussen hemel en aarde verbroken had. Maar hierin vergiste hij zich ten zeerste en was zeer teleurgesteld. De Vader had de aarde in de handen gegeven van zijn Zoon, opdat Hij zou verlossen van de vloek en de ongenade van de fout en van de val van Adam. (Redemption, or the temptation of Christ, p. 17. )
Vers 17 - 18. DE VLOEK OP GANS DE SCHEPPING.
Gans de natuur is verward; want God ontzegde aan de aarde de plannen uit te voeren, die Hij oorspronkelijk voor haar uitgestippeld had. Laat er geen rust zijn bij de goddelozen, zegt de Heer. De vloek van God is op gans de schepping. Ieder jaar laat deze zich meer gevoelen en beslissender. MS 76a, 1901.
De eerste vloek werd uitgesproken over het nageslacht van Adam en over de aarde. De tweede vloek kwam over de bodem nadat Kain zijn broeder dood sloeg. De derde en meest vreselijke vloek van God kwam over de aarde met de zondvloed. 4SG 121.
Het land heeft de vloek meer en meer zwaar aangevoeld. Vóór de zondvloed veroorzaakten de eerste bladerenval, die de aarde bedekte, aan dezen die God vreesden, een grote droefheid en spijt. Zij klaagden hierover, zoals wij zouden klagen over een dode vriend. In het vergaan van de bladeren zagen zij een bewijs van de vloek en van de ontaarding van de natuur. (Ibid. 155. )
( Rom. 8 : 22 ). De zonde van de mens heeft een zeker resultaat gebracht, ontaarding, misvorming en dood. Heden ten dage is gans de wereld besmet, verdorven, geslagen met dodelijke ziekte. De aarde zucht onder de bestendige overtreding van de inwoners die erop wonen. (Letter 22, Feb. 13, 1900 )
De vloek van de Heer is op de aarde, op de mens, op het dier, op de vis in de zee en als de overtreding nagenoeg algemeen geworden is, dan zal het aan de vloek toegelaten worden zo breed en diep te worden als de overtreding zelf breed en diep is. ( Brief 59, 1898 )
TEKENS VAN GODS BLIJVENDE LIEFDE.
Na de overtreding van Adam had God ieder opengaande bloesem en bloeiende bloem kunnen vernietigen, of Hij kon haar geurigheid weggenomen hebben, zo aangenaam voor de zinnen. In de aarde verwelkt en ontsierd door de vloek, in de doornstruiken, de distel, de stekels, het onkruid, kunnen wij de wet van veroordeling lezen; maar in de delikate kleur en de geur van de bloemen, kunnen wij leren dat God ons nog steeds bemint, dat
Zijn barmhartigheid niet gans van de aarde getrokken is. ( RH Nov. 8, 1898 ).
Vers 17 - 19.
God zegde aan Adam en aan al de nakomelingen van Adam, in het zweet van uw aanschijn zult gij uw brood eten, want van dit ogenblik af moest de aarde bewerkt worden onder het gebrek van de zonde. Doornen en distels zal zij voortbrengen.
Er is geen plaats op de aarde, waar het spoor van de slang niet gezien wordt en zijn venijnige steek niet gevoeld wordt. De gehele aarde is besmet onder de bewoners die erop zijn. De vloek stijgt als de overtreding stijgt. ( Letter 22 ).
Vers 18. VERMENGING BRACHT SCHADELIJKE PLANTEN VOORT.
Geen enkele schadelijke plant werd in de grote hof van de Heer geplaatst, maar nadat Adam en Eva gezondigd hadden, ontstonden giftige planten. In de parabel van de zaaier wordt de vraag gesteld aan de Meester: "Hebt gij geen goed zaad gezaaid op het veld? Waarom dan zijn er doornen?" De Meester antwoordde: "Een vijand heeft dat gedaan". Alle doornen zijn gezaaid door de kwade. Ieder komt van zijn zaad voort en door zijn spitsvondige methoden van vermenging heeft hij de aarde verdorven met distels. ( MS 65, 1899. Published in F. D. Nichol, Ellen G. White and Her Critics. )
Vers 22 - 24. (Openb. 22 : 2 - 14) GEHOORZAAMHEID IS DE VOORWAARDE OM TE MOGEN ETEN VAN DE BOOM.
Overtreding van Gods eigen joeg Adam uit de hof van Eden. Een vlammend zwaard werd rond de boom van leven geplaatst, opdat de mens er niet aan zou kunnen en er van nemen, opdat zonde niet vereeuwigd worden. 34.
Gehoorzaamheid aan al de geboden van God was de voorwaarde om van de boom des levens te mogen eten. Adam viel door ongehoorzaamheid en verbeurde alle recht door zijn zonde om nog een van de leven gevende vruchten van de boom, die in het midden van de hof stond, te nemen of van zijn loof, dat tot genezing was van de volkeren. Gehoorzaamheid door Jezus Christus geeft aan de mens volmaaktheid van karakter en recht tot deze boom van leven. De voorwaarden om opnieuw te mogen deel hebben aan de boom des levens zijn tenvolle vastgesteld in de getuigenis van Jezus - Christus aan Johannes: "Zalig zijn zij, die zijne geboden doen, opdat hunne macht zij aan den boom des levens, en zij door de poorten ingaan in de stad". (MS 72, 1901 )
Vers 24. (Math. 4 : 4. Joh. 6 : 63) GEEN ZWAARD VOOR ONZE BOOM VAN LEVEN.
De Schrift, "het staat geschreven", is het evangelie, dat wij moeten verkondigen. Voor deze levensboom is geen vlammend zwaard geplaatst. Al die wil kan er deel aan hebben. Er is geen kracht, die een ziel kan beletten te nemen van deze levensboom. Allen kunnen eten en voor eeuwig leven. ( Letter 20, 1900 ).
Grote Strijd. PP 38 - 48.
Satan nam de vorm van een slang aan en trad binnen in Eden. De slang was een schoon schepsel met vleugels, en als zij door de lucht vloog, was haar uitzicht schitterend, gelijkend op brandend goud. Zij liep niet op de grond, maar wendde zich van plaats tot plaats door de lucht en at vruchten gelijk de mens. Satan trad in de gedaante van de slang en nam zijn standplaats in de boom van kennis en begon op zijn gemak te eten van de vrucht. Eva, onbewust in het begin, scheidde zich af van haar man in haar bezigheid. Als zij zich bewust werd van het feit, voelde zij dat er gevaar kon zijn, maar opnieuw dacht ze zichzelf veilig, zelfs als zij niet dicht aan de zijde van haar echtgenoot bleef. Zij had wijsheid en kracht om te weten als het kwaad daar was en kon het tegemoet gaan. Juist dit hadden de engels haar aangeraden niet te doen. Eva vond zichzelf starende met gemengde nieuwsgierigheid en bewondering naar de vrucht van de verboden boom. Zij zag dat de vrucht zeer verrukkelijk was en redeneerde met zichzelf waarom God op zulk een besliste wijze hen verboden had er van te eten noch hem aan te raken. Nu kwam de gelegenheid voor Satan. Hij wendde zich tot haar alsof hij in staat was om haar gedachten te raden: "Is het ook dat God gezegd heeft; Gijlieden zult niet eten van allen boom dezes hofs?". Aldus met zachte en aangename woorden, en met muziek in zijn stem, richtte hij zich tot de verwonderende Eva. Zij was verbluft een slang te horen spreken. Hij prees haar schoonheid en buitengewone liefelijkheid, wat niet onaangenaam was voor Eva. Maar zij was verwonderd want zij wist dat God de slang geen macht had gegeven om te spreken.
Eva's nieuwsgierigheid was opgewekt. In plaats van weg te vluchten van deze plaats, luisterde zij naar een slang die sprak. Het kwam in haar gedachten niet op dat het mogelijk was, dat de gevallen vijand de slang als medium kon gebruiken. Het was Satan die sprak, niet de slang. Eva's aandacht was afgeleid, gevleid, verblind. Had zij een indrukwekkende persoon ontmoet, de gedaante hebbend van een engel en erop lijkend, zou zij op haar hoede geweest zijn. Maar deze vreemdsoortige stem zou haar moeten gedreven hebben naar de zijde van haar echtgenoot om van hem te weten te komen, waarom een ander haar zo vriendelijk aansprak. Maar zij kwam in dispuut met de slang. Zij antwoordde hem op zijn vraag: "Van de vrucht der boomen dezes hofs zullen wij eten; maar van de vrucht des booms die in het midden des hofs is, heeft God gezegd: Gij zult daarvan niet eten, noch die aanroeren, opdat gij niet sterft". Toen zeide de slang tot de vrouw: Gijlieden zult den dood niet sterven, maar God weet, dat ten dage als gij daarvan eet, zoo zullen uwe oogen geopend worden en gij zult als God wezen, kennende het goed en het kwaad".
Satan wilde de idee uitdrukken dat door het eten van de verboden boom zij een nieuwe en edeler soort van kennis zouden ontvangen, dan zij tot hiertoe verkregen hadden. Dit was altijd zijn speciaal werk geweest, met groot sukses, sedert de val - de mensen te doen snuffelen in de geheimen van de Almachtige en niet voldaan te zijn met dat wat God geopenbaard heeft, en niet zorgvuldig te gehoorzamen aan dat wat hen bevolen werd. Hij wilde hen leiden Gods gebod ongehoorzaam te zijn en he dan doen geloven, dat hij dan een wonderbaar veld van kennis binnengingen. Dat is zuivere veronderstelling en een ongelukkige misleiding. Zij faalden te begrijpen wat God geopenbaard had, en miskenden Zijn uitdrukkelijke geboden en verlangen naar wijsheid, onafhankelijk van God en zochten te begrijpen, dat wat Hij begeerd had te weerhouden aan stervelingen. Zij waren verrukt met hun ideeën van vooruitgang en gevleid met hun eigen ijdele filosofie, maar tastten rond in middernachtelijke duisternis, in verband met ware kennis. Zij zijn altijd bezig met leren en nooit in staat tot ware kennis te komen van de waarheid.
Het was de wil van God niet dat het zondige paar tot kennis zou komen van het kwaad. Hij had hen vrij het goed gegeven en hun het kwade onthouden. Eva dacht dat de woorden van de slang wijs waren en zij ontving de ruime bevestiging: "Gijlieden zult den dood niet sterven; maar God weet, dat ten dage als gij daarvan eet, zoo zullen uwe oogen geopend worden, en gij zult als God wezen, kennende het goed en het kwaad", hierdoor vanGod een leugenaar makend. Sat an gaf stoutmoedig te kennen dat God hen bedrogen had door hen af te houden van verheven te zijn in kennis gelijk Hijzelf. God zegde: Als gij eet zult gij zekerlijk sterven. De slang zei: als gij eet zult gij niet zekerlijk sterven.
De verleider verzekerde Eva, dat van zohaast zij at van de vrucht, zij een nieuwe en hogere kennis zou ontvangen, die hen gelijk zou maken met God. Hij trok haar aandacht tot hemzelf. Hij at vrij van de boom en vond het niet alleen tenvolle schadeloos, maar heerlijk en opbeurend, en vertelde haar dat het wegens de wonderlijke eigenschappen was om wijsheid en macht toe te bedelen, dat God hen verboden had er van te proeven of aan te raken, want Hij kende zijn wonderbare kwaliteiten. Hij bevestigde dat het eten van de voor hen verboden boom de oorzaak was dat hij kon spreken. Hij jaagde haar vrees aan dat God Zijn woord niet zou houden. Het was louter een bedreiging om hen de schrik aan te jagen en hen af te houden van groot goed. Verder vertelde hij hen dat zij niet konden sterven. Hadden zij niet gegeten van de boom des levens, die onsterfelijkheid vereeuwigde ?
35.
Hij zegde dat God hen bedroog om hen af te houden van een hogere staat van geluk en meer zegen. De verleider plukte de vrucht en reikte ze Eva. Zij nam deze in haar hand. Nu, zegde de verleider, gij waart verboden van ze zelfs maar aan te raken opdat gij niet zoudt sterven. Hij vertelde haar, dat zij niet meer gevoel van kwaad zou gewaar worden noch van dood door de vrucht te eten dan ze aan te raken of te behandelen. Eva was aangemoedigd, omdat zij niet onmiddellijk de tekens van Gods mishagen gewaar wierd. Zij dacht dat de woorden van de verleider alwijs waren en juist. Zij at, en was verheugd met de vrucht. Het scheen aangenaam voor de smaak, en zij beeldde zich in dat zij in zich de wonderbare gevolgen van de vrucht realiseerde. Zij dan plukte voor zichzelf van de vrucht en at en beeldde zich in dat zij de opwekkende macht voelde van een nieuw verhevener bestaan als resultaat van de opbeurende invloed van de verboden vrucht. Zij was in een vreemde en onnatuurlijke vervoering als zij haar echtgenoot zocht en haar handen vol verboden vruchten. Zij verhaalde hem de wijze rede van de slang en wenste hem onmiddellijk te leiden naar de boom van kennis. Zij vertelde hem dat ze ervan gegeten had, en in plaats van een gevoel van dood te voelen, zij een aangenaamheid gewaar werd, een opbeurende invloed. Vanzohaast Eva ongehoorzaam geweest was, werd zij een machtig instrument tot val van haar echtgenoot.
Ik zag een droefheid komen over het aangezicht van Adam. Hij scheen bevreesd en verwonderd. Een strijd scheen in zijn geest om te gaan. Hij vertelde aan Eva dat het heel zeker de vijand was waarvoor zij gewaarschuwd waren, en als het zo was dat zij moesten sterven. Zij verzekerde hem dat zij niets kwaads voelde maar eerder een aangename invloed, en nodigde hem uit te eten.
Adam verstond wel dat zijn gezellin het enige verbod dat hen opgelegd werd, overtreden had, dat als test diende voor hun trouw en liefde. Eva beweerde, dat de slang gezegd had dat zij niet zekerlijk zouden sterven, en zijn woorden moesten waar zijn, want zij werd geen teken gewaar van Gods misnoegen, maar een aangename invloed, zoals zij dacht dat de engels voelden.
Adam had spijt dat Eva zijn zijde verlaten had, maar nu was de daad volbracht. Nu moest hij gescheiden worden van haar gezelschap, die hij zo geliefd had. Hoe kon hij het zo houden? Zijn liefde voor Eva was sterk. En in uiterste ontmoediging, besloot hij haar lot te dragen. Hij oordeelde dat Eva een deel van hemzelf was, en als zij moest sterven hij met haar wilde sterven, want hij kon de gedachte niet dragen, dat hij van haar gescheiden zou zijn. Hij schoot tekort in geloof in zijn barmhartige en welwillende Schepper. Hij dacht niet, dat God, die hem uit het stof der aarde gemaakt had tot een levende schone vorm, en Eva gemaakt had om hem tot gezellin te zijn, haar plaats kon vervangen. En ten lange laatste konden de woorden van de wijze slang wellicht waar zijn? Eva was voor hem even liefelijk en schoon, en uiterlijk als onschuldig als vóór de daad van ongehoorzaamheid. Zij drukte groter, hoger liefde uit voor hem dan vóór de ongehoorzaamheid, als een gevolg van het eten van de vrucht. Hij zag in haar geen tekens van dood. Zij had hem gesproken van de gelukkige invloed van de vrucht, van haar vurige liefde voor hem en hij besliste de gevolgen te trotseren. Hij nam de vrucht aan en at haar vlug, en gelijk Eva, voelde hij niet onmiddellijk de kwade gevolgen. Eva had gedacht dat zij in staat was te beslissen tussen goed en kwaad. De vleiende hoop van in een hogere staat van kennis te treden, had er haar toe gebracht te denken, dat de slang haar speciale vriend was en dat hij een grote belangstelling had in haar welzijn. Had zij haar echtgenoot opgezocht en hadden zij Hun Schepper de woorden van de slang medegedeeld, zouden zij meteen verlost geweest zijn van zijn kunstige bekoring. De Heer zou hen de vrucht van de boom van kennis niet laten navorsen, want dan zouden zij bekend geworden zijn met de gemaskerde Satan. Hij wist dat zij tenvolle veilig waren, als zij de vrucht niet aanraakten. God lichtte onze eerste ouders in aangaande de boom van kennis, en zij waren volledig op de hoogte nopens de val van Satan en het gevaar van te luisteren naar zijn voorstellen. Hij nam hen de macht niet af van te eten van de boom van de verboden vrucht. Hij liet hen vrije morele instrumenten om Zijn woord te gehoorzamen, om Zijn geboden te gehoorzamen en te leven of om de verleider te geloven, ongehoorzaam te zijn en te vergaan. Beiden aten en de grote wijsheid, die zij verworven,was de kennis van de zonde en het gevoel van schuld. De bedekking met licht, dat hen overdekte, verdween gauw en onder een gevoel van schuld en verlies van hun goddelijke bekleding, greep een huivering hen aan, en poogden zij hun blootgestelde vormen te bedekken.
Onze eerste ouders, kozen de woorden te geloven, als zij dachten, van een slang; nochthans had Zij geen teken gegeven van liefde. Zij had niets gedaan voor hun geluk en welzijn, terwijl God hen alles gegeven had dat goed was als voedsel, en aangenaam om te aanschouwen. Waar het oog zich richtte, was er overvloed en schoonheid; toch werd Eva verleid door de slang, om te denken, dat er haar iets weerhouden werd, dat haar wijs zou maken zoals God. Inplaats van te geloven en te vertrouwen in God, wantrouwde zij op een lage wijze Zijngoedheid en koesterde de woorden van Satan.
Na de overtreding van Adam beelde hij zich eerst ook in, dat hij gestegen was tot een hoger bestaan. Maar spoedig verschrikte hem de gedachte aan zijn overtreding. De lucht, die mild en gelijk was van temperatuur, scheen hem te verkillen. Het schuldige paar had een besef van zonde. Zij hadden schrik voor de toekomst, een gevoel van gebrek, een naaktheid van de ziel. De zoete liefde en vrede en de gelukkig tevreden goddelijke zaligheid scheen van hen weggenomen te zijn, en in de plaats daarvan kwam een nood in hen op, die zij vroeger nooit ondervonden hadden. Dan richtten zij voor het eerst hun aandacht naar het uiterlijk. Zij waren niet gekleed geweest, maar waren gehuld geweest in een licht op dezelfde wijze als de engels. Dit licht, dat hen omgeven had was verdwenen. Om hun gevoel van tekort en naaktheid, waarvan zij bewust werden, was hun aandacht getrokken om een bedekking te vinden voor hun vormen, want hoe konden zij het oog van God en van de engelen ontmoeten onbedekt ?
Hun misdaad is nu voor hun ogen in haar licht. Hun overtreding van Gods uitdrukkelijk gebod kwam in een klaarder daglicht te staan. Adam berispte Eva's dwaasheid van weggegaan te zijn van zijn zijde en zich te laten verleiden van de slang. Beiden vleiden zich met de gedachte dat God, Die hen alles gegeven had om gelukkig te zijn, hen nu mocht verontschuldigen voor hun ongehoorzaamheid, wegens zijn grote liefde voor hen en dat
hun straf ten laatste niet zo te vrezen moest zijn. Satan verheugde zich in zijn sukses. Hij had nu de vrouw verleid om God te wantrouwen, om Zijn wijsheid te betwisten, en om te zoeken om Zijn alwijze plannen te door
36.
gronden. En door haar had hij ook de overwinning op Adam bewerkstelligd die, tengevolge van zijn liefde voor Eva, de wet van God ongehoorzaam werd en die viel, samen met haar.
Het nieuws over het vallen van de mens verspreidde zich in de hemel, ieder harp was tot zwijgen gebracht.
De engelslegden hun kronen van hun hoofd in verdriet. Gans de hemel was in opschudding. De engels waren misdaan om de lage ondankbaarheid van de mens als vergelding voor de rijke overvloed, die God voor hen voorzien had. Een raad werd samengeroepen om te onderzoeken wat moest gedaan worden met het schuldige paar. De engels vreesden, dat zij hun hand zouden uitsteken en eten van de boom van leven, en aldus hun leven van zonde zouden vereeuwigen.
De Heer bezocht Adam en Eva en liet hun de gevolgen kennen van hun overtreding. Als zij Gods majesteit voelden naderen, zochten zij zich te verbergen voor zijn onderzoek, welke zij zo begeerden, als zij nog in hun heiligheid en onschuld verkeerden. "En de Here God riep Adam, en zeide tot hem: Waar zijt gij ? En hij zeide : Ik hoorde uwe stem in de hof, en ik vreesde: want ik ben naakt; daarom verborg ik mij. En Hij zeide : Wie heeft u te kennen gegeven, dat gij naakt zijt? Hebt gij van de boom gegeten, van welken Ik u verbood, dat
gij daarvan niet eten zoudt ?" De vraag werd gesteld door de Heer, niet omdat hij moest ingelicht worden, maar om het zondige paar te overtuigen.
Hoe komt het dat gij beschaamd zijt en naakt? Adam bekende zijn overtreding niet,omdat hij berouw had over zijn grote ongehoorzaamheid, maar om de blaam op God te werpen. "De vrouw, die Gij mij gegeven hebt die heeft mij van den boom gegeven en ik heb gegeten. " De vrouw wordt dan aangesproken: "Wat is dit dat gij gedaan hebt? En de vrouw zeide: De Slang heeft mij bedrogen, en ik heb gegeten. " Gen. 3 : 9-13. De Heer wendde zich tot de slang: "Dewijl gij dit gedaan hebt, zoo zijt gij vervloekt boven al het vee en boven al het gedierte des velds; op uwen buik zult gij gaan en stroo zult gij eten, al de dagen uws levens. Als de slang verheven geweest was boven al de dieren van het veld, zou zij nu beneden hen allen vernederd worden en misprezen worden door de mens, aangezien zij het medium geweest was, waardoor de Satan gewerkt had. "En tot Adam zeide Hij: "Dewijl gij geluisterd hebt naar de stem uwer vrouw en van dien boom gegeten, waarvan Ik u gebood, zeggende: Gij zult daarvan niet eten, zo zij het aardrijk om uwentwil vervloekt, en met smart zult gij daarvan eten al de dagen uws levens; ook zal het u doornen en distels voortbrengen en gij zult het kruid des velds eten; in het zweet uws aanschijns zult gij brood eten, totdat gij tot de aarde wederkeert. God vervloekte de grond wegens hun zonde van te eten van de boom van kennis, en verklaarde: "en met smart zult gij daarvan eten al de dagen uws levens. "Hij had hem voorzien van het goede, maar hen het kwade onthouden. Nu verklaart Hij dat zij ervan eten zullen, dat is, zij zullen in kennis gesteld worden met het kwaad al de dagen van hun leven. Het mensenras zal in het vervolg aangevallen worden door de bekoringen van de Satan. Een leven van bestendige inspanning en angst was Adam's lot in plaats van de gelukkige geliefde arbeid die hij vooraf genoten had. Zij zouden onderhevig zijn aan mislukking, hartzeer en pijn en ten laatste komen tot ontbinding. Zij waren uit stof gemaakt en zouden tot stof wederkeren.
Zij werden ingelicht, dat zij hun tehuis in Eden moesten verliezen. Zij hadden toegegeven aan Satan's verleiding en het woord van Satan geloofd, dat God zou willen liegen. Door hun overtreding hadden zij een weg geopend voor Satan om toegang te verkrijgen tot hen op een meer vaardige wijze, en het was niet veilig voor hen in de hof van Eden te blijven, want in hun zondige toestand kregen zij toegang tot de boom van leven en konden zij hun leven van zonde vereeuwigen. Zij smeekten om toegelaten te worden om te blijven, ofschoon zij bekenden dat zij alle recht tot het gezegende Eden verkwist hadden. Zij beloofden dat zij in de toekomst neigen zouden tot Gods volle gehoorzaamheid. Zij werden ingelicht, dat in hun val van onschuld naar schuld zij geen kracht maar zwakheid verkregen. Zij hadden hun onkreukbaarheid niet bewaard, terwijl zij in een toestand van heiligheid, gelukkige onschuld waren, zij zouden veel minder kracht hebben om trouw en ongeschonden te blijven in een toestand van bewuste schuld. Zij waren vervuld met scherpe angst en wroeging. Zij realiseerden zich nu dat de straf voor de zonde de dood is.
Engelen werden gezonden om onmiddellijk de toegang tot de boom des levens te bewaken. Het was het wel ingestudeerde plan van Satan, dat Adam en Eva zouden ongehoorzaam zijn aan God, Zijn afkeuring zouden verkrijgen en dan deel hebben aan de boom des levens, opdat zij een leven van zonde vereeuwigen. Maar heilige engels werden gezonden om hun weg te verhinderen tot de boom des levens. Rond deze engels flikkerden stromen van licht langs weerszijde, die het uitzicht hadden van flikkerende zwaarden". Story of Redemption. 32 - 41.
"Een gedeeltelijk onderhouden van de Sabbatsweg is niet aanvaardbaar voor de Heer en heeft een slechter invloed op de geest van zondaars dan indien gij geen Sabbat onderhield. Zij worden gewaar, dat uw leven in tegenstelling is met uw geloof, en zij verliezen hun geloof in het christendom. De Heer meent, wat Hij zegt, en de mens kan Zijn geboden niet op zij leggen zonder gestraft te worden. Het voorbeeld van Adam en Eva in Eden zou ons voldoende moeten waarschuwen tegen iedere ongehoorzaamheid van de goddelijke wet. De zonde van onze eerste ouders door te luisteren tot de zich mooi voordoende verleidingen van de vijand brachten schuld en droefheid op de wereld, en brachten de Zoon van God ertoe om de koninklijke verblijven van de hemel te verlaten en op de aarde een nederige plaats in te nemen. Hij was onderhevig aan bespotting en verwerping en kruisiging door dezen, waarvoor Hij gekomen was om ze te zegenen. Welk een oneindige uitgaven verwachtte deze ongehoorzaamheid in de Hof van Eden! De majesteit van de hemel werd geofferd om de mens van de straf van zijn misdaad te verlossen. Test. 4 : 248.
God zal nu niet minder enige overtreding van Zijn wet door de vingers zien als in de dagen als hij het oordeel uitsprak over Adam. De Heiland van de wereld laat zijn stem opgaan in protest tegen dezen, die de geboden van God aanzien in bezorgdheid en onverschilligheid. Hij zegt: "Zoo wie dan een van deze minste geboden zal ontbinden, en de menschen alzoo zal geleerd hebben, die zal de minste genaamd worden in het Koninkrijk der hemelen: maar zoo wie dezelve zal gedaan en geleerd hebben, die zal groot genaamd worden in het Koninkrijk der hemelen". Math. 5 : 19. Het onderwijs dat voortvloeit uit ons leven is tenvolle voor of tegen de waarheid. Als uw werken schijnen de overtreder van zonden te verrechtvaardigen, als uw invloed het als een licht uit maakt van de geboden te overtreden, dan zijt gij niet alleen schuldig voor uzelf, maar gij zijt tot op een zekere hoogte verantwoordelijk voor de gevolgen van de dwalingen van anderen. 4Test. 248. 37
"Er is geen verontschuldiging voor scepticisme. God heeft brede voorzorg genomen om het geloof van iedere mens te bevestigen, als zij willen tot de conclusie komen van het gewicht van de klaarblijkelijkheid. Maar als zij wachten tot zij een schijnbare opwerping hebben om voor hun geloof te plaatsen, zullen zij nooit gevestigd, geworteld en gegrond zijn in de waarheid. God wil nooit alle schijnbare moeilijkheden van ons pad wegnemen. Zij die wensen te twijfelen zullen er gelegenheid voor vinden; zij die wensen te geloven zullen tenvolle de klaarblijkelijkheid om er hun geloof op te vestigen, vinden. De houding van sommigen is onuitlegbaar, zelfs niet voor zichzelf. Zij drijven zonder anker in een ronddraaiende mist van onzekerheid. Satan grijpt vlug de helm en brengt hun zwak bootje waar het hem belieft. Zij worden onderworpen aan zijn wil. Hadden deze geesten niet geluisterd naar Satan, zouden zij niet verleid geweest zijn door zijn bedriegerijen; waren zij gewogen geweest naar de zijde van God, zouden zij niet verward en verbijsterd geweest zijn. God en engels wachten met intense belangstelling naar de ontwikkeling van het karakter en wegen de morele waarde af. Deze, die de listen van de Satan weerstaan zullen eruit komen als goud door het vuur beproefd. Deze, die werden overrompeld door de aanvallen van de bekoring, beeldden zich in, zoals Eva, dat zij wonderbaar wijs worden, terwijl hun kortzichtige gewetenloosheid hen boven het hoofd groeit; maar gelijk zij, zullen zij zich jammerlijk bedrogen voelen. Zij hebben schaduwen nagejaagd, door hemelse wijsheid te verwisselen voor menselijk oordeel. Een beetje kennis heeft hen zelfverwaand gemaakt. Een diepere kennis van zichzelf en van God zou van hen opnieuw gezonde en gevoelige mensen gemaakt hebben, en zou hen afgewogen hebben aan de zijde van de waarheid, van engels en van God.
Het woord van God zal ieder van ons oordelen op de laatste grote dag. Jonge mensen spreken van wetenschap en achten zich wijs boven wat geschreven staat. Zij zoeken de wegen en de werken van God uit te leggen om hun begrensd verstand te ontmoeten maar het is al ongelukkige mislukking. Ware wetenschap en inspiratie zijn in volledige harmonie. Valse wetenschap is soms onafhankelijk van God. Zij is pretentieuse onwetendheid. Deze verleidende macht heeft de geesten van velen verslaafd en in beslag genomen en zij hebben eerder duisternis gekozen dan licht. Zij hebben standplaats genomen langs de zijde van het ongeloof, alsof het een deugd was en een teken van een grote geest van te twijfelen, terwijl het een teken is van een geest, die te zwak en te eng is om God waar te nemen in zijn geschapen werken. Zij kunnen het mysterie van Zijn Voorzienigheid niet omvatten al zouden zij een leven lang studeren met al hun krachten. En omdat de werken van God niet uitgelegd kunnen worden door eindige geesten, brengt Satan zijn sofisme om op hen te plaatsen en om hen te verstrikken in het netwerk van ongeloof. Als deze twijfelaars in innige verbinding met God willen komen, zal Hij Zijn doeleinden klaar maken voor hun begrip. 4Test. 584.
Vers 1 - 6.
"De geschiedenis van Adam en Eva's ongehoorzaamheid in het begin van de geschiedenis van de aarde, wordt tenvolle weergegeven. Door deze ene daad van ongehoorzaamheid verloren onze ouders hun mooi Eden. En het was maar zo een klein iets! Wij hebben reden om dankbaar te zijn dat het geen groter iets was, want moest het zo geweest zijn, zou kleine veronachtzaamheid in verband met het gehoorzamen vermenigvuldigd geworden zijn. Het was de kleinste test, die God aan het heilige paar kon geven in Eden. Ongehoorzaamheid en overtreding waren altijd een grote belediging voor God. Onnauwkeurigheid in dat wat het geringst is, leidt tot overtreding in grotere dingen. Het is niet de omvang van de ongehoorzaamheid die telt, maar de ongehoorzaamheid op zichzelf die een misdrijf betekent. Child Guidance 79 - 80. "Een van de sterkste bekoringen, die de mens moet ontmoeten is op het vlak van de eetlust. In het begin schiep de Heer de mens rechtschapen. Hij was geschapen met een volmaakt evenwichtige geest, de maat en de kracht van al zijn organen waren tenvolle in harmonie ontwikkeld. Maar door de verleidingen van de vijand werd het voorschrift van God veronachtzaamd en de wetten van de natuur werkten tenvolle hun straf uit. Adam en Eva waren toegelaten van al de bomen te eten in hun Eden tehuis, uitgenomen van één. De Heer zegde tot het heilige paar als gij van de boom van kennis eet zult gij zekerlijk sterven. Eva werd betoverd door de Satan en tot de overtuiging gebracht, dat God niet zou doen wat Hij gezegd had. Zij at en, denkende dat zij het gevoel had van een nieuw en verhevener leven, bracht zij de vrucht naar haar man. De slang had gezegd, dat zij niet zouden sterven, en zij voelde geen kwade gevolgen door te eten van het fruit, niets dat als dood bestempeld kon worden, maar inplaats een aangename gewaarwording, waarvan zij dacht dat het dezelfde was, die de engels gevoelden. Haar bevinding stond in lijnrechte tegenstelling met het positief bevel van God, toch liet Adam toe van door haar bekoord te worden.
Zo gaat het ook met ons, ook in de religieuse wereld. Gods uitdrukkelijke geboden worden overtreden; en "omdat niet haastiglijk het oordeel over de booze daad geschiedt, daarom is het hart van de kinderen der menschen in hen vol om kwaad te doen". Prediker 8 : 11. Ten aanzien van de meest positieve geboden van God, zullen mannen en vrouwen hun eigen neigingen volgen, en dan het wagen van tot God te bidden nopens de zaak, om God over te halen om hen toe te laten om in tegenstrijd te gaan met zijn uitdrukkelijke wil. „ Satan komt aan de zijde van zulke personen, zoals hij met Eva deed in Eden, en heeft invloed op hen. Zij hebben een kwelling van de geest, en dit beschouwen zij als een wonderbare bevinding, die de Heer hun gegeven heeft. Maar ware ondervinding moet in harmonie zijn met natuurlijke en goddelijke wetten; valse bevindingen stellen zich tegen de wetten van het leven en de voorschriften van God. Counsels on Health. 108 - 109.
"De zaaier zaait het woord". Christus kwam om het woord te zaaien. Overal heeft Satan sedert de val de zaden van dwaling gezaaid. Het was door leugen dat hij het eerst het toezicht over de mens veroverde en aldus werkt hij nog steeds om Gods koninkrijk ten val te brengen op de aarde en om de mens onder zijn macht te brengen. Een zaaier van een hogere wereld, Christus, kwam om de zaden van waarheid te zaaien. Hij, Die in de raad van God gestaan had, die verbleven had in het binnenste van het heiligdom van de Eeuwige, kon aan de mens de reine princiepen van waarheid brengen. Overal, sedert de val is het Christus geweest, Die de openbaarder geweest is van de waarheid van de wereld. "
Christ Object Lessons 37 - 38. 38
Onder de leiding van God moest Adam aan het hoofd gestaan hebben van de familie die hier op de aarde woonde, om er de princiepen van de hemelse familie te verzekeren. Dit zou vrede en geluk gebracht hebben. Maar de wet, dat "niemand van ons leeft voor zichzelven" Rom. 14 : 7, had Satan voorgenomen tegen te staan. Hij begeerde te leven voor zichzelf. Hij zocht om zich tot een middelpunt van invloed te maken. Het was dat, wat opstand in de hemel verwekt had, en het was het feit dat de mens deze princiepen aanvaard had wat zonde bracht op de aarde. Als Adam zondigde trok de mens zich weg van het door de hemel verordend middelpunt. Een duivel werd het middelpunt van macht in de wereld. Waar Gods troon had moeten staan, plaatste Satan de zijne. De wereld legde zijn eerbetuigingen, als een gewillig offer aan de voeten van de vijand. De overtreding van Gods wet bracht wee en dood achter zich. Door ongehoorzaamheid werden de vermogensvan de mens verdorven en zelfzucht nam de plaats in van liefde. Zijn natuur werd zo zwak, dat het hem onmogelijk was aan de macht van het kwaad te weerstaan. En de verleider zag zijn plan vervuld om het goddelijke plan van het scheppen van de mens te dwarsbomen en de aarde te vervullen met ellende en troosteloosheid. De mens had een heerser gevonden, die hem aan zijn wagen vastbond als gevangene.
Ziende op de mens zag God zijn hopeloze omstandigheid en Hij voorzag een remedie. Christus was de gift voor de wereld tot de verzoening van de mens
De zonen van de mensen hadden en praktische kennis van het kwaad; Christus kwam naar de wereld om hen te tonen, dat Hij voor hen de boom des levens geplant had, wiens bladeren dienen tot genezing van de volkeren. Christus had voor de mens de diepste waarheden van wetenschap kunnen openen. Hij kon mysteries ontsluiten, die verschillende eeuwen gevergd hebben van inspanning en studie om ze te doorgronden. Hij kon voorstellen doen op wetenschappelijk vlak die voor het denkvermogen voedsel zou verschaft hebben tot het einde der tijden en aanwakkering tot uitvinding. Maar Hij deed dit niet. Hij zegde niets, dat de nieuwsgierigheid opwekte of de eerzucht aanwakkerde. Hij gaf niet toe aan de verleiding tot het vormen van abstrakte theorieën, maar in dat wat van primordiaal belang is voor de ontwikkeling van het karakter en in dat wat de bekwaamheid tot het kennen van God groter maakte, en wat zijn vermogen om goed te doen vermeerderde. In plaats van het volk ertoe te leiden van menselijke theorieën nopens God, nopens Zijn woord en Zijn werken te studeren, leerde Christus hen Hem te beschouwen als geopenbaard in Zijn werken, in Zijn woord en in Zijn Voorzieningen. Hij bracht hun geest in aanraking met de Oneindige. Hij ontvouwde princiepen, die de wortel van zelfzucht aantastten". Counsels to Parents ... students 32 - 33 - 34 - 35.
"De Eeuwige alleen zal de wijsheid van dit boek ontsluiten, want het is de wijsheid van een onbegrensde geest. Zullen wij dan een diepere honger kweken voor het produkt van menselijke auteurs en het woord van God veronachtzamen? Het is het verlangen naar dingen die nooit moesten begeerd geweest zijn dat de mens als surrogaat maakt voor ware kennis, wat hen nooit wijs kan maken tot redding. Laten de beweringen van mensen nooit als waarheid beschouwd worden, als zij in tegenstelling zijn met het woord van God. De Schepper van hemel en aarde, de bron van alle wijsheid is op de tweede plaats geschoven tot kennen. Maar vermeende grote schrijvers, wiens werken als tekstboeken gebruikt worden tot studie, worden aangenomen en verheerlijkt, ofschoon zij geen levendige verbinding hebben met God. Door zulke studie is de mens geleid op verboden paden. De geesten zijn afgemat geworden tot de dood door onnuttig werk in het pogen dat te verwerven, wat voor hen is, als de kennis door dewelke Adam en Eva ongehoorzaam waren door ze te verwerven. Heden ten dage verspillen mannen en vrouwen jaren in het verkrijgen van een opvoeding, die als hout en stro is, om verbrand te worden in de laatste grote brand. Aan zulk een opvoeding hecht God geen waarde. Counsels to Parents and 443 - 45.
Als gij het volk inlicht nopens de gezondheidshervorming, dan hebt gij de weg bereid voor hen om aandacht te schenken aan de waarheid van onze tijd voor de laatste dagen. Mijn begeleider zegt: "Voedt op, voedt op, voedt op". De geest moet verlicht worden, want het begrip is verduisterd, zoals Satan het graag heeft, want hij kan toegang vinden door verdorven eetlust, om de ziel te verlagen.
Een reden waarom er niet meer rechtzinnige godsvrucht en religieuse ijver is, komt hierdoor, omdat de geest bezig is met onbelangrijke dingen en er geen tijd is om te mediteren, de schriften te doorgronden, of te bidden. Als het geweten kon wakker geschud worden om de fouten te zien, die gemaakt worden in het bereiden van voedsel en de invloed hiervan op de morele neigingen van onze natuur, dan zouden er in iedere familie beslissende hervormingen doorgevoerd worden. Onmatigheid in begeerte kwam terecht op het verlies van Eden. Wij vinden over het algemeen, zelfs onder Zevende Dag Adventisten, deze geneigdheid; deze gewoonte, fijne, ongezonde bereidingen in het koken en ongezonde gewoonten in de klederdracht verzwakken fysische, mentale en morele geschiktheid, en maken het onmogelijk om bekoringen te overwinnen. Nu wat zullen wij doen? Dit onderwerp is een jammerlijk verwaarloosde zaak .... Counsels to Writers and Editors. 125. "In de hemel zelf was de wet ( van leven) verbroken. De zonde vond haar oorsprong in het zoeken van zichzelf. Lucifer, de bedekkende cherub, begeerde de eerste te zijn in de hemel. Hij zoclttoezicht te hebben over de hemelse wezens hen weg te trekken van hun Schepper, en hun eerbetuigingen te winnen voor zichzelf. Daarom plaatste hij God in een verkeerd daglicht door Hem de begeerte van zelfverheffing toe te . schrijven. Met zijn eigen slechte karakteristieken zocht hij de liefhebbende Schepper te bekleden. Aldus verleidde hij de engels, aldus verleidde hij de mens. Hij liet hen twijfelen aan het Woord Gods en liet hen Zijn goedheid wantrouwen. Omdat God een God is van gerechtigheid en schrikwekkende majesteit, liet Satan hen naar Hem zien als streng en niet vergevingsgezind. Aldus verleidde hij er de mens toe om zich in opstand tegen God met hem te verenigen, en de nacht van wee daalde neder op de aarde. De aarde was duister door het misopvatten van God. Opdat de duistere schaduwen mochten verlicht worden, opdat de wereld tot God mocht teruggebracht worden, moest Satans verleidende macht verbroken worden. Dat kon niet door geweld gebeuren. Het gebruik van geweld is in tegenspraak met de princiepen van het bestuur van God. Hij begeert alleen de dienst uit liefde. Liefde kan niet bevolen worden. Zij kan niet gewonnen worden door geweld noch door gezag. Alleen door liefde kan liefde opgewekt worden. Zijn karakter moet gemanifesteerd worden in tegenstelling met dat van de Satan. Dit werk kan alleen één wezen doen in gans het universum. Alleen Hij, die de diepten en de hoogten van de liefde Gods kent, kan deze kenbaar maken.
40.
Over de donkere nacht van de wereld moest de Zon van Gerechtigheid schijnen "met genezing onder zijn vleugelen". Mal. 4 : 2.
Het plan van verlossing was geen latere overweging, een plan opgemaakt na de val van Adam. Het was de openbaring van "die van de tijden der eeuwen verzwegen is geweest" Rom. 16 : 25. Het was een ontplooiing van de princiepen die van alle eeuwen de grondvest geweest zijn van Gods troon. Van den beginne keulen God en Christus de afvalligheid van Satan, en de val van de mens door de verleidende macht van de apostaat. God had niet bevolen dat zonde zou bestaan, maar Hij voorzag haar bestaan en maakte voorzorg om de verschrikkelijke noodtoestand tegen te gaan. Zo groot was Zijn liefde voor het mensdom, dat Hij overeenkwam Zijn eniggeboren Zoon te geven "opdat een iegelijk, die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwig leven hebbe". Joh. 3 : 16. Desire of Ages. 22.
"Het was niet zonder hindernis dat de Bevelhebber van de hemel de zielen van de mensen won voor Zijn koninkrijk. Van het ogenblik, dat Hij een klein kind was in Betlehem, was Hij voortdurend aangevallen door den kwade. Het beeld van God werd geopenbaard in Christus, en in de raad van Satan werd het beslist, dat Hij zou overwonnen worden. Geen menselijk wezen is op de wereld gekomen en is ontsnapt aan de macht van de verleider. De macht van de samenzwering van het kwaad werd op Zijn pad gebracht in oorlog tegen Hem, om als het mogelijk was Hem te overwinnen.
Satan was als getuige erbij als Christus gedoopt werd. Hij zag de glorie van de Vader Zijn Zoon overschaduwen. Hij hoorde de stem van Jehova, getuigend voor de Godheid van Jezus. Sedert de val van Adam was het mensenras altijd afgesneden van rechtstreekse verbindingen met God; de omgang tussen hemel en aarde was geschied door Christus; maar nu Jezus was gekomen "in gelijkheid des zondigen vleesches" Rom. 8 : 3. , sprak de Vader zelf. Hij had vroeger met de mens gemeenschap gehad DOOR Christus; nu hield Hij gemeenschap met de mensheid IN Christus. De satan had gehoopt, dat Gods afschuw voor het kwaad een eeuwige scheiding zou teweeg brengen tussen de hemel en de aarde. Maar nu werd het geopenbaard, dat de verbinding tussen God en de mens hersteld geworden was.
Satan zag, dat hij eerder moest veroveren dan overwonnen te worden. De uitslag van het konflikt had te veel gewicht, dat het zou toevertrouwd worden aan zijn met hem samenzwerende engels. Hij moest persoonlijk de strijd leiden. Al de energieën van afval waren gericht tegen de Zoon van God. Christus werd het middelpunt van ieder wapen van de hel.
Velen zien naar deze strijd tussen Christus en Satan als zonder speciaal belang voor hun eigen leven; en voor hen heeft het weinig belang. Maar in het domein van ieder menselijk hart wordt deze controversie herhaald. Niemand zal de rangen van het kwaad verlaten voor de dienst van God zonder de aanvallen van de Satan te ontmoeten. De lokmiddelen, die Christus weerstond, zijn deze, die wij zo moeilijk vinden om te weerstaan. Zij werden op Hem gelegd in zulk een grotere graad als Zijn karakter verhevener is dan het onze. Met het verschrikkelijk gewicht van de zonden van de wereld op Hem, weerstond Christus de proef op de eetlust, de proef op de liefde voor de wereld, en de proef op deze liefde voor vertoon, die leidt tot verwaandheid. Deze waren de verleidingen, die Adam en Eva overmeesterden en die ons zo gemakkelijk overwinnen. Satan had verwezen naar Adams zonde, als bewijs dat Gods wet onjuist was en dat hij niet kon gehoorzaamd worden. In onze menselijkheid moest Christus Adams fout aflossen. Maar als Adam door de verleider werd aangevallen, waren er geen gevolgen van de zonde op hem. Hij stond in de kracht van de volmaakte menselijke natuur, in het bezit van de volle kracht van geest en lichaam. Hij was omgeven met de heerlijkheden van Eden, en was in dagelijkse gemeenschap met hemelse wezens. Het was zo niet met Jezus als Hij de woestijn binnenging om Satan te ontmoeten. Gedurende vierduizend jaar was het ras in verval gegaan in fysische kracht in mentale macht en in morele waarde; en Christus nam op Hem de gebrekkigheden van het gedegenereerde mensdom. Alleen op deze wijze kon Hij de mens verlossen van de laagste diepten van zijn degradatie. Velen beweren, dat het onmogelijk was voor Christus van overwonnen te worden door de bekoring. Dan zou Hij niet in de positie geplaatst geweest zijn van Adam; Hij kon dan de overwinning niet behalen, waarin Adam gefaald had. Moesten wij in gelijk welk opzicht een groter op de proef stellend konflikt moeten ondergaan dan Christus, dan zou Hij niet bekwaam geweest zijn ons bijstand te verlenen. Maar onze Heiland nam de mensheid aan, met al zijn onderhevigheden. Hij nam de natuur van de mens aan, met de mogelijkheid van toegeving aan de verleiding. Wij moeten niets dragen wat Hij niet onderstaan heeft. Met Christus, als met het heilig paar in Eden, was eetlust de grond van de eerste grote bekoring. Juist waar de ondergang begon, moest het werk van onze verlossing beginnen. Als door het toegeven aan eetlust Adam viel, zo moest Christus door de overwinning op de eetlust zegevieren
Als Jezus de woestijn binnenging was hij omsloten door de heerlijkheid van de Vader. Opgeslorpt door de vereniging met God, werd Hij verheven boven menselijke zwakheid. Maar de glorie trok zich terug, en Hij werd achtergelaten om te strijden met de verleiding. Het woog op Hem ieder ogenblik. Zijn menselijke natuur trok zich terug voor het konflikt, dat Hem te wachten stond. Gedurende veertig dagen vastte Hij en bad Hij. Zwak en uitgeput door de honger, vermoeid en afgetobd met geestelijke angst, "alzoo verdorven was Zijn gelaat, meer dan van iemand, en zijne gedaante, meer dan van andere menschen kinderen". Nu was het gelegen moment voor Satan. Nu veronderstelde hij dat hij Christus zou kunnen overwinnen. Desire of Age s 116 - 118.
"Maar geloof is in geen enkel opzicht te vereenzelvigen met verwaandheid. Alleen deze die waar geloof
heeft is veilig tegen verwaandheid. Want aanmatiging is Satans namaaksel van het geloof. Geloof doet beroep op Gods beloften, en brengt vruchten voort in gehoorzaamheid. Verwaandheid doet ook beroep op de beloften, maar gebruikt ze zoals Satan deed, om overtreding te verontschuldigen. Geloof zou onze eerste ouders geleid hebben de liefde van God te vertrouwen en tot gehoorzaamheid aan zijn geboden. Verwaandheid leidde hen tot de overtreding van de wet, gelovende dat Zijn grote liefde hen zou beveiligen tegen de gevolgen van de zonde. Het is niet het geloof dat de gunst van de hemel oproept zonder zich te schikken naar voorwaarden, waardoor barmhartigheid kan toegekend worden. Waar geloof heeft zijn grondslag in de beloften en de bepalingen van de Schrift. 41.
Dikwijls als Satan mislukt is in het verwekken van wantrouwen, hij gaat verder door ons te verleiden tot verwaandheid. Als hij er ons toe kan brengen ons onnodig te leiden op de weg van verleiding, dan weet hij dat de overwinning voor hem is. God zal behouden al dezen, die wandelen op de weg van gehoorzaamheid; maar ervan afgaan betekent zich wagen op Satans grondgebied. Daar zijn wij zeker van te vallen. De Heer heeft ons gevraagd: 'Waakt en bidt opdat gij niet in verzoeking komt". Marcus 14 : 38. Meditatie en gebed zal ons houden van het ongevraagd snellen naar de weg van gevaar en aldus zullen wij beveiligd zijn tegen menige nederlaag. Toch zullen wij geen moed verliezen als wij door de bekoring aangevallen worden. Dikwijls als wij in een lastige toestand gebracht worden, twijfelen wij dat de Geest van God ons geleid heeft. Maar het was de leiding van de Geest, die Christus leidde naar de woestijn om bekoord te worden door de Satan. Als God ons in bezoeking brengt, heeft Hij een doel te verwezenlijken voor ons goed. Jezus maakte geen misbruik van Gods beloften door ongevraagd in bekoring te gaan, noch gaf zich niet over aan moedeloosheid als de bekoring kwam over Hem. Wij zullen dit ook niet doen. "God is getrouw, welke u niet zal laten verzocht worden boven hetgeen gij vermoogt, maar Hij zal met de verzoeking ook de uitkomst geven, opdat gij ze kunt verdragen". LCor 10:13. Offer Gode dank en betaal den Allerhoogste uwe geloften. En roep Mij aan in den dag der benauwdheden: Ik zal er u uithelpen en gij zult Mij eeren". Ps. 50 : 14 - 15.
Desire of Ages 126.
Education 24 - 25. Karaktervorming.
Idem 231.
"Christus waarschuwt Zijn volgelingen, "Maar wacht u van de valsche profeten, dewelke in schaapsklederen tot u komen maar van binnen zijn zij grijpende wolven". Hij spoort ons aan niet misleid te worden wanneer valse schaapsherders hun leerstellingen voorstellen. Deze mensen zeggen ons, dat de geboden van God weggevallen zijn bij de dood van Christus. Zullen wij hen geloven, deze mannen, die beweren geheiligd te zijn, terwijl zij weigeren God te gehoorzamen? Zij zeggen dat de Heer hen gezegd heeft dat zij de tien geboden niet moeten houden; maar heeft de Heer hen dat gezegd? Neen, God liegt niet.
Satan, die de vader van de leugen is, verleidde Adam op dezelfde manier, door hem te zeggen dat hij niet moet gehoorzamen aan God, dat hij niet zou sterven, als hij de wet overtreedt. Maar Adam viel en door zijn zonde opende hij een vloedgolf van weeën op de wereld. Opnieuw vertelde Satan aan Kain, dat hij niet tenvolle het bével van God moest volgen door het geslachte lam als offer op te dragen. Kain gehoorzaamde de stem van de verleider en omdat God zijn offer niet aanvaardde en zijn goedkeuring liet zien over het offer van Abel, ontstak Kain in toorn en sloeg zijn broeder dood.
Wij moeten weten voor ons zelf welke stem wij in acht nemen, of het de stem is van de ware en levende God of de stem van de grote afvallige
Als het type het antitype ontmoette in de dood van Christus, hield de offerdienst op. De ceremoniele wet was weggenomen. Maar bij de kruisiging werd de wet van de tien geboden bewezen. Het evangelie heeft de wet niet afgeschaft, noch afbreuk gedaan aan één titel van zijn eisen. Het vraagt steeds heiligheid op alle gebied. Het is de echo van Gods eigen stem, die aan iedere ziel de uitnodiging geeft: Kom hoger, wees heilig, steeds heiliger.
Wij als volk zijn gevallen in de tegenovergestelde dwaling. Wij bekennen de eisen van de wet, en onderwijzen het volk de plicht van er aan te gehoorzamen.
Wij geloven in het geven van de dingen, maar wij zien niet dat wij evengoed moeten onderhouden als geven. Wij zijn in gebreke doordat wij dit vertrouwen, dat geloof missen, dat de ziel blijvend in Christus behoudt. Wij doen op weinig beroep, als wij op veel moeten beroep doen, want er is geen beperking in de beloften van God.
Door een tekort aan geloof, hebben velen, die zoeken de geboden van God te onderhouden, weinig vrede en geluk; zij vertegenwoordigen niet op een juiste wijze deze heiligmaking, die moet tot stand komen door gehoorzaamheid aan de waarheid. Zij zijn niet geankerd in Christus. Velen voelen een tekort in hun bevindingen. Zij begeren iets, dat zij niet hebben, en zo worden sommigen ertoe gebracht in heiligheid vergaderingen bij te wonen, en zijn gevleid met de gevoelens van deze, die de wet breken van God. Het is onze plicht geloof te prediken, de liefde van Christus voor te stellen in verbinding met de eisen van de wet; want het ene kan niet juist begrepen worden zonder het andere. In iedere uiteenzetting moet uitgeweid worden over de liefde van God, zoals zij in Christus, de enige hoop voor de zondaar, naar voren gebracht is, totdat het volk iets van haar macht en haar kostbaarheid beseft. Als dit gedaan wordt zoals het moet zijn, dan zal er niet moeten gezegd worden van dit volk, dat zij de wet onderwijzen, maar niet geloven in berouw, geloof en bekering. Wij wensen, dat deze onderwerpen in elkander overgaan, zoals God zij in elkander heeft laten overgaan. Dan zal de waarheid naar voor gebracht worden in zijn volheid, niet als een loutere theorie, maar als een macht, die het karakter wil omvormen. Dan zal de waarheid gepredikt worden met het vertoon van de Geest en met macht. Dan zullen dezen, die de leerstellingen van de bijbel aanvaard hebben niet ongevoed zijn; zij zullen de levengevende invloed van de Heilige Geest voelen". Evangelisme 598.
"Valse theorieën, die altijd opnieuw herhaald worden, verschijnen als valselijk uitnodigend heden ten dage als het fruit deed van de verboden boom in de hof van Eden. Het fruit was zeer mooi en ogenschijnlijk begeerlijk als voedsel. Door valse theorieën zijn vele zielen nu reeds vernietigd". Evangelisme 610. Eerste Geschriften : 50 ; 144 ; 170 - 72 ; 258.
Grote Strijd 505 - 544 - 554 - 561 - 666.
Ged. van de berg der zaligspr. 51.
"Een van de grootste gevaren, die gepaard gaan met het zoeken naar kennis, de navorsingen van wetenschap, is de neiging van menselijke redeneringen te verheffen boven hun ware waarde en hun eigen sfeer. Velen pogen te oordelen over de Schepper en Zijn werken door hun eigen onvolmaakte kennis van wetenschap. Zij pogen de natuur te bepalen en de eigenschappen en rechten van God en geven toe aan beschouwende theorieën betreffende de Oneindige-Ene: Deze die zich in deze studie begeven treden op verboden grond. 42.
Hun opzoekingen zullen geen waardevolle resultaten bereiken en kunnen alleen gevolgd worden met gevaar voor de ziel. Onze eerste ouders werden geleid tot zonde door toe te geven aan een begeerte, die God voor hen weerhouden had. Door te zoeken om deze kennis te verwerven, verloren zij alles wat waard was te bezitten. Hadden Adam en Eva nooit de verboden boom aangeraakt, zou God hen kennis toebedeeld hebben - kennis waarop geen vloek van de zonde rustte, kennis, die hen eeuwig geluk zou verschaft hebben. Alles wat zij verwierven door te luisteren naar de verleider was een bekendheid met de zonde en haar gevolgen. Door hun ongehoorzaamheid was de mensheid vervreemd van God en de aarde werd van de hemel gescheiden. De les is voor ons. Het terrein waarop Satan onze eerste ouders leidde, is hetzelfde waarnaar hij de mensen heden te dage naar toe lokt. Hij overspoelt de wereld met aangename fabels. Door iedere list, die ter zijner beschikking is, verleidt hij de mens om bespiegelingen te houden in verband met God. Aldus belet hij hen van deze kennis te bekomen van God, die strekt tot heil.
The Ministry of Healing. 427 - 28.
Het bijbelonderricht van God is het enige veilige onderwijs, dat veilig is voor menselijke wezens om te volgen. Wij moeten ons geloof regelen door een tenvolle: "Aldus zegt de Heer". De kennis van Zichzelf, die God begeert, dat wij zouden winnen uit Zijn Woord zal, indien toegepast in het dagelijks leven, mannen en vrouwen sterk maken om te weerstaan het kwaad en hen geschikt maken om Hem te vertegenwoordigen. Wij moeten de eenvoud van de onderwijzingen van Christus studeren. Hij dringt aan op gebed en nederigheid. Deze zijn onze beveiligingen tegen de dwaal-redeneringen van Satan, door dewelke Satan zoekt ons te leiden om ons af te wenden op de zijweg naar andere goden, en om andere dwaalleringen te aanvaarden, door hem bekleed met klederen van licht.
Een mens die geestelijk blind is, is gemakkelijk geleid door dezen, die ieder gunstige gelegenheid gebruiken om theorieën naar voor te brengen en gissingen nopens God.
Deze die verleid geweest is door Satan deelt aan zijn medemens het nieuwe licht mede, dat hij denkt ontvangen te hebben, zoals Eva de verboden vrucht in de hand van Adam plaatste. Heidenen, die het Licht niet ontvangen hebben zijn in geen slechtere geestelijke conditie dan de mens, die de waarheid gekend heeft maar die dwaalleer aangenomen heeft.
Satan stelt eerst zijn theorieën voorzichtig voor, en als hij ziet dat zijn inspanningen sukses hebben, brengt hij steeds meer misleidende theorieën, zoekend mannen en vrouwen weg te leiden van de grondprinciepen, die God bepaald heeft, dat zij de beschermingen zouden zijn van Zijn volk.
Dat onze medische zendingsarbeiders geen theorieën aanvaarden, die God niet gegeven heeft. God zal de mens niet verontschuldigen wanneer hij theorieën verkondigt, die God niet gegeven heeft. Hij roept Zijn leger op zich aaneen te sluiten en hun standplaats in te nemen onder de banier van de waarheid. Hij waarschuwt hen, dat zij hun tijd niet zouden doorbrengen in het redetwisten over zaken, die God niet toegelaten heeft dat enig menselijk wezen over zou discussieren.
Laat ons ieder stuk van de Christelijke wapenrusting aandoen en stevig weerstand bieden aan de vijand. Wij zullen de gevallen engelen het hoofd moeten bieden en tevens de prins van de machten van de duisternis. Satan is in geen geval aan het slapen; hij is overal wakend, en hij is het spel van het leven aan het spelen voor de zielen van het volk van God. Hij zal tot hen komen met vleierijen van alle soort, in de hoop van hen te leiden tot het afdwalen van hun band van trouw. Hij begeert hun aandacht af te trekken van de ware uitkomst en te wenden op de valse theorieën.
Bedienaars en geneesheren, luidt alarm. Roept het volk van God op tot trouw en tot geloof. Weest op uw hoede. Denkt eraan, dat, als gij met God medewerkt, gij de engels hebt als helpers, die uitmunten in kracht. Aanvaardt de theorieën niet voorgesteld door dezen, die niet staan op de ware grondvest, deze, die zich laten betoveren met dat, waarvan zij de ware betekenis niet snappen. Wordt wakker broeders, wordt wakker en verlaat het gevaarlijk signaal. Laat de waarschuwing gehoord worden. Dat niemand u overtuige theorieën te aanvaarden die in tegenstelling zijn met de waarheden van Gods Woord. De dienaren van God hebben een plechtige boodschap te brengen aan deze gevallen door de zonde vervloekte wereld. Zij moeten de banier hoog houden, waarop geschreven staat: "De geboden van God en het geloof van Jezus",
Dat niemand toegelaten worde dingen te onderwijzen, die de Verlosser, Hij die het lichaam, de ziel en de geest van de mens bezit, niet onderwezen heeft. Wij behoeven geen valse theorieën in verband met de persoon van God. Wat God begeert is dat wij over Hem weten is geopenbaard in Zijn Woord en in Zijn werken. De mooie dingen van de natuur openbaren Zijn karakter en zijn macht als Schepper. Zij zijn gaven aan het mensenras, namelijk van Zijn macht te tonen en te tonen dat Hij de God van liefde is. Maar niemand wordt toegelaten te zeggen, dat God zelf in persoon aanwezig is in een bloem of in een blad van een boom. Deze dingen zijn Gods handwerk, waardoor Hij Zijn liefde voor het mensdom kenbaar maakt. Maar de dingen van God te beschouwen en ze voor te stellen alsof zij God waren is een vreselijk in een verkeerd daglicht brengen van Hem. Deze voorstelling moest ik tegemoet treden in het begin van mijn werk, als de Heer mij in mijn jeugd opdroeg vooruit te gaan en te verkondigen, wat Hij mij bevolen had te verkondigen. En als de Heer mij zal leiden, moet ik nu doen wat in mijn macht is om al zulke onderwijzingen tegen te gaan, en ook al de theorieën, die leiden tot zulke richtingen. Deze, die deze theorieën aankleven, weten niet waarheen hun voeten hun voeren. Wat wij van node hebben is een proefondervindelijke kennis van God zoals Hij geopenbaard is in Zijn woord. Zulk een kennis zal ons in staat stellen onze onvolmaaktheid van karakter te zien en onze onkunde in verband met onze Heer en Heiland Jezus Christus. . Menselijke talenten en menselijke gissingen hebben gepoogd door opzoeking God op te sporen. Velen zijn op dit pad gekomen. Het hoogste intellekt mag zichzelf inspannen totdat het uitgeput is in het bespiegelen over God, maar de inspanning zal vruchteloos zijn en het feit zal onveranderd blijven, dat de mens door onderzoek God niet kan vinden. Dit probleem werd ons niet opgedragen om op te lossen. Al wat de mens nodig heeft te weten en kan weten van God is geopenbaard geweest, in het leven en het karakter van Zijn Zoon, de grote Leeraar. 43.
Als wij meer en meer leren wat de mens is, wat wijzelf zijn in het oogpunt van God, zullen wij vrezen en beven voor Hem.
Ik roep dezen op, die zich gewijd hebben aan de dienst van God van zich te plaatsen aan de zijde van Christus. Er zijn gevaren zowel rechts als links. Ons grootste gevaar zal komen van mensen die hun ziel gegeven hebben aan de ijdelheid die de woorden van waarschuwing niet in acht genomen hebben noch de beproevingen die over hen gezonden werden door God. Als zulke mensen hun eigen wil en weg kiezen, plaatst de verleider,gekleed in engelenklederen zich dicht bij hen gereed om zijn invloed te mengen met de hunne. Hij opent voor hen verleidingen van het meest aantrekkelijk karakter, dat zij voorleggen aan het volk van God. Sommigen van hen, die luisteren naar hen zullen misleid worden en zullen werken op gevaarlijk terrein. De Heer roept. Zullen mannen en vrouwen Zijn stem horen? Hij geeft de waarschuwing. Zullen zij er naar luisteren? Zullen zij aandacht schenken aan de laatste boodschap van barmhartigheid aan de gevallen wereld? Zullen zij het juk van Christus aannemen, van Hem Zijn zachtheid en nederigheid van hart leren? Brief 240. 1903. Uw kennis van God en van Zijn eigenschappen is verzwakt sedert gij begonnen zijt te theoretiseren in verband met Zijn natuur en Zijn rechten.
De kerk is nu gewikkeld in een strijd, die zal groeien in intensiteit op het punt, waarop gij zijt misleid. Geen enkele pilaar van ons geloof mag verplaatst worden. Geen enkele lijn van geopenbaarde waarheid moet vervangen worden door nieuwe en ingebeelde theorieën.
De waarheid is in klare lijnen gegeven geweest. Onder de leiding van God, zijn boeken voorbereid geweest, die klaar de waarheden voor onze tijd opgeven. Als gij deze dingen, die klaarblijkelijk zijn niet gelooft, zult gij ook niet geloven als er iemand moest uit de doden opstaan.
Gij moet een grondig werk verrichten van berouw. Verschijn voor God in nederigheid en berouw. Er moet harmonieus werk verricht worden met Gods volk. Wij moeten weten wie de weg volgt van het licht. "Als de Heer God is, volg Hem: maar als het Baal is, volg dan hem".
Dat wij niet verleid worden tot geloven dat God een wezen is die de natuur doordringt. Zulk een idee is een schoonschijnend bedrog. Laat allen op hun hoede zijn tegen zulke veronderstellingen. Zulke subtiele theorieën gekleed in schone klederen bereiden de weg voor grotere dwalingen, die, als zij aangenomen worden, zelfs gewetensvolle gelovigen in de waarheid, zullen leiden ver weg van de standvastigheid, naar valse leerstellingen.
Van tijd tot tijd moeten wij verenigd de redenen van ons geloof onderzoeken. Het is van essentieeel belang, dat wij de waarheden van Gods Woord zorgzaam onderzoeken; want wij lezen, dat er sommigen "zullen afvallen van het geloof, zich begevende tot verleidende geesten en leeringen der duivelen". ( demonen) . Wij zijn in groot gevaar, als wij iedere waarheid licht opvatten; want dan is de geest geopend voor dwaling. Wij moeten acht nemen op wat en hoe wij het horen. Wij moeten niet zoeken de argumenten te verstaan, die mensen opgeven om hun eigen theorieën te schragen, als het klaarblijkelijk te onderscheiden is, dat deze theorieën niet in harmonie zijn met de Schriften. Sommige, die denken wetenschappelijke kennis te bezitten, geven bij het interpreteren verkeerde ideeën zowel op wetenschappelijk gebied als op het gebied van de bijbel. Dat de bijbel beslisse over iedere kwestie, die belangrijk is voor het heil van de mens. Wij worden niet geroepen om in twist te komen met deze, die valse theorieën vasthouden. Twisten is niet nuttig. Christus deed dit nooit. "Er staat geschreven" is het wapen gebruikt door de Verlosser van de wereld .... Laat ons dicht blijven bij het Woord. Laat het ons toelaten dat Jezus en Zijn boodschappers getuigen. Wij weten dat hun getuigenis juist is.
Christus is boven al de werken van Zijn Schepping. In de kolom van vuur leidde Hij de kinderen van Israël Zijn ogen zien het verleden, het heden en de toekomst. Hij moet erkend en geëerd worden door allen die God lief hebben. Zijn Geboden moeten geëerd en geliefd worden en gehoorzaamd. Zij moeten de toezichthoudende macht zijn in het leven van Zijn volk. De verleider komt met de veronderstelling, dat Christus Zijn zetel van eer en macht verplaatst heeft in een onbekende plaats, en dat de mens niet langer moet last aangedaan worden om Zijn karakter te verheerlijken en Zijn wet te gehoorzamen. Menselijke wezens moeten een wet voor zichzelf zijn, verklaart hij. Deze wijsgerigheden brengen ons in afbreuk en hebben niets te maken met God. Terughoudendheid en morele kontrole worden in de menselijke familie teniet gedaan. Beperking op ondeugden worden meer en meer verzwakt. De wereld bemint en vreest God niet. En deze, die God niet beminnen en vrezen, verliezen vlug alle zin voor verplichting tegenover anderen. Zij zijn zonder God en zonder hoop in de wereld.
Van Christus straalt alle waarheid uit. Afgezonderd van Christus, is de wetenschap misleidend en de filosofie een dwaasheid. Dezen, die gescheiden zijn van de Heiland zullen theorieën naar voor brengen, die hun oorsprong vinden bij de sluwe vijand. Christus leven tekent zich af als het kontrast met alle valse wetenschap, alle dwaaltheorieën, alle misleidende methoden.
Huichelaars zullen opkomen met theorieën, die geen grond hebben in het woord. Wij moeten de banier met het opschrift "de geboden van God en het geloof van Jezus" hemelwaarts houden. Wij moeten de aanvang van ons vertrouwen vastberaden houden tot het einde. Laat geen mens pogen de waarheid te verwate en door te vermengen met wijsgerigheden. Dat niemand poge de grondslagen van ons geloof te verlagen, of het patroon te beschadigen door draden van menselijke overleggingen te weven in de geweven draden. Geen enkele draad van pantheisme moet getrokken worden in het web. Zinheli jkheid, verderfelijk voor ziel en lichaam, is altijd het resultaat van het brengen van deze draden in het weefsel. Ik ben gewaarschuwd geworden, ( 1890) dat in het vervolg wij een bestendige twist zullen hebben. De zogenaamde wetenschap en de godsdienst zullen in tegenstelling geplaatst worden de een tegen de andere, omdat eindige mensen de macht en de grootheid van God niet kunnen verstaan. Deze woorden van de Heilige Schrift zijn mij voorgelegd geweest, "en uit uzelven zullen mannen opstaan, sprekende verkeerde dingen, om de discipelen af te trekken achter zich". Hand. 20 : 30.
Dit zal zekerlijk waar zijn onder het volk van God en er zullen er zijn, die niet in staat zijn de wondervolste en belangrijke waarheden voor deze tijd, te onderscheiden, waarheden, die essentieel zijn voor hun eigen veiligheid en redding, terwijl over zaken, die in vergelijking, als maar atomen zijn zaken,
44.
Als wij meer en meer leren wat de mens is, wat wijzelf zijn in het oogpunt van God, zullen wij vrezen en beven voor Hem.
Ik roep dezen op, die zich gewijd hebben aan de dienst van God van zich te plaatsen aan de zijde van Christus. Er zijn gevaren zowel rechts als links. Ons grootste gevaar zal komen van mensen die hun ziel gegeven hebben aan de ijdelheid die de woorden van waarschuwing niet in acht genomen hebben noch de beproevingen die over hen gezonden werden door God. Als zulke mensen hun eigen wil en weg kiezen, plaatst de verleider, gekleed in engelenklederen zich dicht bij hen gereed om zijn invloed te mengen met de hunne. Hij opent voor hen verleidingen van het meest aantrekkelijk karakter, dat zij voorleggen aan het volk van God. Sommigen van hen, die luisteren naar hen zullen misleid worden en zullen werken op gevaarlijk terrein. De Heer roept. Zullen mannen en vrouwen Zijn stem horen? Hij geeft de waarschuwing. Zullen zij er naar luisteren? Zullen zij aandacht schenken aan de laatste boodschap van barmhartigheid aan de gevallen wereld? Zullen zij het juk van Christus aannemen, van Hem Zijn zachtheid en nederigheid van hart leren? Brief 240. 1903. Uw kennis van God en van Zijn eigenschappen is verzwakt sedert gij begonnen zijt te theoretiseren in verband met Zijn natuur en Zijn rechten.
De kerk is nu gewikkeld in een strijd, die zal groeien in intensiteit op het punt, waarop gij zijt misleid. Geen enkele pilaar van ons geloof mag verplaatst worden. Geen enkele lijn van geopenbaarde waarheid moet vervangen worden door nieuwe en ingebeelde theorieën.
De waarheid is in klare lijnen gegeven geweest. Onder de leiding van God, zijn boeken voorbereid geweest, die klaar de waarheden voor onze tijd opgeven. Als gij deze dingen, die klaarblijkelijk zijn niet gelooft, zult gij ook niet geloven als er iemand moest uit de doden opstaan.
Gij moet een grondig werk verrichten van berouw. Verschijn voor God in nederigheid en berouw. Er moet harmonieus werk verricht worden met Gods volk. Wij moeten weten wie de weg volgt van het licht. "Als de Heer God is, volg Hem: maar als het Baal is, volg dan hem".
Dat wij niet verleid worden tot geloven dat God een wezen is die de natuur doordringt. Zulk een idee is een schoonschijnend bedrog. Laat allen op hun hoede zijn tegen zulke veronderstellingen. Zulke subtiele theorieën gekleed in schone klederen bereiden de weg voor grotere dwalingen, die, als zij aangenomen worden, zelfs gewetensvolle gelovigen in de waarheid, zullen leiden ver weg van de standvastigheid, naar valse leerstellingen.
Van tijd tot tijd moeten wij verenigd de redenen van ons geloof onderzoeken. Het is van essentieeel belang, dat wij de waarheden van Gods Woord zorgzaam onderzoeken; want wij lezen, dat er sommigen "zullen afvallen van het geloof, zich begevende tot verleidende geesten en leeringen der duivelen". ( demonen) . Wij zijn in groot gevaar, als wij iedere waarheid licht opvatten; want dan is de geest geopend voor dwaling. Wij moeten acht nemen op wat en hoe wij het horen. Wij moeten niet zoeken de argumenten te verstaan, die mensen opgeven om hun eigen theorieën te schragen, als het klaarblijkelijk te onderscheiden is, dat deze theorieën niet in harmonie zijn met de Schriften. Sommige, die denken wetenschappelijke kennis te bezitten, geven bij het interpreteren verkeerde ideeën zowel op wetenschappelijk gebied als op het gebied van de bijbel. Dat de bijbel beslisse over iedere kwestie, die belangrijk is voor het heil van de mens. Wij worden niet geroepen om in twist te komen met deze, die valse theorieën vasthouden. Twisten is niet nuttig. Christus deed dit nooit. "Er staat geschreven" is het wapen gebruikt door de Verlosser van de wereld .... Laat ons dicht blijven bij het Woord. Laat het ons toelaten dat Jezus en Zijn boodschappers getuigen. Wij weten dat hun getuigenis juist is.
Christus is boven al de werken van Zijn Schepping. In de kolom van vuur leidde Hij de kinderen van Israël Zijn ogen zien het verleden, het heden en de toekomst. Hij moet erkend en geëerd worden door allen die God lief hebben. Zijn Geboden moeten geëerd en geliefd worden en gehoorzaamd. Zij moeten de toezichthoudende macht zijn in het leven van Zijn volk. De verleider komt met de veronderstelling, dat Christus Zijn zetel van eer en macht verplaatst heeft in een onbekende plaats, en dat de mens niet langer moet last aangedaan worden om Zijn karakter te verheerlijken en Zijn wet te gehoorzamen. Menselijke wezens moeten een wet voor zichzelf zijn, verklaart hij. Deze wijsgerigheden brengen ons in afbreuk en hebben niets te maken met God. Terughoudendheid en morele kontrole worden in de menselijke familie teniet gedaan. Beperking op ondeugden worden meer en meer verzwakt. De wereld bemint en vreest God niet. En deze, die God niet beminnen en vrezen, verliezen vlug alle zin voor verplichting tegenover anderen. Zij zijn zonder God en zonder hoop in de wereld.
Van Christus straalt alle waarheid uit. Afgezonderd van Christus, is de wetenschap misleidend en de filosofie een dwaasheid. Dezen, die gescheiden zijn van de Heiland zullen theorieën naar voor brengen, die hun oorsprong vinden bij de sluwe vijand. Christus leven tekent zich af als het kontrast met alle valse wetenschap, alle dwaaltheorieën, alle misleidende methoden.
Huichelaars zullen opkomen met theorieën, die geen grond hebben in het woord. Wij moeten de banier met het opschrift "de geboden van God en het geloof van Jezus" hemelwaarts houden. Wij moeten de aanvang van ons vertrouwen vastberaden houden tot het einde. Laat geen mens pogen de waarheid te verwa- . te -en door te vermengen met wijsgerigheden. Dat niemand poge de grondslagen van ons geloof te verlagen, of het patroon te beschadigen door draden van menselijke overleggingen te weven in de geweven draden. Geen enkele draad van pantheisme moet getrokken worden in het web. Zinneli jkheid, verderfelijk voor ziel en lichaam, is altijd het resultaat van het brengen van deze draden in het weefsel. Ik ben gewaarschuwd geworden, ( 1890) dat in het vervolg wij een bestendige twist zullen hebben. De zogenaamde wetenschap en de godsdienst zullen in tegenstelling geplaatst worden de een tegen de andere, omdat eindige mensen de macht en de grootheid van God niet kunnen verstaan. Deze woorden van de Heilige Schrift zijn mij voorgelegd geweest, "en uit uzelven zullen mannen opstaan, sprekende verkeerde dingen, om de discipelen af te trekken achter zich". Hand. 20 : 30.
Dit zal zekerlijk waar zijn onder het volk van God en er zullen er zijn, die niet in staat zijn de wondervolste en belangrijke waarheden voor deze tijd, te onderscheiden, waarheden, die essentieel zijn voor hun eigen veiligheid en redding, terwijl over zaken, die in vergelijking, als maar atomen zijn zaken,
44.
waar er schaars een grijntje van waarheid inzit, wordt over uitgeweid en worden geloofd door de macht van de Satan, zodat zij van het hoogste belang schijnen.
De morele waarneming van deze mensen is ziek; zij voelen de nood niet aan hemelse zalving, opdat zij spirituele dingen mogen kunnen onderscheiden. Zij denken van zich zelf, dat ze te wijs zijn om te dwalen. Mensen, die geen dagelijkse ondervinding hebben in de dingen van God, zullen niet wijs optreden in het behandelen van gewijde verantwoordelijkheden; zij zullen licht voor dwaling nemen en specifieke dwaling zullen zij uitgeven voor licht, zullen fantomen nemen voor realiteiten en realiteiten voor fantomen, een wereld een atoom noemend en een atoom een wereld. Zij zullen in bedrog en misleiding vallen, die Satan be
reid heeft als geheime netten om er de voet in te vernestelen van dezen, die denken, dat zij kunnen wandelen in hun eigen menselijke wijsheid zonder de speciale genade van Christus. Jezus wenst mannen te zien, niet als wandelende bomen maar dat alle dingen klaar zouden wezen. Er is slechts een remedie voor de zondige ziel, en tenzij het ontvangen wordt zal de mens het ene bedrog na het andere ontvangen, totdat zijn zinnen verdorven zijn ,
Moraliteit kan niet gescheiden worden van religie. De conservatieve traditie ontvangen van opgevoede mannen en uit de geschriften van grote mannen van het verleden zijn niet allen een veilige gids voor ons in deze laatste dagen; want de grote strijd, die voor ons ligt, is zoals de wereld nog nooit gezien heeft. De broeders, die geen deel genomen hebben in dit werk in het verleden moeten veel voorzichtiger te werk gaan in verband met dat wat zij aanvaarden en met wat zij weigeren; zij moeten dieper doordrin gen dan tot wat hun beperkte spirituele kennis en hun huidige gewoonten en opinies hen zou dringen te doen. Dit alles heeft hervorming nodig.
Niemand van ons is veilig, zelfs niet wanneer wij bevindingen hebben in het werk in het verleden, en wij zijn zeker niet veilig als wij die ervaringen niet gehad hebben, tenzij wij leven als ziende Hem, Die onzichtbaar is.
Dagelijks, voortdurend moeten wij gedreven worden door de princiepen van de bijbel-gerechtigheid, barmhartigheid en liefde van God. Hij, die morele en intellectuele macht wil hebben moet putten uit de goddelijke bron. Bij ieder punt en beslissing vragen: "Is dit de weg van de Heer ? Met uw bijbels open voor u, raadpleeg geheiligde redenen en een goed geweten. Uw hart moet bewogen worden, uw ziel geraakt, uw redenering en intellekt wakker geschud, door de Geest van God; de heilige princiepen neergelegd in Zijn woord zullen licht doen schijnen in de ziel. Ik zeg u mijn broeders, uw ware bron van wijsheid en deugd en macht is in het kruis van Kalvarie. Christus is de auteur en de afwerker van ons geloof. Hij zegt: "Zonder Mij kunt gij niets". Jezus is de enige zekere waarborg voor intellektu
eel sukses en vooruitgang.
Ik bid, dat ons volk niet zou vallen als slachtoffers van de listen, die Satan gelegd heeft om onbehoedzame zielen te vangen. Maar zelfs nu zijn velen in de war gebracht. Allen moeten onafhankelijke bijbelstudenten zijn. Ik schrijf woorden van waarschuwing, dat geen enkele moet verleid worden door de vijand om anderen op kronkelpaden te brengen.
Ik heb een zware last gedragen wegens het publiceren van . Ik denk dat de Heer deze zaak toegelaten heeft zich te ontwikkelen om ons volk wakker te schudden om te begrijpen en naar waarde te schatten de fundamentele waarheden, die wij als volk, uit het Woord van God ontvangen hebben. Wij moeten weten dat wij "geen kunstiglijk verdichte fabelen nagevolgd zijn". Onze vader vraagt ons de vorige dagen in de geest te roepen, waarna wij, als wij verlicht geweest waren, een groot gevecht van bezoeking ondergaan hebben. Ik heb zeer kostbare verzekeringen ontvangen, dat onze vroege bevindingen van God waren. Ik wens, dat elkeen van ons volk mocht weten, zoals ik het weet, welke vaste en zekere weg het is waarin
de Heer ons geleid heeft in de voorbije tijd....
Het veroorzaakt mij een grote droefheid in het hart te zien, dat er onder onze arbeiders zijn, die niet realiseren hoe gevaarlijk de aard is van sommige leerstellingen, die sommigen onderhouden in verband met God. Ik weet hoe gevaarlijk deze gevoelens zijn. Want ik was zeventien jaar oud, als ik getuigenis
moest afleggen tegen hen voor ruime gezelschappen
Nu worden valse interpretaties gegeven nopens de waarheden van het Woord, opdat misleide geesten mogen voldaan worden. Dwalingen worden verzonnen om als waarheden te schijnen. Ik werd voorgelicht, dat ik besliste getuigenis moest afleggen tegen misleidende theorieën. Mij is een boodschap opgedragen in tegenstelling met de ketterijen en wijsgerigheden, die door Satan verkondigd zijn. Het leven en de onderwijzingen van onze Heer geeft geen ruimte voor kunstiglijk verdichte fabelen. Het verlies van het eeuwig leven is de prijs, die betaald moet worden, wanneer voortgegaan wordt met het eren van bijgeloven en onwaarheden boven het woord van God, waardoor Zijn onderwijzingen krachteloos gemaakt wor
den.
Het karakter en de macht van God zijn geopenbaard door de werken van Zijn handen. In de natuur kunnerr wij klaarblijkelijk de liefde en de goedheid van God ontdekken. Deze tekens worden gegeven om onze aandacht te schenken aan de natuur naar de God van de natuur, opdat Zijn "eeuwige macht en Godheid"
mocht verstaan worde. Medical Ministry 93 - 103.
"De waarde, die God hecht aan het werk van Zijn handen, de liefde, die Hij heeft voor Zijn kinderen, wordt duidelijk door de gaven die hij bracht voor de verlossing van de mens. Adam viel onder de heerschappij van de Satan. Hij bracht zonde in de wereld en dood door de zonde. God gaf zijn enig geboren Zoon om de mens te redden. Dit deed Hij opdat Hij rechtvaardig moge wezen en de rechtvaardigmaker van al wie Christus aanvaardt. De mens verkocht zichzelf aan Satan, maar Jezus kocht het ras opnieuw . . Gij behoort uzelf niet toe. Jezus heeft u gekocht met Zijn bloed. Verberg uw talenten niet onder de aarde. Gebruik ze voor Hem. In welke zaken gij u ook moogt verbinden, breng Jezus erbij. Als gij denkt dat gij uw liefde voor Jezus verliest, geef uw zaken op en zeg: " Hier ben ik, Heiland, wat wilt Gij mij te doen geven?" Hij wil u genadiglijk ontvangen en u vrij lief hebben.
45.
Hij wil U overvloedig vergeven, want Hij is genadevol en geduldig, niet willende dat een enkele zou verloren gaan
Wij en alles wat wij hebben behoort God toe. Wij zullen het niet beschouwen als een offer om Hem genegenheid van ons hart te geven. Het hart zelf zal hem gegeven worden als een vrijwillige offerande. Messages to Young People : 69 - 70.
Patriarchen en Profeten 38 - 48; 79; 361, 377; 484 - 85; 742 - 43; 742.
Schreden naar Christus 33 - 34.
"Op het einde van deze vergaderingen was ik zeer ziek. Remedies werden gegeven maar ik kreeg geen beternis. Dan vroeg ik de broeders en de zusters om voor mij te bidden. Zij stemden in met mijn vraag en ik vond beternis en werd onmiddellijk in visioen opgenomen.
Ik zag dat Jezus niet kwam om de wet van Zijn Vader af te schaffen. De tien geboden moeten voor eeuwig vast staan. Adam en Eva verbraken Gods wet en vielen en de familie van Adam moest vergaan. God kon Zijn wet niet veranderen noch afschaffen om de verloren mens te redden, die door de overtreding zo laag gevallen was dat God geen enkele inspanning kon aanvaarden, die de mens zou ondernemen om deze heilige en rechtvaardige en goede wet te houden. Jezus zag de ontaarding van de mens en had medelijden met zijn hopeloze toestand. Gans de hemel wist dat God Zijn wet niet kon veranderen of afschaffen om de mens te redden. Jezus had medelijden met het gevallen ras en offerde Zich om de wraak van God die de mens moest ondergaan op zichzelf te nemen en te lijden in zijn plaats.
De engel zegde: "Kwam Jezus om de wet zonder kracht te maken en ze door Zijn dood af te schaffen? Neen, neen. Als Gods wet moeten kunnen veranderd worden als hij had kunnen afgeschaft worden, dan zou God Zijn Zoon niet gegeven hebben om op een vreselijke wijze te sterven en een schandelijke dood te ondergaan" Maar het feit dat Jezus zijn leven gegeven heeft voor de mens maakt een bewijsvoering uit dat de wet van God onveranderlijk is. Jezus gaf Zijn leven om de verloren mens te verlossen van de vloek of de straf , die hij verdiende door overtreding. Door zichzelf te vernederen verhoogde Hij de mens. Hij was de steen om op te stappen om de mens te verheffen, omdat Hij moge beslag leggen op de kracht van Zijn bloed, Gods wet houden en terug moge gebracht worden tot het eten van de vrucht van de boom des levens, waartoe Adam alle recht verloren had. De engel zegde: "De arme dwaze mens weet niet wat hij doet. Hij heeft zijn zwakke arm geheven tegen de Almachtige. Zij hebben Gods wet getart. De wet van God is de gouden ketting, om de eindige mens met de oneindige God te verbinden. Het verbindt de aarde met de hemel en de mens met God". De overtreder zal de Wetgever ontmoeten aangaande Zijn verbroken wet. De wraak van God heeft lang gesluimerd, maar spoedig, met vreselijke gerechtigheid en verpletterend gewicht zal zijn wraak vallen op de overtreder. En deze arm, die opgeheven geweest is in opstand tegen Gods wet, en de gouden koord wilde breken, die de aarde met de hemel verbindt en de mens met God, zal verschrompelen, terwijl de overtreder overeind staat.
Deze tong, die pochend en vol trots zal gesproken hebben tegen Gods wet, en die het vierde gebod nietig gemaakt hebben, zal smelten in hun mond, terwijl hij nog op zijn voeten staat. Vreselijk zal het lot zijn van dezen, die de wet van God overtreden, en die anderen in hetzelfde hemeltergend pad leiden van opstand. Men wees mij dan op de vleiende dingen onderwezen door sommigen van hen die Gods wet overtraden. Mij werd een schitterend licht getoond, door God gegeven om allen te leiden, die wilden wandelen op de weg van heil, en ook om als waarschuwing te dienen voor de zondaars om de wraak van God te ontvluchten en toe te geven in gehoorzaamheid aan Zijn eisen. Als dit licht bleef, was er hoop. Maar er was een periode, dat dit licht zou ophouden. Wanneer hij die heilig is, heilig zal blijven en als hij die vuil is vuil zal zijn voor altijd. Als Jezus zal opstaan als Zijn werk zal geeindigd zijn in het Heilige der Heiligen, dan zal er geen ander straal van licht toebedeeld worden aan de zondaar.
Maar Satan vleit sommigen, door zijn uitgelezen dienaars, zoals hij Eva vleide in Eden. Gij zult voorzeker niet sterven en zegde hen er zal een tijd van bekering zijn, een proeftijd, gedurende dewelke de besmetten kunnen gereinigd worden. De medewerkers van Satan plaatsen dit licht in de komende tijden, en onderwijzen de proeftijd als komende na de komst van Christus, wat de zondaar misleidt en wat de professor met een koud hart leidt tot vleselijke veiligheid. Hij is zonder zorg en onverschillig en wandelt struikelend over de uren van Zijn beproeving. Het licht is gemaakt om te reiken ver in het verschiet, waar alles totale duisternis is. MICHAEL stond op. Inplaats van barmhartigheid, voelt de misleide zondaar wraak onvermengd met barmhartigheid. En zij worden te laat wakker op deze fatale ontgoocheling. Dit plan was bestudeerd door Satan en wordt uitgedragen door bedienaars, die de waarheid verdraaien in leugen. 2 Spiritual Gifts 274 - 76.
Engels van God bezochten Adam en Eva, en vertelden hen over de val van Satan, en waarschuwden hen op hun hoede te zijn. Zij raadden hen aan zich niet van elkander te scheiden in hun bezigheden, want zij hadden kunnen in kontakt gebracht worden met de gevallen vijand. Als een van hun alleen was, zouden zij in groter gevaar zijn dan als beiden tesamen waren. De engels drukten erop, van nauwgezet de instrukties te volgen, die God hen gegeven had, want in volmaakte gehoorzaamheid waren zij veilig en dan kon de gevallen vijand geen macht hebben over hen om hen te verleiden. God zou Satan niet toelaten het heilige paar te volgen met voortdurende bekoringen. Hij kon alleen toegang hebben tot hen aan de boom van kennis van goed en kwaad.
Eva trok zich terug van de zijde van haar echtgenoot en staarde met vermengde nieuwsgierigheid en bewondering naar de vrucht van de verboden boom. Satan, in de vorm van een slang, onderhield zich met Eva. De slang had geen macht tot spreken, maar Satan gebruikte haar als een medium. Het was Satan die sprak, niet de slang. Deze slang was een zeer schoon schepsel met vleugels; en vliegend door de lucht was zijn gedaante schitterend gelijkend op de kleur van brandend goud. Zij liep niet op de grond, maar ging van plaats tot plaats door de lucht, en at fruit gelijk de mens.
46.
Eva's nieuwsgierigheid was gewekt. In plaats van weg te vluchten van deze plaats, luisterde zij naar de slang die kon spreken. Deze bevreemdende stem had haar moeten naar de zijde van haar echtgenoot drijven om van hem te weten welk een andere zich zo vrij tot haar wendde. Maar zij ging in twistgesprek met de slang. En zij zegde tot de vrouw: "Is het ook dat God gezegd heeft: Gijlieden zult niet eten van allen boom dezes hofs?" Hij begint zijn twistgesprek in de vorm van een vraag. Eva antwoordt: "Van de vrucht der boomen dezes hofs zullen wij eten, maar van de vrucht des booms, die in het midden des hofs is, heeft God gezegd: Gij zult daarvan niet eten, noch die aanroeren, opdat gij niet sterft". De slang antwoordt: "Gijlieden zult den dood niet sterven; maar God weet, dat tendage als gij daarvan eet, zoo zullen uwe oogen geopend worden en gij zult als God wezen, kennende het goed en het kwaad".
Adam werd uit deze mooie hof gedreven om de aarde te bewerken waaruit hij genomen was. En God bewaakte de boom van leven met glinsterende zwaarden, die langs alle zijden draaiden, opdat de mens niet zou eten ervan en zijn leven van zonde vereeuwigen.
In nederigheid en onuitsprekelijke droefheid verlieten Adam en Eva de aangename hof, waar zij zo gelukkig geweest waren, totdat zij het gebod van God ongehoorzaam geworden waren. De atmosfeer was veranderd en zij was niet langer onveranderlijk als vóór de val. God bekleedde hen met bedekkingen van huiden om hen te beschermen tegen het gevoel van huivering en dan tegen de warmte waaraan zij blootgesteld waren. Gans de hemel mordde tegen het feit van de ongehoorzaamheid en de val van Adam en Eva, die de wraak van God op gans het mensenras bracht. Zij werden afgesneden van gemeenschap met God, en werden gedompeld in hopeloze ellende. De wet van God kon niet veranderd worden om te voorzien in de noodzaak van de mens, want in Gods voorzienigheid kon hij nimmer zijn kracht verliezen, of kon een klein deel van zijn eisen opgegeven worden.
De Zoon van God had medelijden met de gevallen mens. Hij wist dat de wet van de VADER even onveranderlijk is als Hijzelf. Hij ziet slechts één weg voor de overtreder om te ontsnappen. Hij offert zichzelf aan Zijn VADER als offer voor de mens, om zijn schuld en zijn straf op Zich te nemen en hen te verlossen van de dood, door te sterven in hun plaats en aldus het rantsoen te betalen. De Vader stemde erin toe Zijn dierbare Zoon te geven om het gevallen ras te redden, en door zijn verdiensten en tussenkomst beloofde Hij de mens opnieuw te ontvangen in Zijn gunst, en heiligheid te herstellen aan allen die gewillig het rantsoen aanvaarden zo met barmhartigheid geofferd en die de wet gehoorzaamden. Voor de zaak van Zijn dierbare Zoon weerhield de Vader voor een wijle de terdoodveroordeling en Hij vertrouwde het gevallen mensenras aan Christus toe.
3 Spiritual Gifts 36 - 47.
"De overtreding van Gods wet drong de noodzakelijkheid op voor Christus van te sterven als slachtoffer, en aldus een weg open te maken voor de mens om de straf te ontgaan, en opdat de wet van God zou in stand blijven. Het systeem van offeranden ontstond om de mens nederigheid te leren, gezien de gevallen konditie van de mens, en om hen te leiden tot bekering en tot het betrouwen hebben op God alleen door de beloofde Verlosser, voor de vergeving van verleden overtreding van de wet. Was de wet van God niet overtreden geweest, zou er nooit geen dood geweest zijn en er zouden ook geen bijkomende voorschriften nodig geweest zijn om te voorzien in de gevallen toestand van de mens.
Adam onderwees aan zijn nakomelingen de wet van God; deze wet werd overgeleverd aan de getrouwen gedurende opeenvolgende generaties. De voortdurende overtreding van de wet van God maakt een vloed van water noodzakelijk op de aarde. De wet was in stand gehouden door Noah en zijn familie, die door zijn rechtvaardig handelen door een mirakel van God gered werd in de ark. Noah leerde aan zijn nakomelingen. de tien geboden. De Heer behoedde voor zich zelf een volk vanaf de tijd van Adam, in wiens hart Zijn wet was.
3 Spiritual Gifts 296.
"God ging verder met het voeden van de Hebreeuwse menigte met het brood, dat uit de hemel regende; maar zij waren hiermede niet voldaan. Hun verdorven eetlust hunkerde naar vlees, dat God in Zijn wijsheid hen onthouden had in een grote mate. "En het gemeene volk, dat in het midden van hen was, werd met lust bevangen; daarom weenden ook de kinderen Israëls wederom en zeiden: Wie zal ons vlees te eten geven? Wij gedenken aan de visschen, die wij in Egypte om niet aten, aan de komkommers en aan de pompoenen en aan het look en aan de ajuinen en aan de knoflook; maar nu is onze ziel dor, daar is niet met al, behalve dit Manna voor onze ogen". Zij werden het voedsel moe, dat voor hen bereid werd door de engelen, en dat hen vanuit de hemel gezonden werd. Zij wisten, dat het juist dit voedsel was dat God wenste dat zij zouden nemen en dat het gezond was voor hen en voor hun kinderen. Niettegenstaande de hardheid, die zij in de woestijn ondervonden, was er geen enkele zwakke persoon onder al de stammen. Satan, de oorzaak van ziekte en ellende, wendt zich tot Gods volk daar waar hij het meeste sukses kan hebben. Hij heeft de eetlust beheerst op een grote wijze vanaf de tijd, dat hij zijn bevinding had met Eva, door haar te leiden tot het eten van de verboden vrucht.
4 Spiritual Gifts a 15.
Satan veroorzaakte de val van de eerste Adam, en hij beroemde er zich op bij de engelen, dat hij zou sukses hebben met de tweede Adam, Jezus Christus, door hem te benaderen langs de eetlust. Voor dat Jezus Christus Zijn openbaar leven begon, zette Satan zijn reeks van bekoringen in. Hij wist, dat hij kon op een dwaalspoor brengen door de eetlust eerder dan op gelijk welk een andere wijze. Eva viel tengevolge van de eetlust, terwijl zij ieder soort van fruit had om haar behoeften te voldoen. Christus droeg een lange vasten van veertig dagen en verdroeg de grootste honger. Satan kwam tot hemmet zijn serie van bekoringen, als hij aldus week en lijdend was, hem bekorend om een mirakel te doen voor zijn eigen zaak, om zijn honger te voldoen en aldus een klaarblijkelijkheid te geven, dat Hij. de Zoon van God was. "En de verzoeker tot Hem gekomen zijnde, zeide: Indien Gij Gods Zoon zijt, zeg dat deze steenen brood worden". Christus antwoordde hem met de schriften: " Daar is geschreven: De mens zal bij brood alleen niet leven, maar bij alle woord, dat door den mond Gods uitgaat".
47.
Christus verwijst naar Zijn Vaders wet. De woorden van God gesproken van de Sinai zijn de voorwaarden tot leven. Als deze woorden gehoorzaamd worden, zal de mens opnieuw vrije toegang krijgen tot de boom van leven, waartoe onze eerste ouders alle recht verbeurd hadden door hun ongehoorzaamheid. Hun overtreding maakte het noodzakelijk dat Christus kwam om de gevallen mens te verzoenen met God door Zijn eigen dood". 4 Spiritual Gifts a 150.
"Deze vrouw ( die zogezegd aan de Heer gevraagd had of zij de Sabbat moest onderhouden, en die haar geantwoord zou hebben dat zij hem niet moest houden) bezit geen ware heiligmaking. Het was God niet, die haar zegde, dat zij kon geheiligd worden, terwijl zij in ongehoorzaamheid leefde aan een van Zijn uitgesproken wetten. Gods wet is heilig en geen kan haar overtreden zonder gestraft te worden. Deze, die haar gezegd heeft, dat zij mocht voortgaan met de wet van God te breken en zonder zonde te zijn was de prins van de machten van de duisternis, dezelfde, die Eva in Eden vertelde, door het serpent: "Gijlieden zult den dood niet sterven" Gen. 3 : 4. Eva vleidde zich ermede dat God te goed was om haar te straffen voor ongehoorzaamheid aan Zijn wel bepaalde wetten. Dezelfde sofisterij wordt gebruikt door duizenden als verontschuldiging voor hun ongehoorzaamheid aan het vierde gebod. Deze, die de geest van Christus bezitten, zullen al Gods geboden van God onderhouden, ongeacht de omstandigheden. De majesteit van de hemel zegt: Ik heb de geboden Mijns Vaders bewaard". ( Joh. 15 110 ).
Adam en Eva waagden het de eisen van God te overtreden en de vreselijke gevolgen van hun zonde zouden moeten een waarschuwing zijn voor ons om hun voorbeeld van ongehoorzaamheid niet te volgen. Christus bad voor Zijn discipelen op de volgende wijze: "Heilig hen in uwe waarheid: uw woord is de waarheid". Joh. 17 : 17. Er is geen ware heiligmaking, tenzij door gehoorzaamheid aan de waarheid. Deze, die God beminnen met gans hun hart, zullen al Zijn geboden lief hebben. Het geheiligd hart is in harmonie met de voorschriften van Gods wet; want zij zijn heilig, juist en goed". Sanctifyed Life 67.
"Mijn boodschap tot U is: Niet langer te luisteren zonder protest naar de verdraaiing van de waarheid. Ontmasker de pretentieuse wijsgerigheden, die, als zij aangenomen worden, predikanten en geneesheren zal leiden tot het onwetend zijn nopens de waarheid. Eenieder moet nu op zijn hoede zijn. God roept nu man en vrouw op stand te houden onder de met bloed getekende banier van de Prins Emmanuel. Ik ben er op gewezen geweest het volk in te lichten, want velen zijn in ge vaar om theorieën en wijsgerigheden te aanvaarden die de hoofdpilaren van ons geloof ondermijnen.
Somtijds spreken onze geneesheren voor uren, als zij moe zijn en verward en in geen geschikte toestand
om te spreken. Medische zendelingen zouden moeten weigeren lange nachtzittingen met besprekingen te houden. Deze nachtgesprekken zijn tijden geweest, waarop de Satan met zijn verleidende invloed nu eens van de een dan van de andere het geloof eens medegedeeld aan de heiligen heeft weggestolen. Briljante, fonkelende ideeën, dikwijls uitgesproken door een geest, die beinvloed is door de grote verleider. Deze, die luisteren en toestemmen, zullen betoverd worden, zoals Eva het was door de woorden van de slang. Zij kunnen niet luisteren naar filosofische speculaties en terzelvertijde het woord van de levende God klaar in hun geest houden.
Onze geneesheren hebben een groot deel van hun leven afgelegd, omdat zij slechte verhandelingen gezien hebben en slechte woorden hebben horen spreken en verkeerde princiepen hebben zien volgen en dat zij niet in berisping gesproken hebben uit vrees, dat zij zouden verworpen worden.
Ik doe beroep op dezen, die verbonden geweest zijn met deze bindende invloeden van te breken met het juk waar zij zo lang onder gebukt gingen en te staan als vrije mannen in Christus. Niets dan een bepaalde inspanning zal de betovering die op hen is, breken.
Wees niet misleid; velen zullen afwijken van het geloof, gehoor gevend aan verleidende geesten en aan leerstellingen van duivels. Wij hebben nu voor ons de alfa van dit gevaar. De omega zal van een verbazender aard zijn. Wij moeten de woorden instuderen, die Christus uitte in het gebed, dat Hij opdroeg juist vbór Zijn lijden en kruisiging. "Dit heeft Jezus gesproken en Hij hief zijne oogen op naar den hemel en zeide: Vader, de uur is gekomen, verheerlijk uwen Zoon, opdat ook uw Zoon U verheerlijke, gelijkerwijs Gij Hem macht gegeven hebt over alle vleesch, opdat al wat Gij Hem gegeven hebt, Hij hun het eeuwige leven geve. En dit is het eeuwige leven, dat zij U kennen, den eenigen waarachtigen God en Jezus Christus, die Gij gezonden hebt. Ik heb U verheerlijkt op de aarde, Ik heb voleindigd het werk, dat Gij Mij gegeven hebt om te doen: en nu verheerlijk Mij, Gij Vader, bij Uzelven met de heerlijkheid, die Ik bij U had, eer de wereld was. Ik heb uwen naam geopenbaard den menschen, die Gij Mij uit de wereld gegeven hebt. Zij waren uwe, en Gij hebt Mij dezelven gegeven, en zij hebben uw woord bewaard". Joh. 17 : 1 - 6. Selected Messages 197.
"De wet van God bestond vbór de schepping van de mens of anders zou Adam niet hebben kunnen zondigen. Na de overtreding van Adam waren de princiepen van de wet niet veranderd, maar waren op een definitieve wijze opgesteld en uitgedrukt om de mens te voldoen in zijn gevallen toestand. Christus, in beraadslaging met Zijn Vader, stelde het systeem van offerdiensten in, opdat de dood, inplaats van onmiddellijk de overtreder te overvallen, op. een slachtoffer zou overgeplaatst worden, dat de grote en volmaakte offerande van de Zoon van God zou vooraf schaduwen
Had Adam de wet van God niet moeten overtreden zou de ceremoniele wet nooit moeten ingesteld worden. Het evangelie van het goede nieuws was eerst aan Adam gegeven in de verklaring aan hem gegeven, dat het zaad van de vrouw de kop van de slang zou verpletteren; en het werd overgeleverd door opeenvolgende generaties tot Noah, Abraham en Mozes. De kennis van Gods wet en het plan van verlossing werd aan Adam en Eva door Christus zelf medegedeeld. Zij bewaarden zorgvuldig de belangrijke les en plantten deze over door woord en mond aan hun kinderen en kinds kinderen. Aldus was de kennis van Gods wet beveiligd". 1 Sel. Mess. 230.
"Ik werd ondervraagd in verband met de wet in de Galaten-brief. Welke wet is de tuchtmeester om ons tot Christus te brengen? Ik antwoord: Beiden, de ceremoniele en de morele code van de tien geboden.
48.
Christus was de grondslag van de ganse joodse bedeling. De dood van Abel was als gevolg van Cains weigering om Gods plan te aanvaarden, dat bevat is in de school van gehoorzaamheid aan het princiep van het verlost te zijn door het bloed van Jezus Christus, voorafgebeeld door de offerdiensten, die verwijzen naar Christus. Kain weigerde bloedstorting, die het bloed van Christus voorstelde, dat moest vloeien voor de verlossing van de wereld. Deze ganse ceremonie werd voorbereid door God en Christus werd het symbool van het ganse systeem. Dit is het begin van Zijn werk als de tuchtmeester, om zondige menselijke wezens te brengen tot een in acht nemen van Christus,' De Grondslag van de ganse joodse bedeling.
Allen, die dienst verrichten in verband met het heiligdom, werden bestendig onderwezen in verband met de tussenkomst van Christus ten behoeve van de mens. Deze dienst was bestemd om in ieders hart de liefde te scheppen voor de wet van God, die de wet is van Zijn koninkrijk. De offerdiensten moesten een aanschouwingsonderwijs zijn die de liefde van God aantonen geopenbaard in Christus - in het lijdend, stervend slachtoffer, dat op Zich de zonde nam waaraan de mens schuldig was, zodat het onschuldig wezen zonde gemaakt werd voor ons.
Bij het mediteren van dit groot thema van verlossing, zien wij Christus'werk. Niet alleen de beloofde gaven van de Heilige Geest, maar ook de natuur en het karakter van deze offerande en tussenkomst zijn onderwerpen, die in ons hart verheven, heilige, hoge ideeën van de wet van God scheppen, die zijn eisen behoudt op ieder menselijk wezen. De overtreding van de wet door de kleine daad van het eten van de verboden vrucht, bracht over de mens en over de aarde de gevolgen van de ongehoorzaamheid aan de heilige wet van God. De aard van de tussenkomst zal de mens altijd bevreesd maken van de kleinste handeling te doen in ongehoorzaamheid aan de eisen van God.
Er zou moeten een klaar begrijpen zijn van wat zonde uitmaakt, en wij zouden moeten het geringste naderen tot het overstappen van de grenzen, die gehoorzaamheid scheiden van ongehoorzaamheid, vermijden.
God zou willen, dat ieder lid van Zijn schepping het groot werk van de oneindige God zou willen, dat ieder lid van Zijn schepping het groot werk van de oneindige Zoon in het geven van Zijn leven voor de redding van de wereld zou begrijpen.
"Ziet, hoe groote liefde ons de Vader gegeven heeft, namelijk dat wij kinderen Gods genaamd zouden worden. Daarom kent ons de wereld niet, omdat zij Hem niet kent". ( 1 Joh. 3 : 1 )
Wanneer hij in Christus de belichaming ziet van oneindige en niet geinteresseerde liefde en welwillendheid, ontwaakt er in het hart van de zondaar een dankbare geschiktheid tot het volgen, daar waar Christus trekt. "De wet is onze tuchtmeester geweest tot Christus, opdat wij uit het geloof zouden gerechtvaardigd worden" ( Gal. 3 : 24) In dit geschrift spreekt de Heilige Geest door de apostel vooral van de morele wet. De wet openbaart ons zonde, en veroorzaakt dat wij nood voelen aan Christus en dat wij tot Hem onze toevlucht nemen voor vergeving en vrede door het beoefenen van berouw tegenover God en geloof tegenover onze Heer Jezus Christus.
Een onwilligheid in het opgeven van vooropgezette meningen en het aanvaarden van deze waarheden, liggen voor een groot deel aan de grondslag van de tegenkanting, geopenbaard te Mineapolis tegen de boodschap van de Heer door de Broeders ( E. J. ) Waggoner en ( A. T. ) Jones. Door deze tegenkanting aan te wakkeren slaagde Satan er in voor een groot deel de speciale macht van de Heilige Geest, die God verlangde aan hen mede te delen, van ons volk weg te trekken. De vijand verhinderde hen deze geschiktheid te ontvangen die de hunne had kunnen zijn om de waarheid aan de wereld uit te dragen, zoals de apostels deze verkondigden na de Pinksterdagen. Het licht, dat de ganse aarde met zijn glorie moest verlichten, was tegengewerkt en door de aktie van onze eigen broeders voor een groot deel weggetrokken van de wereld. De wet van de tien geboden moet niet zozeer gezien worden van haar verbiedende zijde als van haar genade zijde. Haar verbiedende elementen zijn de zekere garantie van geluk in gehoorzaamheid. Als zij ontvangen worden in Christus, werken zij in ons de reinheid van karakter, wat vreugde in ons zal brengen door de eeuwen heen. Voor deze die eraan gehoorzaam is betekenen zij een muur van bescherming. Wij aanschouwen in hen de goedheid van God, Die, door de onveranderlijke princiepen van gerechtigheid aan de mens openbaar te maken, zoekt de mens te harnassen tegen de kwade gevolgen, die voortvloeien uit de overtreding.
Wij moeten God niet aanzien alsof Hij aan 't wachten was om de zondaar te straffen voor zijn zonde. De zondaar brengt zelf de straf op hem. Zijn eigen handelingen zetten een reeks van omstandigheden in, die zeker het resultaat verwekken. Iedere handeling van overtreding heeft zijn invloed op de zondaar, werkt in hem een verandering van karakter, en maakt het voor hem des te gemakkelijker opnieuw te overtreden. Door de zonde te kiezen, scheidt de mens zich af van het kanaal van zegeningen, en de zekere uitslag is verval en dood.
De wet is de uitdrukking van Gods idee. Als wij haar ontvangen in Christus, wordt zij onze idee. Zij verheft ons boven de macht van natuurlijke begeerten en neigingen, boven verleidingen, die leiden tot zonde. "Die uwe wet beminnen, hebben grooten vrede en zij hebben geenen aanstoot". ( Ps. 119 : 165) - en niets zal hen aanstoot geven om te struikelen.
Er is geen vrede in ongerechtigheid; de kwaden zijn in oorlog met God. Maar hij, die de gerechtigheid van de wet in Christus ontvangt is in harmonie met de hemel. "De goedertierenheid en de waarheid zullen elkander ontmoeten, de gerechtigheid en vrede zullen elkander kussen". Ps. 85 : 10 ). De grootste moeilijkheid, die Paulus te ontmoeten had, kwam voort uit de invloed van Judaizerende leeraars. Deze veroorzaakten hem veel last door dat zij oneenigheid veroorzaakten in de kerk van Corinthe. Zij stelden voortdurend de kracht voor van de ceremonien van de wet, door deze ceremonien te verheffen boven het evangelie van Christus, en door Paulus te veroordelen omdat hij deze niet verplichtte aan nieuw bekeerden.
Paulus bestreed hen op hun eigen terrein. "En indien de bediening des doods, in letters bestaande en in steenen ingedrukt, in heerlijkheid is geweest, alzoo dat de kinderen Israëls het aangezicht van Mozes niet konden sterk aanzien om de heerlijkheid zijn aangezichts, die teniet gedaan zou worden, hoe zal niet
veel meer de bediening des Geestes in heerlijkheid zijn!
49.
Want indien de bediening der verdoemenis heerlijkheid geweest is, veel meer is de bediening der rechtvaardigheid overvloedig in heerlijkheid". ( 2 Cor. 3 : 7 - 9 )
De wet van God, gesproken in eerbiedwaardige grootheid van de Sinai, is de uitdrukking van veroordeling voor de zondaar. Het behoort tot het gebied van de wet van te veroordelen, maar er is geen macht tot vergeving of tot verlossing. Zij wordt opgelegd om te leven; deze, die in harmonie leven met haar voorschriften zullen de beloning ontvangen van gehoorzaamheid. Maar zij brengt slavernij en dood van dezen, die onder haar veroordeling blijven.
Zo heilig en heerlijk is de wet, dat als Mozes terugkeerde van de heilige berg, waar hij met God verbleven had, van hem de stenen tafels in ontvangst genomen hebbende, dat zijn aangezicht de heerlijkheid weerkaatste waarop het volk niet kon zien zonder zich pijn te doen en Mozes was verplicht zijn aangezicht te bedekken met een deksel.
De heerlijkheid die scheen op het aangezicht van Mozes was een weerspiegeling van de gerechtigheid van Christus in de wet. De wet op zichzelf kan geen heerlijkheid bezitten, alleen dat in haar Christus is belichaamd. Zij heeft geen kracht tot redding. Zij is glansloos tenzij als in haar Christus is vertegenwoordigd als zijnde vol van gerechtigheid en waarheid.
De typen en de schaduwen van de offerdienst, met de profetien, gaven aan de Israëlieten een bedekt, onduidelijk beeld van de barmhartigheid en de genade, die moest gebracht worden aan de wereld door de openbaring van Christus. Aan Mozes werd de betekenis ontvouwd van de typen en de schaduwen, die verwezen naar Christus. Hij zag de uitslag van dat, wat moest weggedaan worden, bij de dood van Christus, het type ontmoette het antitype. Hij zag dat alleen door Christus de mens de morele wet kon onderhouden. Door overtreding van de wet bracht de mens de zonde in de wereld en met de zonde kwam de dood. Christus werd de verzoening voor de zonde van de mens. Hij bood Zijn volmaaktheid aan in plaats van de zondigheid van de mens. Hij trok op zichzelf de vloek van de ongehoorzaamheid. De offeranden en de offers wezen naar het offer, dat Hij moest volbrengen. Het geslachte lam was een type van het Lam, dat de zonden der wereld moest wegnemen.
Het was het zien van het doel van dat wat moest weggedaan worden, ziende Christus als geopenbaard in de wet, dat het aangezicht van Mozes verlichtte. De bediening van de wet, geschreven en gegrift in steen, was een bediening van de dood. Zonder Christus was de overtreder onder zijn vloek gelaten, zonder hoop op vergeving. De bediening had op zichzelf geen heerlijkheid, maar de beloofde Redder, geopenbaard in de typen en schaduwen van de ceremoniele wet, maakt dat de morele wet verheerlijkt wordt. Paulus wenst dat zijn broeders zouden zien, dat de grote heerlijkheid van een zonde-vergevende Heiland betekenis geeft aan de ganse Joodse bedeling. Hij begeerde, dat zij zouden zien, dat, als Christus naar de wereld kwam, en stierf als offer in plaats van de mens, type voldeed aan het antitype. Nadat Christus stierf op het kruis als een zonde offer, kon de ceremoniele wet geen kracht meer hebben. Toch was zij verbonden met de morele wet en was heerlijk. Het geheel droeg de stempel van de Godheid en drukte de heiligheid, gerechtigheid en rechtvaardigheid van God uit. En als de bediening van de dispensatie die moest weggedaan worden heerlijk was, hoeveel te meer moest de realiteit heerlijk zijn, als Christus was geopenbaard, Zijn leven gevende, heiligmakende geest gevend aan allen, die geloven? De verkondiging van de wet van de tien geboden was een wondervolle veruitwendiging van de heerlijkheid en de majesteit van God. Hoe werd het volk geroerd door deze manifestatie van macht ? Zij waren bevreesd. "En al het volk zag de donderen en de bliksemen, en het geluid der bazuinen, en den rookenden berg; toen het volk zulks zag, weken zij af en stonden van verre, en zij zeiden tot Mozes: Spreek gij met ons, en wij zullen hooren; en dat God met ons niet spreke, opdat wij niet sterven. Zij wensten dat Mozes hun mediator was. Zij verstonden niet dat Christus hun aangewezen tussenpersoon was, en dat, beroofd van Zijn middelaarschap, zij zekerlijk zouden verteerd geweest zijn". En Mozes zeide tot het volk: Vreest niet, want God is gekomen, opdat Hij u verzocht, en opdat Zijne vreeze voor uw aangezicht zou zijn, dat gij niet zondigt. En het volk stond van verre, maar Mozes naderde tot de donderheid, alwaar God was". Ex. 20 : 20 - 21. De vergiffenis van de zonde, rechtvaardigmaking door geloof in Christus, toegang tot God, alleen door een middelaar, wegens hun verloren toestand, hun schuld en zonde - van deze waarheden had het volk weinig begrip. Zij hadden in een grote mate de kennis van God verloren en van de enige weg van toegang tot Hem. Zij hadden ongeveer alle gevoel van waaruit zonde bestaat en waaruit gerechtigheid bestaat verloren. De vergeving van zonde door Christus, de beloofde Messias, Die verzinnebeeld werd door hun offeranden, was maar op een duistere wijze begrepen.
Paulus verklaart: "Dewijl wij dan zoodanige hoop hebben, zoo gebruiken wij dan vele vrijmoedigheid in het spreken, en doen niet gelijkerwijze Mozes, die een deksel op zijn aangezicht legde, opdat de kinderen Israëls niet zouden sterk zien op het einde van hetgeen teniet gedaan wordt. Maar hunne zinnen zijn verhard geworden. Want tot op den dag van heden blijft hetzelfde deksel in het lezen des ouden testaments, zonder ontdekt te worden, hetwelk door Christus teniet gedaan wordt. Maar tot den huidigen dag toe, wanneer Mozes gelezen wordt ligt een deksel op hun hart; doch zoo wanneer het tot den Heere zal bekeerd ` zijn zoo wordt het deksel weggenomen". 2 Cor. 3 : 12 - 16.
De Joden weigerden Christus als Messias te aanvaarden en zij kunnen niet zien dat hun ceremonien zonder betekenis zijn. De bedekking, door henzelf gelegd in hardnekkig ongeloof is steeds voor hun geest. Zij zal weggenomen worden, als zij Christus willen aanvaarden als de rechtvaardigheid van de wet. Velen in de Christene wereld hebben ook een bedekking voor hun ogen en hart. Zij zien het doel niet van dat, wat weggedaan is. Zij zien niet dat het alleen de ceremoniele wet was, die afgeschaft werd bij de dood van Christus. Zij verkondigen dat de morele wet aan het kruis genageld werd. Zwaar is de bedekking, die hun vergrijp verduistert. De harten van velen zijn in oorlog met God. Zij onderwerpen zich niet aan Zijn wet. Slechts dan als zij in harmonie zullen komen met de regel van Zijn regering, kan Christus van enige baat zijn voor hen. Zij mogen spreken van Christus als hun redder; maar Hij zal tenlaatste tot hen zeggen: Ik ken U niet.
50.
Gij hebt geen ware bekering geoefend tegenover God voor de overtredingen van Zijn heilige wet, en gij kunt geen waar geloof hebben in Mij, want het was Mijn zending de wet te verheerlijken.
Paulus stelde de morele noch de ceremoniele wet niet voor gelijkerwijze predikers in onze dagen het wagen te doen. Sommigen koesteren zulk een antipathie voor de wet van God, dat zij de weg verlaten om hem te veroordelen en te brandmerken. Aldus minachten zij en verachten zij de majesteit en de heerlijkheid van God.
De morele wet was nooit een type of een schaduw. Zij bestond véór de schepping van de mens en zal blijven bestaan zolang de troon van God blijft. God kan geen enkel voorschrift van Zijn wet veranderen met het doel de mens te redden; want de wet is de grondslag van Zijn regering. Hij is onveranderlijk, onverwrikbaar, eeuwig en oneindig. Opdat de mens zou kunnen gered worden en opdat de eer van de wet zou behouden worden, was het noodzakelijk voor de Zoon van God, dat Hij zichzelf offerde als een offerande voor de zonde. Hij die geen zonde kende werd zonde voor ons. Hij stierf voor ons op Calvarie. Zijn dood was een bewijs van die wonderbare liefde van God voor de mens en ook van het feit, dat de wet niet te wijzigen is. In de bergrede verklaart Christus: "Meent niet dat Ik gekomen ben om de wet of de profeten te ontbinden; Ik ben niet gekomen om die te ontbinden, maar te vervullen. Want voorwaar zeg Ik u: Totdat de hemel en de aarde voorbijgaan zal er niet één jota noch één titel van de wet voorbijgaan, totdat het alles zal zijn geschied. Math. 5 : 17 - 18.
Christus droeg de vloek van de wet door de straf ervan te dragen, door het plan, waardoor de mens moest geplaatst worden waar hij de wet kon onderhouden en waar hij kon aanvaard worden door de verdiensten van de Verlosser,tot zijn volle uitwerking te brengen; en door zijn offer werd heerlijkheid gespreid over de wet. Dan was de heerlijkheid van dat wat niet moet weggedaan worden - Gods wet van de tien geboden, Zijn standaard van gerechtigheid - tenvolle gezien door allen die het doeleinde zagen van dat wat moest weggedaan worden. "En wij allen met ongedekten aangezichte de heerlijkheid des Heeren als in eenen spiegel aanschouwende, worden naar hetzelfde beeld in gedaante veranderd van heerlijkheid tot heerlijkheid als van des Heeren Geest". 2 Cor. 3 : 18.
Christus is de advokaat ten voordele van de zondaar. Deze, die Zijn evangelie aanvaarden beschouwen Hem met open aangezicht. Zij zien de verhouding van Zijn zending tegenover de wet en zij herkennen de wijsheid en de heerlijkheid van God zoals zij geopenbaard worden door de Heiland. De heerlijkheid van Christus is geopenbaard in de wet, die een afschrift is van Zijn karakter en Zijn omvormende uitwerking wordt gewaar geworden op de ziel totdat de mens veranderd is naar Zijn gelijkenis. Zij worden deelnemers van de goddelijke natuur en groeien meer en meer gelijk hun Redder, stap voor stap vooruitgaande in gelijkvormigheid aan de wil van God, totdat zij de volmaaktheid bereikt hebben. De wet en het evangelie zijn in volmaakte harmonie. Het ene ondersteunt het andere. In al zijn majesteit plaatst de wet zich tegenover het geweten, waardoor de zondaar zijn nood gevoelt aan Christus als de verzoening voor de zonde. Het evangelie herkent de macht en de onveranderlijkheid van de wet. "Ja, ik kende de zonde niet dan door de wet". Rom. 7 : 7. Het gevoel van de zonde, stevig benadrukt door de wet, drijft de zondaar tot de Heiland. In zijn nood kan de mens de machtige argumenten, door het kruis van Calvarie verschaft, naar voor brengen. Hij mag beroep doen op de rechtvaardigheid van Christus; want deze wordt toegekend aan iedere zich bekerende zondaar. God verklaart: "Al wat Mij de Vader geeft, zal tot Mij komen en die tot Mij komt zal Ik geensinds uitwerpen. Indien wij onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig, dat Hij ons de zonden vergeve, en ons reinige van alle ongerechtigheid". 1Joh. 1 : 9. *1 Sel. Mess. 231 - 241.
"Christus was in - zo geen gunstige positie in de verlaten woestijn om de bekoringen te ondergaan zoals Adam als hij bekoord werd in Eden. De Zoon van God vernederde zichzelf en nam de menselijke natuur aan, nadat het ras vierduizend jaar afgedwaald was van Eden en van zijn originele staat van reinheid en rechtschapenheid. De zonde had gedurende eeuwen zijn merktekens gelegd op het ras; en fysische, mentale en morele degeneratie hadden de bovenhand over gans de menselijke bevolking. Als Adam aangevallen werd door de verleider in Eden was hij zonder één vlek van zonde. Hij stond in de kracht van zijn volmaaktheid voor God. Al de organen en de fakulteiten van Zijn wezen, waren gelijk ontwikkeld en evenwichtig afgewogen.
Christus in de woestijn van bekoring, stond in Adams plaats om de test waarin hij gefaald had te doorstaan. Hier overwon Christus ten behoeve van de zondaar vier duizend jaar nadat Adam zich afwendde van het Licht van zijn tehuis. Gescheiden van de tegenwoordigheid van God, was de menselijke familie, generatie na generatie verder afgeweken van de originele reinheid, wijsheid en kennis, die Adam bezat in Eden. Christus droeg de zonden en de gebrekkigheden van het mensenras, zoals die bestonden op het ogenblik, dat Hij op de aarde kwam om de mens te helpen. Tenvoordele van het geslacht, met de zwakheid van de gevallen mens op Hem, moest hij de verleidingen van Satan weerstaan, op alle punten, waar de mens zou kunnen aangevallen worden.
Adam was omgeven met alles wat zijn hart wenste. Iedere behoefte was voldaan. Er was geen zonde en geen tekens van verval in dat heerlijk Eden. Engelen van God spraken vrij en vriendelijk met het heilig paar. De gelukkige zangers zongen hun vrije, vrolijke, gelukkige gezangen van lofprijzingen voor hun Schepper. De vredige dieren, in gelukkige onschuld, speelden rond Adam en Eva, gehoorzaam aan hun woord. Adam was in de volmaaktheid van zijn mannelijkheid, het edelste van het werk van de Schepper. Hij was in het beeld van God, maar een weinig lager dan de engelen
Satan was in oorlog met het bestuur van God sedert de eerste opstandigheid. Zijn sukses in het bekoren van Adam en Eva in Eden en het inbrengen van de zonde in de wereld, had de aartsvijand stouter gemaakt en hij had trots geboft aan de hemelse engelen, dat, als Christus zou verschijnen, de natuur van de mens aannemend, Hij zwakker zou zijn dan hijzelf, en hij Hem zou verwinnen door zijn macht. Hij ging er prat op, dat Adam en Eva in Eden zijn verlokkingen niet konden weerstaan, als hij beroep deed op hun eetlust.
51.
De inwoners van de oude wereld overwon hij op dezelfde wijze, door de toegeving aan lustvolle eetlust en verdorven passies. Door bevrediging van de eetlust heeft hij de Israëlieten overwonnen. Hij ging er prat op dat de Zoon van God Zelf, die met Mozes en Josua niet in staat was zijn macht te weerstaan en het uitverkoren volk te leiden naar Kanaan; want bijna allen, die Egypte verlieten, stierven in de wildernis. Ook de zachtmoedige man Mozes had hij bekoord de roem voor zich te nemen, waar God beroep op deed. David en Salomo, die speciaal begunstigd geweest waren door God, had hij bewogen, door het toegeven aan eetlust en passie Gods mishagen op zich te halen. En hij stoefte erop, dat hij er nu in kon slagen het doel van God om de mens door Jezus Christus te redden, tegen te werken.
In de woestijn was Christus veertig dagen zonder voedsel. Mozes was, in speciale omstandigheden, ook lang zonder voedsel geweest. Maar hij voelde geen drang van honger. Hij was niet bekoord en gekweld door een verachtelijke en machtige vijand, zoals het gebeurde met de Zoon van God. Hij werd verheven boven het menselijke. Hij was speciaal ondersteund door de heerlijkheid van God, die hem omgaf. Satan was erin geslaagd zowel de engels van God te verleiden, als in de val van de edele Adam, dat hij dacht dat hij met sukses zou slagen in het overwinnen van Christus in Zijn vernederde toestand. Hij zag met aangename verrukking neder op het resultaat van zijn bekoringen en op de stijgende vloed van zonde door het voortdurend overtreden van de wet van God gedurende meer dan vierduizend jaar. Hij heeft het verval van onze eerste ouders bewerkt en bracht zonde en dood op onze wereld en is de oorzaak dat menigten van alle tijden en streken en klassen tot verval gebracht geweest zijn. Hij heeft door zijn macht steden en naties beheerst totdat hun zonden de wraak van God verwekten om hen te vernietigen door vuur, water, aardbevingen, het zwaard, hongersnood en pest. Door zijn subtiele en onvermoeibare inspanningen heeft hij de eetlust beheerst en heeft hij de passies tot zulk een mate opgehitst en verstevigd, dat hij het beeld van God in de mens geschonden heeft en nagenoeg gans uitgewist.
Zijn fysische en morele waardigheid was in zo een grote mate teniet gedaan, dat hij maar een zwakke gelijkenis vertoonde in karakter en in de edele volmaaktheid van vorm, met de waardige Adam in Eden. Bij de eerste komst van Christus had Satan de mens naar beneden gehaald van zijn originele verheven reinheid en had het fijne goud beneveld door de zonde. Hij had de mens, die geschapen was om een heerser te zijn in Eden, tot een slaaf gemaakt in de aarde, zuchtend onder de vloek van de zonde. De kring van heerlijkheid, die God aan Adam gegeven had, hem bedekkend als een kleed, verdween van hem na zijn overtreding. Het licht van Gods heerlijkheid kon geen ongehoorzaamheid en zonde bedekken. In de plaats van gezondheid en volheid van zegeningen, was armoede, ziekte en lijden van alle soort het deel van de kinderen van Adam. Satan had, door zijn verleidende macht, de mens ertoe gebracht door middel van ijdele filosofie de goddelijke openbaring en het bestaan van God te betwijfelen en er ten lange laatste niet meer in te geloven. Hij kon volop zien op een wereld van morele ellende en op een ras ten prooi van wraak van een zonde-wrekende God, met een duivelse triomf dat hij zo suksesvol was in het verduisteren van het pad van zovelen en hen ertoe gebracht had de wet van God te overtreden. Hij bekleedde de zonde met aangename aantrekkelijkheden om de val van velen te verzekeren. Maar het punt waarin hij met het meeste sukses slaagde om de mens te verleiden bestond hierin dat hij zijn werkelijke doeleinden en zijn waar karakter verborgen hield door zichzelf voor te stellen als de vriend van de mens en de weldoener van het mensenras. Hij vleit de mens met de aangename fabel, dat er geen opstandige vijand bestaat, geen dodelijke vijand, waarvoor men zich op zijn hoede moet houden en dat het bestaan van een persoonlijke duivel een inbeelding is. Terwijl hij zo zijn bestaan verbergt, schaart hij er duizenden onder zijn heerschappij. Hij verleidt hen zoals hij poogde Christus te verleiden, dat hij een engel is uit de hemel, die poogt een goed werk te doen voor de mensheid. En de massa is zo verblind door de zonde, dat zij de strikken van Satan niet kunnen onderscheiden en zij vereren hem als ware hij een engel uit de hemel, terwijl hij bezig is met hun eeuwige vernietiging te bewerken. 1 Sel. Messages 267 - 270.
"Gezien de mens in zijn gevallen toestand Satan niet kon overwinnen met zijn menselijke kracht, kwam Christus van de koninklijke hovingen van de hemel om hen te helpen met Zijn menselijke en goddelijke macht gecombineerd. Christus wist dat Adam in Eden, met zijn superieure voordelen, de bekoringen van Satan kon weerstaan en hem kon overwinnen. Hij wist ook, dat het voor de mens, uit Eden gesloten, gescheiden van het licht en de liefde van God sinds de val, onmogelijk was de bekoringen van Satan te weerstaan. Om hoop aan de mens terug te schenken en hen van de totale ondergang te redden, vernederde Hij zichzelf, door de natuur van de mens aan te nemen, zodat, met Zijn goddelijke macht verbonden met de menselijke, Hij de mens kon bereiken, daar waar hij is. Hij bekwam voor de gevallen zonen en dochters van Adam deze macht, die voor hen onmogelijk is te verwerven voor zichzelf, opdat zij in Zijn naam mochten overwinnen op de bekoringen van Satan.
De verheven Zoon van God door de menselijke natuur aan te nemen, trok zich dichter bij de mens door te staan als plaatsvervanger van de zondaar. Hij vereenzelvigde zich met het lijden en de smarten van de mens. Hij werd bekoord in alle punten zoals de mens bekoord werd, opdat Hij mocht weten hoe hij deze kan bijstaan, die zouden bekoord worden. Christus overwon ten behoeve van de zondaars. " 1 Sel. Messages 279.
"Het onderwijs van Christus in het evangelie is in volmaakte harmonie met de onderrichtingen van Christus door de profeten van het oude testament. De profeten spraken door de boodschappers van Christus in het oude testament, zowel als de apostels hun boodschappen lieten horen in het nieuwe testament, en er is geen tegenspraak tussen hun onderwijzingen. Maar Satan heeft altijd gewerkt en zal altijd werken met alle bedrog van ongerechtigheid om het Woord van God zonder uitwerking te maken. Hij zoekt van geheimzinnig te maken, wat eenvoudig en duidelijk is ... Hij heeft een lange ondervinding in dit werk. Hij kent het karakter van God en hij heeft met zijn subtiliteiten de wereld in zijn macht genomen. Het was door het feit, dat het woord van God zonder uitwerking gemaakt werd, dat de zonde in de wereld gebracht werd. Adam geloofde de bedriegerijen van Satan en door het slecht voorstellen van het karakter van God, werd Adams leven veranderd en bedorven. Hij was ongehoorzaam aan het gebod
van God en deed juist dat, wat God gezegd had niet te doen. 52.
Door ongehoorzaamheid viel Adam; maar had hij de toets moeten doorstaan en eerlijk geweest tegenover God, zou de vloedgolf van wee niet over de wereld geopend zijn.
Door te geloven in Satan's slechte voorstelling van God, werd het karakter en de bestemming van de mens veranderd, maar als de mens wil geloven in het Woord van God zal hij veranderd worden in geest en karakter, en bereid gemaakt voor het eeuwig leven. Geloven, dat "God de wereld alzoo lief heeft gehad, dat Hij Zijnen eeniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk, die in Hem gelooft, niet verderve maar het eeuwige leven hebbe". ( Joh. 3 : 16 ) zal het hart veranderen en het beeld van God in de mens weergeven. *1 Sel. Messages 345 - 46.
"Ik zal niet ingaan op gans de pijnlijke geschiedenis; het is te veel. Maar in januari 1. 1. toonde mij de Heer dat er dwaal-theorieën en methoden gebruikt worden in onze kamp-meetings en dat de geschiedenis van het verleden zich zou herhalen. Ik voelde mij grotelijks beangstigd. Ik werd onderricht te zeggen, dat in zulke demonstraties duivels in de vorm van mensen, tegenwoordig waren, werkend met al de vindingrijkheid die Satan kan gebruiken om de waarheid walgelijk te maken voor gevoelige mensen; dat de vijand het zodanig aan het schikken was, dat de tamp-meetings. die middels geweest zijn om de waarheid van de derde engel te brengen voor menigten, hun kracht en invloed zouden verliezen.
De derde engelen boodschap moet gebracht worden in rechte lijnen. Zij moet vrij zijn van elke draad van waardeloosheid, van ellendige uitvindingen van mensen theorieën, voorbereid door de vader der leugens en vermomd zoal de schitterende slang gebruikt werd door Satan als medium van verleiding van onze eerste ouders. Zo poogt Satan zijn stempel te plaatsen op het werk waarvan God wenst, dat het zou naar voren komen in zuiverheid.
De Heilige Geest heeft niets te maken met zulk een verwarring van geluiden en menigte van klanken zoals zij voor mij gekomen zijn laatst in januari. Satan werkt temidden van dat geraas en verwarring van zulk een muziek, die als ze juist geleid zou zijn, een prijzen en een verheerlijking van God zou moeten zijn. Hij maakt zijn uitwerking gelijk de vergiftige angel van de slang. Zulke dingen, die in het verleden plaats gegrepen hebben zullen ook in de toekomst voorvallen. Satan zal van de muziek een valstrik maken door de manier, waarop zij gedirigeerd wordt. God roept Zijn volk op, dat het licht voor zich heeft in het Woord en de getuigenissen, te lezen en in acht te nemen en ter harte te nemen. Klare en duidelijke onderrichtingen zijn gegeven geweest opdat allen zouden kunnen begrijpen. Maar de hunkerende begeerte van iets nieuws uit te vinden loopt uit op vreemdsoortige leerstellingen, en vernietigt grotelijks de invloed van deze, die een macht hadden kunnen zijn voor het goede als zij vast zouden gehouden hebben aan de oorsprong van hun vertrouwen in de waarheid, die de Heer hen gegeven had. "Daarom moeten wij ons te meer houden aan hetgeen van ons gehoord is, opdat wij niet te eeniger tijd doorvloeien ( in marge: uitlopen gelijk een lek vat ).
Want indien het woord, door de engelen gesproken, vast is geweest, en alle overtreding en ongehoorzaamheid rechtvaardige vergelding ontvangen heeft, hoe zullen wij ontvlieden, indien wij op zoo groote zaligheid geen acht nemen? Dewelke begonnen zijndeverkondigd te worden door den Heere, aan ons bevestigd is geworden van degenen, die Hem gehoord hebben". Hebr. 2 : 1 - 3.
"Ziet toe broeders, dat niet te eeniger tijd in iemand van u zij een boos ongeloovig hart, om af te wijken van den levenden God; maar vermaant elkander te allen dage, zoolang als het heden genaamd wordt, opdat niet iemand uit u verhard worde door de verleiding der zonde. Want wij zijn Christus deelachtig geworden, zoo wij namelijk het beginsel van dezen vasten grond tot het einde toe vast behouden". Hebr. 3
12 - 14.
Broeder en Zuster Haske 1, Wij moeten ieder stuk van de wapenrusting aandoen en alles gedaan hebbend, vast staan. Wij zijn geplaatst als een verdediging van het evangelie, en wij moeten een deel uitmaken van het grote leger van de Heer tot aanvallende strijd. Door de gelovige vertegenwoordigers van de Heer moet de waarheid in scherp omlijnde lijnen uitgedrukt worden. Veel van wat heden ten dage beproevende waarheid genoemd wordt is beuzelpraat, dat leidt tot een weerstand van de Heilige Geest 2 Sel. Messages 37 - 38.
"En na dezen zag ik eenen anderen engel afkomen uit den hemel, hebbende groote macht, en de aarde is verlicht geworden van zijne heerlijkheid en hij riep krachtiglijk met eene groote stem, zeggende: Zij is gevallen, zij is gevallen, de groote stad Babylon, en is geworden eene woonstede der duivelen, en eene bewaarplaats van alle onrein en hatelijk gevogelte" Openb. 18 : 1 - 2. Dat is dezelfde boodschap, die gegeven werd door de tweede engel. Babylon is gevallen, "omdat zij uit den wijn des toorns harer hoererij alle volken heeft gedrenkt" Openb. 14 : 8. Wat is deze wijn? - Haar valse leerstellingen. Zij heeft aan de wereld een valse Sabbat gegeven in plaats van de Sabbat van het vierde gebod en heeft de leugens die Satan voor het eerst sprak aan Eva in Eden - de natuurlijke onsterfelijkheid van de ziel. Verschillende verwante dwalingen heeft zij verspreid ver en wijd, "leerende leeringen, die geboden van menschen zijn" Math. 15 : 9. 2 Sel. Mess. 118.
Satan is bestendig bezig met lokmiddelen voor te stellen aan Gods uitgekozen volk om hun aandacht af te wenden van het plechtig werk van voorbereiding voor de gebeurtenissen even in de toekomst. Hij is in ieder betekenis van het woord een verleider, een listige verlokker. Hij bedekt zijn plannen en listen met bedekkingen van licht ontleend aan de hemel. Hij bekoorde Eva om van de verboden vrucht te eten door haar te doen geloven dat zij daar grotelijks zou mede bevoordeligd worden. Satan leidt zijn agenten om verschillende uitvindingen, en patent rechten en andere ondernemingen in te voeren, opdat Adventisten die haastig zijn om rijk te worden in bekoring zouden vallen, verstrikt en zichzelf zouden doorboren met vele moeilijkheden. Hij is grotelijks wakker, vlijtig in de weer om de wereld gevangen te leiden en door de bemiddeling van wereldlingen onderhoudt hij een bestendige aangename ophitsing om de onvermoeibaren, die belijden in de waarheid te geloven te verenigen met de wereldlingen. De lust voor het oog
de begeerte naar ophitsing en bevallige bezighouding, is een bekoring en een strik voor het volk van God. Satan heeft vele fijn ingeweven, gevaarlijke netten, die gemaakt zijn om onschuldig voor te komen, maar waarmede hij op een vakkundige wijze voorbereidingen maakt om Gods volk te verdwazen.
53.
Er zijn aangename vertoningen, bezighoudingen, frenologische lektuur en een eindeloze varieteit van ondernemingen die bestendig tot stand komen berekend om het volk van God te leiden tot het lief hebben van de wereld en de dingen die in de wereld zijn. Door deze vereniging met de wereld, wordt het geloof vervalst en middels die zouden moeten geinvesteerd worden in de zaak van de huidige waarheid worden overgedragen naar de rangen van de vijand. Door deze verschillende kanalen is Satan handig al het geld van het volk van God uit te puttenen daarom is Gods onbehagen over hen.
1 Test. Church 551.
Het scheen een klein iets voor onze eerste ouders, wanneer zij bekoord werden, het gebod van God te overtreden in een kleine handeling, en te eten van de boom, die schoon was voor de ogen en aangenaam om te betasten. Voor de overtreders was dat maar een kleine handeling, maar het vernietigde hun verbond met God en opende een vloed van wee en schuld, die de wereld overspoeld heeft. Wie kan weten in een ogenblik van bekoring, welke vreselijke gevolgen een verkeerde haastige stap kan hebben! ! Onze enige veiligheid is beschermd te zijn door de genade van God ieder ogenblik, en niet ons eigen geestelijk zicht in de war te sturen zodat wij kwaad goed zullen noemen en goed kwaad. Zonder argumenten of aarzeling moeten wij de toegangen van de ziel sluiten, bewaken tegen kwaad. Het zal ons een inspanning kosten om eeuwig leven te verzekeren. Het is slechts door lang en volhoudende inspanning, pijnlijke discipline en strenge strijd, dat wij zullen overwinnen. Maar als wij geduldig en beslist, in de naam van de Overwinnaar, die overwon in ons voordeel in de woestijn van bekoring, overwinnen zoals Hij, dan zullen wij de eeuwige beloning hebben. Onze inspanningen, onze zelfvernedering, onze volhouding, moeten in proportie zijn met de oneindige waarde van het voorwerp, dat wij achtervolgen.
Gij moet niet toelaten, dat uw sympathien voor uzelf, U en anderen beschermen in het kwaad, omdat gij niets ziet in uiterlijke verschijnselen dat kan veroordeeld worden. God ziet; Hij kan de beweegredenen ende doeleinden van onze ziel lezen. Ik nodig u uit in de naam van onze Meester, die ons geroepen heeft en ons ons werk toevertrouwd heeft, uwe handen af te houden en ons te laten het werk doen, dat God ons opgedragen heeft. Behoudt uw woorden van genegenheid en medelijden voor dezen, die ze werkelijk verdienen, voor dezen, die gedrongen door de Geest van God Zijn volk zijn overtredingen tonen en aan het huis van Israël zijn zonden. Dwaling en zonde worden meer aangehangen dan waarheid en gerechtigheid. De soldaten van het kruis worden nu aangeraden de christelijke wapenrusting aan te gorden en de morele duisternis weg te duwen, die zich verspreidt over de wereld.
3 Test. 324.
Het hart van God heeft zich nooit meer geneigd over Zijn aardse kinderen met dieper liefde en meer medelijdende tederheid dan nu. Er was nooit geen tijd dat God meer gereed was en wachtende om meer te doen voor zijn volk als nu. En Hij wil al dezen onderwijzen en redden die kiezen gered te zijn in Zijn voorgeschreven weg. Dezen, die geestelijk zijn kunnen geestelijke dingen onderscheiden en zien tekens van de tegenwoordigheid en het werk van God overal. Satan, door zijn handige en verdorven krijgskunde, leidde onze eerste ouders uit de hof van Eden - uit hun toestand vanonschuld en zuiverheid naar deze van zonde en onuitsprekelijke ellende. Hij heeft niet opgehouden te vernietigen; al de krachten, die hij kan bevelen, worden zorgvuldig gebruikt door hem in deze laatste dagen om ondergang van de zielen te beramen. Hij legt beslag op iedere kunstgreep, die hij kan gebruiken om het volk van God te bedriegen, van hun stuk te brengen, of te verwarren .... Satan is aan het werk met dezen, die de geboden van God onderhouden en die het geloof van Jezus hebben. De bitterste haat is in hem tegen dezen, die getrouw zijn met God en die Zijn geboden onderhouden. Hij slaapt niet; hij vermindert zijn waakzaamheid niet voor geen enkel ogenblik. Het ware te wensen, dat Gods belijdende volgelingen half zo wijs, zorgzaam en volhardend waren in het werk van God als de Satan in zijn werk.
3 Test. Church 455 - 56.
Sommigen hebben een roekeloze geest, die zij spoed en dapperheid noemen. Zij plaatsen zich nutteloos in scenes van gevaar en risico, hun aldus blootstellend aan bekoringen, waarvoor een mirakel van God nodig is om hun onbeschadigd en onaangetast eruit te halen. De bekoring van de Heiland van de wereld om zich van de tinnen van de tempel te werpen werd met kracht bestreden en weerstaan. Satan haalde een bewijs van God aan veiligheidshalve, dat Christus zonder gevaar dit kon doen op de kracht van de belofte. Satan bestreed de bekoring met de schrift: "Het staat geschreven ... Gij zult de Heer Uwen God niet verzoeken". De enige weg voor Christenen is de vijand te verslaan met Gods Woord. Satan dringt mensen ertoe te gaan op plaatsen, waar God hen niet vraagt te gaan en stelt hen bijbeluittreksels voor om Zijn voorstellen te rechtvaardigen.
Gods kostbare beloften zijn niet gegeven om de mens te verstevigen in de richting van aanmatiging of er naar te verwijzen als hij nutteloos in gevaar loopt. De Heer vraagt van ons vooruit te gaan in een nederige afhankelijkheid van Zijn Voorzienigheid. "Het is niet bij eenen man, die wandelt, dat hij zijnen gang richte". Jer. 10 : 23. In God is onze voorspoed en leven. Niets kan met voorspoed gedaan worden zonder de toelating en de zegen van God. Hij kan Zijn hand strekken tot voorspoed en zegen, of Hij kan Zijn hand tegen ons keren. "Wentel uwen weg op den Heere en vertrouw op Hem: Hij zal het maken". Van ons wordt gevraagd als kinderen van God, een conseqent Christelijk karakter. Wij moeten voorzichtigheid, omzichtigheid en nederigheid beoefenen en met behoedzaamheid wandelen naar deze, die buiten staan. Wij moeten in geen geval afstand doen van princiepen.
Onze enige veiligheid bestaat erin geen plaats te laten aan de duivel, want zijn suggesties en voorstel
len zijn altijd met het doel, ons te benadelen en ons te hinderen van ons te verlaten op God. Hij verandert zich in een engel van reinheid, opdat hij poge, door zijn specifieke bekoringen, zijn plannen in zulk een wijze moge invoeren, dat wij zijn strikken niet bemerken. Hoemeer wij toegeven, hoe machtiger zijn verleiding op ons zal inwerken. Het is onveilig van in twistgesprek te gaan met hem of met hem te spreken. Want bij iedere voorsprong die wij hem geven, zal hij meer vragen. Onze enige veiligheid ligt in het verwerpen op een krachtdadige wijze van zijn eerste nadering tot verwaandheid. God heeft ons door de verdiensten van Christus meer dan genade genoeg gegeven om de Satan te weerstaan
en meer als overwinnaars te zijn. 54.
Weerstand betekent sukses. "Wederstaat den duivel en hij zal van u vlieden". Jac. 4 : 7. Weerstand moet beslist en standvastig zijn. Wij verliezen alles wat wij gewonnen hebben, als wij heden alleen weerstand bieden om morgen terug toe te geven. De zonde van deze tijd is het verwaarlozen van Gods uitdrukkelijke geboden. De macht van de invloed in een verkeerde richting is zeer groot. Eva had alles wat haar noodwendigheden vroegen. Er ontbrak haar niets om gelukkig te zijn, maar onmatige eetlust begeerde het fruit van de enige boom, die God weerhouden had. Zij had geen nood aan de vrucht van de boom van kennis, maar zij liet toe aan haar eetlust' en nieuwsgierigheid om haar rede te overheersen. Zij was volmaakt gelukkig in haar tehuis van Eden aan de zijde van haar echtgenoot, maar zij vleide zich, gelijk de rusteloze moderne Eva's dat er een hogere sfeer was dan deze, die de Heer voor haar voorzien had. Maar door te pogen hoger te klimmen dan de originele positie, viel zij ver beneden. Dat zal ten zekerste het resultaat zijn met de Eva's van de huidige generatie, als zij verwaarlozen met liefde hun dagelijkse levensplichten op te nemen in overeenkomst met het plan van God.
Er is een werk voor vrouwen, dat belangrijker is en meer verheven dan de plichten van een koning op zijn troon. Zij kunnen de geest van hun kinderen vormen modelleren opdat zij nuttig zouden kunnen zijn in deze wereld en dat zij mogen zijn dochters en zonen van God. Hun tijd zou moeten aanzien worden als te waardevol, dan dat zij hen zouden doorbrengen in de balzaal of in ijdel werk. Er is genoeg noodzakelijk werk in deze wereld van nood en lijden zonder dat de precieuse ogenblikken doorgebracht worden in het zich versieren of in praal. Dochters van de hemelse Koning, leden van de koninklijke familie zullen een overvloed van verantwoordelijkheid voelen om tot een hoger leven te komen, opdat zij in dichte verbinding mogen zijn met de' hemel en werken in vereniging met de Verlosser van de wereld.
Deze, die in het werk geroepen zijn zullen niet voldaan zijn met de gewoonten en de dwaasheden, die de geest opslorpen en de gevoelens van vrouwen in deze laatste dagen. Als zij werkelijk de dochters van God zijn, zullen zij deelnemers zijn van Zijn goddelijke natuur. Zij zullen bewogen worden met de diepste godsvrucht, zoals het 't geval was met hun goddelijke Verlosser, als zij de verdelvende invloeden zien in de maatschappij. Zij zullen diep medevoelen met Christus, en in hun sfeer als zij vaardigheid en gelegenheid hebben, werken om de verloren gaande zielen te redden zoals Christus werkte in Zijn verheven sfeer voor het welzijn van de mens.
Een verwaarlozen van de vrouw om Gods plan te volgen in haar schepping, een inspanning om zeer belangrijke posities te bereiken, waarvoor Hij hen niet beschikt heeft, laat de taak open liggen die zij zouden moeten vervullen met aanvaarding.
Door buiten haar sfeer te gaan, verloor zij haar ware vrouwelijke waardigheid en edelheid. Als God Eva schiep, besliste Hij dat zij noch lager noch hoger zou zijn dan de man, maar dat zij in alles zijn gelijke zou zijn. Het heilige paar zou geen onafhankelijke belangen moeten hebben de een van de andere; en toch heeft ieder een individualiteit in denken en handelen. Maar na de zonde van Eva, zoals zij de eerste was in het overtreden, zegde de Heer haar dat Adam over haar zou heersen. Zij moest in onderwerping zijn aan haar echtgenoot, en dit was een deel van de vloek. In vele gevallen heeft de vloek het lot van de vrouw zeer pijnlijk gemaakt en haar leven tot een last gemaakt. De man heeft de superieuriteit, die hij van God kreeg in vele opzichten misbruikt door willekeurig gebruik van zijn macht. De oneindige wijsheid verzon het Verlossingsplan, dat de mens in een tweede proeftijd plaatst, door hem een andere proef te geven. Satan gebruikt mensen als middelaars om deze, die God liefhebben tot verwaandheid te leiden ; speciaal met dezen, die begoocheld worden door spiritualisme. Spiritualisten aanvaarden over het algemeen Christus niet als de zoon van God en door hun ongetrouwheid leiden zij vele zielen tot de zonde van verwaandheid. Zij doen beroep op superioriteit over Christus zoals Satan deed wanneer hij in betwisting kwam met de prins van leven. Spiritualisten, wiens zielen bemorst zijn met zonde van een karakter dat tot walging brengt en wiens geweten afgestompt is, durven het aan de naam van de onbevlekte zoon van God op hun bezoedelde lippen te nemen en godslasterlijk Zijn meest verheven naam te verenigen met laagheid, waarmede hun eigen bevlekte naturen gemerkt zijn. Mannen, die deze te verwerpen ketterij invoeren zullen deze uitdagen, die het Woord van God onderwijzen om in twistgesprek te komen met hen en sommigen, die de waarheid onderwijzen hebben de moed niet gehad om een uitnodiging te weerstaan van deze klasse van mensen, die gemerktekende karakters zijn in het Woord van God. Sommige van onze bedienaars hebben de morele moed niet om tot deze mensen te zeggen: God heeft ons gewaarschuwd in Zijn Woord nopens u. Hij heeft ons een getrouwe beschrijving gegeven van uw karakter en van de ketterijen, die gij aanhangt. Sommige van onze bedienaars, eerder dan deze klasse een kans te geven van te triomferen of van hen te belasten met lafhartigheid, hebben hen ontmoet in open discussie. Maar in het redetwisten met spiritualisten ontmoeten zij niet louter de mens, maar Satan en zijn engels. Zij brengen zichzelf in verbinding met de machten van de duisternis en roepen slechte engels rondom zich. Spiritualisten begeren publiciteit te maken rond hun ketterij; en bedienaars, die de Bijbel waarheid belijden, helpen hen dit te doen als zij toestemmen zich te begeven in discussie met hen. Zij gebruiken hun gelegenheid om hun ketterijen voor het volk te brengen en in iedere discussie met hen zullen er sommigen verleid worden. De beste richting door ons te volgen, is van hen te vermijden. 3 Test Ch. 482 - 85.
"De bedienaars van Christus, die belijden Zijn vertegenwoordigers te zijn, zouden moeten Zijn voorbeeld volgen, en meer dan gelijk wie anders gewoonten vormen van de strengste matigheid. Zij zullen het leven en het voorbeeld van Christus voor het volk brengen door hun eigen levens van zelfverloochening, zelfoffer en aktieve welwillendheid. Christus overwon de eetlust ten behoeve van de mens, en in Zijn plaats moeten wij anderen een voorbeeld tonen waardig tot navolging. Dezen, die de noodzakelijkheid niet gevoelen om zich te geven aan het werk van de overwinning op het gebied van de eetlust, zullen falen om waardevolle overwinningen te behalen, die zij hadden kunnen bekomen en zij zullen slaven worden van de eetlust en de lust, die de beker van ongerechtigheid vult van dezen, die op de aarde wonen. Mannen, die zich engageren in het geven van de laatste boodschap van waarschuwing aan de wereld, een boodschap, die moet beslissen over het lot van de zielen, zouden moeten een praktische toepassing maken
in hun eigen leven van de waarheden, die zij aan anderen prediken. 55.
Zij zouden moeten voorbeelden zijn voor het volk in hun eten en hun drinken, en in hun reine conversaties en gedrag. Overdaad, toegeven aan de lage passies, en snode zonden worden weggestoken onder het kleed van heiligheid door velen, die belijden vertegenwoordigers van Christus te zijn doorheen onze wereld. Zij zijn mannen van een uitmuntende natuurlijke bekwaamheid, wiens werk maar half zoveel zal volbrengen, of indien zij matig waren in alle dingen. Toegeving aan eetlust en passie benevelt de geest, vermindert de fysische kracht en verzwakt de morele vermogens. Hungedachten zijn niet helder. Hun woorden worden niet met kracht gesproken, zijn niet tot leven gebracht door de Geest van God opdat zij de harten van de toehoorders zouden kunnen treffen.
Als onze ouders Eden verloren door het toegeven aan appetijt, bestaat onze enige hoop om Eden te herwinnen hierin, dat wij krachtig eetlust en passie verloochenen. Matigheid in het eten en beheersing van de passies zullen het verstand behoeden en mentale en morele kracht verschaffen, de mens toelatend al hun neigingen onder toezicht te stellen van hogere machten en te onderscheiden tussen echt en verkeerd, het heilige en het gewone. Al wie een trouwe zin heeft van het offer door Christus gebracht in het verlaten van Zijn woning in de hemel om op deze wereld te komen, opdat Hij door Zijn eigen leven aan de mens mocht tonen, hoe te weerstaan aan de bekoring, zal gaarne zich zelf verloochenen en kiezen van deelnemer te zijn van Christus in Zijn lijden.
De vreze des Heren is het begin der wijsheid. Deze die overwinnen zoals Christus overwon, zullen zich genoodzaakt zien bestendig te waken over zich zelf tegen de bekoringen van Satan. De eetlust en de passies zullen beperkt worden en onder toezicht van het verlichte geweten, opdat het verstand moge onverzwakt zijn, de waarnemingsvermogens klaar, opdat de werking van Satan en zijn listen niet mochten genomen worden als zijnde de voorzienigheid van God.
Velen wensen de eindbeloning en zegen die gegeven worden aan deze, die overwinnen, maar zijn niet gewillig om inspanning en ontbering en zelfverloochening te ondergaan zoals het de Verlosser deed. Het is alleen door gehoorzaamheid en bestendige inspanning dat wij zullen overwinnen zoals Christus overwon.
De overheersende macht van de eetlust zal het verderf betekenen van duizenden, als wanneer zij op dit punt hadden moeten zegepralen, zij morele macht zouden gehad hebben om de overwinning te behalen over ieder andere verleiding van Satan.
Maar deze, die slaven zijn van de eetlust, zullen falen in het vervolmaken van een christelijk karakter. De bestendige overtreding van de mens voor zesduizend jaar, heeft ziekte, pijn en dood als vrucht medegebracht. En als wij het einde naderen van de tijd, zal de macht tot verleiden van Satan om de eetlust te voldoen meer macht hebben en moeilijker zijn om te overwinnen.
3 Test. Ch. 490 - 92.
Satan komt bij de mens zoals hij kwam tot Christus, met zijn overweldigende bekoringen tot het toegeven aan de eetlust. Hij kent zeer goed zijn macht om de mens te overwinnen op dit punt. Hij overwon Adam en Eva in Eden op dit vlak en zij verloren hun gezegende verblijfplaats. Welk een opeengehoopte ellende en misdaad heeft onze wereld vervuld tengevolge van de val van Adam. Ganse steden zijn uitgeroeid geworden van het aanschijn van de aarde wegens de verderfelijke misdaden en opstandige ongerechtigheid, die van hen tot een vlek gemaakt hebben op het universum. Toegeven aan eetlust was de basis van al hun zonden. Door eetlust beheerste Satan de geest en het wezen. Duizenden, die hadden kunnen in leven zijn, zijn vroegtijdig in hun graf gedaald, als fysische, mentale en morele wrakken. Zij hadden goede vermogens maar zij offerden ze allen aan de toegeving aan eetlust, wat er hen toe leidde de teugels op de nek van de lust te plaatsen. Onze wereld is een reusachtig hospitaal. Verkeerde gewoonten nemen steeds toe. 3 Test. Church 561 - 62.
Woorden van een Hemelse Onderwijzer.
Gedurende de nachttijd, bevond ik mij in een talrijk gezelschap, waar het onderwerp nopens de opvoeding de geest van allen, tegenwoordig, in opschudding bracht. Velen brachten opwerpingen naar voor ten voordele van het veranderen van de manier van opvoeden, die zolang in voege geweest was. Iemand, die lang onze onderrichter geweest was sprak tot het volk. Hij zegde: "Het onderwerp van opvoeding zal het ganse zevende dags geheel interesseren. De beslissingen in verband met de aard van ons schoolwerk zal niet tenvolle overgelaten worden aan principaal en aan onderwijzers".
Sommigen drongen krachtdadig de studie op van ontrouwe schrijvers en bevalen de boeken aan, die de Heer veroordeeld had, en die, daarom in geen geval zouden mogen toegelaten worden. Na zeer ernstig gesprek en discussie, stapte onze onderrichter voorwaarts en, met boeken in de hand, die ten zeerste aanbevolen geweest waren als noodzakelijk voor hoger onderwijs, zegde hij: "vind u in deze auteurs gevoelens en princiepen, die in alle opzichten veilig kunnen in de handen gegeven worden van onze studenten ? Menselijke geesten worden gemakkelijk in verrukking gebracht door de leugens van Satan: en deze werken verwekken een tegenzin voor het beschouwen van het woord van God, dat, als het ontvangen en gewaardeerd wordt, eeuwig leven zal verzekeren aan dezen, die het ontvangen. Gij zijt schepselen met gewoonten en gij zoudt moeten in gedachten nemen, dat juiste gewoonten een zegening zijn alzowel in hun uitwerking op uw eigen karakter als in hun invloed ten goede voor anderen; maar slechte gewoonten, als zij eenmaal gevestigd zijn, oefenen een despotische macht uit en brengen de geest in onderwerping. Als gij nooit gelezen had in deze boeken, zoudt gij nu beter in staat zijn dat Boek te begrijpen, dat boven alle andere boeken, waardig is bestudeerd te worden en dat de enige juiste ideeen geeft in verband met hogere opvoeding. "Het feit, dat het een gewoonte geweest is deze auteurs onder uw lessen boeken te begrijpen en dat deze gewoonte vergrijsd is met de jaren, is geen argument ten voordele. Lang gebruik moet niet noodzakelijkerwijze deze boeken aanbevelen als veilig of essentieeel. Zij hebben duizenden geleid, daar waar Satan Adam en Eva geleid heeft, tot de boom van kennis, waarvan God ons verboden heeft te eten. Zij hebben studenten ertoe gebracht de studie van de Schriften op te geven voor een reeks van studies, die niet noodzakelijk zijn. Als de studenten, die aldus opgevoed zijn eens geschikt zullen zijn om voor de zielen te werken, zullen zij veel moeten ontleren van wat zij geleerd hebben. Zij zullen het ontleren een moeilijk werk vinden;
56.
want bezwarende ideeën hebben wortel gevat in hun geest gelijk onkruid in een tuin en als resultaat, zullen sommigen nooit meer in staat zijn een onderscheid te maken tussen recht en verkeerd. Het goede en het kwade zijn vermengd geworden in hun opvoeding. De aangezichten van mensen zijn opgeheven geweest om hen te laten aanschouwen en mensen theorieën zijn verheerlijkt geworden; zodat als zij pogen anderen te onderwijzen, het weinige van de waarheid, dat zij in staat zijn te herhalen, vermengd is met opinies en de gezegden en handelingen van mensen. De woorden van mensen, die een klaarblijkelijkheid verschaffen, dat zij geen praktische kennis hebben van Christus zullen geen plaats krijgen in onze scholen. Zij zullen een hinderpaal zijn tot ware opvoeding.
"Gij hebt het woord van de levende God en als gij erom vraagt kunt gij de gift van de Heilige Geest hebben om van dat woord een kracht te maken voor dezen, die geloven en gehoorzamen. Het werk van de Heilige Geest bestaat erin te leiden in gans de waarheid. Als gij van het Woord van God afhangt met hart en geest en ziel, zal het kanaal van communicatie onbelemmerd zijn. Diepe, ernstige studie van het Woord onder de leidingvan de Heilige Geest, zal u vers manna geven en dezelfde Heilige Geest zal het gebruik ervan doelmatig maken. De poging van de jeugd om de geest te disciplineren tot hoge en heilige aspiraties zal beloond worden. Dezen, die volhoudende inspanningen doen in deze richting, de geest plaatsend op de taak om Gods Woord te begrijpen zijn voorbereid om medewerkers te zijn met God.
"De wereld herkent als onderrichters sommigen, die God niet kan aanbevelen als veilige onderwijzers. Hierdoor wordt de bijbel veronachtzaamd en de produkten van ontrouwe auteurs worden aanbevolen alsof zij deze ideeën bevatten, die moeten geweven worden in karakters. Wat kunt gij verwachten van het zaaien van zulk zaad? In de studie van zulke laakbare boeken worden de geest van de onderwijzers zowel als van de studenten verdorven en de vijand zaaide zijn onkruid. Het kan anders. Door te drinken van een onreine bron, wordt vergift in het lichaam gebracht. Onervaren jeugd die in deze soort van studie geleid worden, ontvangen indrukken, die hun gedachten in kanalen leiden, die fataal zijn voor de godsvrucht. De jeugd, die naar onze scholen gezonden wordt, hebben uit boeken geleerd waarvan men zegde, dat zij veilig waren, omdat zij gebruikt en aangemoedigd worden in de scholen van de wereld. Maar uit de wereldse scholen, aldus gevolgd, zijn vele studenten ontrouw geworden tengevolge van het bestuderen van deze boeken. "Waarom hebt gij het Woord van God niet verheven boven ieder menselijk produkt ? Is het niet voldoende aan te sluiten bij de Auteur van alle waarheid? Zijt gij niet voldaan als gij water put uit de verse stroom van de Libanon ? God heeft levende fonteinen om dorstige zielen te laven en voorraden van voedsel, waarmede de geestelijkheid verstevigd wordt. Leer van Hem, en Hij zal u in staat stellen te geven aan dezen, die vragen naar de reden van de hoop, die in u is. Hebt gij gedacht, dat een betere kennis van wat de Heer gezegd heeft, een verkeerde invloed zou hebben op de onderwijzers en studenten?".
Er was een stilte in vergadering, en de overtuiging maakte zich meester van ieder hart. Mannen, die van zichzelf dachten dat zij wijs waren en sterk, zagen dat zij zwak waren en gebrek hadden aan kennis van dat Boek, dat handelt over de eeuwige bestemming van de menselijke ziel.
De boodschapper van God nam uit de handen van verschillende onderwijzers deze boeken, die zij gebruikt hadden om te studeren, waarvan sommige door ongelovige auteurs werden geschreven, en die ongelovige ideeën bevatten, en legde deze opzij zeggende: "Er is nooit een tijd geweest in uw leven, dat de studie van deze boeken voor uw tegenwoordig goed was en voor vooruitgang, noch voor uw toekomstig en eeuwig goed. Waarom wilt gij uzelf verzadigen met boeken, die de geest van Christus afwenden? Waarom verspilt gij geld aan wat geen brood is? Christus roept u op: "Leert van mij, dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart". Gij moet eten van het brood des levens, dat uit de hemel kwam. Gij moet ijveriger studenten zijn van de Schriften en gij hebt nodig te drinken van de levende fontein. Put uit Christus in ernstig gebed, Onderga een dagelijkse ondervinding in het eten van het vlees en het drinken van het bloed van de Zoon van God. Menselijke schrijvers. Zie verder "Uit de schatkamer der getuigenis deel 2. Blz. 450 - 455. 6 Test. Church 162 - 67.
Schatkamer der getuigenissen: 275 - 279. 8 Test. Ch. 290 - 294.
Getuigenissen deel 9. 253. 9 Test. Ch. 283.
Waarom zou de vrouw haar intellekt niet ontwikkelen? Waarom zouden zij het doel van God niet beantwoorden
in hun bestaan? Waarom begrijpen zij hun eigen mogelijkheden niet, ervan bewust zijnde dat deze vermogens door God gegeven werden, streven zij er niet naar er gebruik van te maken in de volste mate door goed te doen aan anderen, door het werk van hervorming vooruit te brengen en dat van de waarheid en van ware goedheid in de wereld? Satan weet dat de vrouwen een macht van invloed hebben voor het goede of voor het kwade; daarom zoekt hij hen aan te werven in zijn zaak. Hij vindt een menigte van vormen uit, en bekoort de vrouw van deze tijd, zoals hij Eva bekoorde om te plukken en te eten, om deze altijd veranderende en nooit voldoening gevende mode te beoefenen. Zusters en moeders, wij hebben een ander doel, een edeler werk, dan de studie van de laatste snit en de vorm van de klederen met nutteloze versieringen dan de standaard te ontmoeten van deze moderne Moloch. Wij kunnen zijn slaven worden en op zijn altaar onszelf offeren en het huidige en toekomstige geluk van onze kinders. Maar wat winnen wij tenlaatste? Wij hebben gezaaid naar het vlees; wij zullen verderf oogsteno Onze werken kunnen het toezicht van God niet dragen. Wij zullen tenlaatste zien hoeveel zielen zouden kunnen gezegend geworden zijn en verlost uit de duisternis en dwaling door onze invloed, die inplaats daarvan hen aangemoedigd hebben tot pronk en uitwendige behagelijkheid ten koste van het verwaarlozen van inwendige versiering.
Welfare Ministry 161.
"Zult gij u afwenden van een vol: "Zo zegt de Heer" nadat gij de geschiedenis van de zonde en de val van Adam gelezen hebt? Hij viel omdat hij de woorden van de Heer niet in acht genomen heeft en aandacht schonk aan de woorden van de Satan. Zal er betaald worden om te overtreden? Door overtreding verloor Adam Eden. Door de overtreding van Gods geboden zal de mens de hemel verliezen en een eeuwigheid van zegen. Dit zijn geen ijdele praatjes, maar waarheid. Nogmaals vraag ik u: Langs welke zijde bevindt gij u? "Zoo de Heere God is, volgt Hem na, en zoo het Ba1l is, volgt hem na". 1 Kon. 18 : 21. Test. to Min. and Gospel Workers 141. 57.
"Het onkruid en de tarwe. De toeschouwer kan geen verschil onderscheiden, maar er is er Eén die zegt, dat het onkruid niet moet uitgetrokken worden door menselijke handen omdat also het graan ook zou kunnen mede uitgetrokken worden. Laat beiden groeien tot de oogst. Dan zendt de Heer de maaiers uit om het onkruid uit te verzamelen en hen in bundels op te binden om te verbranden, terwijl het graan verzameld wordt voor de hemelse schuur. De tijd van het oordeel is een zeer plechtige periode, als de Heer het Zijne verzamelt vanuit het onkruid. Deze die leden geweest zijn van dezelfde familie zijn gescheiden. Een merk wordt geplaatst op de rechtvaardigen. "En zij zullen, zegt de Heere der heerscharen, te dien dage, dien Ik maken zal, Mij een eigendom zijn en Ik zal hen verschoonen, gelijk een man zijnen zoon verschoont, die hem dient". Mal. 3
17.
"Zij zullen de Mijne zijn zegt de Heer der Heerscharen, op deze dag als Ik Mijn juwelen zal voltallig maken
( aanzuiveren) ; en Ik zal hen sparen, zoals een man zijn eigen zoon spaart, die hem dient". ( Letterlijke vertaling uit de Engelse bijbel ). Deze, die gehoorzaam geweest zijn aan de geboden van God zullen zich verenigen met het gezelschap van de heiligen in het licht; zij zullen de poorten binnengaan in de stad en
recht hebben aan de boom van leven. De een zal genomen worden. Zijn naam zal staan in het boek des levens, terwijl deze, met wie hij omgaat, het merk van de eeuwige scheiding van God zal hebben. Deze, die het licht van de waarheid gehad hebben en de waarschuwingsboodschap gehoord hebben, de uitnodiging tot het bruiloftsmaal gehoord hebben - landbouwers, kooplieden, juristen, valse herders, die de overtuigingen van het volk tot bedaren gebracht hebben, ontrouwe wachters, die de waarschuwing niet hebben laten klinken, noch de tijd van de nacht gekend hebben - allen, die gehoorzaamheid aan de wetten van het koninkrijk van God geweigerd hebben, zullen daaraan geen recht hebben.
Deze, die een uitvlucht gezocht hebben om het kruis van scheiding van de wereld te ontgaan, zullen, met de wereld, in de strikken gevangen worden. Zij sloten zich aan ( mengden zich) met het onkruid uit keuze. Gelijk gedreven er van te houden in overtreding te zijn. Het is een vreselijke assimilatie. De mens koos van aan de zijde te staan van de eerste opstandeling, die Adam en Eva in Eden bekoorde om ongehoorzaam te zijn aan God. Het onkruid vermenigvuldigt zichzelf, want het zaait onkruid en het heeft zijn deel met de wortel van alle zonde - de duivel.
Op dezen, die de geboden van God onderhouden is de zegen uitgesproken: "Zalig zijn zij, die zijne geboden doen, opdat hunne macht zij aan den boom des levens, en zij door de poorten mogen ingaan in de stad". Zij zijn "een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterdom, een heilig volk, een verkregen volk, opdat gij zoudt verkondigen de deugden Desgenen, die u uit de duisternis geroepen heeft tot zijn wonderbaar licht". De gehoorzamen worden de rechtvaardigen genoemd; zij worden getrokken tot de heilige magneet, Jezus Christus; de heiligen trekken de heiligen. Hij die ongerechtig is, zal steeds ongerechtig zijn. Het karakter kan dan niet gevormd of omvormd worden. De olie van genade kan niet uitgeleend worden den een aan den anderen, noch hebben de dwaze maagden tijd om voor zichzelf te kopen. De rechtvaardigen zijn deze, die de geboden onderhouden van God en zij zullen voor altijd gescheiden worden van ongehoorzamen en ongerechtigen, die de wet van God onder de voet treden. Het pure goud en de afval zal zich niet langer vermengen. Testimonies to Ministers and Gospelworkers 234 - 236.
Vers 4 - 5.
"De geest van onze tijd is een van ongeloof en afval - een geest van openlijk erkende waarheid, maar die in werkelijkheid de meest blinde verwaandheid is. Menselijke theorieën worden verhoogd en nemen de plaats in, die God en Zijn wet toebehoort. Satan verleidt mannen en vrouwen tot ongehoorzaamheid met de belofte, dat zij in ongehoorzaamheid een vrijheid zullen vinden, die hen tot goden zullen maken. Er is een geest van opstand tegen het duidelijke woord van God en van afgodische verheffing van menselijke wijsheid boven goddelijke openbaring. De mensen hebben toegelaten, dat hun verstand zo verduisterd en verward geworden is door gelijkvormigheid aan wereldse gewoonten en invloeden, dat zij het vermogen om tussen licht en duisternis, tussen waarheid en dwaling te onderscheiden, verloren schijnen te hebben. Zo ver zijn zij van de rechte weg afgedwaald, dat zij de opinies van enkele wijsgeren, zogenaamde filosofen, voor meer betrouwenswaardig achten dan de waarheid van de bijbel. Het pleiten en de beloften van Gods Woord, zijn dreigingen tegen ongehoorzaamheid en afgoderij, deze schijnen machteloos om hun hart te vermurwen .... Zulk een geloof zoals Paulus, Petrus en Johannes beoefenden, beschouwen zij als ouderwets, geheimzinnig en het verstand van moderne denkers onwaardig.
In het begin gaf God Zijn wet aan het mensdom, als een middel tot het bereiken van geluk en eeuwig leven. Satans enige hoop om de doeleinden van God te dwarsbomen, bestond erin om mannen en vrouwen ertoe te leiden, die wet ongehoorzaam te zijn. Zijn meesterlijke aanval was een poging om de wet zelf te veranderen, om aldus de mens ertoe te brengen haar voorschriften te overtreden, terwijl zij belijden deze te gehoorzamen. Profeten en Koningen : 139 - 40. Profets and Kings 178. Patriarchen en Profeten 705.
Satan vleide onze eerste ouders dat het eten van de boom van kennis, waarvan God verboden had te eten, hen groot goed zou verschaffen en hen een verzekering zou zijn tegen de dood, het tegenovergestelde van wat God verklaard had in Gen. 2/17. Sel. Mess. 277.
"De ware naam van tovenarij wordt nu veracht. De bewering, dat de mens verhoudingen kan hebben met slechte wezens wordt aanzien als een fabel van de duistere middeleeuwen. Maar het Spiritisme, dat honderden en duizenden bekeerlingen telt, ja bij miljoenen, dit zijn weg gebaand heeft in de wetenschappelijke wereld, dat kerken ingepalmd heeft en dat gunst gevonden heeft in wettelijke lichamen, en zelfs in de hovingen van koningen - deze reusachtige verleiding is maar een herleving onder een nieuwe vermomming van de tovernarij veroordeeld en verboden van ouds.
Satan betovert nu de mensen, zoals hij Eva betoverde in Eden, door een begeerte op te wekken om verboden kennis te verwerven. "Gij zult als God wezen" verklaarde hij, "kennende het goed en het kwaad" Gen. 3 : 5. Maar de wijsheid, die het spiritualisme toekent is deze die door de apostel Jacobus beschreven wordt "die niet van boven afkomt, maar is aardsch, ongeestelijk, duivelsch". 58.
(in de engelse vertaling: sensual: zinnelijk materialistisch )
De prins van de duisternis heeft een meesterlijke geest, en hij past op een spitsvondige wijze zijn bekoringen aan de mens van iedere soort van toestand of kultuur. Hij werkt "in alle verleiding der onrechtvaardigheid" 2 Thess. 2 : 10. om heerschappij te hebben op de kinderen van de mensen, maar hij kan zijn doel niet bereiken, tenzij zij vrijwillig toegeven aan zijn verleidingen. Deze, die zich in zijn macht plaatsen door toe te geven aan hun slechte karaktertrekken, vergewissen zich weinig tot wat een einde hun manier van handelen hen zal leiden. De verleider volbrengt hun ondergang en gebruikt hen om anderen tot de vernietiging te brengen. Maar niemand moet verleid worden door de leugenachtige aanspraken van het spiritualisme. God heeft de wereld genoeg licht gegeven om hen in staat te stellen de strik te ontdekken. Ware er geen andere klaarblijkelijkheid, zou het genoeg zijn voor de christen dat de geesten geen onderscheid maken tussen gerechtigheid en zonde, tussen de puurste en edelste van al de apostels van Christus en de meest verdorvenen van de dienaars van Satan. Door de laagste onder de mensen voor te stellen als zijnde in de hemel en daar hoog geprezen, verklaart de Satan aan de wereld: het komt er niet op aan hoe verdorven gij zijt, of Gij geen geloof hecht aan God en aan de bijbel. Leef zoals gij het belieft; de hemel is uw woonst ... Waren de mensen gewillig geweest om de waarheid aan te nemen zoals zij zo volledig staat in de bijbel, dat de dood niets weet, zouden zij in de beweringen en manifestaties van het spiritualisme de werking van de Satan zien met macht en tekenen en leugenachtige wonders. Maar liever dan toe te geven aan de vrijheid, zo aangenaam voor het vleselijk hart, en af te zien van de zonden, die zij beminnen, sluiten de menigten hun ogen voor het licht en wandelen recht door, zonder acht te slaan op verwittigingen, terwijl Satan zijn strikken spant rondom hen en zij zijn prooi worden. "daarom, dat zij de liefde der waarheid niet aangenomen hebben om zalig te worden. En daarom zal God hun zenden eene kracht der dwaling, dat zij de leugen zouden gelooven.
Dezen, die de onderwijzingen van het spiritisme tegenstaan, vallen niet alleen mensen aan, maar Satan en zijn engels. Zij zijn opgetreden in een debat tegen de overheden, tegen de machten tegen de geweldhebbers der wereld, der duisternis dezer eeuw, tegen de geestelijke boosheden in de lucht". Ef. 6 : 12. Satan wil geen centimeter grond loslaten, tenzij hij achteruit gedreven wordt door de macht van de hemelse boodschappers. Het volk van God zal in staat zijn hem te ontmoeten, zoals het onze Heiland deed met de woorden: "Er staat geschreven". Satan kan de schriftuur nu aanhalen, zoals hij het deed in de dagen van Christus, en hij zal de onderwijzingen van de Schrift verderven om zijn verleidingen te ondersteunen. Maar de volledige verklaringen van de bijbel zullen wapens verschaffen die machtig zijn in ieder konflikt. Dezen, die willen stand houden in de tijd van gevaar moeten de getuigenis van de Schriften in verband met de natuur van de mens en de staat van de dood begrijpen, want in de nabije toekomst zullen velen geconfronteerd worden met de geesten van duivels, in de persoon van geliefde relaties of vrienden en die de gevaarlijkste ketterijen verklaren. Deze bezoekers zullen oproep doen aan onze tederste sympathieën en zullen mirakels doen om hun beweringen te doen stand houden. Wij moeten bereid zijn dezen te weerstaan met de bijbelwaardigheid, dat de doden niets weten en dat dezen, die zo verschijnen, de geesten van duivels zijn. Lang heeft de Satan zich voorbereid tot de eind inspanning om de wereld te verleiden. De grondslag van zijn werk was gelegd door de zekerheid aan Eva. gegeven in Eden "Gij zult geenszins sterven": " ten dage dat gij daarvan eet, uw ogen geopend zullen worden en gij als God zult zijn, kennende goed en kwaad". Gen. 3 1 4 - 5. Beetje per beetje heeft hij de weg bereid voor zijn meesterwerk van verleiding in de ontwikkeling van het Spiritisme. Hij heeft nu nog de vervulling van zijn doeleinden niet bereikt; maar het zal volbracht worden in HET LAATSTE OVERBLIJFSEL VAN TIJD, en de wereld zal ingelijfd worden in de rangen van zijn verleiding. Zij worden vast in slaap gehouden door een fatale veiligheid, om te ontwaken slechts dan als de gramschap van God zal uitgegoten worden". Story of Redemption 394 - 98. "De grote oorspronkelijke leugen, die Satan vertelde aan Eva in Eden, "Gij zult geenszins sterven", was de eerste preek, die gepredikt werd over de onsterfelijkheid van de ziel. Dat sermoen was bekroond met sukses, en vreselijke gevolgen bleven niet achter. Hij heeft geesten om dit sermoen als waarheid te ontvangen en bedienaars prediken het, zingen het en bidden het.
Dat er geen letterlijke duivel bestaat en een proeftijd na de komst van Christus, zijn algemeen aangenomen waarheden. De Schrift verklaart, dat ieders persoonlijk lot beslecht is voor altijd bij de komst van de Heer. Openb. 22 : 11 - 12" Satan heeft voordeel getrokken uit deze populaire fabels om zichzelf weg te steken. Hij komt tot arme, verleide sterfelijke wezens door het modern spiritisme, die geen perken legt aan dezen, die vleselijk gezind zijn en als het wordt uitgewerkt, families scheidt, jaloersheid verwekt en haat en de vrije teugel geeft aan de meest ontaardende geneigdheden. De wereld weet tot nog toe weinig over de verdorven invloed van het spiritisme. Het gordijn werd weggenomen en veel van zijn verschrikkelijk werk werd mij geopenbaard. Er werden mij getoond, die een ondervinding gehad hebben in het spiritisme en die het sedert vaarwel gezegd hebben, die beven als zij gewaar worden hoe dicht zij bij de volledige ondergang gestaan hebben. Zij hadden controle over zichzelf verloren, en Satan liet hen doen, dat wat zij haatten. Maar zelfs zij hebben maar een flauw beeld van wat spiritisme is. Bedienaars door de duivel ingegeven, kunnen met welsprekendheid dit afschuwelijk monster opdirken, zijn misvormdheid bedekken en het schoon laten schijnen. Maar het komt zo rechtstreeks van de Satanische majesteit, dat hij het recht opeist over allen te heersen, die ermede te maken hebben, want zij hebben zich gewaagd op verboden terrein en zij hebben de bescherming van hun Maker verbeurd.
Sommige arme zielen, die gefascineerd geweest zijn door de welsprekendheid van de onderwijzers van het spiritisme en die toegegeven hebben aan zijn invloed, ondervinden achteraf zijn dodelijk karakter en willen eraan verzaken, maar kunnen niet. Satan houdt hen in zijn macht en hij is niet gewillig hen te laten gaan in vrijheid. Hij weet dat zij zekerlijk van hem zijn, want hij heeft hen onder zijn specifiek toezicht, maar als zij zich eens vrij maken van zijn macht kan hij ze nimmer meer ertoe brengen van in Spiritisme te geloven, en hen zo rechtstreeks onder zijn leiding te plaatsen. De enige weg voor zulke arme zielen om te ontkomen aan Satan, is onderscheid te zien tussen bijbelwaarheid en fabels. Als zij de eisen van de waarheid erkennen, plaatsen ze zich op een veld, waar zij kunnen geholpen worden. 59.
Zij zullen deze verzoeken, die een godsdienst ondervinding hebben en die geloof hebben in de beloften van God, om te pleiten met de machtige Verlosser ten hunner gunste. Het zal een scherp konflikt zijn. Satan zal krachten bijzetten bij deze boze geesten, die deze persoon in de macht hadden; maar als de heiligen van God met diepe nederigheid vasten en bidden, zullen hun gebeden de overhand hebben. Jezus zal heilige engelen zenden om Satan weerstand te bieden en hij zal weggedreven worden en zijn macht zal gebroken worden van op de gekwelde personen. En Hij zeide tot hen: "Dit geslacht kan nergens door uitgaan dan door bidden en vasten". Marcus 9 : 29.
De gewone bediening kan met geen sukses het spiritisme weerstand bieden. Zij hebben niets, om hun kudde van zijn noodlottige invloed te beschutten; veel van de treurige gevolgen van spiritisme zal rusten op de bedienaars van deze tijd;. want zij hebben de waarheid met de voeten getreden en hebben in de plaats fabels verkozen. Het sermoen, dat Satan preekte aan Eva over de onsterfelijkheid van de ziel - "Gij zult geenszins sterven" - hebben zij herhaald vanop de preekstoel en het volk ontvangt het als zijnde bijbelwaarheid. Het ligt aan de grondslag van Spiritisme. Het Woord van God verklaart nergens dat de ziel van de mens onsterfelijk is. Onsterfelijkheid is een eigenschap, die alleen aan God toebehoort. "Die alleen onsterfelijkheid heeft en een ontoegankelijk licht bewoont, denwelken geen mens gezien heeft, noch het zien kan; welken zij eer en eeuwigen kracht. Amen". 1 Timoth. 6 : 16
Gods woord, juist begrepen en toegepast, is een veiligheid tegen spiritisme ... Het woord van God is volledig. Het is een eerlijke ketting van waarheid en zal een anker blijken te zijn voor dezen, die gewillig zijn het Woord aan te nemen, zelfs als zij hun geliefde fabels moeten ten offer schenken. Het zal hen bevrijden van de verschrikkelijke dwalingen van deze gevaarlijke tijden. Satan heeft de geesten van verschillende dienaars van verschillende kerken geleid om vast te houden aan de algemene dwalingen, zoals hij de joden leidde in hun blindheid om aan hun offeranden vast te blijven en Christus te kruisigen. Het wegwerpen van licht en waarheid laat de mens in de greep van Satan als gevangen slachtoffers van zijn misleiding. Hoe groter het licht is, dat zij verwerpen, des te groter zal de macht van misleiding en duisternis zijn, die op hen zal komen.
Er werd mij getoond dat Gods ware volk het zout van de aarde is en het licht van de wereld. God vergt van hen bestendige vooruitgang in de kennis van de waarheid, en op de weg van heiligmaking. Dan zullen zij het binnenkomen van de Satan begrijpen en in de kracht van Jezus zullen zij hem weerstaan. Satan kan, om hem te helpen, legioenen van engelen oproepen om de vooruitgang van zelfs een ziel, en, als het mogelijk is, deze uit de handen van Christus rukken. Ik zag kwade engels strijden voor zielen, en engels van God die hen weerstand boden. De strijd was hevig. Kwade engels verpestten de atmosfeer met hun vergiftigende invloed en perstten zich samen rond deze zielen om hun ontvankelijkheden te verstompen. Engels uit de hemel waakten en wachtten met angst om Satans heir weg te drijven. Maar het is het werk niet van goede engels om de geesten van de mensen in bedwang te houden tegen hun eigen wil in. Als zij zich laten neigen naar de vijand en zij geen inspanning doen om hem te weerstaan, dan kunnen de engels van God maar weinig meer doen dan het heir van Satan in bedwang houden, opdat zij niet zouden vernietigen, totdat verder licht gegeven wordt aan dezen, die in gevaar verkeren, om hen ertoe te bewegen op te staan en naar de hemel op te zien om hulp. Jezus zal geen heilige engelen opdracht geven dezen te bevrijden, die geen inspanning doen om zichzelf te redden.
Als de Satan ziet, dat hij in gevaar verkeert één ziel te verliezen, zal hij zich inspannen tot het uiterste om de éne te behouden. En als dit individu bewust geworden is van het gevaar waarin hij verkeert, en met droefheid en vurigheid Jezus opzoekt om kracht, dan vreest Satan dat hij een gevangene zal verliezen en hij roept een versterking op van zijn engels om de arme ziel te omsluiten en een muur van duisternis te vormen rond hem, opdat het hemels licht hem niet bereike. Maar als deze, die in nood is, volhoudt en in zijn hulpeloosheid zich werpt op de verdiensten van het bloed van Christus, dan luistert onze Verlosser naar de ernstige gebeden van geloof, en zendt een versterking van deze engelen, die uitmunten in kracht om hem te verlossen. Satan kan niet verdragen dat op zijn machtige rivaal beroep gedaan wordt, want hij vreest en beeft voor Zijn kracht en majesteit. Bij het geluid van vurig gebed beeft gans Satans heir. Hij gaat verder met legioenen kwade engelen op te roepen om zijn oogpunt te bereiken. En als engels, almachtig, bekleed met de wapenrusting van de hemel, de verzwakkende achtervolgde ziel ter hulp komen, dan wijken Satan en zijn heir, wel wetend dat hun strijd verloren is. De gewillige onderdanen van Satan zijn getrouw en aktief in één punt. En ofschoon zij elkander haten en oorlog voeren met elkander, toch gebruiken zij iedere gelegenheid om hun gemeenschappelijke belangen voor te staan. Maar de grote Bevelhebber in de hemel en op de aarde heeft Satans macht beperkt. 1 Test. Church 344 - 46. "Satan maakte Eva wijs, dat een hoge staat van geluk kon gewonnen worden door het toegeven aan niet toegelaten eetlust, maar de belofte van God aan de mens kan gewonnen worden door zelfverloochening. Als Jezus op het schandelijke kruis in agonie aan het lijden was voor de verlossing van het mensdom, werd de menselijke natuur verheven. Alleen door het kruis kan de menselijke familie opgeheven worden om met de hemel in verbinding te komen. Zelfverloochening en kruis ontmoeten wij bij iedere stap naar onze hemelse verblijfplaats.
Test. Chruch 79.
God eist onmiddellijke en onvoorwaardelijke gehoorzaamheid aan Zijn wet; maar de mens is in slaap of verlamd door het bedrog van Satan, die uitvluchten en verontschuldigingen voorstelt en hun gewetensbezwaar overwint, zeggende zoals hij aan Eva zegde in Eden: "Gijlieden zult den dood niet sterven". Ongehoorzaamheid verhardt niet alleen het hart en het geweten van de schuldige, maar het poogt het vertrouwen van anderen te verderven. Dat wat aanvankelijk voor hen zeer slecht scheen, verliest trapsgewijze die schijn, doordat het bestendig voor hen staat, tot zij tenlaatste zich afvragen of het werkelijk zonde is, en zij onvermijdelijk in dezelfde afwijking vallen ...
Wij mogen niet in het gezicht van de plicht schouwen en uitstellen van haar eisen te vervullen. Zulk uitstel geeft tot voor twijfel; ongeloof sluipt binnen, het oordeel wordt verdorven, het begrijpen verduisterd.
60.
Ten laatste bereiken de berispingen van God het hart niet van de misleide persoon, die zo verblind geraakt is, dat berispingen niet voor hem bestemd waren of toepasselijk voor zijn geval .... In ouden tijden sprak God tot de mens door de mond van profeten en apostels. In deze dagen spreekt Hij tot hen door de GETUIGENISSEN van Zijn Geest. Er was nooit een tijd waarin God Zijn volk zo ernstig onderrichtte dan Hij het nu doet, in verband met Zijn wil en de richting, die zij moeten volgen. Maar zullen zij profijt trekken uit Zijn onderrichtingen? Zullen zij Zijn berispingen aanvaarden en Zijn waarschuwingen in acht nemen? God wil geen halve gehoorzaamheid aanvaarden. Hij zal geen zelfcompromis toestaan; Test. Church 146 - 48.
Ik schrijf tenvolle het werk van de "Grote Strijd", dat de geschiedenis van de val van Satan bevat en het binnenkomen van de zonde op deze aarde; en ik kan een levendiger besef hebben van de grote strijd tussen Christus, de Prins van Licht en Satan, de prins van duisternis, dan ik tot hiertoe gehad heb. Als ik de verscheidene methoden van Satan zie om de val van het dwalende mensdom te beramen en de mens te maken zoals hijzelf is, een overtreder van Gods heilige wet, wilde ik dat engels van God op de aarde kwamen en deze zaak in al haar belang konden voorstellen. Dan word ik zo sterk bewogen voor de zielen, die willens nillens het licht en de kennis en de gehoorzaamheid aan Gods heilige wet verlaten. Zoals Adam en Eva de leugen van Satan geloofde: "Gij zult als goden zijn", zo hopen deze zielen van door ongehoorzaamheid op groter hoogten te komen, om een of ander vleiende positie te verwerven. Ik ben zo angstig dat, terwijl anderen slapen, ik uren in gebed doorbreng, opdat God met machtige kracht zou werken om de fatale misleiding te breken, die op de menselijke geest gelegd is en hen te leiden in eenvoud naar het kruis van Kalvarie. Dan breng ik mezelf tot rust met de gedachte dat al deze zielen gekocht zijn door het bloed van de Heer Jezus. Wij mogen liefde hebben voor deze zielen, maar Kalvarie getuigt hoe God hen liefheeft. Dit is ons werk niet, maar dat van de Heer. Wij zijn alleen instrumenten in Zijn handen om Zijn wil te doen, niet toebehorende aan ons zelf. Wij kijken naar dezen, die de geest van genade bedroeven en beven voor hen. Wij voelen spijt, en zijn teleurgesteld, omdat zij ontrouw bewijzen aan God en de waarheid; maar wij voelen een dieper droefheid als wij denken aan Jezus, die voor hen betaald heeft met zijn eigen bloed. Wij zouden al onze bezittingen geven om één te redden tot eeuwig leven, maar ook dit zou het werk niet doen. Het ene grote offer is volbracht in het leven, de zending en de dood van Jezus Christus. 0, dat hun geesten deze grootheid van dat offer mochten beschouwen! ! Dan zouden zij beter in staat zijn om de grootheid van de verlossing te begrijpen".
5 Test. Church 625 - 26.
"Mensen die zichzelf begiftigd denken met verstandelijke mogelijkheden van zulk een hoge rang, zodat zij een uitleg kunnen vinden voor al de wegen en werken van God, zoeken menselijke wijsheid te verheffen tot op dezelfde hoogte als de goddelijke, en de mens te verheerlijken als God. Zij herhalen alleen dat wat Satan verklaarde in Eden aan Eva: "Gij zult als goden zijn". Satan viel wegens zijn ambitie van gelijk met God te zijn. Hij begeerde binnen te gaan in de goddelijke raad en doelstellingen, waar hij uit verwijderd werd door zijn eigen onhandigheid van als geschapen wezen, de wijsheid van de Oneindige Ene te begrijpen. Het was deze ambitieuze hovaardij die leidde tot opstand, en met dezelfde middels zoekt hij de val van de mens te bewerkstelligen.
5 Test. Church 702.
Vers 7.
"Wanneerwij ons aan Christus onderwerpen, wordt ons hart verenigd met Zijn hart; onze wil gaat op in Zijn wil; onze gezondheid wordt één met Zijn gezondheid; onze gedachten worden gebracht onder Zijn heerschappij en wij leven Zijn leven. Dit betekent bekleed te zijn met het kleed Zijner gerechtigheid. Wanneer de Heere dan op ons ziet, ziet Hij niet het kleed van vijgebladeren, niet de naaktheid en de mismaaktheid van de zonde, maar Zijn eigen kleed der gerechtigheid, dat is de volkomen gehoorzaamheid aan de wet van Jehova.
Christ Object Lessons 312. Lessen uit de Gel. 291 - 92.
"De krans van heerlijkheid die God aan de heilige Adam gegeven had, die hem als met een kleed omringde, verdween van hem na de overtreding. Het licht van Gods glorie kon geen ongehoorzaamheid bedekken en ook geen zonde".
1 Sel. Mess. 270.
Vers 7 - 13.
"Het witte kleed der onschuld werd door onze stamouders gedragen, toen zij door God in de heilige hof
van Eden werden geplaatst. Zij leefden volkomen in overeenstemming met de wil van God. Alle liefde concentreerde zich op het hemelse. Een schoon, zacht licht, het licht Gods omhulde het heilige paar. Dit kleed van licht was een symbool van het geestelijk kleed van hemelse onschuld. Waren zij God trouw gebleven, dan zou het hun voortdurend omhuld hebben; als echter de zonde haar intrede deed, sneden zij de verbinding met God af, en het licht dat hen omscheen, verdween. Naakt en beschaamd trachtten zij het hemelse kleed te vervangen door vijgebladeren samen te vlechten om zich daarmede te bedekken. Dit hebben de overtreders der wet Gods gedaan sinds de dag van de overtreding van Adam en Eva. Zij hebben vijgebladeren samen gevlochten om hun naaktheid te bedekken, die ontstaan was door de overtreding; zij hebben getracht door hun eigen werken hun zonden te bedekken en zich aangenaam te maken voor God. Dit kunnen we nooit. De mens kan niets uitvinden of herstellen, dat de plaats kan innemen van zijn verloren kleed, het kleed der onschuld. Geen bedekking door vijgebladeren geen aards kleed kan door hen gedragen worden, die aanzitten met Christus en de engelen aan de bruiloft des Lams. Alleen het kleed, waarin Christus heeft voorzien kan ons geschikt maken om in de tegenwoordigheid Gods te verschijnen. Dit kleed, het kleed van Zijn gerechtigheid wil Christus schenken aan iedere gelovige, boetvaardige ziel. "Ik raad u" zegt Hij, "dat gij .. van mij koopt .. witte klederen, opdat gij
moogt bekleed worden, en de schande uwer naaktheid niet geopenbaard worde". 61.
Dit kleed, geweven in de hemelse weefstoel heeft niet één draad van menselijke uitvinding. Christus heeft in zijn mensheid een volmaakt karakter ontwikkeld en dit karakter wil Hij ons mededelen. "Al onze gerechtigheid is als een wegwerpelijk kleed". Alles, dat wij in onze eigen kracht doen is met zonde bevlekt, maar de Zoon Gods is geopenbaard om onze zonden weg te nemen en geen zonde was in Hem". Zonde is overtreding van de wet, maar Christus kwam en Hij was gehoorzaam aan elke eis van Gods wet. Toen hij op aarde was, zeide Hij tot Zijn disciepelen, dat Hij Zijn Vaders geboden bewaarde. Hij zeide van Zichzelf: "Ik heb lust om Uw welbehagen te doen, Uw wet is in het midden mijn ingewands". Toen Hij op de aarde was, zeide. Hij tot Zijn discipelen, dat Hij de geboden des Vaders hield". Door Zijn volkomen gehoorzaamheid heeft Hij het voor ieder menselijk wezen mogelijk gemaakt, Gods geboden te gehoorzamen. Wanneer wij ons aan Christus onderwerpen, wordt ons hart verenigd met Zijn hart ... Zie hoger
Christ Object Lessons 310 - 311. Lessen uit de GEL. 290 - 91.
Patriarchen en profeten: 31; 43 - 45; 52.
Schreden naar Christus 18; 41 - 42.
Adam en Eva waren onder de meest gunstige omstandigheden geplaatst in Eden. Zij genoten het voorrecht omgang met God en de engels te onderhouden. Zij waren zonder de veroordeling van de zonde. Het licht van God en de engels was met hen en overal rondom hen. De Maker van hun wezen was hun onderwijzer. Maar zij vielen onder de macht en de bekoring van de kunstige vijand. Vierduizend jaar is Satan aan het werk geweest tegen de regering tegen het bestuur van God, en hij heeft kracht en ondervinding verworven door vastberaden praktijk. De gevallen mens heeft de voordelen niet van Adam in Eden. Zij zijn sedert vierduizend jaar van God gescheiden. De wijsheid om te begrijpen en de macht om weerstand te bieden aan de bekoringen van Satan is meer en meer afgenomen, totdat Satan schijnt triomfantelijk te regeren op de aarde. Eetlust en passie, liefde voor de wereld en aanmatigende zonden, zijn de grote armen van kwaad, waaruit ieder soort van misdaad, gewelddadigheid en corruptie voortkomt.
1 Sel. Mess. 280.
De Heer bezocht Adam en Eva en maakte hen bekend welke de gevolgen waren van hun overtreding. Als zij God in Zijn majesteit hoorden naderen, zochten zij zich te verbergen voor Zijn inspectie, welke zij zo graag hadden, wanneer zij nog onschuldig en heilig waren. En de Here God riep Adam en zeide tot hem: Waar zijt gij ? En hij zeide: Ik hoorde Uw stem in den hof en ik vreesde: Want ik ben naakt; daarom verborg ik mij. En Hij zeide: Wie heeft u te kennen gegeven, dat gij naakt zijt? Hebt gij van dien boom gegeten van welken Ik u gebood, dat gij daarvan niet eten zoudt?' Deze vraag werd gesteld door de Heer, niet omdat Hij inlichtingen behoefde, maar om het schuldige paar te overtuigen. Hoe werd gij beschaamd en vreesachtig? Adam bekende zijn overtreding, niet omdat hij berouwvol was voor zijn grote ongehoorzaamheid, maar om blaam te leggen op God. "De vrouw die Gij mij gegeven hebt, die heeft mij van dien boom gegeven en ik heb gegeten". De vrouw werd dan aangesproken: "Wat is dit dat gij gedaan hebt? en de vrouw zeide: De slang heeft mij bedrogen en ik heb gegeten".
The Story of Redemption 39.
"Nadat Adam en Eva van de verboden vrucht genomen hadden, waren zij vervuld met een gevoel van vrees en schaamte. In het begin was hun eerste gedachte hoe zij hun zonden zouden verontschuldigen voor God en de verschrikkelijke uitspraak van de dood zouden ontkomen. Als de Heer hun ondervroeg nopens hun zonde, antwoordde Adam, de schuld gedeeltelijk op God leggend, en gedeeltelijk op zijn gezellin: "De vrouw, die Gij mij gegeven hebt, die heeft mij van dien boom gegeven en ik heb gegeten". De vrouw legde de schuld op de slang, zeggende: "De slang heeft mij bedrogen, en ik heb gegeten". Waarom maakte Gij het serpent? Waarom liet Gij haar toe dat zij in Eden kwam? Deze vragen lagen besloten in de verontschuldigingen voor haar zonde, aldus God belastend met de verantwoordelijkheid van haar val. De geest van zelf-verrechtvaardiging heeft zijn oorsprong bij de vader van de leugens en is ten toon gespreid geworden door al de zonen en dochters van Adam. Belijdenissen van deze aard zijn niet geinspireerd door de goddelijke Geest en zijn niet aanvaardbaar voor God. Waar berouw zal de mens leiden van zijn schuld zelf te dragen en haar te bekennen zonder bedrog of hypocritie.
5 Test. Church 637 - 38.
Vers 8.
In het belang dat Hij had voor Zijn kinders leidde onze hemelse Vader persoonlijk hun opvoeding. Dikwijls werden zij bezocht door Zijn boodschappers, de heilige engelen, en ontvingen van hen raad en instructies. Dikwijls als zij wandelden in de koelte van de dag in de hof hoorden zij de stem van God en hielden van aangezicht tot-aangezicht vereniging met de Eeuwige. De gedachten, die Hij hen toedroeg, waren "gedachten des vredes en niet des kwaads". Alles wat Hij voor ogen had, was hun hoogste
goed.
Education 21.
"Het heilig paar begroette met vreugde de bezoeken van hun Schepper, als Hij in de koelte van de dag wandelde en sprak met hen. Dagelijks onderwees Hij hen Zijn lessen". The Ministry of Healing 261. "De geinspireerde geschiedenis van ons mensengeslacht is geplaatst in de handen van eenieder. Eenieder kan nu aanvang nemen met zijn opzoekingen. Zij kunnen in kennis gebracht worden met onze eerste ouders, zoals zij in Eden verbleven, in heilige onschuld, gemeenschap met God genietende en met de zondeloze engelen.
Messages to young people. 255.
Vers 15.
"Volledige en specifieke profetien zijn gegeven geweest in verband met de verschijning van Deze, die beloofd werd. Aan Adam werd de verzekering gegeven van de komst van een Verlosser.
62.
Het oordeel uitgesproken over Satan, "en Ik zal vijandschap zetten tusschen U en tusschen deze vrouw , en tusschen uw zaad en tusschen haar zaad: dat zal u den kop vermorzelen, en gij zult het verzenen vermorzelen" was aan onze eerste ouders een belofte van verlossing die zou uitgewerkt worden door Christus. The Acts of the Apostels. 222.
"Christus kwam om de wereld te bezaaien met waarheid. Overal, sinds de val van de mens, heeft Satan het zaad van dwaling gezaaid. Het was eerst door leugen, dat hij controle kreeg over de mens, en zo werkt hij steeds om Gods koninkrijk,op de aarde omver te werpen en om de mens onder zijn macht te brengen. Een zaaier van een hogere wereld, Christus, kwam om het zaad van de waarheid te zaaien. Hij Die in de raad van God verbleef, die zijn verblijf had in het inwendige Heiligdom van de Eeuwige, kon aan de mens de reine princiepen van waarheid brengen. Sedert de val is het Christus geweest, die Openbaarder was van de waarheid in de wereld. Door Hem is het onverderfelijke zaad, "het levende en eeuwig blijvende woord Gods" aan de mens medegedeeld. 1 Petr. * : 23. In deze eerste belofte, uitgesproken aan het gevallen mensdom in Eden, zaaide Christus het zaad van het Evangelie". Christ Object Lessons 37 - 38. "Altijd, sedert de eerste belofte van verlossing in Eden uitgesproken werd, is het leven, het karakter en het middelaarswerk van Christus een studie geweest voor de menselijke geest. Want iedere geest, waardoor de Heilige Geest werkt, heeft deze thema's in een licht voorgesteld, dat fris en nieuw is. De waarheden van de verlossing zijn in staat zich bestendig te ontwikkelen en uit te breiden. Ofschoon oud, zijn zij altijd nieuw, en openbaren aan de zoeker naar waarheid een groter heerlijkheid en een machtiger macht.
In iedere tijdsperiode is er een nieuwe ontwikkeling van de waarheid, een boodschap van God aan het volk van deze generatie. De oude waarheden zijn allen van essentieeel belang; nieuwe waarheden zijn niet onafhankelijk van de oude, maar een ontvouwing van deze. Het is slechts als de oude waarheden verstaan zijn dat wij de nieuwe kunnen begrijpen. Christ Object Lessons 127.
"Maar wanneer de volheid des tijds gekomen is, heeft God Zijnen Zoon uitgezonden .... Opdat Hij degenen die onder de wet waren, verlossen zou; en opdat wij de aanneming tot kinderen verkrijgen zouden." Gal. 4 : 4 - 5. De komst van de Heiland was voorspeld in Eden. Als Adam en Eva voor het eerst de belofte hoorden, zagen zij uit naar een spoedige vervulling. Zij verwelkomden met vreugde hun eerstgeboren zoon hopende dat hij de Verlosser mocht wezen. Maar de vervulling van de belofte bleef uit. Deze, die ze het eerst ontvangen hadden, stierven zonder ze te zien. Vanaf de dagen van Enoch, werd de belofte herhaald door patriarchen en profeten, die de hoop van Zijn verschijning levend hielden, en toch kwam Hij nog niet. The Desired of Ages. 31.
"Met een ontzaginboezemende geest maar toch met een triomfantelijke geest, zocht hij ( Johannes de Doper) de openbaringen van de komst van de Messias, - het beloofde zaad, dat de kop van de slang zou verpletteren ... " Desire of Ages 103.
"Sedert de aankondiging van de slang in Eden "Ik zal vijandschap stellen tussen u en de vrouw, en tussen uw zaad en haar zaad" Gen. 3 : 1 - 15. , wist Satan dat hij geen absoluut meesterschap had over de aarde. Er was in de mens een werking te bespeuren, die zijn meesterschap weerstond". Desire of Ages 115.
"Vanaf de belofte gegeven aan Adam doorheen de lijn van patriarchen en de wettelijke bedeling, maakte het heerlijke licht van de hemel de voetstappen duidelijk van de Verlosser". Desire of Ages 211 - 12.
"Er zijn geen menigvuldige wegen naar de hemel. Eenieder kan zijn eigen weg niet kiezen. Christus zegt: "Ik ben de weg:.... niemand komt tot de Vader dan door Mij". Sedert het eerste evangelie gepredikt werd in Eden als er verklaard werd, dat het zaad van de vrouw de kop van de slang zou verpletteren is Christus opgeheven geweest als de weg, de waarheid en het leven. Hij was de weg als Adam leefde, als Abel aan God het bloed van het geslachte lam aanbood, dat het bloed van de Verlosser voorstelde. Christus was de weg waardoor Patriarchen en profeten verlost werden. Hij is de weg waardoor wij alleen kunnen toegang hebben tot de troon van God. Desire of Ages 663.
"Het centrale thema van de bijbel, het thema, waarrond alle andere thema's zich scharen, is het Verlossingsplan, het herstel in de menselijke ziel van het beeld van God. Vanaf de eerste bekendmaking van hoop in het oordeel uitgesproken in Eden tot de laatste heerlijke belofte van de Openbaring, "en zullen zijn aangezicht zien, en zijn naam zullen op hunne voorhoofden zijn", is het hoofdthema van ieder boek en iedere bladzijde van de Bijbel een ontplooiing van dit wonderbare thema - de opheffing van de mens - de macht van God "die ons de onderwinning geeft door onze Heer Jezus Christus". 1 Cor. 15 : 1 - 57. Education 125 - 26.
"Maar als de Heiland zijn leven gaf, en met zijn stervende adem uitriep "het is volbracht" dan was de vervulling van het plan van verlossing verzekerd. De belofte van redding gegeven aan het zondige paar in Eden was volbracht. Het koningdom van genade, dat vooraf bestond door de belofte van God, was dan ingesteld". Great Controversy 348.
"En Ik zal vijandschap zetten tusschen u en tusschen deze vrouw, en tusschen uw zaad en tusschen haar zaad: dat zal u den kop vermorzelen, en gij zult het de verzenen vermorzelen". Gen. 3 : 1 - 15. De goddelijke veroordeling uitgesproken tegen Satan na de val van de mens was ook een profetie, die alle eeuwen omsluit, tot het einde van de tijd en die het grote konflikt verafschaduwt, waarin alle mensen, die op de aarde leven zouden mee betrokken zijn.
God verklaart: "Ik zal vijandschap zetten".
Deze vijandschap wordt niet op een natuurlijke wijze in stand gehouden. Als de mens de goddelijke wet overtrad, werd zijn natuur kwaad en hij was in harmonie en niet in tegenspraak met de Satan. Natuurlijkerwijze bestaat er geen vijandschap tussen de zondige mens en de aanstoker van zijn zonde. Beiden werden slecht door afvalligheid. De afvallige rust nooit, tenzij hij sympathie en ondersteuning verkrijgt door anderen uit te nodigen om zijn voorbeeld te volgen. Voor deze zaak verenigen zich gevallen engelen en goddeloze mensen in hopeloze vriendschapsbanden.
Was God niet op een speciale wijze tussengekomen, dan zou Satan en de mens een verbond gemaakt hebben tegen de hemel en in plaats van de vijandschap tegen Satan te beminnen, zou gans de menselijke familie verenigd-geweest zijn in tegenstrijd met God.
Satan bekoorde de mens tot zonde, zoals hij engels gebracht had tot opstand, opdat hij aldus medewerking mocht verkrijgen in zijn oorlog tegen de Hemel. Er was geen verschil tussen hemzelf en de gevallen engelen, in verband met hun haat voor Christus; terwijl op alle andere punten onverschil is, zijn zij krachtig verenigd om de autoriteit van De Heerser over het universum tegen te staan. Maar als Satan de verklaring hoorde dat er vijandschap zou zijn tussen hem en de vrouw, en tussen zijn zaad en haar zaad, wist hij dat zijn inspanningen om het mensenras te ontaarden zou onderbroken worden; dat de mens door zekere middels in staat zou zijn om zijn macht te weerstaan. Satans vijandschap tegen het mensenras is ontstoken, omdat, door Christus, zij het voorwerp zijn van Gods liefde en barmhartigheid. Hij begeert het goddelijke plan voor de verlossing van de mens te dwarsbomen, van oneer op God te werpen, door Zijn werk te ontaarden en te bevlekken; hij wilde droefheid in de hemel veroorzaken en vervulde de wereld met wee en verwoesting. En hij kent al dit kwaad toe als het resultaat van het werk van God in het scheppen van de mens. Het is de genade, die Christus in de ziel plant, die vijandschap teweeg brengt tegen Satan. Zonder deze bekerende genade en vernieuwende macht, zou de mens de gevangene van de Satan blijven, een dienaar, die altijd bereid zou zijn zijn wensen te voldoen. Maar het nieuwe princiep in de ziel doet strijd ontstaan, waar er vooraf vrede was. De macht welke Christus toebedeelt, stelt de mens in staat de tiran en overweldiger te weerstaan. Alwie gezien wordt de zonde te verafschuwen in plaats van ze lief te hebben, alwie deze passies tegenstaat en overwint, die inwendig overheerst hadden, stelt een werking van een princiep ten toon, die gans van boven komt.
Het antagonisme, dat bestaat tussen de geest van Christus en de geest van Satan werd het meest nauwkeurig aan de dag gelegd in de manier waarop de wereld Jezus ontvangen heeft. Het was niet zozeer, omdat Hij niet verscheen zonder wereldse weelde, pracht en praal, dat de joden ertoe geleid werden Hem te verwerpen. Zij zagen dat Hij macht bezat, die meer dan genoeg zou instaan voor het ontbreken van deze uitwendige voordelen. Maar de reinheid en heiligheid van Christus, riep tegen Hem op de haat van de goddelozen. Zijn leven van zelfopoffering en zondeloze godsvrucht; was een voortdurend verwijt voor een trots, materialistisch volk. Dit was het dat vijandschap tegen de Zoon van God verwekte. Satan en zijn kwade engelen sloten zich aan met kwade mensen. Alle krachten van afval zweerden samen tegen de Kampioen van de waarheid.
Dezelfde vijandschap komt tot uiting jegens de volgelingen van de Meester. Wie ook het afstotend karakter van de zonde ziet en in de kracht van boven de bekoring weerstaat, zal zekerlijk de wraak van Satan en zijn onderdanen doen ontstaan. Haat voor de pure princiepen van de waarheid en verwijt en vervolging van dezen, die de waarheid voorstaan, zal bestaan zolang als zonde en zondaars bestaan. De volgelingen van Christus en de dienaren van Satan kunnen niet harmoniseren. De belediging van het kruis is niet opgehouden. "En ook allen, die godzaliglijk willen leven in Christus Jezus, die zullen vervolgd worden". 2 Tim. 3 : 12.
Satans agenten zijn bestendig aan het werk onder zijn leiding om zijn gezag te vestigen en zijn koninkrijk op te bouwen in tegenstelling met het bestuur van God. Om dit doel te bereiken zoeken zij de volgelingen van Christus te misleiden en hen te verlokken vanuit hun trouw. Gelijk hun leider leggen zij de schriften verkeerd uit en verdraaien ze deze om hun doel te bereiken. Als Satan verwijt op God poogde te leggen, zo zoeken zijn agenten om het volk van God te belasteren. De geest, die Christus ter dood bracht, zet de slechten aan om Zijn volgelingen te vernietigen. Dit alles is aangekondigd in deze eerste profetie.
Ik zal vijandschap zetten tussen u en tussen deze vrouw en tussen uw zaad en tussen haar zaad. En dit zal voortgaan tot het einde der tijden. Satan verzamelt al zijn krachten en zet zijn ganse macht in de strijd. Waarom ontmoet hij geen groter weerstand? Waarom zijn de soldaten van Christus zo slaperig en onverschillig? Omdat zij zo werkelijk weinig verbinding hebben met Christus; omdat zij zo ontdaan zijn van Zijn Geest. Zonde is voor hen niet afschuwelijk en afschrikwekkend, zoals dit voor hun Meester was. Zij gaan de zonde niet tegen zoals het Christus deed, met besliste en wel bepaalde weerstand. Zij vergewissen zich niet van het uitnemend kwaad en de boosaardigheid van de zonde, en zij zijn gebonden aan het karakter en aan de macht van de prins van de duisternis. Er is weinig vijandschap tegen Satan en zijn werken, omdat er zo een grote onwetendheid is nopens zijn macht en zijn listigheid, en de uitgestrekte oppervlakte van zijn oorlog met Christus en Zijn kerk. Velen worden hier misleid. Zij weten niet, dat hun vijand een machtige generaal is, die de geest van de kwade engelen in zijn macht heeft en dat met wel overwogen plannen en goed ineengestoken akties hij oorlog voert tegen Christus om de redding van de zielen te voorkomen. Onder belijdende Christenen, en zelfs onder evangeliebedienaars, wordt er zelden gewag gemaakt van Satan, uitgezonderd wellicht een toevallig vermelden op de kansel. Zij zien de gevolgen over het hoofd van zijn bestendige aktiviteit. Zij schijnen zijn reeël bestaan niet te kennen. Terwijl de mensen zijn methoden niet kennen, is deze waakzame vijand hen bestendig op het spoor. Hij dringt zijn tegenwoordigheid op in ieder onderdeel van het huishouden, in iedere straat van onze steden, in de kerken in de nationale raden, in de gerechtshoven waar hij verwarring strooit, verleidt, om de tuin leidt, waardoor hij overal zielen en lichamen tot verderf brengt van mannen, vrouwen en kinderen, families uiteentrekt, haat zaait en ook wedijver, tweespalt, opstand en moord. En de christene wereld schijnt deze dingen te beschouwen alsof God deze dingen voorzien heeft en dat zij moeten bestaan. Satan is voortdurend bezig met het volk van God te overwinnen, door.de mijlpalen weg te nemen, die hen van de wereld scheiden. Het oude Israël wordt voortdurend tot zonde verlokt, als zij zich gewaagden in verboden verbinding te komen met de heidenen. Op dezelfde wijze wordt het moderne Israël op het verkeerde pad gebracht ."In dewelke de god dezer eeuw de zinnen verblind heeft, namelijk der ongeloovigen, opdat hen niet bestrale de verlichting van het Evangelie der heerlijkheid van Christus, die het beeld Gods is". 2 Cor. 4 : 4. Allen die geen besliste volgelingen van Christus zijn, zijn dienaren van Satan.
64.
In het vernieuwde hart is er haat voor de zonde en besliste weerstand er tegen. Als Christenen het gezelschap van goddelozen en ongelovigen kiezen, stellen ze zichzelf bloot aan bekoring. Satan houdt zich uit het zicht maar legt zijn verleidende bedekking heimelijk over hun ogen. Zij onderscheiden niet, dat zulk een gezelschap berekend is om hen kwaad te berokkenen; en terwijl zij bestendig zich versmelten met de wereld in karakter, woorden en daden, worden zij meer en meer verblind.
Gelijkvormigheid met de wereldse gewoonten bekeert de kerk tot de wereld; het bekeert nooit de wereld tot Christus. Gemeenzaamheid met de zonde zal onvermijdelijk doen blijken dat zij minder afstotelijk is. Zij, die kiezen zich te verenigen met de dienaars van Satan zullen er gauw toe komen hun meester minder te vrezen. Als wij op onze weg van plicht in bezoeking gebracht worden, zoals het voorviel met Daniel aan het hof van de koning, mogen wij zeker zijn dat God ons beschermt; maar als wij onszelf onder bekoring brengen, zullen wij vroeg of laat vallen.
De verleider werkt met het meeste sukses doorheen dezen, waarvan men het minst veronderstelt, dat zij onder toezicht staan. Deze, die talenten en opvoeding bezitten worden bewonderd en vereerd, alsof deze kwaliteiten konden voorzien voor de afwezigheid van de vreze Gods of de mens het recht geven tot Zijn gunst. Talenten en kultuur op zichzelf gezien, zijn gaven van God; maar als deze gemaakt zijn om de plaats van de godsvrucht in te nemen, als zij, in plaats van de ziel nader bij God te brengen, zij hen van Hem af trekken, dan worden zij een vloek en een strik. De gedachte overheerst bij velen, dat alles, wat de schijn heeft van hoffelijkheid of wat verfijning aangaat, in enige betekenis moet aan Christus toebehoren. Nooit was er een grotere vergissing. Deze kwaliteiten zouden moeten het karakter van iedere Christen tooien, want zij kunnen een machtige invloed uitoefenen ten gunste van ware godsdienst; maar zij moeten toegewijd zijn aan God, of zij zijn ook een macht in de handen van hgt kwaad. Vele mensen met een gekultiveerde geest en aangename manieren, die zich niet verlagen voor wat in het algemeen als een immorele handeling wordt gezien, zijn slechts gepolierde instrumenten in de handen van de Satan. Het verradelijk en verleidend karakter van hun invloed en voorbeeld maakt van hen gevaarlijker vijanden voor de zaak van God dan deze, die onwetend en ongekultiveerd zijn.
Door ernstig gebed en afhankelijkheid van God, verkreeg Salomo de wijsheid, die de bewondering en verwondering wekte van de wereld. Maar als hij zich afkeerde van de bron van zijn kracht en zich voortbewoog steunend op zijn eigen kracht viel hij ten prooi van de verleiding. Dan maakten de bewonderenswaardige machten die gegund waren aan de wijste van de koningen van hem slechts een meer doelmatig agent van de tegenstander van de zielen. Terwijl Satan bestendig bezig is met de geesten te verblinden voor de ware toedracht, dat de Christenen nooit vergeten, dat zij niet strijden "tegen vlees en bloed, maar tegen de overheden, tegen de machten tegen de geweldhebbers der wereld, der duisternis dezer eeuw, tegen de geestelijke boosheden in de lucht". Ef. 6 : 12. De geinspireerde waarschuwing klinkt doorheen de eeuwen tot onze tijd: "Zijt nuchter en waakt; want uwe tegenpartij, de duivel, gaat om als een brieschende leeuw, zoekende wien hij zou mogen verslinden". 1 Petr. 5 :.8. "Doet aan de gehele wapenrusting Gods, opdat gij kunt staan tegen de listige omleidingen des duivels". Ef. 6 : 11. Vanaf de dagen van Adam tot aan onze tijd, heeft onze grote vijand zijn macht uitgeoefend om te onderdrukken en te vernietigen. Nu zet hij zich gereed voor zijn laatste campagne tegen de kerk. Allen, die Jezus willen volgen zullen in tweestrijd gebracht worden met deze meedogenloze vijand. Hoe getrouwer de Christen het goddelijke patroon navolgt, hoe zekerder zal hij van zichzelf een trefpunt maken voor de aanvallen van de Satan. Allen, die aktief geengageerd zijn in de zaak van God, zoekend om verleidingen van de kwade te ontmaskeren, en die Christus vertegenwoordigen voor het volk, zullen in staat zijn zich te vervoegen met de getuigenis van Paulus, waar hij spreekt van de Heer te dienen met alle nederigheid des geestes, met vele tranen en verleidingen. Satan viel Christus aan met de hevigste en subtielste verleidingen, maar hij werd afgestoten in ieder konflikt. Deze strijden werden gevoerd ten onzen gunste. Deze overwinningen maken het ons mogelijk de zege te behalen. Christus zal kracht schenken aan allen die er om zoeken. Niemand kan door de Satan overwonnen worden, tenzij hij zelf akkoord gaat. De verleider heeft niet de macht om de wil te beheersen of een ziel te verplichten tot zonde. Hij kan kwellen, maar hij kan niet besmetten. Hij kan zielestrijd veroorzaken maar geen bezoedeling. Het feit, dat Christus overwonnen heeft moet Zijn volgelingen op het gedacht brengen, dat hen moed geeft om manhaftig te strijden tegen zonden en tegen Satan. Great Controversy 505 - 10. Hfdst. Vijandschap tussen de mens en Satan. Profeten en Koningen 551 en 54. Prophets and Kings 681 en 84.
Patriarchen en Profeten 44.
"De mens ontving de eerste wenk van een toekomstige verlossing, toen de Heer in het paradijs het vonnis over Satan uitsprak. God zeide: Ik zal vijandschap zetten tusschen deze vrouw en tusschen uw zaad en tusschen haar zaad: datzelve zal u den kop vermorzelen, en gij zult het de verzenen vermorzelen". Dit vonnis ten aanhoore onzer stamouders uigesproken, was voor hen eene belofte. Ofschoon er een strijd tusschen hen en den Satan werd aangekondigd, zo ontvingen zij ook de verzekering, dat de macht van den grooten tegenpartijder eindelijk zou worden vernietigd. Adam en Eva stonden als misdadigers voor den rechtvaardigen rechter, wachtende op het vonnis, dat over hunne overtreding zou worden uitgesproken; doch alvorens zij hoorden tot welk een leven van verdriet en pijnlijken arbeid zij gedoemd waren, alsmede dat zij tot het stof zouden wederkeren, werden zij verwaardigd eerst de woorden te horen, die hen met hoop bezielden. Ofschoon zij veel van de aanvallen van den geweldigen vijand zouden hebben te verduren zo mochten zij toch de eindelijke zegepraal verwachten.
Als Satan hoorde dat er vijandschap zou bestaan tussen hemzelf en de vrouw, en tussen zijn zaad en haar zaad, wist hij dat zijn werk van ontaarding van de menselijke natuur zou onderbroken worden; dat door sommige middels de mens zou in staat zijn zijn macht te weerstaan. Nu was het verlossingsplan meer ten volle ontvouwd, Satan verheugde zich met zijn engelen dat, door de val der mensen te veroorzaken, hij de Zoon van God kon naar beneden brengen van Zijn verheven positie. Hij verklaarde, dat zijn plan zeer suksesvol geweest was en hier op de aarde; en, dat als Christus de menselijke natuur zou aannemen, ook Hij zou kunnen overwonnen worden, en dat aldus de verlossing van het gevallen ras kon voorkomen worden.
65.
Hemelse engels verklaarden meer tenvolle het plan van verlossing aan onze eerste ouders. Adam en zijn gezellin werden verzekerd, dat niettegenstaande hun grote zonde, zij toch niet aan de heerschappij van Satan overgelaten werden. De Zoon van God had geofferd voor verzoening, met Zijn eigen leven, voor hun overtredingen. Een periode van beproeving zou hen toegestaan worden en door bekering en geloof in Christus konden zij opnieuw kinderen van God worden.
Het offer gevraagd voor hun overtredingen openbaarde aan Adam en Eva het heilig karakter van de wet; en
zij zagen, zoals zij nooit gezien hadden vooraf, de schuld van hun zonde en haar verschrikkelijke gevolgen. In hun wroeging en angst vragen zij dat de schuld niet op Hem mocht vallen, wiens liefde de bron geweest was van al hun vreugde; laat zij eerder vallen op hen en op hun nageslacht.
Hun werd gezegd, dat sedert de wet de basis was van Zijn bestuur in de hemel zowel als op de aarde, zelfs het leven van een engel niet als offer kon aanvaard worden voor haar overtreding. Niet een van haar voorschriften kon afgeschaft of veranderd worden om de mens in zijn gevallen toestand tegemoet te komen; maar de Zoon van God, die de mens geschapen had, kon verzoening doen voor hem. Als de overtreding van Adam ellende en dood teweeg gebracht had, zo zou het offer van Christus leven en onsterfelijkheid brengen. Patriarchs and prophets 65 - 67. In Patriarchen en profeten gedeeltelijk vertaald. Patriarchen en profeten 60; 361; 364; 368 - 69.
"De wet van God bestond vó0r de schepping van de mens of anders zou Adam niet gezondigd hebben. Na de overtreding van Adam waren de princiepen van de wet niet veranderd, maar definitief gerangschikt en uitgedrukt om de mens tegemoet te komen in zijn gevallen toestand. Christus in beraad met Zijn Vader, stelde het systeem in van de offeranden; opdat de dood in plaats van onmiddellijk op de zondaar zou toegepast worden, zou overgedragen worden op een slachtoffer, dat het grote en volmaakte offer van de Zoon van God zou voorstellen.
Als Adam de wet van God niet had overtreden dan zou de ceremoniele wet nooit moeten ingesteld worden. Het evangelie van het goede nieuws was eerst gegeven aan Adam in de verklaring gegeven aan hem, dat het zaad van de vrouw de kop van de slang zou verpletteren en dit werd overgeleverd doorheen verschillende generaties tot Noah, Abraham en Moses. De kennis van Gods wet, en het plan van verlossing werden medegedeeld aan Adam en Eva door Christus zelf. Zij bewaarden zorgvuldig de voorname lessen en droegen deze over door het woord van de mond, aan hun kinderen, en kinds kinderen. Zo was de kennis van de wet van God bewaard. De mensen leefden in deze dagen duizend jaar, en engelen bezochten hen met de instructies, die zij rechtstreeks van Christus kregen
Het was onmogelijk voor Adam door zijn voorbeeld en voorschriften de vloed van wee, die zijn overtreding op de mens gebracht had tegen te houden. Ongeloof bekroop de harten van de mensen. De kinderen van Adam gaven het vroegste voorbeeld van de twee verschillende richtingen gevolgd door de mens in verband met de eisen van God. Abel zag Christus voorafgebeeld in de offerdiensten; Kain was een ongelovige in verband met de noodzakelijkheid van de offeranden; hij weigerde in te zien, dat Christus was voorafgebeeld in het geslachte lam; het bloed van de dieren scheen hem krachteloos. Het evangelie was aan Kain gepredikt zowel als aan Abel; maar het was hem een reuk des doods ten doode, omdat hij in het bloed van het geofferde lam, Jezus Christus niet wilde zien, de enige voorziening gebracht voor de redding van de mens. 1 Selected Messages 230 - 31.
"De vijandschap waarnaar gewezen wordt in de profetie van Eden moet niet alleen gezien worden voor Satan en de Prins van leven. Het was algemeen. Satan en zijn engels moesten de vijandschap voelen van gans het mensdom. "Ik zal vijandschap stellen" zegde God, "tussen u en de vrouw en tussen uw zaad en haar zaad; het zal u den kop vermorzelen en gij zult het de heil vermorzelen". Gen. 3 : 1 - 15. De vijandschap gesteld tussen het zaad van de slang en het zaad van de vrouw was bovennatuurlijk. Met Christus was de vijandschap in enige zin natuurlijk; in de andere zin was ze bovennatuurlijk, als mensheid en godheid verenigd werden.
En nooit werd de vijandschap zo sterk ontwikkeld dan als Christus een inwoner werd van deze aarde.
Nooit was er een wezen op de aarde, die de zonde zo volkomen haatte als Christus die haatte. Hij had haar bedriegende verblindende invloed op de heilige engels gezien en gans zijn vermogen was in gebruik genomen om er tegen in te gaan.
De reinheid en de heiligheid van Christus, Zijn onbevlekte rechtvaardigheid, die niet zondigde, was een voortdurend verwijt voor alle zonden in de wereld, die vol was van zinnelijkheid en zonde. In Zijn leven scheen het licht van de waarheid temidden van de morele duisternis, waarmede de Satan de wereld overdekt had. Christus liet de bedriegerijen en het misleidend karakter van Satan blijken en vernietigde in vele harten zijn verderfelijke invloed. Het was hierom, dat Satan zo opgehitst was met zulk een intense haat. Met zijn heir van gevallen engelen, besliste hij de oorlog nog krachtiger aan te vuren; want er was Iemand op de aarde, die een volmaakte vertegenwoordiger was van de Vader, Iemand, wiens karakter en praktijken Satans misvoorstellen van God weerlegden. Satan heeft op God het attribuut gelegd, dat hijzelf bezit. Nu zag hij in Christus God geopenbaard in Zijn waar karakter - een medelijdende, barmhartige Vader, niet begerend dat een zou verloren gaan, maar dat allen tot Hem zouden komen in berouw en dat zij eeuwig leven zouden hebben.
Sterke wereldsgezindheid is een van Satans meest suksesrijke bekoringen geweest. Zijn opzet is van de geesten en de harten van de mensen zo te behouden, in beslag genomen door wereldse aantrekkelijkheden; dat er geen plaats zal zijn voor hemelse dingen. Hij beheerst hun binnenste in hun liefde voor de wereld. Aardse dingen overschaduwen de hemelse, en plaatsten de Heer weg uit hun gezichtseinder en uit hun begrip. Valse theorieën en valse goden worden geliefkoosd in de plaats van de ware. Mensen zijn gevleid met de schittering en het klatergoud van de wereld. Zij zijn zo aangetrokken door de dingen van de aarde, dat velen een zonde zouden willen bedrijven om enige wereldse voordelen te bekomen. Het was in die zin, dat Satan poogde Christus te overtroeven. Hij dacht dat hij hem in Zijn mens zijn gemakkelijk kon overwinnen.
66.
"Wederom nam de duivel Hem mee naar een zeer hogen berg en hij toonde Hem al de koninkrijken der wereld en hun heerlijkheid en zeide tot Hem: Dit alles zal ik U geven, indien Gij U nederwerpt en mij aanbidt. Toen zeide Jezus tot hem: Ga weg, Satan! Er staat immers geschreven: De Here uw God, zult gij aanbidden en Hem alleen dienen". Math. 4 : 8 - 9.
Maar Christus was onbeweeglijk. Hij voelde de kracht van deze bekoring, maar Hij bood haar het hoofd ten onzen gunste en overwon. En Hij gebruikte slechts de wapens, die alleen gerechtvaardigd zijn om gebruikt te worden door menselijke wezens. Het Woord van Hem, die machtig is in raad - "Er staat geschreven". M ath. 4 : 1 4 - 10.
Met welk een intense belangstelling werd deze strijd gade geslagen door hemelse engelen en door niet gevallen werelden, als de eer van de wet gerehabiliteerd werd. Niet alleen voor deze wereld, maar voor het universum van de hemel moest de strijd voor altijd uitgemaakt worden. Het verbond van de duisternis wachtte op de schijn van kans om te overwinnen over de goddelijke en menselijke Plaatsvervanger van het mensenras, opdat de afvallige zou kunnen roepen "Viktorie" en dat de wereld en zijn inwoners voor altijd zijn koninkrijk zouden kunnen worden.
Maar Satan reikte alleen tot de hiel, hij kon het hoofd niet bereiken. Bij de dood van Christus, zag Satan dat hij de nederlaag onderging. Hij zag dat zijn waar karakter geopenbaard werd op een duidelijke wijze voor gans de hemel, en dat de hemelse wezens en de werelden, die God geschapen had tenvolle aan de zijde van God zouden staan. Hij zag, dat zijn vooruitzichten van invloed uit te oefenen in de toekomst op hen volledig zou afgesneden zijn. De mensheid van Christus zou voor alle eeuwen het probleem, dat de strijd ontketende, aanwijzen.
Door de menselijke natuur in gevallen toestand op zich te nemen, nam Christus in het geheel geen deel aan haar zonden. Hij was onderhevig aan haar gebreken en zwakheden door dewelke de mens is omgeven, opdat vervuld zou worden, hetgeen gesproken werd door den profeet Jesaja, toen hij zeide: Hij heeft onze zwakheden op Zich genomen en onze ziekten heeft Hij gedragen. Hij was onderhevig aan het gevoel van onze gebreken, en werd in alle punten bezocht zoals wij. En toch kende Hij geen zonde. Hij was het Iam "onberispelijk en vlekkeloos". 1 Petr. 1 : 19. Had Satan Christus ten laatste als particuliere persoon kunnen verleiden tot zonde, zou hij het hoofd van de Verlosser verpletterd hebben. Zoals het eigenlijk was, kon hij slechts de hiel raken. Ware het hoofd van Christus geraakt, de hoop van het mensenras zou vergaan zijn. Goddelijke wraak zou op Christus gekomen zijn zoals hij kwam op Adam. Christus en de kerk zouden zonder hoop zijn. Wij mogen geen twijfel hebben in verband met de volmaakte zondeloosheid van de menselijke natuur van Christus. Ons geloof moet een verstandig geloof zijn opziende naar Jezus in volmaakt vertrouwen en vol en algeheel geloof in het verzoenend Offer. Dit is van groot belang, dat de ziel niet verward geraakt in de duisternis. Deze heilige Plaatsvervanger is in staat te verlossen tot het uiterste; want Hij biedt aan het zich verwonderend universum volmaakte en volledige nederigheid in Zijn menselijk karakter en volmaakte gehoorzaamheid aan al de eisen van God. Goddelijke macht is toegekend aan de mens, opdat hij een deelnemer van de goddelijke natuur moge wezen, hebbende ontvlucht het verderf, dat in de wereld is door lust. Dat is het waarom een zich bekerend gelovend mens kan gemaakt worden tot de gerechtigheid van God in Christus.
1 Selected Messages 254 - 56.
Het feit, dat wij zondaars zijn, inplaats van ons af te sluiten van de barmhartigheid en de liefde van God, maakt de uitoefening van Zijn liefde tegenover ons een noodzakelijkheid, opdat wij zouden kunnen verlost worden. Christus zegt: "Gij hebt Mij niet uitverkoren, maar Ik heb u uitverkoren, en Ik heb u gesteld dat gij zoudt heengaan en vrucht dragen en dat uwe vrucht blijve". Joh. 15 : 16. Als Adam viel werden maatregelen getroffen voor zijn herstel. Op de gepaste tijd kwam Jezus, de prins van leven, naar onze wereld om in conteversie te treden met de machten van de duisternis. In deze wereld heeft de Satan een gelegenheid om de resultaten van de uitwerking van zijn princiepen van onafhankelijkheid van de wet ten toon te spreiden, en Christus, door zijn onwankelbare gehoorzaamheid aan de geboden van Zijn Vader, maakte de gevolgen bekend van het toepassen van de princiepen van gerechtigheid
1 Selected Messages 347 - 48.
"De boodschap gegeven door de engel vliegend in het midden van de hemel is eeuwig evangelie, hetzelfde evangelie, dat in Eden verklaard werd, als God tot de slang zegde: "Ik zal vijandschap zetten tusschen u en deze vrouw, en tusschen uw zaad en tusschen haar zaad: dat zal u den kop vermorzelen, en gij zult het de verzenen vermorzelen". Gen. 3 : 15. Hier was de belofte van de Verlosser, die op het veld van strijd zou staan om de macht van Satan tegen te staan en hem te overmogen. Christus kwam naar onze wereld om het karakter van God te vertonen in Zijn heilige wet; want Zijn wet is een afschrift van Zijn karakter. Christus was beide: de wet en het evangelie. De engel, die het eeuwig evangelie verkondigt, verkondigt de wet van God; want het evangelie van redding brengt de mens tot gehoorzaamheid aan de wet, waardoor hun karakters gevormd worden naar de goddelijke gelijkenis. 2 Selected Messages 106.
"De wet van God kon niet veranderd worden om te voorzien in de behoefte van de mens, want in Gods beschikking mocht zij nooit haar kracht verliezen noch het geringste deel van haar eisen opgeven. De engels van God werden opdracht gegeven om het gevallen paar te bezoeken en in te lichten dat alhoewel zij niet langer in bezit konden blijven van hun heilige staat, hun verblijf in Eden, wegens hun overtreding van de wet van God, hun geval toch niet hopeloos was. Zij werden dan ingelicht, dat de Zoon van God, Die met hen Zich onderhouden had in de hof van Eden, bewogen geweest was met medelijden als Hij hun hopeloze toestand zag, en dat Hij vrijwillig de straf, die op hen viel, op Zich wilde nemen en sterven voor hen, opdat de mens nu mocht leven door geloof in de verzoening die Christus voorstelde te doen voor hen. Door Christus werd een deur van hoop geopend, dat de mens, niettegenstaande zijn grote zonde niet onder de absolute macht van de Satan zou verkeren.
67.
Geloof in de verdiensten van Christus, zou zo de mens opheffen, dat hij zou kunnen weerstand bieden aan de listen van de Satan. Een proeftijd zou hem gelaten worden, waarin hij, door een leven van berouw en geloof in de verzoening van de Zoon van God, zou mogen verlost worden van zijn overtreding van de wet van de Vader, en aldus verheven worden tot een positie, waar zijn inspanningen om Zijn wet te houden konden aanvaard worden.
The Story of Redemption 46 - 47.
"De grote tegenstander heeft zijn helse verleidingen gebruikt op verschillende manieren, en iedere inspanning, die gedaan werd, heeft een of meer van de belijdende volgelingen van Christus naar zijne kant gebracht. Deze, wiens harten vleselijk zijn, die meer in harmonie zijn met de aartsverleider, dan met Christus, hebben na een tijd hun waar karakter ontwikkeld en zijn gegaan naar hun eigen gezelschap. Satan neemt er niet weinigen onder zijn toezicht, die als vrienden van de waarheid doorgaan, en hij werkt door hen tegen de vooruitgang ervan. Hij gebruikt hen om onkruid te zaaien temidden van het volk van God. Aldus, als er geen gevaar vermoed wordt, is er groot kwaad temidden van ons. Maar terwijl Satan, werkzaam met alle verleidingen van ongerechtigheid in dezen, die vergaan, hebben onwrikbare verdedigers van de waarheid, de vloed van tegenstand het hoofd geboden en het woord onverdorven behouden temidden van een stroom van ketterijen. Ofschoon op sommige ogenblikken de kerk verzwakt is door menigvuldige ontmoedigingen. en wegens het opstandige element, dat zij te ontmoeten hadden, toch heeft de waarheid steeds schitterender geschenen bij ieder konflikt. De energieen van Gods volk zijn niet uitgeput. De macht van Zijn genade heeft deze. die vast houden aan de waarheid opgewekt, verlevendigd en veredeld... Totdat Christus zal verschijnen op de wolken van de hemel met macht en grote heerlijkheid, zal de mens verdorven worden in de geest en zich afwenden van de waarheid en zich naar fabels wenden. De kerk zal nu moeilijke tijden kennen. Zij zal in zakken profeteren. Maar ofschoon zij ketterijen en vervolgingen zal ontmoeten . ofschoon zij moet strijden met de ontrouwe en de afvalligen, toch met de hulp van God, verplettert zij de kop van de Satan. De lieer zal een volk hebben zuiver als staal, en met geloof sterk als een granietrots. Zij moeten Zijn getuigen zijn in de wereld. Zijn instrumenten om een speciaal werk te doen in de dag van Zijn voorbereiding.
De evangelieboodschap kan geen enkele ziel winnen voor Christus, of zijn weg maken tot een enkel hart, zonder de kop van de Satan te verwonden. Als een gevangene losgetrokken wordt uit zijn greep, bevrijd uit zijn onderdrukking. dan is de tyran verslagen
Bedienaars. die de waarheid gepredikt hebben met alle ijver en ernst kunnen afvallen en de rangen vervoegen van onze vijanden, maar zal dat de waarheid van God omdraaien tot een leugen? "Nooit," zegt de apostel "En toch staat ongeschikt het hechte fundament Gods met dit merk:". Het geloof en de gevoelens van de mensen kunnen veranderen: maar de waarheid van God. nooit. De derde engelen boodschap klinkt; het is onfeilbaar.
Geen mens kan God dienen zonder naar zich te trekken kwade mensen en engelen.
Kwade geesten zullen gebracht worden op het pad van iedere ziel, die zoekt de rangen van Christus te vervoegen, want Satan wenst de prooi te herwinnen, die uit zijn greep gerukt werd. Kwade mensen zullen zichzelf overgeven om sterke misleidingen te geloven, opdat zij mogenveroordeeldworden. Kwade mensen zullen de klederen der rechtzinnigheid aandoen en, als het mogelijk is zelfs de uitverkorenen misleiden. Het is zo zeker dat wij de waarheid hebben als dat God leeft; en Satan met al zijn kunsten en helse macht, kan de waarheid van God niet veranderen in een leugen.
Terwijl de grote tegenstander zijn uiterste best doet om het woord van God zonder uitwerking te maken, moet de waarheid verder gaan als een lamp. die brandt. De Heer heeft ons uitgekozen en ons voorwerpen gemaakt van Zijn wonderbare barmhartigheid. Zullen wij bevlekt worden met het gebazel van de apostaat? Zullen wij kiezen onze standplaats in te nemen met Satan en zijn heir? Zullen wij ons voegen bij de overtreders van Gods wet? Laat eerder ons gebed zijn:"Heer schep vijandschap tussen mij en de slang. "Indien wij niet in vijandschap staan met zijn werken van duisternis. zullen zijn machtige scharen ons omringen en zijn angel is op ieder ogenblik gereed om ons in ons hart te steken. Wij zullen hem aanzien als een doodsvijand. Wij zullen hem tegenstaan in de naam van Christus. Ons werk moet steeds in voorwaartse richting gaan. Wij moeten vechten voor elke duim grond. Laat allen, die de naam van Christus noemen, zich zelf bekleden met het wapen van gerechtigheid. 5 Test. Church
Als de mens een deelnemer is van de Goddelijke natuur, zal de liefde van Christus een duurzaam princiep zijn in de ziel, en het eigen ik en zijn eigenaardigheden zullen niet ten toon gespreid worden. Maar het is droevig van dezen te zien, die zouden moeten vaten zijn tot eer, toegevend aan de bevrediging van de lagere natuur en wandelend in paden, die het geweten veroordeelt. Mensen, die belijden volgelingen van Christus te zijn, vallen tot een laag peil, altijd murmererend over hun tekortkomingen, maar nooit overwinnende en de kop van Satan verplettend onder hun voeten. Schuld en veroordeling belast voortdurend hun ziel, en de kreet van zulkdanigen zou wel moeten zijn:"Ik ellendig mens, wie zal mij verlossen uit het lichaam dezes doods ?" Rom 7 : 24. Door toe te geven aan zonde, wordt zelfeerbied verminderd; wij denken, dat anderen even ongerechtigd zijn als wij.
Tergelegenheid van onze jaarlijkse bijeenkomsten moeten deze dingen voor het volk gebracht worden, en zij zouden moeten aangemoedigd worden om in Christus bevrijding te vinden van de macht van de zonde.
"En gij zult mij zoeken en vinden, wanneer gij naar Mij zult vragen met uw gansche hart;" Jer. 29 : 13 - 14. De standaard zou moeten verhoogd worden, en de prediking zou moeten van een meer verheven karakter zijn, dat het volk zou mogen geleid worden tot het zien van de reden van hun zwakheid en hun onheiligheid.
Reinheid van hart, onschuld van geest, kan alleen gezegend worden door God. Als de zonde geliefkoosd wordt kan dit tenlaatste niet anders voortbrengen dan ongeluk: en de zonde, die leidt tot de ongelukigste gevolgen, is de zonde van trots van het hart, het gebrek aan Christelijke genegenheid en liefde. " Test. Church Vol 6 : 52 - 53.
En God Zegde : "En Ik zal vijandschap zetten tusschen u en tusschen deze vrouw, en tusschen uw zaad en tusschen haar zaad : dat zal u den kop vermorzelen, en gij zult het de verzenen vermorzelen. 11 68.
De vijand kan u niet raken, tenzij gij het toelaat aan hem. Maar hier is de vijandschap die GOD plaatst tegen de slang. Er is geen vijandschap tussen kwade mensen en engels, maar er is vijandschap tussen dezen, die de Heer dienen en het heir van de duisternis". Temper. 284.
Het was op deze aarde, dat de grote strijd tussen Christus en Satan moest afgespeeld worden." Temper. 275.
Vers 16.
"De echtgenoot is het hoofd van de familie, zoals Christus het hoofd is van de kerk; en welke richting de vrouw ook moge volgen, die ertoe leidt dat er moet vermindering zijn van zijn invloed en hem ertoe leidt te moeten afdwalen van deze waardige, verantwoordelijke positie is onbehagelijk aan God. Het is de plicht van de vrouw om haar begeerten en wensen over te geven aan haar echtgenoot. Beiden moeten onderworpen zijn, maar het Woord van God geeft voorkeur aan het oordeel van de echtgenoot. En het zal niets afnemen van de waardigheid van de vrouw van zich over te geven aan deze, die zij gekozen heeft van haar raadgever te zijn haar voorlichter en haar beschermer. De echtgenoot zal zijn positie volhouden in zijn familie met alle zachtheid, maar met beslistheid".
1. Test. Church 307 - 8.
"Een verwaarlozing van de vrouw om Gods scheppingsplan te volgen in haar schepping, een Inspanning om zeer belangrijke posities te bekleden, waarvoor Hij haar de geschiktheid niet gegeven heeft om ze te vervullen, laat de betrekkingen open, die zij wel zou kunnen aanvaarden. Door buiten haar sfeer te treden verliest zij haar vrouwelijke waardigheid en edelheid. Als God Eva schiep, besliste Hij dat zij geen minderwaardigheid noch meerderwaardigheid zou hebben over de man, maar dat zij in alle dingen zijns gelijke zou zijn. Het heilige paar zou geen belangen mogen hebben onafhankelijk de een van de andere; en toch heeft ieder van hen een individualiteit in denken en handelen. Maar na de zonde van Eva, gelijk zij de eerste was in het overtreden, zegde de Heer haar dat Adam over haar zou heersen. Zij moeten in onderwerping zijn aan haar echtgenoot, en dit was een onderdeel van de vloek. In vele gevallen heeft de vloek het lot van de vrouw zeer zwaar gemaakt en haar leven tot een last. De man heeft misbruik gemaakt van de superieuriteit, die God aan de man gegeven heeft in vele opzichten, door willekeurig zijn macht uit te oefenen. Oneindige wijsheid verzon het plan van verlossing, die het menselijk geslacht voor een tweede maal op de proef zet door hen een andere maal een bezoeking te geven.
3 Test. Church 484.
Vers 16 - 19.
Het was Gods doel door inspanning het kwaad, welke de mens op de wereld gebracht had door ongehoorzaamheid, weg te nemen. Door hard werk konden de bekoringen van Satan zonder uitwerking gemaakt worden en de vloedgolf van kwaad tegengehouden worden. Fundamentals of Christian Education 513. Patr. Pr. 44 - 45.
"Denk eraan gij hebt een hemel te winnen en een open pad tot verderf te schuwen. God meent wat hij zegt. Als hij onze eerste ouders verbood van de vrucht te eten van de boom van kennis, opende hun ongehoorzaamheid een vloedgolf van wee op de aarde. Als wij wandelen in tegenstrijd met God, zo zal Hij in tegenstrijd met ons wandelen. Onze enige veilige richting is van gehoorzaamheid te schenken aan al Zijn eisen, wat het ook moge kosten. Al deze eisen zijn gegrondvest in oneindige liefde en wijsheid". 5 Test. Church 365.
Vers 17 - 19.
Het licht is mij gegeven, dat het niet lang meer duren zal, dat wij alle dierlijk voedsel zullen moeten opgeven. Zelfs melk zal moeten opzij gezet worden. Ziekte neemt zeer snel toe. De vloek van God is op de aarde, omdat de mens haar vervloekt heeft".
Counsel on Diet and Foods. 357.
"Vanzohaast het heilige paar de wet van de Allerhoogste overtreden had, verdween de schittering van het aangezicht van God, medegedeeld in het aangezicht van de natuur. De aarde is nu bevlekt en bevuild door de zonde. Toch blijft er veel in haar bevlekte staat, dat schoon gebleven is. Gods praktische lessen zijn niet verduisterd; juist begrepen, spreekt de natuur van haar Schepper". Christ Object Lessons 18. "Door ongehoorzaamheid aan God, hebben Adam en Eva Eden verloren, en wegens de zonde was de ganse aarde vervloekt. Maar als Gods volk Zijn instrukties moetenvolgen,hunlandzou hersteld geweest zijn tot vruchtbaarheid en schoonheid.
God zelf gaf hen onderrichtingen in verband met de bewerking van de grond en zij moesten met Hem samenwerken om deze te herstellen. Zo zou gans het land, onder Gods toezicht, een praktische les geweest zijn van geestelijke waarheid.
Christ Object Lessons. 289.
"In de verschillende aspecten van de natuur zijn lessen besloten van de goddelijke wijsheid voor allen, die geleerd hebben te communieren met God. De bladzijden, die voor het gezicht van onze eerste ouders geopend waren met een onbenevelde schittering, dragen nu een schaduw. Een bederf is gevallen op de zuivere natuur. En nu, waar wij ons ook wenden, zien wij sporen van de eerste liefelijkheid; waar wij ons ook wenden wij horen de stem van God en beschouwen wij Zijn werk ... Zullen wij dan, in het verheugd zijn om Zijn gaven, de Gever vergeten? Dat deze ons eerder leiden tot het beschouwen van Zijn goedheid en Zijn liefde. Dat alles wat mooi is in ons aards tehuis ons doet denken op de kristalzee en de groene velden, de wuivende bomen en de levende fonteinen, de schitterende stad en de met wit geklede zangers, van ons hemels tehuis - deze wereld van schoonheden, die geen kunstenaar kan schilderen, geen sterfelijke tong kan beschrijven ! !
"Hetgeen het oog niet heeft gezien en het oor niet heeft gehoord, en in het hart des menschen niet is opgeklommen, hetgeen God bereid heeft dien, die Hem liefhebben". 1 Cor. 2 : 9. Voor altijd in dit huis van de
69.
gezegenden te verblijven, in de ziel, het lichaam en de geest te dragen niet de donkere sporen van de zonde en de vloek, maar de volmaakte gelijkenis van onze Schepper, en doorheen onafgebroken eeuwen vooruit te gaan in wijsheid, in kennis en in heiligheid, altijd nieuwe velden ontdekkend tot nadenken, altijd nieuwe wonders en nieuwe heerlijkheden, altijd stijgend in bekwaamheid tot weten en tot verblijding en liefde en wetend, dat er steeds bij ons vreugde en liefde is en onbeperkte wijsheid - dat is het voorwerp, waarnaar de christelijke hoop moet gericht zijn, waartoe christelijke opvoeding moet voorbereiding maken. Deze opvoeding te verzekeren en anderen helpen om ze te verzekeren is het voorwerp van het Christelijk leven". Counsels to Parents, Teachers and Students 54 - 55.
"Als onze ouders God gehoorzaamden, was hun werk in de hof een genot, en de aarde schonk van haar overvloed om in hun behoeften te voorzien. Maar als de mens zich onthield van gehoorzaam te zijn, was hij gedoemd om te strijden met het zaad dat Satan gezaaid had en zijn brood te winnen in het zweet zijns aanschijns. Van nu af aan moest hij strijden in moeite en hardheid tegen de macht waaraan hij zijn wil onderworpen had. Het was Gods doel door hard werk het kwaad, dat op de wereld door ongehoorzaamheid gebracht was, te verlichten. Door inspanning konden de bekoringen van Satan zonder uitwerking gemaakt worden en de vloed van kwaad tegengehouden worden. En ofschoon verwacht met angst en vervelendheid en pijn, blijft het werk steeds een bron van geluk en ontwikkeling en een beveiliging tegen de bekoring. De discipline, die het werk mee brengt, stopt zelftoegeving en bevordert bedrijvigheid, reinheid en kracht. Zo wordt het een deel van Gods groot plan voor onze herstelling van de val. Counsel to Teachers .... 274.
"De aarde, bevlekt en bevuild door de zonde weerkaatst slechts vaag de heerlijkheid van de Schepper. Het is waar dat Zijn praktische lessen niet uitgewist zijn. Op iedere bladzijde van het groot volume van Zijn geschapen werken kan steeds Zijn handtekening onderscheiden worden. De natuur spreekt steeds van Haar Schepper. Toch zijn deze openbaring gedeeltelijk en onvolmaakt. En in onze gevallen staat, die onze krachten verzwakt en onze visie beperkt, zijn wij niet in staat om juist te interpreteren. Wij moeten een vollere openbaring hebben van God zelf, die Hij gegeven heeft in Zijn geschreven Woord". Education 17.
"En tot Adam zeide Hij: Dewijl gij geluisterd hebt naar de stem uwer vrouw en van dien boom gegeten, waarvan ik u gebood zeggende: Gij zult daarvan niet eten, zoo zij het aardrijk op uwentwil vervloekt en met smart zult gij daarvan eten al de dagen uws levens; ook zal het u doornen en distelen voortbrengen, en gij zult het kruid des velds eten; in het zweet uws aanschijns zult gij brood eten, totdat gij tot de aarde wederkeert, dewijl gij daaruit genomen zijt; want gij zijt stof en gij zult tot stof wederkeeren".
Ofschoon deaarde verwoest was door de vloek, was de natuur steeds de lesboek voor de mens. Het kon nu niet alleen goedheid voorstellen; want er was overal kwaad aanwezig, de aarde bedervend, de zee en de lucht met zijn bevuilende aanraking. Waar eens slechts het karakter van God geschreven stond, de kennis van het goed, was na ook het karakter van Satan geschreven, de kennis van het kwaad. Van de natuur, die nu de kennis van goed en kwaad openbaart moet de mens bestendige verwittiging ontvangen van de gevolgen van de zonde.
In vergane bloem, in het vallend blad zagen Adam en zijn gezellin de eerste tekens van verval. Het harde feit, dat ieder levend ding moet sterven werd levendig voor ogen gesteld. Zelfs de lucht, waarvan hun leven van afhing, droegen de tekenen van de dood.
Aldus werd zij bestendig herinnerd aan hun verloren dominion. Adam had geregeerd als koning over de lagere wezens, en zolang hij trouw bleef aan God, erkende gans de natuur zijn regering; maar als hij overtrad, was dit dominion verbeurd. De geest van opstand, waar hijzelf toegang voor gegeven had, breidde zich uit over de dierlijke schepping. Dus vertelde niet alleen het leven van de mens maar ook de natuur van de dieren, de bomen in de wouden, het gras op het veld, de lucht dat hij inademde, alles sprak van de droeve les van de kennis van het kwaad.
Maar de mens werd niet overgelaten aan de gevolgen van het kwaad dat hij gekozen had. In de veroordeling gesproken over Satan werd hem een kennisgeving medegedeeld van verlossing.... Alles, wat verloren was door toe te geven aan Satan kon herwonnen worden door Christus.
Deze kennisgeving herhaalt de natuur voor ons. Ofschoon bevlekt door de zonde spreekt zij niet alleen van schepping maar ook van verlossing. Ofschoon de aarde getuigenis aflegt van de vloek in haar klaarblijkelijk tekenen van verval, is zij toch steeds rijk en schoon in de tekens van leven gevende macht. De bomen laten hun bladeren vallen zonder toch beroofd te wordenvan fris groen; de bloemen sterven om open te bloeien in nieuwe schoonheid; en In iedere veruitwendiging van creatieve macht is de verzekering gegeven, Dat wij opnieuw geschapen worden "in ware rechtvaardigheid en heiligheid" Ef. 4 : 24. Aldus worden de voorwerpen en werkingen van de natuur, die zo levendig voor onze geest ons groot verlies brengen, terzelvertijde voor ons de boodschappers van hoop. Voorzover als het kwaad zich uitstrekt, wordt de stem van onze Vader gehoord, die Zijn kinders vraagt te zien de gevolgen van het kwaad en de natuur van de zonde, hen waarschuwend het kwaad te verzaken, en hen uitnodigend het goede te ontvangen. Education. 26 - 27.
"De wet van God te overtreden, fysich, mentaal of moreel betekent zich buiten de harmonie te stellen van het universum, onevenwicht in te voeren alsook anarchie en afbraak.
Gans de natuur wordt verlicht voor hemdie haar onderwijzingen op deze wijze interpreteert; de wereld is een lesboek, het leven is een school. De eenheid van de mens met de natuur en met God, de universele heerschappij van de wet, de gevolgen van de overtreding, kunnen niet falen in het beinvloeden van de geest en de vorming van het karakter. Dat zijn de lessen, die onze kinders moeten leren .... Education 100. In doornstruik en doorn, in distel en onkruid, is voorgesteld het kwaad, dat bederft en ontsiert. In het gezang van de vogel en in het openbloeien van de bloem, in regen en zonneschijn, in zomer bries en zachte dauw, in de tienduizend voorwerpen in de natuur, van de eik van het woud tot het viooltje, dat bloeit aan zijn voet, wordt de liefde gezien, die herstelt. En de natuur spreekt steeds tot ons van Gods goedheid. "Want ik weet de gedachten, die Ik over U denk, spreekt de Heere, gedachten des vredes en niet des kwaads, dat Ik u geve het einde en de verwachting". Jer. 29 : 1.
Dat is de boodschap, die in het licht van het kruis, kan gelezen worden op gans het aanschijn van de natuur. De hemelen verklaren Zijn heerlijkheid, en de aarde is vol van Zijn rijkdommen. 70
Education 101.
"In ons werk moeten wij medearbeiders zijn met God. Hij geeft ons de aarde en haar schatten; maar wij moeten deze aanpassen tot ons gebruik en welstand. Hij doet de bomen groeien; maar wij bereiden het timmerhout en bouwen het huis. Hij heeft in de aarde het goud en het zilver geborgen, het ijzer en de kool, maar het is alleen door moeite dat wij deze kunnen verkrijgen. Temeer, dat terwijl God alle dingen geschapen heeft en bestendig onder toezicht houdt, Hij ons begiftigd heeft met een macht niet gans anders dan de Zijne. Er werd aan ons een graad van beheersing gegeven over de krachten van de natuur. Zoals God de aarde in haar schoonheid kan voortbrengen uit de chaos, zo kunnen wij orde scheppen en schoonheid uit de verwarring. En ofschoon alle dingen nu beschadigd zijn door het kwaad, toch vinden wij in het werk dat wij er aan toevoegen een vreugde gelijk aan de Zijne, als Hij, neerziende op de mooie aarde haar "zeer goed" verklaarde. Education 214 - 15. "De aarde moet bewerkt worden om haar kracht voort te brengen; maar zonder de zegen van God kan zij niets doen. In den beginne zag God neer op alles, wat Hij gemaakt had en verklaarde het zeer goed. De vloek was op de aarde gebracht tengevolge van de zonde. Maar zal deze vloek vermenigvuldigd worden door groeiende zonde ? Onwetendheid doet haar slecht werk. Luie dienaren doen het kwaad stijgen door hun vadsige gewoonten. Velen zijn niet gewillig om hun brood te verdienen in het zweet huns aanschijns en zij weigeren de grond te bewerken. Maar de aarde heeft zegeningen verscholen in haar diepten voor dezen die de moed hebben de wil en het uithoudingsvermogen om haar schatten te verzamelen. Vaders en moeders, die een stuk grond bezitten en een geriefelijk huis zijn koningen en koninginnen. Fundamentals to Christian Education 326. "Jezus van Nazareth, de ware Messias, zegde hij ( Wolf ), wiens handen en voeten doorboord waren, die als een lam naar de slachter gebracht werd, die de Man van Smarten was en verzocht in krankheid, die nadat de scepter van Juda was geweken, en de wetgever van tussen zijn voeten, voor de eerste maal kwam, zal ten tweeden male komen op de wolken des hemels, met de stem van de Archangel, en staan op de olijfberg en de heerschappij over de schepping, die eenmaal aan Adam gegeven werd, en door hem werd verbeurd ( Gen. 1 26; 3 : 17) zal aan Jezus gegeven worden. Hij zal koning zijn over de gehele aarde. Het kermen en klagenvan de schepping zal ophouden, maar lof- en dankliederen zullen gehoord worden .... Wanneer Jezus komt in de heerlijkheid van Zijn Vader met de heilige engelen .... zullen de ontslapen gelovigen het eerst opstaan. 1 Thess. 4 : 16; 1 Kor. 15 : 23. Dit is wat wij christenen de eerste opstanding noemen. Dan zal het dierenrijk zijn natuur veranderen (Jes. 11 : 6 - 9) en aan Christus onderworpen worden. Ps 8 Algemene vrede zal dan heersen". Journal of the Rev. Joseph Wolf, Blz. 378 - 79. Gr. Strijd blz 414. Great Controversy 359. Gr. Str. 754 - 55. Great Controversy 647.
Patriarchen en profeten 36.
Idem: 44 - 48.
Idem 615.
Schreden naar Christus 9.
"God vervloekte de grond wegens hun zonde door het eten van de boom van kennis en verklaarde: "en met smart zult gij daarvan eten al de dagen uws levens". Hij had hen het goede toegekend maar het kwade weerhouden. Nu verklaart God, dat zij er van zullen eten, dat is dat zij zullen bekend zijn met het kwaad al de dagen van hun leven.
Vanaf dit ogenblik zou het mensenras aangevallen worden door de bekoringen van Satan. Een leven van bestendige moeite en angst werd het deel van Adam, inplaats van de gelukkige geliefde arbeid, dat hij tot hiertoe ondervonden had. Hij zegde: ook zal het u doornen en distels voortbrengen en gij zult het kruid des velds eten; in het zweet uws aanschijns zult gij brood eten, todat gij tot de aarde wederkeert, dewijl gij daaruit genomen zijt, want gij zijt stof en gij zult tot stof wederkeren". God stelt weer de straf van de dood voor hen en verklaart, dat zij deze zullen moeten ondergaan ... Omwille van Zijn dierbaren Zoon stelde de Vader een tijd de uitvoering van de dood uit en Hij vertrouwde het gevallen ras toe aan Christus. 3 Spiritual Gifts 45 en 47.
"De vloek veranderde niet ineens het uitzicht van de aarde. Het bleef de rijkdommen behouden, die God voorzien had". Idem 61.
"De hele oppervlakte van de aarde was veranderd met de vloed. Een derde vloek rustten nu op haar tengevolge van de overtreding van de mens ... " Idem 76.
"Adam en Eva in Eden waren edel van gestalte en volmaakt in symetrie en schoonheid. Zij waren zonder zonde en in volmaakte gezondheid. Welk een contrast met het huidige mensengeslacht. Schoonheid is vergaan. Volmaakte gezondheid is niet gekend. Overal, waar wij rondzien is er ziekte, misvorming en zwakhoofdigheid. Ik vroeg naar de oorzaak van deze te verwonderen degeneratie en werd teruggevoerd naar Eden. De schone Eva werd verleid door de slang en at van de vrucht van de enige boom, waarvan God verboden had te eten, of er zelfs maar aan te raken, opdat zij niet sterven zouden. Eva had alles om gelukkig te zijn. Zij was omgeven met fruit van alle soort. Toch scheen het fruit van de verboden boom meer begeerlijk voor haar dan het fruit van al de andere soorten bomen in de hof van haar wensen. Zij at, en door haar invloed at haar echtgenoot ook, en een vloek rustte op hen beiden. De aarde was ook vervloekt wegens hun zonde. En sedert de val, heerst onmatigheid in bijna iedere vorm op de aarde. De eetlust heeft de rede beheerst. Het mensenras is voortgegaan met ongehoorzaam te zijn, en, gelijk Eva, zijn zij betoverd geweest van de Satan om de eisen van God te veronachtzamen, zichzelf vleiend dat de gevolgen niet zo te vrezen zijn als men gedacht had. Het mensenras heeft de wetten van gezondheid overtreden, en zijn overgegaan tot overmaat in bijna alles. Ziekte is steeds aangegroeid. De oorzaak is gevolgd geweest door de uitwerking.
God gaf onze eerste ouders het voedsel, dat Hij beslist had, dat zij zouden eten. Het lag niet in Zijn plan dat het leven van elk levend wezen zou ontnomen worden. Er moest geen dood bestaan in Eden. Het fruit in de hof was het voedsel waarmede de behoeften van de mens voldaan werden. God gaf de mens geen toelating om dierlijk voedsel te eten tot na de zondvloed. Alles werd verwoest waarmede de mens kon leven en daarom gaf de Heer in deze nood toelating aan Noah om te eten van reine dieren, die hij met zich in de ark had genomen. Maar vlees was niet het gezondste voedsel voor de mens. 71
72.
Het volk, dat leefde vbbr de vloed at dierlijk voedsel en voldeed aan zijn eetlust tot hun beker van ongerechtigheid vol was, en God de aarde reinigde van zijn morele polutie bij middel van de zondvloed. Dan rustte een derde vloek op de aarde. De eerste vloek was uitgesproken op het nageslacht van Adam en op de aarde, wegens ongehoorzaamheid. De tweede vloek kwam op de grond, nadat Kain zijn broeder Abel doodde. De derde verschrikkellijkste vloek kwam op de aarde met de zondvloed.
Na de zondvloed at het volk breed van dierlijk voedsel. God zag dat de wegen van de mens verdorven waren en dat hij in staat was van zichzelf te verheffen in trots tegen zijn Schepper, en dat hij de neigingen van zijn hart wilde volgen. En Hij liet aan dat langlevend ras toe dierlijk voedsel te eten om hun zondige levens te verkorten. Spoedig na de vloed begon het mensenras te verminderen in gestalte en in lengte van jaren. Er was een soort van zeer grote dieren, die omkwamen in de vloed. God wist, dat de kracht van de mens zou verminderen en deze mammouthdieren konden niet onder het toezicht van de zwakke mensen staan.
De zonde overheerste sedert de val. Terwijl er weinigen trouw bleven aan God, Had het grootste deel hun wegen verdorven voor Hem. De vernietiging van Sodoma en Gomora was een verantwoording voor hun groot kwaad. Zij gaven vrije teugels aan hun onmatige eetlust, dan aan hun verdorven passies, tot zij zo ontaard waren en hun zonden waren zo verfoeilijk, dat hun beker van ongerechtigheid vol was, en zij werden verteerd door het vuur, dat uit de hemel kwam.
Als de Heer Zijn volk uit de Egyptische slavernij voerde, leidde Hij hen door de woestijn om hen te beproeven en te onderzoeken. Hij beloofde hun God te zijn en hen tot Zich te nemen als Zijn speciale schat. Hij verbood hen niet van vlees te eten, maar weerhield het hen in grote mate. Hij gaf hen voedsel dat Hij begeerde dat zij zouden hebben dat gezond was en waarvan zij vrijelijk konden eten. Hij liet hun brood uit de hemel regenen, en gaf hen van het puurste water uit de gehouwen rots. Hij sloot een verbond met hen, dat als zij wilden gehoorzamen in alle dingen geen ziekte op hen zou laten komen. Maar de Israeliten waren niet tevreden met het voedsel dat God hen gaf. Zij murmereerden tegen Mozes en tegen God en wensten dat zij terug in Egypte waren waar zij konden aanzitten bij de vleespotten. God in Zijn gramschap gaf hen vlees om hun lustvolle eetlust te voldoen en een groot aantal van hen stierf in de handeling van het eten van het vlees waarnaar zij verlangd hadden. Terwijl het nog tussen hun tanden was, kwam de vloek van God over hen. Hierin leert God Zijn volk, dat het Hem mishaagt, als hun eetlust heerst over hen. De Israeliten zouden in die tijd slavernij verkozen hebben eerder dan beroofd te zijn van vlees.
De vloek kwam niet almeteens. Hij werd eerst gevoeld bij de val van Adam, en steeg bij de moord op Abel, en steeg grotelijks bij de vloed. Sinds de vloed, gelijk de mensen God vergeten hebben en voortgegaan zijn met ongehoorzaam te zijn en Zijn geboden overtreden hebben, is de vloek zwaarder en zwaarder beginnen wegen op de mens en op de dieren. De bomen en al de planten hebben ook de gevolgen van de vloek ondergaan. Gedurende de ganse geinspireerde geschiedenis zijn hoge zegeningen beloofd aan het volk van God op voorwaarden van gehoorzaamheid en vloeken hebben hen bedreigd voor onhehoorzaamheid. "En het zal geschieden, indien gij de stem des Heeren, uws God, vlijtiglijk zult gehoorzamen, waarnemende te doen al zijn geboden, die ik u heden gebied, zoo zal de Heere uw God, u hoog zetten boven alle volken der aarde.... De Here zal den zegen gebieden, dat hij met u zij in uwe schuren en in alles waaraan gij uwe hand slaat, en hij zal u zegenen in het land, dat de Heere, uw God, u geven zal. De Heere zal u Zichzelven tot een heilig volk bevestigen, gelijk als Hij u gezworen heeft, wanneer gij de geboden des Heeren, uws Gods, zult houden en in Zijn wegen wandelen. En alle volken der aarde zullen zien, dat de Naam des Heeren over u genoemd is, en zij zullen voor u vreezen. En de Heere zal u doen overvloeien aan goed, in de vruchtuws schoots en in de vrucht uwer beesten en in de vrucht uws lands, op het land, dat de Heere uwen vaderen gezworen heeft u te zullen geven. En de Heere zal u opendoen zijnen goede schat, den hemel, om aan uw land regen te geven te zijner tijd, en om te zegenen al het werk uwer hand; en gij zult niet ontleenen. " Deuteronomium 28 : 1 - 12. De Heer sprak een vloek uitover Zijn volk als zij niet wilden luisteren naar Zijn stem om in acht te nemen van al Zijn geboden te houden. " Vervloekt zult gij zijn in de stad, en vervloekt zult gij zijn in het veld. Vervloekt zal zijn uw korf en uw baktrog. Vervloekt zal zijn de vrucht uws schoots en de vrucht uws lands, de dracht uwer koeien en de kudden van uw klein vee. Vervloekt zult gij zijn in uw uitgaan. De Heere zal onder u zenden den vloek, de verstoring en het verderf, in alles waaraan gij uwe handslaat, dat gij doen zult; totdat gij verdelgd wordt en totdat gij haastiglijk omkomt, vanwege de boosheid uwer werken, waarmede gij Mij verlaten hebt. " Deuteronomium 28 : 16 - 20.
God wilde Zijn volk klaar doen verstaan, dat zij zouden bezocht worden naar gelang hun gehoorzaamheid of
hun overtreding. Slechtheid en ziekte zijn gestegen bij ieder opeenvolgende generatie. Het land heeft gezwoegd onder de vloek, die de mens op hem gebracht heeft wegens onophoudende ongehoorzaamheid. "Het land treurt het verwelkt; het aardrijk kwijnt, het verwelkt; de hoogsten van het volk des lands kwijnen; want het land is bevlekt vanwege zijn inwoners, want zij overtreden de wetten, zij veranderen de inzetting, zij vernietigen het eeuwig verbond; daarop verteert de vloek het land, en die daarin wonen, zullen de inwoners des lands verbrand worden, en daar zullen weinige menschen overblijven". Jes. 24 : 4 - 6. Velen verwonderen zich dat het menselijke ras zo gedegenereerd geworden is, fysisch, mentaal en moreel. Zij begrijpen niet, dat het het breken is van Gods instelling en wetten en de overtreding van de gezondheidswetten, die deze droevige degeneratie veroorzaakt heeft. De overtreding van Gods geboden is de oorzaak waarom Hij Zijn voorspoed brengende hand teruggetrokken heeft. 4 Spiritual Gifts 120 - 124.
De vloek, die zwaar gewogen heeft op de aarde, en die gevoeld geweest is over het ganse mensenras, is ook gevoeld geweest bij de dieren. De dieren zijn gedegenereerd in grootte en lengte van jaren. Zij zijn ertoe gebracht meer te moeten lijden dan zij anders zouden moeten, en dit door de slechte gewoonten van de mens. Er zijn slechts weinig dieren, die vrij zijn van ziekte ....
4 SP. Gifts-a 146.
"Christus heeft nooit de zaden van de dood gezaaid in het systeem. Satan plantte deze zaden, als hij Adam bekoorde om van de boom van kennis te eten, wat ongehoorzaamheid betekende aan God. Er werd geen schadelijke plant geplaatst in de hof in de grote hof van de Heer, maar nadat Adam en Eva gezondigd hadden, ontstonden giftige planten.
In de parabel van de zaaier werd de vraag gesteld aan de Heer: "Hebt Gij niet goed zaad in uw akker gezaaid? Vanwaar heeft hij dan dit onkruid? De meester antwoorde, "Een vijandig mensch heeft dat gedaan. "Math. 13:27, 28. Alle onkruid werd gezaaid door de kwade. Iedere schadelijke plant is voortgekomen van zijn zaaien, en door zijn spitsvondige methoden van kruisingen heeft hij de aarde verdorven met onkruid. 2 Sel. Messages 288.
"De Heer verwacht van ons , dat wij werken opdat wij voedsel zouden verkrijgen. Hij veronderstelt niet, datwij de oogst zullen binnenhalen, zonder dat wij de zoden breken, de grond bewerken en de opbrengsten bewerken. Dan zend God de regen en de zonneschijn en de wolken om de vegetatie te doen bloeien. God werkt en de mens werkt mede met God. Dan is er zaaitijd en oogst. God heeft veroorzaakt, dat er planten uit de grond zouden komen, voor het gebruik van de mens en als wij de natuur van deze wortels en planten verstaan en er een juist gebruik van maken, dan zal het niet nodig zijn naar de dokter te lopen zo dikwijls en zou het volk in een betere gezondheid verkeren dan dat zij dat nu zijn.
Ik geloof erin dat men zijn toevlucht neemt tot de Grote Heelmeester als de remedies gebruikt geweest zijn, die ik genoemd heb. 2 Sel. Mess. 297-98.
God gaf aan onze eerste ouders de middels voor ware opvoeding, als hij hen een bevel gaf de grond te bewerken en zorg te dragen voor hun tuin en tehuis. Als de zonde binnenkwam door ongehoorzaamheid aan s'Heren voorschriften, was het werk in het cultiveren van de grond grotelijks verzwaard, want de aarde, wegens de vloek, bracht onkruid en distels voort. Maar de bezigheid zelf was niet gegeven geweest wegens de zonde. De grote Meester zegende het werk van het bewerken van de grond.
Het ligt in het doel van Satan om mannen en vrouwen aan te trekken naar de steden en om zijn doel te bereiken vindt hij alle soort van nieuwigheden uit en vermaak en allerlei opwinding. En onze steden heden ten dagen zijn aan het worden zoals de steden van voor de zondvloed...
2 Set Messages. 355.
"Kain gaf toe aan opstandige gevoelens en murmereerde tegen God, wegens de vloek, die over Adam uitgesproken was en omdat de grond vervloekt was wegens zijne zonde. "Story of Redemption 52. "Devloek op de grond was eerst maar lichtelijk gevoeld maar nu ( na de moord op Abel) rustte een dubbele vloek op haar. " Idem 54.
"Het leven van Adam was vol spijt, nederigheid en bestendige bekering. Als hij zijn kinders en kleikinders de vreze Gods onderwees, werd hij dikwijls bitter verweten voor zijn zonde die zoveel miserie teweeg bracht op zijn nageslacht. Als hij het mooie Eden verliet vervulde de gedachte, dat hij moest sterven hem met afschrik. Hij zag op de dood als op een verschrikkellijke ramp. Hij werd het eerst in kennis gebracht met de vreselijke werkelijkheid van de dood onder de mens als zijn eigen zoon Kain zijn broeder Abel dood sloeg. Vervuld met bitterste wroeging voor zijn eigen overtreding en beroofd van zijn zoon Abel en ziende op Kain als zijn moordenaar en de vloek kennend over hem uitgesproken, vervulde Adams hart met smart. Hij beschuldigde zichzelf het bitterst voor zijn grote overtreding. Hij verzocht om vergiffenis van God door het beloofde offer. Diep heeft hij de toorn van God gevoeld voor zijn overtreding bedreven in het aardsparadijs. Hij was-getuige van de algemene corruptie, welke God tenlaaste er toe bracht de bewoners van de aarde te vernietigen door de vloed. Het doodvonnis door zijn maker over hem uitgesproken, dat eerst zo schrikkelijk leek, als hij enige honderden jaren geleefd had, bleek juist en barmhartig in God, om zulk een miserabel leven tot een einde te brengen.
Idem 55.
"De reine en liefelijke hof van Eden, waaruit onze eerste ouders verdreven werden, bleef tot God zich voornam de aarde te verwoesten door een zondvloed. God had deze hof geplant en speciaal gezegend en in Zijn wonderbare Voorzienigheid, trok Hij deze terug van de aarde en zal hem terug op de aarde brengen, glorierijker bekleed dan voor het van de aarde weggenomen was. God nam zich voor een specimen van Zijn volmaakt werk van schepping te bewaren, vrij van de vloek, die Hij had uitgesproken over de aarde. Story of Redemption 58.
VERS 18.
"Als de mens Eden verliet om in zijn kost te voorzien door het bewerken van de aarde onder de vloek van de zonde, kreeg de mens ook de toelating om het kruid des velds te eten. Granen, fruit en noten en groenten maken het dieet uit dat onze Schepper voor ons gekozen heeft. Dit voedsel op een zo eenvoudig mogelijke wijze klaar gemaakt, zijn het gezondst en het voedzaamst. Zij geven kracht en uithoudingsvermogen en intelectuele vermogens, die niet bereikt worden door een meer ingewikkelde en opwekkende voeding. "Ministry of Healing. 296.
VERS 19.
Great Contr. 532-33; 544. Grote Strijd.
Ik zag dat de engels van God nooit de wil in beslag nemen. God zet voor de mens leven en dood. Hij kan kiezen. Velen mensen leven, maar blijven steeds wandelen op de brede weg. Zij kiezen opstandig te zijn tegen Gods bestuur, niettegenstaande Zijn grote barmhartigheid en medelijden door het geven van Zijn Zoon om voor hen te sterven. Zij, die niet kiezen aan te nemen de zo duur gekochte redding, moeten gestraft worden. Maar ik zag dat God hen niet zou opsluiten in de hel om eeuwige ellende te ondergaan, dat Hij hen ook niet naar de hemel zou brengen; want hen in gemeenschap brengen met de reinen en heilige zou hen uitermate ongelukkig maken. Maar Hij zou hen totaal vernietigen en hen tot as terugbrengen, dan zal Zijn gerechtigheid voldaan zijn. Hij formeerde de mens uit het stof der aarde, en de ongehoorzamen en de onheiligen zullen door het vuur verteerd worden en terugkeren tot stof. Ik zag dat de welwillendheid en het medelijden van God op dit gebied allen er toe zal brengen Zijn karakter te bewonderen en Zijn heilige Naam te aanbidden. Als de bozen vernietigd zullen zijn van de aardbodem, zullen al de hemelse heirscharen zeggen "Amen!" Early Writings 221 Eerste Geschriften 262.
"Rijkdom en ijdelheid worden door sommigen beschouwd als zegeningen; maar deze, die altijd bezig zijn, en die hun dagelijkse taak met genoegen volbrengen zijn de gelukkigste en genieten de beste gezondheid.... 73
De uitspraak, dat de mens zal werken voor zijn dagelijks brood en de belofte van toekomstig geluk en heerlijkheid, komen beiden van de zelfde troon en beiden zijn zegeningen.
Armoede is in vele gevallen een zegening; want het beveiligt jeugd en kinderen van tot verval gebracht te worden door inaktiviteit. De fysische en mentale krachten moeten gecultiveert worden en op een juiste manier tot ontwikkeling gebracht. De eerste en bestendige zorg van de ouders voor de kinderen moet zijn van te zien, dat hun kinders een sterk gestel hebben, opdat zij gezonde mannen en vrouwen mochten zijn. Het is onmogelijk om dit doel te bereiken zonder fysische oefening. Child Guidance 342.
Patriarchs and Prophets 478. Patriarchen en Profeten 483-84.
"Mij werd getoond dat sommigen misleid zijn in verband met hun eigen zelf. Zij zien neer op dezen, die meer bezittingen hebben, en voelen, dat dezen, de enige zijn, die liefde voor de wereld hebben en die een speciaal gevaar zijn voor hebzucht. Maar dit is niet het geval. Deze, die middelen bezitten zijn bestendig in gevaar, en zijn verantwoordelijk voor al de talenten van middels, die de Heer hen toevertrouwd heeft om ervoor te zorgen. Maar deze, die weinig hebben van deze wereld zijn dikwijls zelfbezorgd, en doen niet wat in hun macht ligt om te verwezenlijken, en wat God van hen vraagt, dat zij zouden doen. Zij hebben dikwijls de gelegenheid goed te doen, maar zij zijn zolang met zichzelf bekommerd geweest, en hebben zich toegelegd op zelfvoordeel, dat ze denken, dat er voor hen geen andere mogelijkheid is ... 2 Test. Church 230. "Nooit zal ijdelheid aangemoedigd of toegelaten worden aan de kinderen, want het wordt vlug een gewoonte. Als de faculteiten niet tot nut gebracht worden in bezigheden, worden zij eerder minderwaardig of worden tot werkzaamheid gebracht in het doen van kwade dingen.
Wat gij nodig hebt mijn broeder, is aktieve oefening. Iedere uitdrukking van uw gelaat, iedere mogelijkheid van uw geest, wijst dit aan. Gij houdt niet van hard werk noch van uw brood te winnen in het zweet uws aanschijns, maar dat is Gods plan, dat vastgelegd is in de inrichting van het leven. 5 Test. Church 181.
VERS 21.
Patr. Pr. 47. Patriarchs and Prophets 61.
"De atmosfeer was veranderd, en het was niet altijd onveranderlijk als vooraf, voor de val. God kleedde hen met vellen om hen te beschutten voor het gevoel van killigheid en dan ook voor de hitte, waar zij zouden aan blootgesteld worden".
3 Sp. Gifts 46.
VERS 22 - 24.
"God kijkt om te zien of wij iedere geestelijke bevoordeling gebruiken om bedreven werkers te worden in Zijn wijngaard op de aarde, opdat wij in het paradijs van God mogen binnengaan, de hof van Eden, waaruit Adam en Eva uitgesloten geweest zijn door overtreding". Christ Object Lessons 282.
"Adam en Eva hadden de kennis van het kwaad gekozen, en als zij ooit de positie zouden herwinnen, die zij verloren hadden, dan moeten zij deze herwinnen onder de ongunstige voorwaarden, die zij over zichzelf getrokken hebben. Zij kunnen niet langer in Eden verblijven, want Eden in Zijn volmaaktheid kon hen de lessen niet geven, die nu van groot belang waren voor hen. In een onbeschrijfelijke droefheid zegden zij vaarwel aan hun mooie omgeving en gingen voort om op de aarde te verblijven, waarop de vloek van de zonde rustte. " Educ. 25 - 26.
Niet al dezelfde omstandigheden van de eerste school van Eden zullen gevonden worden in de school van het toekomstig leven. Geen boom van kennis van goed en kwaad zal de gelegenheid geven voor bekoring. Daar is nu geen verleider meer, geen mogelijkheid tot het kwaad. Ieder karakter heeft de proef van het kwaad doorstaan, en geen is nog langer vatbaar voor zijn macht.
"Die overwint, Ik zal hem geven te eten van den boom des levens, die in het midden van het paradijs Gods is". Openb. 2 : 7. Het geven van de boom des levens in Eden was voorwaardelijk, en hij werd tenlaatste weggenomen. Maar de giften van toekomstig leven zijn absoluut en eeuwig". Educ. 302.
Eerste Geschr. 50 - 51. Early Wr. 51. Idem 145 Idem 125 - 26; 171-72; 148-49; Idem 218; Idem 218; Idem 258.
Great Contr. 299; 511; 533 - 34; 647; 674;
Patr. Pr. 45 - 48. Patr. Prophets 60 - 63. Idem 83 - 84. 68 - 69. Idem 105; 120.
"Maar het feit, dat Christus Zijn leven gegeven heeft voor de mens, toont de onveranderlijkheid van de wet aan. Jezus gaf Zijn leven om de mens te verlossen van de vloek of de schuld, die hij verdiende door de overtreding. Door Zichzelf te vernederen, verhoogde Hij de mens. Hij was de eerste stap tot verheffing van de mens, omdat hij mocht zich vasthouden aan de kracht van Zijn bloed, Gods wet onderhouden, en terug moge gebracht worden tot het eten van de vrucht van de boom des levens, waar Adam en Eva alle rechten voor verloren hadden. De engel zegde: "Arme dwaze mens, die niet weet wat hij doet. Hij heeft zijn zwakke arm opgeheven tegen de Almachtige. Hij heeft de wet van God getart. De wet van God is de gouden ketting, die de eindige mens bindt aan de oneindige God. Het bindt de aarde aan de hemel, en de mens aan God". De overtreder is op het punt de Wetgever te ontmoeten in verband met de verbroken wet. De wraak van God heeft lang geslapen, maar spoedig, met vreselijke gerechtigheid en verbrijzelend gewicht zal Zijn wraak vallen op de overtreder. En deze arm, die uitgestrekt geweest is in opstand tegen Gods wet, en die de gouden band wilde breken, die de aarde met de hemel en de mens met God verbond, zal verdorren terwijl de overtreder nog op de benen staat. Deze tong, die grootsprakerig en trots gesproken heeft tegen de wet van God, en die het vierde gebod zonder uitwerking gemaakt heeft, zal smelten in zijn mond, terwijl hij nog op de been is. Verschrikkelijk zal het lot zijn van dezen, die de wet van God overtreden en van dezen, die anderen leiden op het zelfde hemeltergend pad van opstand. Ik werd vervoerd naar de vleiende dingen, door sommigen onderwezen van deze, die Gods wet overtreden. Er werd mij een helder licht getoond, dat door God gegeven werd om allen te leiden, die op de weg van de redding willen wandelen, en dat ook als waarschuwing gold voor de zondaar om te vluchten voor de wraak van God en een gewillige gehoorzaamheid te betuigen
aan Zijn eisen. 74.
Zolang dit licht voortging was er hoop. Maar er was een periode, waarop dat licht zou ophouden. Als hij die heilig is, zal heilig blijven voor altijd en als hij die vuil is zal vuil blijven voor altijd. Als Jezus opstaat, als Zijn werk beëindigd is in het allerheiligste, dan zal er geen andere straal van licht zijn om den zondaar te geven. 3 Sp. Gifts 275 -76.
"Adam werd uit deze mooie hof verdreven om de aarde te bewerken waaruit Hij genomen was. En God bewaakte de boom des levens met een vlammend zwaard dat zich naar alle zijden wendde, opdat de mens niet zou eten van de boom en eeuwig in zonde leven.
In nederigheid en onuitsprekelijke droefheid verlieten Adam en Eva de liefelijke hof, waar zij zo gelukkiggeweest waren totdat zij het gebod van God overtraden. De atmosfeer was veranderd, en zij was niet onveranderlijk zoals het was voor de overtreding. God bekleedde hen met dierenvellen om hen te beschermen voor het gevoel van killigheid en ook voor de hitte waaraan zij blootgesteld waren. Gans de hemel treurde om de ongehoorzaamheid en de val van Adam en Eva, die de wraak van God bracht op het ganse mensenras. Zij werden van de gemeenschap met God afgesloten en werden gedompeld in een hopeloze ellende. De wet van God kon niet veranderen om te voorzien in de behoeften van de mens, want volgens Gods beschikkingen mocht hij nimmer zijn kracht verliezen, of het minste van zijn eisen opgeven.
De Zoon van God ontfermt zich over de gevallen mens. Hij weet, dat de Wet van Zijn Vader even onveranderlijk is als Hijzelf. Hij ziet slechts een weg van ontsnapping voor de overtreder. Hij offert Zichzelf aan Zijn Vader als een offerande voor de mens, om hun schuld en straf op Zich te nemen, en hen te verlossen van de door door in hun plaats te sterven, en aldus het rantsoen te betalen. De Vader stemt erin toe om Zijnen teergeliefden Zoon te geven om het gevallen ras te redden; en door Zijn tussenkomst en Zijn verdiensten belooft hij de mens opnieuw in Zijn gunst te nemen en om Zijn heiligheid te herstellen voor zoveel, als dat zij gewillig zijn om de verzoening zo barmhartiglijk aangeboden, te aanvaarden en te gehoorzamen aan Zijn wet. Ter wille van Zijn Zoon stelt de Vader voor een tijd de uitvoering uit van de dood, en Hij vertrouwt de gevallen mens aan Christus toe.
3 Sp. Gifts 44 - 46.
"Na zijn overtreding was het de mens niet toegelaten van de boom des levens te eten en zijn leven van zonde te vereeuwigen. Opdat de mens een leven zou hebben waar geen einde aan kwam, moest hij verder gaan met te eten van de vrucht van de boom des levens. Beroofd van deze boom, zou zijn leven trapgsgewijze uitdoven. 3 Sp. Gifts 64.
"Door de overtreding van Gods wetten viel een vloek op Adam en Eva, en zij waren beroofd van alle recht op de boom van leven. Christus stierf om de mens t e redden, en staat in voor de eer van Gods wet. Hij zegt: "Zalig zijn zij, die zijne geboden doen, opdat hunne macht zij aan den boom des levens, en zij door de poorten mogen ingaan in de stad". Openb. 22 : 14. De Zoon van God stelt hier het doen van de geboden voor als een voorwaarde van een recht tot de boom des levens. Christus De overtreding van Gods wetten beroofde de mens van alle recht op de boom des levens. Christus stierf opdat door de kracht van Zijn bloed gehoorzaamheid aan Gods wet de mens waardig mocht maken van hemelse zegeningen, en hem opnieuw het recht geven op de boom des levens.
Als de gelovige doden zullen verrijzen, en de koning van heerlijkheid de deuren voor hen van de stad van God zal openen, en als de naties, die de waarheid onderhouden hebben, zullen binnengaan, wat een schoonheid en heerlijkheid zal het verbazende gezicht zijn en deze, die geen groter schoonheden gezien hebben in de aarde dan deze, welke zij beschouwden in de vergane natuur nadat de drievoudige vloek op de aarde gekomen was. Het is onmogelijk Adam's verrukkingen van vreugde te beschrijven als hij opnieuw het paradijs aanschouwt, de hof van Eden, welke eens zijn gelukkig verblijf was, waaruit hij, wegens zijn overtreding, zolang gebannen geweest is. Hij aanschouwt de liefelijke bloemen en bomen, van alle beschrijving tot vrucht en schoonheid allen, die hij om ze aan te duiden een naam gegeven heeft, als hij nog onschuldig was. Hij ziet de prachtige wijngaarden, die eens zijn genot geweest zijn om te leiden tot prieeltjes en takken. Maar als hij opnieuw de wijd uitgestrekte boom van leven ziet met zijn uitgespreide takken en stralend fruit, en als er hem weer toegang verleend wordt naar zijn vruchten en bladeren, dan is zijn dankbaarheid zonder grenzen. Hij buigt het eerst in aanbidding aan de voeten van de Koning van heerlijkheid, en dan met de verloste schare stijgt de zang op, Waardig, waardig is het Lam, dat geslacht werd. Adam had Eden verloren door ongehoorzaamheid aan de wetten van God. Hij heeft nu deze liefelijke hof herwonnen door bekering en gelovige gehoorzaamheid. De vloek lag op hem wegens ongehoorzaamheid, de zegen nu voor zijn gehoorzaamheid. 3 Spiritual Gifts 89.
Zij werden ingelicht dat zij hun verblijf in Eden zouden verliezen. Zij hadden toegegeven aan Satans verleidingen en geloofden het woord van Satan, dat God zou willen liegen. Door hun overtreding hadden zij de weg geopend aan Satan om toegang te krijgen tot hen meer onmiddellijk, en het was niet veilig voor hen van in de hof van Eden te blijven, opdat zij niet in hun toestand van zonde toegang zouden krijgen tot de boom van leven en een leven van zonde vereeuwigen. Zij smeekten om toegelaten te worden van te blijven, of schoon zij wisten, dat zij alle recht tot het gezegende Eden verbeurd hadden. Zij beloofden dat zij in de toekomst overgaan zouden tot komplete gehoorzaamheid aan God. Zij werden ingelicht, dat in hun val van onschuld naar schuld, zij geen kracht verworven hadden maar grote zwakheid. Zij hadden hun onberispelijkheid niet kunnen bewaren, als zij in een staat van heiligheid verkeerden en in onschuld, en zij zouden veel minder kracht hebben om trouw te blijven en oprecht te blijven in een staat van bewuste schuld. Zij waren vervuld met de scherpste angst en wroeging. Zij realiseerden nu, dat de straf voor de zonde de dood was. Engelen werden onmiddellijk opgedragen de weg tot de boom des levens te bewaken. Het was Satans ingestudeerde plan, dat Adam en Eva God zouden ongehoorzaam zijn, Zijn afkeuring zouden ontvangen, en dan deel nemen aan de boom des levens, opdat zij een leven van zonde zouden mogen vereeuwigen. Maar heilige engels werden gezonden om de weg af te snijden naar de boom des levens. Rond deze engels glansden bundels van licht aan iedere zijde, die de schijn hadden van glinsterende zwaarden. Story of Redemption 40-41. "Adam en Eva vielen door onmatige eetlust. Christus kwam en doorstond de hevigste bekoring van Satan en, ten behoeve van het mensenras, overwon Hij de eetlust, tonende dat de mens kan overwinnen. 75
Als Adam viel door eetlust en het gezegende Eden verloor, zo kunnen de kinderen van Adam, door Christus de eetlust overwinnen en door matigheid in alle dingen Eden terugwinnen". Test. 3 : 161. "Dezen, die geestelijk zijn kunnen de geestelijke dingen onderscheiden en zien tekens van de tegenwoordigheid en het werk van God overal. Satan, door zijn listige en slechte strategie, leidde onze eerste ouders uit de hof van Eden - uit hun onschuld en reinheid naar de zonde en de onuitsprekelijke rampzaligheid. Hij heeft niet opgehouden te vernietigen; al de krachten die hij kan bevelen worden ijverig gebruikt door hem in de laatste dagen om de val van de zielen te beramen.
Hij grijpt iedere listigheid aan, die hij gebruiken kan om het volk van God te misleiden, te verdwalen en te verwarren". 3 Test. 455 - 56.
"De geschiedenis van het verleden toont ons een aktief werkende duivel. Hij kan niet meer niet werkende zijn dan dat hij onschadelijk zou zijn. Satan werd slechts in één boom gevonden om de veiligheid van Adam en Eva in gevaar te brengen. Hij beraamde om dit heilig paar naar deze ene boom aan te trekken, opdat zij zouden dat ene ding doen, dat God gezegd had dat zij niet zouden doen - eten van de boom van kennis. Er was geen gevaar voor als zij gelijk welke andere boom benaderden. Hoe aannemelijk zijn rede ! ! Hij gebruikte dezelfde argumenten, die hij heden ten dage gebruikt: vleierij, afgunst, wantrouwen, betwisting en ongeloof. Als Satan zo bedreven was in het begin, wat moet hij nu zijn nadat hij een ondervinding heeft opgedaan van verschillende duizenden jaren ? Toch zijn God en de heilige engelen, en allen die in gehoorzaamheid blijven aan Gods volledige heilige wil, wijzer dan hij. De subtiliteit van Satan zal niet verminderen, maar de wijsheid gegeven aan de mens door een levende verbinding met de Bron van alle licht en goddelijke kennis zal in proportie zijn met zijn kunsten en sluwheden.
Als de mens de test wil ondergaan die Adam mislukte te ondergaan,en zouwillen inde kracht van Christus, gehoorzamen aan al de eisen van God, omdat zij rechtvaardig zijn, dan zou hij nooit mogen vertrouwd geraakt zijn met de aan bezwaar onderhevige kennis. God wilde niet dat de mens deze kennis zou hebben, die voortkomt uit ongehoorzaamheid en die, in de praktijk gebracht, eindigt in de eeuwige dood. Als de mens bijna altijd de kennis kiest, die Satan voorlegt; als hun gevoel zo verdorven is, dat het behoefte heeft aan deze kennis, alsof het een bron van hoge wijsheid was, dan geven zij bewijs, dat zij van God gescheiden zijn en dat zij in opstand zijn tegen Christus. 5 Test. 504 - 505.