05 Vroege training van de eetlust
(1905) M.H. 383-385
346. Het belang om kinderen goede dieetgewoontes aan te lerenkan nauwelijks worden overschat. Onze kleintjes moeten leren, dat zijeten om te leven en niet leven om te eten. De opvoeding daartoe moetbeginnen bij de zuigeling in de armen van de moeder. Het kind dientalleen met regelmatige tussenpozen gevoed te worden, en minder vaaknaarmate het ouder wordt. Het mag geen snoep hebben, of voedselbestemd voor oudere mensen. Het kind kan dat niet verteren. Zorg enregelmaat bij het voeden van zuigelingen bevordert niet alleen hungezondheid, waardoor ze rustiger worden en een beter humeur hebben.Maar het legt de basis voor latere gewoontes en zal na verloop van jareneen zegen voor hen blijken te zijn.
Als kinderen de babyleeftijd ontgroeien, dient nog steeds grotezorg besteed te worden aan het opvoeden van hun smaak en hun eetlust.Vaak mogen zij eten wat zij willen en wanneer zij willen, zonder op hungezondheid te letten. Het geld en de moeite die zo vaak worden verkwistaan ongezonde lekkemijen laten jongeren denken, dat het hoogste doel inhet leven is om naar hartelust te kunnen eten, en dat dit het hoogste gelukverschaft. Het gevolg van zo”n opvoeding is vraatzucht, daama komen deziektes, die op hun beurt meestal gevolgd worden door het toedienen vangiftige medicijnen.
Ouders moeten de eetlust van hun kinderen opvoeden, en mogenniet toestaan dat zij ongezonde dingen eten. Maar in ons streven hun dieette reguleren, moeten wij ervoor waken dat wij kinderen niet iets lateneten wat niet goed smaakt, of ze meer te laten eten dan zij nodig hebben.Kinderen hebben rechten, zij hebben voorkeuren. Wanneer die voorkeu-ren redelijk zijn, dienen wij die te respecteren.
Moeders die aan de verlangens van hun kinderen voldoen tenkoste van hun gezondheid en hun goed humeur, zaaien het zaad van hetkwaad, dat op zal schieten en vrucht zal dragen. Genotzucht groeit methet opgroeien van onze kleintjes, en daaraan worden zowel hunlichaamskracht als hun geestelijke vermogens opgeofferd. Moeders diedit doen oogsten met bitterheid het zaad dat zij zelf gezaaid hebben. Zijzien hun kinderen opgroeien, geestelijk en qua karakter ongeschikt omeen edele en nuttige bijdrage te leveren, thuis of in de maatschappij. Hungeestelijke, verstandelijke en lichamelijke vermogens hebben te lijdenvan ongezond voedsel. Hun geweten stompt af en hun vermogen omgoede indrukken op te nemen vermindert.
Wanneer wij onze kinderen leren hun eetlust te beheersen, endaarbij te letten op hun gezondheid, laat het hun daarbij duidelijk zijn, datzij zich slechts dat ontzeggen wat schadelijk voor hen is. Zij geven opwat schadelijk is ter wille van iets beters. Dek de tafel uitnodigend enaantrekkelijk, want hij wordt voorzien van de goede dingen die God zoovervloedig heeft geschonken. Laat etenstijd een vrolijk en blij momentzijn. Wij genieten de gaven van God. Laat ons antwoorden met lofprijzing voor Hem die ons alles geeft.
(1875) 3T 564
347. Veel ouders verwennen hun kinderen met eten en drinkenwanneer zij maar willen. Dit om hun taak te ontlopen, hun kinderengeduldig gewoontes van zelfverloochening aan te leren, en hen te lerenop de juiste manier gebruik te maken van al Gods zegeningen. Eetlust engenotzucht groeien met het opgroeien mee en worden sterker naarmate dekrachten toenemen - tenzij zij op een positieve manier worden ingeperkt.Wanneer deze kinderen hun eigen leven .beginnen en hun plaats in demaatschappij gaan innemen, dan missen zij de kracht om verleidingen teweerstaan. Overal om je heen ziet men zedelijke onreinheid en groveonrechtvaardigheid. De verleiding om eigen smaak te verwennen en toete geven aan zijn neigingen is met het toenemen der jaren nietverminderd. Jongeren worden in het algemeen door hun impulsen gereageerd en zijn slaven van hun eetlust. Wij zien in de vraatzuchtige, deaanbidder van tabak, de wijndrinker en de dronkaard de kwalijke gevolgen van een gebrekkige opvoeding.