07 Het effect op onze invloed en bruikbaarheid
MS 93, 1901
71. Wat is het jammer, dat vaak juist wanneer men de grootstezelfbeheersing zou moeten betrachten, de maag wordt overladen met eengrote hoeveelheid ongezond voedsel, die daarin ligt te ontbinden. Deaantasting van de maag heeft gevolgen voor de hersenen. De onver-standige eter heeft niet in de gaten dat hij zichzelf ongeschikt maakt omwijze raad te kunnen geven, dat hij zichzelf ongeschikt maakt om plannente kunnen maken om Gods werk zo goed mogelijk voortgang te doenvinden. Maar zo is het. Hij kan geestelijke zaken niet langer onderscheiden, en tijdens raadsvergaderingen zegt hij “nee” wanneer hij “ja” en“amen” zou moeten zeggen. Hij doet voorstellen die elk doel missen. Hetvoedsel dat hij heeft gegeten heeft hem van zijn verstand beroofd.Genotzucht weerhoudt de mens van het kunnen getuigen voor dewaarheid. De dankbaarheid die wij God voor Zijn zegeningen betonen,wordt in hoge mate beïnvloed door het voedsel dat wij in onze maagstoppen. Genotzucht is de oorzaak van tweedracht, twist, onenigheid enveel ander kwaad. Er wordt ongeduldig gesproken en onvriendelijkgehandeld. Er vinden oneerlijke praktijken plaats en hartstochten komenaan het licht. En dat allemaal omdat de zenuwen in de hersenen ziekworden vanwege alle verkeerde dingen die in de maag opgehoopt liggen.
(1870) ZT 368
72. Sommigen kunnen niet van de noodzaak worden door-drongen, tot eer van God te eten en te drinken. Genotzucht tast alleverhoudingen in hun leven aan. Het is zichtbaar in hun gezin, in hungemeente, in hun gebedsbíjeenkomst en in het gedrag van hun kinderen.Het is de vloek van hun leven. Je kunt hun de waarheden voor dezeeindtijd niet duidelijk maken. God heeft overvloedig voorzien in hetlevensonderhoud en het geluk van al Zijn schepselen. Als Zijn wettennooit zouden worden geschonden, en iedereen overeenkomstig de wil vanGod zou handelen, dan zou men gezondheid, vrede en geluk ervaren inplaats van ellende en voortdurend kwaad.
(1875) 3T 486, 48773. De Verlosser van de wereld wist dat genotzucht zou leiden totlichamelijke zwakte, en de zintuigen zo zou verdoven dat heilige eneeuwige zaken niet meer kunnen worden onderscheiden. Christus wist datde wereld aan gulzigheid was overgeleverd, en dat deze genotzucht dezedelijke vermogens zou doen ontaarden. Als deze genotzucht zo zwaarop dit geslacht drukte, dat de verheven Zoon van God, om de machtdaarvan te kunnen breken, bijna zes weken moest vasten, wat eenopdracht ligt er dan voor de Christen om hierin overwinnaar te worden,zoals Christus heeft overwonnen! De macht van de verzoeking om toe tegeven aan een ontaarde eetlust kan slechts worden afgemeten aan deonuitsprekelijke zielsangst van Christus tijdens die lange vastentijd in dewoestijn.
Christus wist, dat, om het verlossingsplan met succes te kunnenuitvoeren, Hij het verlossingswerk precies daar moest beginnen waar deval van de mens begon. Adam kwam ten val door toe te geven aan zijneetzucht. Om de mens van zijn verplichting te doordringen, Gods wet tegehoorzamen, begon Christus Zijn verlossingswerk door de lichamelijkeleefgewoontes van de mens te veranderen. Het afwijken van_de deugd enhet verval van dit geslacht zijn in hoofdzaak toe te schrijven aan hettoegeven aan een ontaarde eetlust.