22 Herkennen van noodstiuaties

(1890) C.T.B.H. 117, 118
699. Waar volop goede melk en goed fruit te krijgen is, bestaat er nauwelijks een excuus voor het eten van dierlijk voedsel. Het is niet noodzakelijk om het leven van enig schepsel van God te nemen om in onze gewone noden te voorzien. In sommige gevallen van ziekte of uitputting kan men het ‘t beste vinden om een beetje vlees te eten, maar men moet erg oppassen dat het vlees van gezonde dieren afkomstig is. Het is een serieus vraagstuk geworden, of het in deze tijd überhaupt nog wel veilig is om vlees te eten. Het is beter om nooit meer vlees te eten, dan om het vlees van dieren die niet gezond zijn te gebruiken. Toen ik het voedsel dat ik nodig had niet kon krijgen, heb ik soms een klein beetje vlees gegeten; maar ik word er hoe langer hoe meer huiverig voor.
[Ellen G. White soms genoodzaakt om een beetje vlees te eten – Appendix I: 10]

Y.I. 31 mei 1894
700. Sommigen zijn oprecht van mening dat een goed dieet voornamelijk uit pap bestaat. Veel pap eten is niet gezond voor de spijsverteringsorganen, want het bevat teveel vloeistof. Moedig het eten van groente, fruit en brood aan. Een vleeshoudend dieet is niet het meest gezonde, en toch zou ik niet het standpunt willen innemen, dat vlees door iedereen zou moeten worden afgeschaft. Zij die zwakke spijsverteringsorganen hebben, kunnen vaak wel vlees eten, in het geval zij groenten, fruit of pap niet kunnen verdragen. Als wij onze gezondheid zo goed mogelijk in stand willen houden, dan moeten we het eten van groente en fruit tijdens dezelfde maaltijd vermijden. Wanneer we een zwakke maag hebben, levert dat narigheid op. Ons hoofd raakt verward en is niet langer tot geestelijke arbeid in staat. Eet bij de ene maaltijd fruit, en groente en bij de andere. …
Van zoete taart, zoete pudding en custard raken onze spijsverteringsorganen in de war. En waarom zouden wij hen die rond de tafel zitten in verleiding brengen door hen zulke dingen voor te zetten? Hoe meer het dieet van leraren en leerlingen uit vlees bestaat, hoe minder ontvankelijk de geest is om geestelijke dingen te begrijpen. Dierlijke neigingen worden versterkt, en de fijngevoeligheid van onze geest stompt af. Vlijtig studeren is niet de voornaamste reden voor het ineenstorten van geestelijke vermogens. De hoofdoorzaak is een verkeerd dieet, onregelmatig eten en een gebrek aan lichaamsbeweging. Onregelmatige tijden voor eten en slapen onttrekken energie aan onze hersenen.
[In 1884 nog niet klaar om het eten van vlees in onze instellingen af te schaffen, hoewel die stap uiteindelijk wel gedaan zou worden – 720]
[Onbesmet vlees verkieselijker dan het onbeperkt samen gebruiken van melk en suiker – 527, 533]
[Artsen moeten voorlichting geven tegen het gebruik van vlees, maar moeten geen recepten voorschrijven die het eten van vlees verbieden – 434, 438]