13 Verstandelijke en geestelijk vorming
Als gij op weg zijt, moge het u leiden; als gij u nederlegt, moge het over u waken; als gij wakker wordt moge het u toespreken.” Spreuken 6:22
“Door kennis worden de kamers gevuld met allerlei kostbaar en liefelijk bezit.”
Voor het verstand en de ziel, evenals voor het lichaam is het de wet van God dat kracht verkregen wordt door inspanning, terwijl de krachten zich door oefening ontwikkelen. In overeenstemming met deze wet heeft God in Zijn Woord de middelen voor verstandelijke en geestelijke ontwikkeling verschaft.
Bijbelstudie verleent kracht
De Bijbel bevat alle beginselen die de mensen moeten begrijpen om geschikt te zijn zowel voor dit als voor het toekomstige leven. En deze beginselen kunnen door allen worden begrepen. Niemand die zijn onderwijzingen weet te waarderen, kan één enkele passage uit de Bijbel lezen zonder daaruit een of andere nuttige gedachte te trekken. Maar het beste onderricht van de Bijbel wordt niet verkregen door zonder enige samenhang het Boek zo nu en dan eens te bestuderen. Het verheven systeem der waarheid wordt niet zo geschilderd dat de haastige of oppervlakkige lezer dat zal ontdekken. Vele schatten liggen grotendeels ver beneden de oppervlakte en kunnen alleen verkregen worden door ijverig onderzoek en aanhoudende inspanning. De waarheden die het geheel vormen, moeten gezocht en verzameld worden, “hier wat, daar wat”. Jes. 28:10.
Een volmaakt geheel
Wanneer ze aldus worden onderzocht en tot een geheel samengevoegd worden, zal men ervaren dat ze aan elkaar aangepast zijn. Elk Evangelie is een aanvulling van de andere, elke profetie een verklaring van een andere profetie, elke waarheid een ontwikkeling van een andere waarheid. De schaduwbeelden van het Joodse stelsel worden duidelijk gemaakt door het Evangelie. Elk beginsel in het Woord van God heeft zijn plaats, elk feit zijn betekenis. En het gehele gebouw in zijn ontwerp en uitvoering, draagt het kenmerk van Zijn Maker. Alleen het verstand van de eeuwige God kan zo’n geheel bedenken en bouwen.
Verstandelijke discipline
Gaat men de verschillende delen onderzoeken en hun verband bestuderen, dan worden de beste vermogens van de menselijke geest aan het werk gezet. Niemand kan zich aan die studie wijden zonder zijn verstandelijke krachten te ontwikkelen.
De geestelijke waarde van Bijbelstudie bestaat niet alleen in het onderzoeken en de samenhang van de waarheid vast te stellen, maar ook in de inspanning om de geboden onderwerpen in zich op te nemen. Het verstand dat zich alleen bezig houdt met de gewone dingen des levens, verschrompelt en verzwakt. Het verliest op den duur de groeikracht, wanneer het niet probeert grote waarheden van buitengewoon belang te doorgronden. Als een beveiliging tegen deze aftakeling en een prikkel tot groei is er niets beters dan het onderzoek van Gods Woord. Als een middel tot verstandelijke vorming gaat van de Bijbel meer kracht uit dan van welk ander boek ook, ja zelfs van alle boeken tezamen. De verhevenheid van zijn onderwerpen, de waardige eenvoud van zijn zeggingskracht, de schoonheid van zijn beeldspraak, verfrissen en verheffen de gedachten als niets anders. Geen andere studie verschaft zulke verstandelijke kracht als de inspanning om de verbazingwekkende waarheden van de Openbaring in zich op te nemen. Het verstand, aldus in aanraking gebracht met de gedachten van de Oneindige, kan zich slechts ontwikkelen en versterken.
Geestelijke ontwikkeling
En zelfs nog groter is de kracht van de Bijbel in de ontwikkeling van de geestelijke natuur. De mens, geschapen om met God gemeenschap te hebben, kan alleen in zo’n gemeenschap zijn waarachtig leven en wasdom vinden. Geschapen om in God zijn hoogste vreugde te vinden, vindt hij nergens anders wat de hunkering zijns harten kan bevredigen, wat de honger en dorst van de ziel kan stillen en lessen. Wie met een oprechte en ontvankelijke geest Gods Woord bestudeert, en probeert zijn waarheden te begrijpen, zal in aanraking worden gebracht met de Schrijver van dat Boek; en aan de mogelijkheden van zijn wasdom zijn geen grenzen gesteld, tenzij zijn hart naar iets anders uitgaat.
Rijkdom aan stijl en onderwerpen
In zijn grote rijkdom aan stijl en onderwerpen bezit de Bijbel iets dat elk verstand belang kan inboezemen en op elk hart een beroep doet. Op zijn bladzijden vindt men de oudste geschiedenis; de waarste levensbeschrijvingen; regeringsbeginselen voor het beheer van de staat, voor de leiding van het huishouden - beginselen die door menselijke wijsheid nooit zijn geëvenaard. Het Boek bevat de diepzinnigste levenswijsheid, de zoetste, de verhevenste, de hartstochtelijkste en de roerendste voortbrengselen van de dichtkunst. De boeken van de Bijbel als zodanig beschouwd, staan wat hun waarde betreft, onmetelijk hoger dan de voortbrengselen van welke menselijke schrijver ook; maar bezien in hun verhouding tot de grote kerngedachte hebben ze een oneindig wijder strekking en oneindig meer waarde. Gezien in het licht van deze gedachte, heeft elk onderwerp een nieuwe betekenis. In de eenvoudigste waarheden daarin verkondigd, liggen beginselen opgesloten die zo hoog zijn als de hemel en die een eeuwigheid omvatten.
De kerngedachte
De kerngedachte van de Bijbel, het onderwerp waaromheen alle andere in het hele boek zich groeperen, is het verlossingsplan - het herstel van het beeld Gods in de menselijke ziel. Vanaf de eerste aankondiging der hoop in het vonnis, uitgesproken in het Paradijs, tot de laatste heerlijke belofte van de Openbaring: “Zij zullen Zijn aangezicht zien en Zijn Naam zal op hun voorhoofden zijn” (Openb. 22:4), is de omlijnde gedachte van elk boek en elk onderdeel van de Bijbel de ontvouwing van dit wonderlijke onderwerp - de verheffing van de mens - de kracht Gods “die ons de overwinning geeft door onze Here Jezus Christus”. 1 Cor. 15:57.
Een onbegrensd gebied
Wie deze gedachte in zich opneemt, heeft vóór zich een onbegrensd studieterrein. Hij heeft de sleutel die de hele schatkamer van Gods Woord voor hem zal ontsluiten.
De wetenschap der verlossing is de wetenschap van alle wetenschap; de wetenschap die bestudeerd wordt door de engelen en de verstandelijke wezens der niet-gevallen werelden; de wetenschap die de aandacht van onze Here en Heiland in beslag neemt; de wetenschap die ingaat tot het doel, uitgedacht door de Oneindige en “eeuwenlang verzwegen” (Rom. 16:25), de wetenschap die door de eindeloze eeuwen heen, bestudeerd zal worden door Gods verlosten. Dat is de hoogste studie waarmee de mens zich kan bezighouden. En als geen andere studie, zal ze de geest verkwikken en de ziel verheffen.
Levenverwekkende waarheden
“Het is een voordeel te weten: de wijsheid doet haar bezitters leven”. “De woorden, die Ik tot u gesproken heb”, zei Jezus, “zijn geest en zijn leven”. “Dit nu is het eeuwige leven, dat zij U kennen, de enige waarachtige God en Jezus Christus Die Gij gezonden hebt”. Pred. 7:12; Joh. 6:63; 17:3.
De scheppende kracht die de werelden deed ontstaan, ligt in het Woord van God. Dit Woord verleent kracht; het verwekt leven. Elk gebod is een belofte; wanneer het door de wil wordt aangenomen en in de ziel opgenomen, brengt het met zich het leven van de Oneindige. Het verandert de natuur en herschept de ziel naar het beeld Gods.
Het onderhoudt het leven
Het aldus toebedeelde leven wordt op dezelfde manier onderhouden. “Van alle woord dat uit de mond Gods uitgaat” (Matth. 4:4) zal de mens leven.
Het verstand, de ziel wordt opgebouwd door dat waarmee zij zich voeden, en bij ons ligt de beslissing waarmee zij gevoed zullen worden. Het ligt binnen de macht van een ieder, de onderwerpen te kiezen die de gedachten zullen bezighouden en het karakter vormen. Van elk menselijk wezen dat het voorrecht heeft de Bijbel te bezitten, zegt God: “Ik schrijf hem tienduizendvoudig Mijn wetten voor”. “Roep tot Mij en Ik zal u antwoorden en u grote, ondoorgrondelijke dingen verkondigen, waarvan gij niet weet”. Hos. 8:12; Jer. 33:3.
Mogelijkheden der gemeenschap
Met het Woord Gods in zijn handen, kan ieder mens, wat ook zijn levenslot mag zijn, die gemeenschap hebben welke hij verkiest. Op de bladzijden van het Boek kan hij spreken met de nobelsten en besten der mensheid, en luisteren naar de stem van de Eeuwige wanneer Hij spreekt met de mensen.
Wanneer hij de onderwerpen, “waarin zelfs engelen begeren een blik te slaan” (1 Petr. 1:12) bestudeert en overpeinst, kan hij in hun gezelschap verkeren. Hij kan treden in de voetstappen van de hemelse Leraar en luisteren naar Zijn woorden, zoals Hij leerde op de berghelling, aan de oever van het meer, of in het veld. Hij kan in deze wereld verkeren in de atmosfeer des hemels terwijl hij bij de bedroefden en verzochten der aarde hoopvolle gedachten en een verlangen naar heiligheid verwekt. Juist daardoor zal hij dichter, steeds dichter in gemeenschap komen met de Onzienlijke om, evenals de mens uit het verre verleden die met God wandelde, steeds dichter de drempel van de eeuwige wereld te benaderen, tot de poorten opengaan en hij zal kunnen binnengaan.
Geen vreemdeling
Hij zal zich daar niet als een vreemdeling gevoelen. De stemmen die hem daar zullen begroeten, zijn de stemmen van de heiligen die, hoewel niet zichtbaar, op aarde zijn metgezellen waren - stemmen die hij hier leerde kennen en liefhebben. Wie door het Woord van God in gemeenschap met de hemel heeft geleefd, zal zich in het gezelschap van de hemel thuis voelen.
(Karaktervorming, - E.G. White)