05. Hongeren en dorsten naar gerechtigheid
“Zalig die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid, want zij zullen verzadigd worden.” - Matteüs 5:6
“De Heer wacht om Zijn Heilige Geest uit te storten op allen die willen hongeren en dorsten naar gerechtigheid.” (CW 118).
“Zalig die hongeren en dorsten naar gerechtigheid. Het besef van onwaardigheid zal in het hart een honger en een dorst naar gerechtigheid teweeg brengen en dit verlangen zal niet teleurgesteld worden. Zij, die in hun hart plaats maken voor Jezus, zullen zich Zijn liefde bewust worden. In iedereen die ernaar verlangt veranderd te worden naar het beeld van het karakter van God zal dat verlangen vervuld worden. De Heilige Geest helpt degene die op Jezus ziet altijd. Hij brengt van de gaven van Christus en richt zijn aandacht daarop. Als het oog op Jezus gericht is, houdt het werk van de Geest niet op voordat de ziel veranderd is naar Zijn beeld. Het element van liefde zal het hart verruimen en het de mogelijkheid geven om hogere hoogten te bereiken en meer kennis op te doen over hemelse zaken, zodat het niet rust voordat het volledig vervuld is. Zalig die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid, want zij zullen verzadigd worden.” (DA 302).
“Ofschoon u bemerkt dat u zondig en onvolkomen bent, zijn dat juist de zaken waarvoor u een Verlosser nodig hebt. Als u zonden te belijden hebt, verlies dan geen tijd. Deze momenten zijn waardevol. “Indien wij onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig, om ons de zonden te vergeven en ons te reinigen van alle ongerechtigheid” (1 Johannes 1:9).
Zij die hongeren en dorsten naar gerechtigheid zullen verzadigd worden, want Jezus heeft het beloofd. Trouwe Verlosser! Zijn armen zijn wijd opengesperd om ons te ontvangen en Zijn grote hart van liefde wacht op ons om ons te zegenen.” (FW 37-38).
“Gerechtigheid is heiligheid, het beeld van God, en “God is liefde.” 1 Johannes 4:16. Het is acht slaan op de wet van God, want “want al uw geboden zijn gerechtigheid” (Psalm 119:172), en “Liefde is de vervulling der wet” (Romeinen 13:10). Gerechtigheid is liefde en liefde is het licht en het leven van God. De gerechtigheid van God tot leven gekomen in Christus. Wij ontvangen gerechtigheid door Hem te ontvangen.” (FLB 109).
“Er zijn voldoende voorzieningen getroffen door Christus om de ziel die hongert en dorst naar gerechtigheid te bevredigen.” (FLB 152).
“Als u een gevoel van nood ervaart in uw ziel, als u hongert en dorst naar gerechtigheid, dan is dat het bewijs dat Christus aan uw hart werkt, zodat Hij, door de inwoning van de Heilige Geest, voor u de dingen kan doen die u onmogelijk voor uzelf kunt doen.” (AG 217).
“Als u het werk wilt doen die Christus aan Zijn discipelen geeft opgedragen en zielen wilt winnen voor hem, dan zult u een nood voor een diepere ervaring en grotere kennis in heilige zaken voelen en u zult hongeren en dorsten naar gerechtigheid. U zult met God pleiten en uw geloof zal versterkt worden en uw ziel zal met grote teugen drinken uit de bron van verlossing. Als u met tegenstand en verleidingen geconfronteerd wordt, zullen die u naar de bijbel en gebed leiden. U zult groeien in genade en de kennis van Christus en u zult een rijke ervaring ontwikkelen.” (AG 305).
“Laten wij de zwakheid van de mensheid in gedachten houden en de ogen niet sluiten voor het falen van de mens in zijn zelfgenoegzaamheid. We zullen dan vervuld worden met het verlangen om juist dat te zijn wat God wil dat wij zijn – puur, edel, geheiligd. We zullen hongeren en dorsten naar de gerechtigheid van Christus. Om als God te zijn, zal het enige verlangen van onze ziel zijn. Dit was het verlangen van Henochs hart. Hij bestudeerde het karakter van God met een doel. Hij zette niet zijn eigen koers uit en plaatste zijn eigen wil niet op de voorgrond… Hij streefde ernaar veranderd te worden naar het goddelijk beeld. Er is geen excuus voor afval of ontmoediging, want al de beloften van hemelse genade zijn zeker voor hen die hongeren en dorsten naar gerechtigheid. De intensiteit van het verlangen dat voorgesteld wordt door hongeren en dorsten is een eed aan ons dat de beloofde voorraden geschonken zullen worden.” (AG 317).
“Wat we nodig hebben, waar we niet zonder kunnen is dat de Geest van God samenwerkt met onze inspanningen. Al het vertroetelen van onszelf moet ophouden. Er moet een ernstig verlangen, een zielhonger zijn voor de aanwezigheid van de Heer. “Zalig die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid, want zij zullen verzadigd worden.” - Matteüs 5:6 .
Het is een zaak van leven of dood voor ons. We zijn verstrikt geraakt in een geestelijke verlamming en iedereen heeft de hulp van de Grote Geneesheer nodig. Hij alleen kan onze zaak aan. Hij wacht alleen op onze uitnodiging uit een oprecht hart, met een oprecht verlangen. Niets anders is nodig dan de voorbereiding van het hart, en ernstig en gelovig gebed, om Jezus, die machtige helper, aan onze kant te brengen. Hij verlangt ernaar tot ons te komen. Als wij maar zouden willen luisteren naar Zijn stem en de deur zouden willen opendoen, dan zal Hij binnenkomen.” (GW 225-226).
“De geestelijkheid van de kinderen van God is hun heerlijkheid in Zijn ogen. Dit is het onderscheidend kenmerk dat hen scheidt van de wereld … We moeten hongeren en dorsten naar gerechtigheid, zodat wij Christus kunnen brengen aan de wereld. Als Zijn liefde in ons hart is, zal dat duidelijk tot uiting komen. We zullen lichten in de wereld zijn. Christus roept elk van Zijn volgelingen op om Zijn karakterdeugden aan de wereld te tonen en Hem te vertegenwoordigen in woord en daad en Zijn liefde kenbaar te maken.” (RC 124).
“God eist van ons volmaakte gehoorzaamheid aan Zijn wet – de uitdrukking van Zijn karakter. “Stellen wij dan door het geloof de wet buiten werking? Volstrekt niet; veeleer bevestigen wij de wet” (Romeinen 3:31). De wet van God is de echo van Zijn stem, dat tegen ons zegt: Heiliger, ja, nog heiliger. Verlang naar de volheid van de genade van Christus. Ja, verlang – honger en dorst – naar gerechtigheid. De belofte is: U zult verzadigd worden. “Laat uw hart vervuld zijn met een intens verlangen voor deze gerechtigheid, het werk dat in Gods woord verklaard wordt als vrede, en het resultaat zal zijn stilheid en zekerheid voor altijd.” (3SM 202-203).
“We moeten een diepere zielenhonger hebben voor de rijke gave die de hemel ons kan geven. We moeten hongeren en dorsten naar gerechtigheid. O, dat wij een brandend verlangen hebben om God te kennen door ervaringskennis en te komen in de auditiezaal van de Allerhoogste, waar wij onze handen mogen uitstrekken in geloof en onze hulpeloze zielen aan die Ene geven voor verlossing. Zijn liefdevolle goedheid is beter dan leven.” (SD 121).