11 Onze Christelijke plicht
(1868) 2T 65
243. Wanneer we nadenken over wat God van ons vraagt, dan zullen we ontdekken dat Hij van ons verlangt, dat wij gematigd zijn inalles. Het doel van het feit dat wij geschapen zijn, is om__God teverheerlijken in ons lichaam en onze geest, die van Hem zijn. Hoekunnen we dit doen als wij onze eetzucht bevredigen, tot schade van onzelichaamskracht en onze geestelijke vermogens? God verlangt dat wij onzelichamen stellen tot een levend offer. Vervolgens hebben wij de plicht omdat lichaam in de best mogelijke gezondheid te bewaren, zodat wij aanZijn verlangens kunnen voldoen. “Of gij dus eet of drinkt, of wat ookdoet, doet het alles ter ere Gods.” (l Kor. 10:31)(1900) 6T 374, 375244. De apostel Paulus schrijft: “Weet gij niet, dat zij, die in derenbaan lopen, allen wel lopen, doch dat slechts één de prijs kanontvangen? Loopt dan zó, dat gij die behaalt! En al wie aan een wedstrijddeelneemt, beheerst zich in alles; zij om een vergankelijke erekrans teverkrijgen, wij om een onvergankelijke. Ik loop dan ook niet maar in denblinde en ik ben geen vuistvechter, die zo maar in de lucht slaat. Nee, iktuchtig mijn lichaam en houd het in bedwang, om niet, na anderengepredikt te hebben, wellicht zelf afgewezen te worden.” (I Kor. 9:24-27)Velen in de wereld houden er kwaadaardige gewoontes op na.
Eetzucht is de wet die hen regeert. En vanwege hun verkeerde gewoontesraakt hun zedelijk bewustzijn beneveld en hun vermogen om heiligezaken te kunnen onderscheiden wordt grotendeels vemietigd. Maar het isvoor Christenen noodzakelijk om strikt gematigd te zijn. Zij dienen eenhoge maatstaf aan te leggen. Gematigdheid in eten, drinken en kleding isessentieel. Beginselen dienen te regeren in plaats van eetzucht of mode.Zij die te veel eten, of van wie het voedsel van slechte kwaliteit is,vervallen gemakkelijk in losbandigheid, en in andere “dwaze en schade-lijke begeeiten, die de mensen doen wegzinken in verderf en ondergang.”(I Tim. 6:9) “Gods medearbeiders” (I Kor.3:9) moeten ieder greintjeinvloed die zij hebben, gebruiken om de verspreiding van waarlijkgematigde beginselen aan te moedigen.
Het betekent veel om trouw te zijn aan God. Hij doet een beroepop allen die in Zijn dienst staan. Hij wenst dat geest en lichaam in de bestmogelijke gezondheid worden bewaard, waarbij elk vermogen en iederegave onder Goddelijke leiding staan, en zó krachtig en zó waakzaamzullen zijn als maar kan, als gevolg van strikt gematigde gewoontes. Wijzijn tegenover God verplicht om ons zonder reserve aan Hem te wijden,met lichaam en ziel, met al onze talenten. Wij weten dat wij die van Hemontvangen hebben, om die in Zijn dienst te gebruiken.
Al onze energie en onze mogelijkheden moeten voortdurendworden versterkt en verbeterd gedurende deze proefperiode. Slechts zijdie deze beginselen waarderen, en erin geoefend zijn om met verstand enin de vreze Gods voor hun lichaam te zorgen, zouden gekozen moetenworden om verantwoordelijkheid in dit werk op zich te nemen. Zij die allang in de waarheid zijn, maar die toch geen onderscheid kunnen makentussen de zuivere beginselen van gerechtigheid en de beginselen van hetkwaad, wier begrip inzake rechtvaardigheid, genade en de liefde van Godbeneveld is, dienen van hun verantwoordelijkheden te worden ontheven.Iedere gemeente heeft een helder, scherp getuigenis nodig, zodat debazuin een vaste klank heeft.
Als we het zedelijk bewustzijn van ons volk over het onderwerpvan gematigdheid tot leven kunnen brengen, dan zal een groteoverwinning worden behaald. Gematigdheid in alles van dit leven moetworden onderwezen en in praktijk worden gebracht. Gematigdheid ineten, drinken, slapen en kleding is een van de voornaamste beginselenvan het godsdienstige leven. De waarheid die in het heiligdom van de zielwordt binnengebracht, zal leiden in hoe wij met ons lichaam dienen om tegaan. Niets wat de gezondheid van de mens aangaat, mag met onverschilligheid worden bezien. Ons eeuwig welzijn hangt af van het gebruikdat we gedurende dit leven maken van onze tijd, onze kracht en onzeinvloed.