15 Dieethervormers Hebben Zedelijke Moed Nodig

[C.T.B.H. 121] (1890) C.H. 451, 452
776
. Veel goeds kan worden bereikt door iedereen die wij kunnen bereiken voor te lichten over de beste methodes, niet alleen om zieken te genezen, maar ook om ziekte en lijden te voorkomen. De arts die zich inspant om zijn patiënten voor te lichten over aard en oorzaken van hun ziekte, en die hun leert hoe zij ziektes kunnen vermijden, kan daaraan een zware taak hebben. Maar als hij een gewetensvol hervormer is, dan zal hij vrijuit spreken over de desastreuze effecten van genotzucht in eten, drinken en kleding; over de te grote wissel die op vitale krachten is getrokken, waardoor zijn patiënten in hun huidige situatie zijn terechtgekomen. Hij zal de kwaal niet verergeren door het net zolang toedienen van medicijnen, totdat de uitgeputte natuur de strijd opgeeft. Maar hij zal de patiënten leren hoe zij goede leefgewoontes kunnen ontwikkelen en de natuur in haar herstel kunnen helpen, door verstandig gebruik te maken van haar eigen eenvoudige geneesmiddelen.
In al onze gezondheidsinstituten moet het een speciaal onderdeel van het werk worden, les te geven in de gezondheidswetten. De beginselen van gezondheidshervorming moeten grondig en zorgvuldig aan iedereen worden geleerd, zowel aan patiënten als aan helpers. Dit werk vereist zedelijke moed; want ondanks dat velen voordeel bij zulke inspanningen zullen hebben, zullen anderen zich gekwetst voelen. Maar de ware discipel van Christus, wiens geest in harmonie is met de Geest van God zal, terwijl hij voortdurend zelf leert, ook onderwijs geven en het denken van anderen opwaarts richten en afwenden van de heersende dwalingen in deze wereld.