Kibbelende broertjes

Zowat elke keer dat je naar het nieuws kijkt zul je wel iets horen over
oorlog in het Midden Oosten. Dit is niet een nieuw verhaal.


De mensen in het Midden Oosten zijn al een tijdje met elkaar aan het
vechten. Zo'n 4000 jaar ongeveer.
Deze strijd begon gewoon bij twee broers. (Zie Genesis 21:1-21)



Nadat ze jarenlang op de beloofde zoon hadden gewacht verloren Abraham en
Sara hun geloof en besloten ze er zelf iets aan te doen.
Sara gaf Abraham haar slavin Hagar tot vrouw.
Hagar werd al gauw zwanger, maar het aan de kant zetten van God's plan had
rampzalige gevolgen.


Abraham was 100 toen Izaak werd geboren en zoals je kunt begrijpen waren ze
erg blij met hem. Dit was het kind dat God hen had beloofd toen Hij Abraham
25 jaar eerder voor het eerst had geroepen. Toen er na 10 jaar nog zoon was
geboren vroeg Abraham zich luidop af of hij wel en zoon zou krijgen om alles
van hem over te erven.
De Here herhaalde Zijn belofte van een zoon.
Nadat Ismaël was geboren beloofde God hem opnieuw een zoon uit Sara. Abraham
vroeg een zegen op Ismaël, zijn eerste zoon. Maar Sara's kind was het kind
van de belofte en degene waarmee God een verbond zou sluiten.


Het volk dat zo lang geleden beloofd was zouden nakomelingen van Izaak zijn
en niet van Ismaël.
Na de geboorte van Izaak was er een groeiende spanning in Abraham's gezin.
Abraham gaf een groot feest voor de kleine Izaak. Dit irriteerde Ismael en
zijn moeder behoorlijk. Toen Ismaël de veel kleinere Izaak begon te pesten
kon Sara dat niet verdragen.
'Stuur die slavin en haar zoon weg,'zei ze tegen Abraham (Genesis 21:9)
Blijkbaar wilde ze niet eens hun namen uitspreken.
De eerste keer toen Sara over Hagar had geklaagd had Abraham gezegd dat ze
met haar kon doen wat ze wilde. Ze was immers haar slavin. Maar nu was Hagar
de moeder van een veertienjarige zoon waar hij van hield. Deze keer vroeg
hij God om raad over dit probleem.


'Sara heeft gelijk,'zei God.'jouw nageslacht zal uit Izaak zijn. Maar Ismaël
is ook je zoon en daarom zal ik hem ook tot een volk maken.'
Het was vreselijk om aan te horen en nog vreselijker om te doen, maar de
volgende dag gaf Abraham hen wat voedsel en water en stuurde ze de woestijn
in. Kun jij je voorstellen hoe vreselijk hij zich voelde toen hij ze zag
gaan?


God zorgde voor Ismaël en zijn moeder want de bijbel zegt in genesis 21 :20:
'God was met de jongen toen hij opgroeide.' Ismaël moet het contact met
Abraham hebben onderhouden want hij en Izaak begroeven Abraham toen die
stierf.


Ismaël had 12 zonen, en de karaktertrekken die de engel in hem had voorspeld
werden doorgegeven aan zijn zonen. 'Zijn nakomelingen vestigden zich nabij
de grens met Egypte en zij leefden in vijandschap met al hun broeders.'
(Genesis25:18)

Ismaël's nakomelingen werden een volk evenals die van Izaak. Tegenwoordig
kennen we Ismaël's nakomelingen als de Arabieren en die van Izaak als de
Joden. Veel ruzie in het Midden Oosten is te herleiden tot deze twee broers;
de zoon van de belofte die de erfenis van zijn vader kreeg, en zijn ouder
halfbroer die verbannen werd uit het gezin van zijn vader en weggestuurd was
nar de woestijn om er te wonen.
Beide verklaren Abraham als vader te hebben, en beide eisen ze het land
Israël op als hun rechtmatig vaderland. En nog steeds leven ze in
vijandschap met elkaar.

Abraham had waarschijnlijk nooit gedacht dat zijn ruziënde kinderen na 4000
jaar nog aan het vechten zouden zijn. Maar sommige keuzes hebben langdurige
en verreikende gevolgen die ons jaren- en zelfs generaties lang kunnen
vervolgen.
Abraham's besluit om een tweede vrouw te nemen was tegen God's plan voor
gezinsgeluk.. We leven nog steeds met de gevolgen van dit besluit.

God kent het recept voor een gelukkig gezin, en hij vraagt ons om het te
volgen omdat het in ons voordeel is.
Hij heeft een plan opgesteld voor relaties die niet zullen leiden tot jaren
van hartzeer en spijt.
Hij wil dat we kunnen terugzien op ons leven zonder te zeggen, 'Had ik maar
nooit..'

Opdracht: Lees 'kibbelende broertjes'
Knip twee plaatjes van mensen uit . Schrijf de 'krachttekst'/ leertekst
eroverheen en plak/ leg hem ergens neer waar je hem de hele week kan zien.
Begin de leertekst uit het hoofd te leren
Vraag God om je te leren in vrede te leven met je broers/zussen