De laatste
waarschuwing (38)
"Hierna zag ik een andere engel, die grote macht had, nederdalen uit de
hemel, en de aarde werd door zijn lichtglans verlicht. En hij riep met
sterke stem, zeggende: Gevallen, gevallen is de grote (stad) Babylon en zij
is geworden een woonplaats van duivelen, een schuilplaats van alle onreine
geesten en een schuilplaats van alle onrein en verfoeid gevogelte". „En ik
hoorde een andere stem uit de hemel zeggen: Gaat uit van haar, mijn volk,
opdat gij geen gemeenschap hebt aan haar zonden en niet ontvangt van haar
plagen" (Openbaring 18:12,4).
Volgens deze bijbeltekst zal de aankondiging van de val van Babylon, die
door de tweede engel van Openbaring 14 (vers 8) werd uitgesproken, in de
toekomst worden herhaald. Bovendien zal ook de verdorvenheid die is
binnengeslopen in de verschillende organisaties waaruit Babylon bestaat
sinds de tijd dat die boodschap voor het eerst werd verkondigd in de zomer
van 1844, worden aangetoond. Deze tekst beschrijft de verschrikkelijke
toestand van de godsdienstige wereld. Bij elke verwerping van de
waarheid zal het verstand van de mensen meer worden verduisterd en hun hart
meer worden verhard tot ze zich verschanst zullen hebben achter de
hardheid van hun ongeloof.
Ondanks de waarschuwingen van God zullen ze de Tien Geboden blijven
overtreden, zodat zij degenen die de geboden wél heiligen op den duur nog
gaan vervolgen. Christus wordt gesmaad door de minachting die men toont voor
zijn volk. Wanneer het spiritisme door de kerken wordt aanvaard, zal alles
wat het vleselijke hart nog in toom houdt, worden weggenomen. De godsdienst
zal dan een dekmantel worden om de laagste vormen van ongerechtigheid te
verbergen. Het geloof in spiritistische verschijnselen zal de deur openen
voor verleidende geesten en leringen van duivelen. Op die manier zullen de
boze engelen zich in de kerken doen gelden.
De Bijbel beschrijft de toestand
van Babylon op het ogenblik dat deze profetie in vervulling gaat: „Haar
zonden hebben zich opgehoopt tot aan de hemel en God heeft aan naar
ongerechtigheid gedacht" (Openbaring 18:5). Ze heeft de maat van haar
schuld vol gemaakt en haar verwoesting staat voor de deur. Maar God heeft
nog een volk in Babylon en vóór zijn oordelen over deze wereld worden
uitgestort moeten deze getrouwen uit Babylon worden geroepen, „opdat ze geen
gemeenschap hebben aan haar zonden en niet ontvangen van haar plagen":
vandaar de beweging, die symbolisch wordt voorgesteld door de engel die uit
de hemel nederdaalt, de aarde verlicht met zijn lichtglans en met luider
stem roept om de zonden van Babylon te verkondigen. In deze boodschap wordt
de oproep „Gaat uit van haar, mijn volk" uitgesproken. Deze aankondigingen
vormen samen met de boodschap van de derde engel de laatste
waarschuwingsboodschap die aan de bewoners van de aarde zal worden gebracht.
De wereld gaat een verschrikkelijke crisis tegemoet. De machthebbers van
deze aarde zullen een bondgenootschap sluiten om Gods geboden te bestrijden
en zullen een bevel uitvaardigen dat „allen, de kleinen en de groten, de
rijken en de armen, de vrijen en de slaven" (Openbaring 13:16) zich moeten
schikken naar de gebruiken van de kerk en de valse sabbat moeten vieren.
Wie weigert zich daaraan te onderwerpen, zal door de burgerlijke overheid
worden gestraft en zal uiteindelijk ,,des doods schuldig" worden geacht.
Anderzijds eist Gods wet, die de heiliging van de bij de schepping
ingestelde rustdag oplegt, gehoorzaamheid en ze bedreigt allen die haar
geboden overtreden met Gods gramschap. Wanneer het probleem zó scherp zal
zijn gesteld, zal iedereen dďe Gods wet overtreedt om een menselijke
inzetting te gehoorzamen het merkteken van het beest ontvangen. Men
aanvaardt het teken van trouw aan de macht die men verkiest te gehoorzamen
in plaats van God. De waarschuwing uit de hemel luidt: "Indien iemand het
beest en zijn beeld aanbidt en het merkteken op zijn voorhoofd of op zijn
hand ontvangt, die zal ook drinken van de wijn van Gods gramschap, die
ongemengd is toebereid in de beker van zijn toorn" (Openbaring 14:9,10).
Niemand zal echter de gramschap van God ondergaan voordat hij de gelegenheid
heeft gehad de waarheid te leren kennen en haar heeft verworpen. Velen
hebben nooit de kans gehad om de speciale waarheid voor deze tijd te horen.
De juiste betekenis van het vierde gebod is hun nog nooit uitgelegd. God
weet wat er in elk hart omgaat en onderzoekt elk motief. Hij zal dan ook
niet toestaan dat iemand die tot de kennis der waarheid wil komen, niet zou
weten wat de inzet is van deze strijd. Het bevel zal de mensen niet
onverwachts treffen. Iedereen zal voldoende licht ontvangen om bewust te
kiezen.
De sabbat zal de grote toets, der getrouwheid zijn, want dit is het punt der
waarheid waarover de opvattingen het meest uiteenlopen.
Wanneer de mensen aan deze
laatste toets zullen worden onderworpen, zal de scheidingslijn worden
getrokken tussen degenen die God wél en degenen die Hem niet dienen. Het
vieren van de valse sabbat in overeenstemming met de wetten van de Staat,
maar in strijd met het vierde gebod, zal een bewijs zijn van trouw aan de
macht die zich tegen God verzet. Het heiligen van de ware sabbat in
gehoorzaamheid aan Gods wet zal dan het bewijs zijn van trouw aan de
Schepper. De ene groep zal door het aanvaarden van het teken van hun
onderwerping aan aardse machten het merkteken van het beest ontvangen. De
andere groep die het teken van trouw aan Gods gezag verkiest, zal
daarentegen het zegd Gods ontvangen.
Tot nu toe zijn zij die de
boodschap van de derde engel verkondigen vaak als onheilsprofeten
beschouwd. Hun waarschuwing dat de onverdraagzaamheid op godsdienstig gebied
de overhand zal krijgen in de Verenigde Staten en dat Kerk en Staat zullen
samengaan om de mensen die Gods geboden bewaren te vervolgen, zijn als
absurd en onzinnig beschouwd. Er is met grote stelligheid beweerd dat dit
land nooit anders kan worden dan het altijd geweest is: de verdediger van de
godsdienstvrijheid. Maar wanneer het probleem van de verplichte
zondagsviering de gemoederen overal zal bezighouden, zal men de gebeurtenis
waar men zolang aan getwijfeld heeft en waar men zo ongelovig tegenover
stond, steeds naderbij zien komen en dan zal de boodschap van de derde engel
gevolgen hebben die vroeger niet mogelijk waren.
God heeft in elke
generatie zijn boodschappers gezonden om de zonden van de wereld en van de
gemeente te veroordelen. Maar de mensen horen liever aangename dingen en
zijn allesbehalve gesteld op de zuivere, onverbloemde waarheid. Veel
hervormers wilden toen zij aan hun taak begonnen met grote voorzichtigheid
te werk gaan bij het veroordelen van de zonden van de gemeente en van het
volk. Ze hoopten de mensen door het voorbeeld van een heilig, christelijk
leven terug te brengen tot de leer van de Bijbel. Maar de Geest Gods daalde
op hen neer, zoals in het geval van Elia, die werd aangespoord om de zonden
van de verdorven koning en van het afvallige volk te veroordelen. Ze waren
dan wel verplicht de duidelijke uitspraken van de Bijbel en de
leerstellingen die ze niet graag wilden verkondigen aan de mensen mee te
delen. Ze voelden zich gedrongen de waarheid met grote ijver te verkondigen
en te wijzen op het gevaar dat de mensen bedreigde. Ze brachten de woorden
die de Here hun ingaf zonder enige vrees voor de gevolgen en de mensen
moesten wel naar de waarschuwingsboodschap luisteren.
Zo zal ook de boodschap van de derde engel worden verkondigd.
Wanneer de tijd is aangebroken dat deze boodschap met
zeer grote kracht aan de wereld moet
worden gebracht, zal God nederige boodschappers gebruiken en zal Hij de
mensen die zich aan zijn dienst hebben gewijd, leiden. Ze zullen eerder door
de zalving van zijn Geest dan door hun opleiding daartoe in staat
worden gesteld. Mannen van geloof en
gebed zullen worden gedrongen
om met een heilige ijver uit te gaan en de woorden verkondigen die God hun
heeft toevertrouwd. De zonden van Babylon zullen aan het licht worden
gebracht. De vreselijke gevolgen van het verplicht stellen van kerkelijke
inzettingen door de burgerlijke overheid, de rampzalige invloed van het
spiritisme en de heimelijke,
maar snelle vooruitgang van de pauselijke macht zullen
stuk voor stuk duidelijk worden.
De
mensen zullen door deze
ernstige waarschuwingen
worden aangegrepen. Duizenden en nogmaals
duizenden die zulke
woorden nog nooit hebben gehoord, zullen ernaar
luisteren. Vol verbazing
zullen zij horen dat Babylon de kerk is die is gevallen
door haar dwalingen en zonden, door haar verwerping van de
waarheid die haar van de
hemel was gezonden. Wanneer de mensen zich
tot hun vroegere
godsdienstige leiders richten met de ernstige vraag: „Is dit wel waar?"
Zullen de predikanten fabels opdissen en aangename gebeurtenissen
aankondigen om ze te kalmeren en hun gealarmeerd geweten
te sussen. Daar velen zullen weigeren zonder meer genoegen te nemen met het
gezag van mensen, zullen ze een duidelijk "Aldus luidt het
woord des Heren"
verlangen. De populaire predikanten zullen zoals de Farizeeën
in het verleden woedend worden wanneer hun gezag in twijfel
wordt getrokken en
zullen de boodschap aan Satan toeschrijven. Ze zullen
de massa, die de zonde
liefheeft, ophitsen om de verkondigers van de boodschap
te bespotten en te vervolgen.
Wanneer de
strijd zich uitbreidt naar nieuwe gebieden en de
mensen worden bepaald bij
Gods overtreden wet, zal Satan in actie
komen. De kracht waarmee de boodschap wordt verkondigd,
zal haar tegenstanders
razend maken. De geestelijkheid zal bijna
bovenmenselijke
inspanningen doen om het licht buiten te houden om te vermijden dat het op
hun kudde zou schijnen. Ze zullen
alle middelen waarover ze beschikken aangrijpen om een discussie
over deze uiterst belangrijke punten te onderdrukken. De
kerk zal een beroep doen
op de sterke hand van de Staat.
Rooms-katholieken en protestanten zullen hierbij eendrachtig samenwerken.
Wanneer de beweging om de zondagsviering verplicht te
stellen met meer stoutmoedigheid en
vastberadenheid zal optreden, zal de wet worden ingeroepen tegen hen die Gods
geboden bewaren. Ze zullen worden bedreigd met geldboeten en gevangenisstraf.
Men zal aan sommige mensen invloedrijke posities en
aan anderen beloningen en voordelen
aanbieden om hen ertoe te bewegen hun geloof op te geven. Maar ze zullen
vastberaden antwoorden: "Bewijs
ons aan de hand van Gods Woord dat wij dwalen".
Dat was ook de houding van Luther in soortgelijke omstandigheden.
Zij die voor de rechtbank worden gedaagd, zullen de
waarheid met overtuiging verdedigen en
sommigen die hun getuigenis
horen, zullen op hun beurt alle geboden Gods gaan onderhouden.
Zo zal het licht opgaan voor duizenden die de waarheid anders nooit zouden
hebben gehoord.
De mensen
zullen een stipte gehoorzaamheid aan het Woord van God als rebellie
beschouwen. Ouders zullen door Satan worden verblind en zeer hardnekkig en
streng optreden tegen hun gelovige kinderen. Werkgevers zullen hun werknemers
die de geboden houden,
onderdrukken. De liefde zal
verkoelen. Kinderen zullen worden onterfd en van huis worden verdreven. De
woorden van Paulus zullen
letterlijk in vervulling
gaan: "Allen, die in Christus Jezus godvruchtig
willen leven, zullen vervolgd worden" (2 Timoteüs 3:12).
Wanneer de verdedigers van
de waarheid weigeren de zondag te vieren,
zullen sommigen in de gevangenis worden geworpen, anderen
zullen worden verbannen of
als slaven worden behandeld. Voor mensen
met wereldse wijsheid schijnt dat op dit ogenblik gewoon onmogelijk,
maar wanneer de Geest Gods van de mensen zal worden weggenomen
en ze onder de heerschappij van Satan, die Gods geboden
haat, zijn gekomen, zullen
er vreemde dingen gebeuren. De mens kan erg wreed
zijn wanneer hij God niet meer vreest of liefheeft.
Wanneer de storm nadert, zullen veel
mensen die de boodschap van de derde engel zogenaamd hadden aangenomen, maar
niet waren
geheiligd door gehoorzaamheid aan de waarheid, hun geloof prijsgeven en zich
aansluiten bij de tegenstanders. Doordat ze
vertrouwelijk met de wereld
zijn omgegaan en haar geest in zich hebben
opgenomen, zijn ze de dingen op bijna dezelfde manier
gaan beoordelen. Wanneer de beproeving over hen komt, zijn ze
onmiddellijk bereid ook de
brede weg, die velen opgaan, te kiezen. Begaafde mannen met een innemend
karakter, die zich eens in de waarheid hebben verheugd, zullen hun talenten
gebruiken om de mensen te bedriegen en te misleiden. Ze worden de felste
tegenstanders van
hun vroegere broeders. Wanneer sabbatvierders
voor de rechtbank moeten verschijnen om zich voor hun geloof
te verantwoorden zullen deze afvalligen Satans beste medewerkers
zijn om hen te lasteren, te beschuldigen en de
machthebbers tegen hen op te hitsen door hun valse verklaringen en
verdachtmakingen.
In deze tijd
van vervolgingen zal het geloof van Gods boodschappers op de proef worden
gesteld. Ze hebben de waarschuwingsboodschap
in alle getrouwheid gebracht en hebben alleen vertrouwd op
God en zijn Woord. De Geest van God, die
hun hart beďnvloedde, heeft hen
tot spreken gedrongen. Ze werden gedreven door een heilige ijver, en door
Gods kracht bezield, hebben ze hun plicht gedaan zonder zich af te vragen wat
nu precies de gevolgen zouden zijn wanneer
ze het woord dat God hun had gegeven aan de mensen zouden
brengen. Ze hebben niet stilgestaan bij
hun wereldse belangen en hebben
ook niet geprobeerd hun reputatie of hun leven te behouden.
Maar wanneer de storm van verzet en
tegenstand over hen zal losbarsten,
zullen sommigen door de angst onmiddellijk uitroepen: "Als we de
gevolgen van onze woorden hadden voorzien, zouden we onze
grote mond hebben gehouden."
Aan alle kanten rijzen de moeilijkheden
op. Satan benadert hen met vreselijke verleidingen. Ze achten zich niet in
staat het werk waar ze aan zijn begonnen tot een goed
eind te brengen. Ze worden met
vernietiging bedreigd. De geestdrift die hen bezielde, is verdwenen, maar ze
kunnen niet terug. Wanneer het tot
hen doordringt hoe hulpeloos ze zijn, zullen ze tot de Almachtige
gaan om kracht. Ze zullen zich herinneren dat de woorden die zij
hebben verkondigd niet van henzelf, maar
van God kwamen. Hij had hun de opdracht gegeven de waarschuwingsboodschap aan
de wereld te brengen. God had de
waarheid in hun harten gelegd en zij konden
niet anders doen dan haar verkondigen. De
godsmannen uit het verleden waren aan dezelfde beproevingen
blootgesteld. Wyclif, Hus, Luther, Tyndale, Baxter en Wesley eisten dat alle
leerstellingen aan de Bijbel zouden
worden getoetst en ze zeiden dat ze alles zouden laten
vallen wat die toets niet kon doorstaan. Deze mannen werden
meedogenloos vervolgd en toch bleven ze de waarheid verkondigen.
In de verschillende
periodes van de kerkgeschiedenis is er steeds een
bijzondere waarheid
verkondigd die speciaal bedoeld was voor de behoeften
van Gods volk in die tijd. Elke nieuwe waarheid heeft zich een weg moeten
banen tegen haat en tegenstand in. Zij die het licht
der waarheid aannamen, stonden bloot aan
verleidingen en beproevingen. Als er een
crisis heerst, geeft God een bijzondere waarheid aan de mensen. Wie kan dan
weigeren die boodschap te verkondigen?
God geeft zijn dienstknechten nu de opdracht de laatste genadeboodschap
aan de wereld te brengen. Als ze dat niet doen, lopen ze zelf gevaar.
De boodschappers van Christus mogen zich
niet bekommeren om de gevolgen. Ze moeten hun plicht doen en
de rest aan God
overlaten.
Wanneer de
tegenstand nog groter wordt, zullen Gods dienstknechten
verbaasd zijn. Ze zullen zich afvragen of zij de crisis hebben uitgelokt. Maar
hun geweten en het Woord van God geven hun de zekerheid dat ze juist hebben
gehandeld. Hoewel de beproevingen
voortduren, ontvangen zij
kracht om die te dragen. De strijd spitst
zich toe en neemt in
hevigheid toe, maar hun geloof en moed groeien
naarmate de toestand erger
wordt. Zij zeggen met overtuiging: "Wij durven niet aan Gods Woord te tornen
door zijn heilige wet te splitsen.
Wij mogen niet zeggen dat het ene gebod belangrijk en het andere onbelangrijk
is om op goede voet te staan met de wereld. De Here
die wij
dienen kan ons verlossen. Christus heeft de machten van de duisternis
overwonnen. Waarom zouden wij dan bang zijn voor een wereld die al overwonnen
is?"
Vervolgingen
in verschillende vormen zijn het gevolg van een beginsel dat zal bestaan
zolang Satan bestaat en het christendom leeft. Geen mens kan God dienen zonder
zich de vijandschap van de heerscharen
van de duisternis op de hals te halen. Boze engelen zullen
hem zeker aanvallen, want
ze zijn bang dat ze door zijn invloed hun
slachtoffer zullen verliezen.
Boosdoeners die door zijn voorbeeld worden veroordeeld, zullen met die engelen
samenwerken en hem
door aanlokkelijke verleidingen van God proberen te scheiden. Wanneer ze daar
niet in slagen, zullen ze met harde hand druk op zijn geweten uitoefenen.
Maar zolang
Jezus de Middelaar van de mens is in het hemelse
heiligdom zal de remmende
invloed van de Heilige Geest zowel
door de overheid als door
de mensen worden gevoeld. Die invloed
is nog altijd tot op zekere hoogte merkbaar in de wetten van het
land. Als deze wetten er niet waren, zou
de toestand van de wereld
nog veel slechter zijn.
Veel machthebbers zijn werkzame instrumenten
van Satan. Toch heeft God ook zijn medewerkers onder de
leiders van het land. De
vijand spoort zijn aanhangers aan om maatregelen
voor te stellen die Gods werk ten zeerste zouden belemmeren,
maar politieke leiders die de Here
wezen, worden door heilige engelen
beďnvloed om die voorstellen met onweerlegbare argumenten te
bestrijden. Zo zal de sterke stroom van
het kwaad door een paar mannen
worden ingedijkt. De tegenstand van de vijanden van de waarheid
zal in bedwang worden gehouden, zodat de
boodschap van de derde engel kan
worden verkondigd. Wanneer de laatste waarschuwingsboodschap
aan de wereld zal worden gebracht, zal zij de aandacht
trekken van deze leidinggevende mannen
door wie de Here nu werkt. Enkele
van hen zullen die boodschap aannemen en zullen in de tijd
der benauwdheid aan de
kant van Gods volk staan.
De engel die
deelneemt aan de verkondiging van de boodschap van de derde engel zal de hele
wereld met zijn heerlijkheid verlichten.
Gods Woord voorzegt een wereldwijd werk met buitengewone
kracht. De Adventbeweging van 1840-44 was een luisterrijke
uiting van Gods kracht. De boodschap van de eerste engel
werd gebracht naar elke
zendingspost ter wereld en in sommige
landen was er de grootste
godsdienstige belangstelling sinds de
Hervorming van de zestiende
eeuw. Dit alles zal echter worden overtroffen door de grote opwekkingsbeweging
ontstaan door de
verkondiging van de laatste waarschuwingsboodschap van de
derde engel.
Dit werk
zal veel gemeen hebben met dat van Pinksteren. Zoals
„de vroege
regen" werd gegeven door de uitstorting van de Heilige
Geest aan het begin van de evangelieverkondiging om het kostbare
zaad te doen ontkiemen, zal „de late regen" worden gegeven aan het einde van
de evangelieverkondiging om de oogst te doen
rijpen. "Ja, wij willen de
HERE kennen, ernaar jagen Hem te kennen. Zo
zeker als de dageraad is zijn opgang. Dan komt Hij
tot ons als de regen, als de late regen,
die het land besproeit" (Hosea 6:3). „En gij, kinderen van Sion, juicht en
verheugt u in de HERE, uw God,
want Hij geeft u de leraar ter gerechtigheid; ja,
regenstromen laat Hij voor u nederdalen,
vroege regen en late regen, zoals
voorheen" (Joel
2:23). „En het zal
zijn in de laatste dagen,
zegt God, dat Ik zal uitstorten van mijn Geest op alle vlees."
„En het zal zijn, dat al
wie de naam des Heren aanroept, behouden
zal worden" (Handelingen 2:17,21).
Het
belangrijke werk van de evangelieverkondiging zal niet
worden
afgesloten met een geringere openbaring van Gods kracht
dan waarmee het begon. De profetieën
die werden vervuld door de uitstorting
van de vroege regen in de begindagen van de gemeente, zullen opnieuw
worden vervuld door de late regen aan het
einde van de evangelieverkondiging. Dat bedoelde de apostel Petrus met „de
tijden der verkoeling" toen hij zei: "Betert u dan
en bekeert u, opdat uwe zonden mogen
uitgewist worden, wanneer
de tijden der verkoeling zullen gekomen zijn van het aangezicht des HEREN, en
Hij gezonden zal hebben Jezus Christus" (Handelingen 3:19,20 -
Statenvertaling).
De gezichten
van Gods boodschappers zullen stralen van heilige
toewijding.
Ze zullen van de ene plaats naar de andere gaan om de
boodschap van de hemel te
verkondigen. De waarschuwing zal door
duizenden stemmen aan de
hele aarde worden gebracht. Er zullen
wonderen gebeuren, zieken
zullen worden genezen en de gelovigen zullen tekenen en wonderen meemaken.
Satan zal ook actief zijn met
zijn bedrieglijke wonderen
en hij zal zelfs „vuur uit de hemel doen nederdalen op de aarde ten
aanschouwen van de mensen" (Openbaring
13:13). De bewoners van de aarde zullen dan verplicht zijn
partij te kiezen.
De boodschap
zal niet zozeer door argumenten, maar wel door de grote overtuigingskracht van
Gods Geest worden gesteund. De argumenten
zijn al aangevoerd. Het zaad is reeds uitgestrooid. Nu moet
het ontkiemen en vrucht dragen. De
publicaties die door geschriften-evangelisten zijn verspreid hebben hun
uitwerking niet gemist. Velen waren wel onder de indruk van de boodschap
gekomen, maar hadden de waarheid niet ten volle begrepen of gehoorzaamd. Nu
dringen de stralen van het licht overal door en wordt de waarheid volledig
begrepen. Gods oprechte kinderen verbreken de banden die hen vastketenden.
Hun familiebanden en het feit dat ze tot een bepaalde kerk behoren,
kunnen hen niet langer tegenhouden. De waarheid is belangrijker
dan alle andere bijkomstigheden. Ondanks
het feit dat vele krachten zich
gezamenlijk tegen de waarheid keren, zullen velen Christus volgen.
("Grote Conflict" - E.G.White)