Een Geschenk uit de hemel, voor iedereen die het w
Een Geschenk uit de hemel, voor iedereen die het wil!!!
Van tijd tot tijd wordt discussie over een wekelijkse rustdag opnieuw actueel Zoals nog niet zolang geleden tijdens de debatten over de winkelsluiting op zondag. Organisaties ter bevordering van de zondagsrust nemen een standpunt in op basis van religieuze achtergronden. Anderen bepleiten een wekelijkse rustdag om te ontsnappen aan wat wel de 24 uurs economie wordt genoemd. Maar van welke kant de discussie over een wekelijkse rustdag ook bezien wordt, iedereen is het er over eens dat de mens die zichzelf geen rust gunt doldraait. De tredmolen van werken, eten, televisie kijken, slapen etc. vraagt nu eenmaal om een noodzakelijke onderbreking, In deze brochure komt een groot aantal historische en religieuze aspecten aan de orde met betrekking tot de wekelijkse rustdag. Er wordt ingegaan op de vraag welke invulling zo'n rustdag verdient. Is de wekelijkse rustdag een dag van uitslapen, winkelen, sporten en familiebezoek, of heeft die dag een diepere betekenis? Lees hoe een objectieve beschouwing tot zeer verrassende uitkomsten kan leiden!
Een Godsgeschenk geruild!
De wekelijkse rustdag komt al aan de orde op de allereerste bladzijden van het boek dat 't verst teruggaat in de geschiedenis van de mensheid: de Bijbel. In het Bijbelboek Genesis lezen we hoe God de wereld en alles wat daarop te vinden is, schiep in zes dagen. De zevende dag rustte hij van zijn scheppingswerk. Die dag werd in letterlijke betekenis een dag van recreatie. Zes dagen hield God zich bezig met creatie, schepping, De zevende dag richtte Hij in als monument van zijn schepping, een dag van herschepping. Dat oude bijbelverhaal vormt ook de enige verklaring voor de tijdsindeling zoals wij die kennen. Onze seconden, minuten, uren, dagen, maanden en jaren laten zich wetenschappelijk verklaren door de loop van sterren en planeten, de weekindeling kent geen andere oorsprong dan het bijbelse scheppingsverhaal. De joodse geleerde Abraham Heschel omschreef de wekelijkse rustdag als volgt: Toen God besloot een monument op te richten voor de schepping, had Hij verschillende keuzen. Hij had een enorme kathedraal kunnen bouwen of een gedenk- steen van een gigantische omvang kunnen oprichten. Met alle praktische problemen van dien. De zo gekozen plaats van aanbidding zou een voor velen moeilijk bereikbaar heiligdom zijn, het zou onderhevig zijn aan de tand des tijd, het zou kunnen verworden tot een plaats waarvan mensen elkaar het eigendom betwisten.
En zo zijn er tal van bezwaren te bedenken. En daarom bedacht God een scheppings- monument van geniale eenvoud. Geen stoffelijk en lokaal gedenkteken, maar een dag als monument van Gods schepping. De zevende dag van de week, de zaterdag, die door God apart werd gesteld en gezegend boven alle andere dagen. Een geschenk uit de hemel als vluchtheuvel om te ontkomen aan alle dagelijkse beslommeringen. Een geschenk overigens dat door de mens, zonder goedvinden van God, werd omgeruild voor een ander. Hoewel God de mens de zaterdag als monument van zijn schepping schonk, kozen veel mensen voor de zondag als alternatief monument. De dag van de zonaanbidders werd omgedoopt tot dag van de christenen. Gods geschenk werd geruild voor iets waarvan de mens dacht dat het beter was! Buiten de joodse gelovigen zijn er miljoenen christenen over de hele wereld die ook de sabbat vieren op de zevende dag van de week. Maar er zijn veel meer christenen die de eerste dag van de week vieren. Vaak in de overtuiging dat ze doen wat God van hen vraagt. Dat roept een aantal vragen op: Hoort het vieren van de zaterdag als sabbat immers niet bij de joden thuis? Alle oudtestamentische wetten, waaronder de regels over de sabbat, zijn voor christenen toch niet meer geldig? En als ze wel geldig zouden zijn, je kunt de klok toch niet zomaar terugzetten? Je kunt toch niet de hele maatschappij in de war sturen door een andere rustdag in te voeren? En wat maakt het eigenlijk uit op welke dag je naar de kerk gaat? En zo zijn er ongetwijfeld meer vragen te bedenken. In de volgende hoofdstukken worden de meest voorkomende vragen beantwoord.
Alle Goddelijke regels van voor Christus afgeschaft?
Waarom joden en miljoenen christenen de zaterdag als sabbat vieren, terwijl andere christenen de zondag als rusdag hebben gekozen, heeft natuurlijk een reden. In veel christelijke gemeenschappen wordt gesteld dat 'de wet' zou zijn afgeschaft, omdat we nu 'onder de genade' leven. Daarmee wordt dan ongeveer bedoeld, dat de mensen in de tijd voor Christus precies moesten doen wat God door middel van allerlei wetten en regels had voor- geschreven, wilden ze voor hem acceptabel zijn. Ze moesten gehoorzamen en dan zou het allemaal wel in orde komen. Maar voor de mensen die leven sinds Jezus' komst op aarde, zouden er andere regels gelden. Zij moeten geloven in Jezus en erop vertrouwen dat Hij alles voor hen in orde brengt. Zij worden niet 'gered' vanwege gehoorzaamheid aan wetten en regels, maar vanwege hun vertrouwen in Jezus.
Natuurlijk treedt bij een beknopte weergave als deze enige vertekening op, maar in grote lijnen treft men deze gedachte vaak aan. In deze voorstelling van zaken zouden er dus eigenlijk twee systemen zijn die God in zijn relatie tot de mens hanteert. Een systeem met de nadruk op gehoorzaamheid dat in oudtestamentische tijden gold voor de joden en een systeem dat uitgaat van geloofsvertrouwen en functioneert sinds Christus op aarde was. Een objectief onder- zoek van wat de Bijbel hierover zegt, komt echter tot geheel andere conclusies. Het thema van gehoorzaamheid komt weliswaar vaak voor in het Oude Testament, maar niet minder wordt de nadruk gelegd op geloof. In het Nieuwe Testament wordt opgeroepen tot onvoorwaardelijk geloof, maar niet minder tot gehoorzaamheid aan de door God geadviseerde gedragsregels. De tegenstelling 'gehoorzaamheid tegenover geloof' is door mensen bedacht en heeft geen grond in de Bijbel.
Natuurlijk betekent dat niet dat alle regels die voor het volk Israël golden onveranderd gelden voor onze situatie. De regels rond offerdieren en priesters, tempeldienst en specifieke maatschappelijke omstandigheden van duizenden jaren geleden, zijn nadrukkelijk niet bedoeld voor een klakkeloze vertaling naar onze tijd. Overigens is het wel heel verstandig deze regels serieus te bestuderen. Ze laten ons zien hoe humaan de Bijbelse regels waren ten opzichte van die van omwonende volkeren en brengen ons op allerlei ideeën die ook nu nog de moeite van het in praktijk brengen waard zijn. Dat geldt bijvoorbeeld met name voor aanwijzingen op het gebied van hygiëne en gezondheid. Dingen die enkele duizenden jaren geleden door God voor ongezond zijn verklaard, zijn waarschijnlijk nog ongezonder geworden in de loop der eeuwen. De huidige wetenschappelijke inzichten over de consumptie van bijvoorbeeld varkensvlees bevestigen dat. Wie zou daarom zo onverstandig willen zijn om zonder meer aan deze adviezen voorbij te gaan?
Maar naast de honderden regels die het totale leven bestreken, was er een 'grondwet', waarvan de principes vandaag nog even actueel zijn als destijds het geval was. Het is vooral deze grondwet - de tien geboden - die als een onveranderlijke uitdrukking van Gods wil ook nu nog vraagt om respect en gehoorzaamheid.
De tien geboden afgeschaft?
'De vorige generatie christenen heeft met het dogma afgedaan, de huidige met de christelijke moraal.' Deze uitspraak bevat veel waarheid. Er zijn zelfs vandaag de dag veel theologen die beweren dat er geen absolute zedelijke norm is. Zij zeggen: je kunt niet vaststellen dat iets onder alle omstandigheden goed en iets anders onder alle omstandigheden fout is. Dat hangt helemaal van de omstandigheden af. De situatie bepaalt of iets goed of verkeerd is! Toch zijn er nog heel veel mensen die ervan uitgaan dat er een aantal onveranderlijke uitgangspunten voor een algemene moraal moet zijn: de tien gebod. Zowel joden als christenen beroepen zich op deze door God gegeven grondregels voor een liefdevolle samenleving. Jezus, die wordt gezien als de grondlegger van het christendom, heeft zich op dit punt overigens duidelijk uitgelaten. 'Meent niet, dat Ik gekomen ben om de wet of de profeten te ontbinden; ik ben niet gekomen om te ontbinden, maar om te vervullen. Want voorwaar, Ik zeg u: eer de hemel en de aarde vergaat, zal er niet een jota of tittel (wij zouden zeggen: een punt of komma) vergaan van de wet, eer alles zal zijn geschied' (Matteüs 5:17,18. Uit het verband blijkt over welke wet Jezus het heeft (Matteüs 5:21-32).
Hij licht zijn standpunt namelijk toe door enkele voorbeelden aan te halen. Hij gaat daarbij in op het plegen van echt- breuk en het plegen van een moord. Twee voor- beelden die alles te maken hebben met de tien geboden. Volgens Jezus gaat het niet alleen, zelfs niet in de eerste plaats, om de uiterlijke daad, maar om de diepere motieven van een mens. De goddelijke geboden die aan Mozes bekend werden gemaakt, zijn door Jezus allerminst afgeschaft. Hij heeft ze vervuld, dat wil zeggen Hij heeft het volmaakte voorbeeld gegeven, hoe ze moeten worden uitgevoerd, Ook Paulus, de voornaamste verkondiger van de christelijke leer, maakt duidelijk dat er slechts een slotconclusie ten aanzien van 'de wet' moge lijk is, Hij zegt in zijn brief aan de Romeinen: 'Stellen wij dan door het geloof de wet buiten werking? Volstrekt niet; veeleer bevestigen wij de wet' (Romeinen 3:31)!
Geloof en werken
Het geloof in God is van doorslaggevend belang. De Bijbel laat daarover geen twijfel bestaan: 'de rechtvaardige zal uit geloof leven' (Romeinen 1;17). Maar dat geloof houdt tevens in dat wij ons afvragen volgens welke richtlijnen God wil dat wij ons leven inrichten. 'Wat baat het, mijn broeder, of iemand al beweert geloof te hebben, als hij geen werken heeft' Jakobus 2:1c)? Deze logische vraag stelt de apostel Jakobus. 'Gelijk het lichaam zonder geest dood is, zo is ook het geloof zonder werken dood' (Jakobus 2:26). Over welke 'werken' spreekt Jakobus? Hij doelt vooral op het naleven van de tien geboden. Hij heeft daar trouwens een prachtige naam voor; 'de koninklijke wet der vrijheid' (Jakobus 2:8,12.)Dat hij de tien geboden bedoelt staat vast, Ook hij haalt doodslag en echtbreuk aan als voorbeelden. En hij onderstreept daarbij het belang van consequent zijn in het uitleven van deze goddelijke grondwet: 'Wie de gehele wet houdt, maar op een punt struikelt, is schuldig geworden aan alle geboden' Jakobus 2:10).
Kan iemand met de Bijbel in de hand volhouden dat de wet van God er niet meer toe doet? Dat lijkt onmogelijk als we bijvoorbeeld de apostel Johannes serieus nemen. 'En hieraan onderkennen wij, dat wij Hem kennen: indien wij zijn geboden bewaren. Wie zegt: ik ken Hem, en zijn geboden niet bewaard, is een leugenaar en in die is de waarheid niet ... Wie zegt, dat hij in Hem blijft, behoort ook zo te wandelen als Hij gewandeld heeft' (1 Johannes 2:6). Er lijkt voor christenen nog een uitvlucht mogelijk. Toen Jezus gevraagd werd naar de betekenis van de tien geboden, vatte Hij die als volgt samen: 'Gij zult de Here, uw God, liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand. Dit is het grote en eerste gebod. Het tweede, daaraan gelijk, is: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf' (Matteüs 22:37,38). Is dat wellicht de nieuwe wet die Jezus in plaats van de oude heeft gesteld? Allerminst. Dit is geen nieuwe wet, maar slechts een samenvatting die vrijwel woordelijk overeenkomt met wat ook al in het boek Deuteronomium in het Oude Testament staat (Deuteronomium 6:5). Zodra iemand zich afvraagt hoe de liefde tot God en tot de medemens ingevuld moet worden, komt hij vanzelf weer bij de tien geboden terecht,
Gods uitgangspunten zijn onveranderlijk
Sinds mensen op grote schaal van de tien geboden zijn gaan afwijken, is het er in de wereld niet beter op geworden (Exodus 20:1-17 en Deuteronomium 5:6-21). Een terugkeer naar Gods onveranderlijke uitgangspunten zou tot een wereld leiden die veel gelukkiger zou zijn. Maar zoals gezegd, de tien geboden serieus nemen betekent meer dan luisteren naar alleen de letter. Het gaat om de geest van de wet, om de motieven van de mens, om de diepere bedoeling. Als het gebod luidt: 'Gij zult geen andere goden voor mijn aangezicht hebben', dan heeft dat niet alleen betrekking op de afgodsbeelden zoals we die in volkenkundige musea aantreffen, maar ook op de manier waarop wij luxe en materiële zaken kunnen verafgoden. Als het gebod zegt dat we de naam van God niet 'ijdel' mogen gebruiken, gaat er niet alleen om dat we niet mogen vloeken, maar ook dat we Gods naam niet mogen gebruiken als vlag om een bedenkelijke lading te dekken. Het gebod 'eert uw vader en uw moeder' zou altijd het uitgangspunt moeten vormen in discussies over de generatiekloof tussen ouders en kinderen. Het 'gij zult niet doden' verbiedt niet alleen moord en doodslag in de gebruikelijke betekenis van het woord, maar zou ook het uitgangspunt moeten vormen in discussies over euthanasie, abortus en militaire vraagstukken. De tien geboden zijn geen wetboek met honderden uitgewerkte paragrafen die voor elk moreel dilemma een gedetailleerd antwoord geven. De tien geboden vormen een onveranderlijke grondwet die ons belangrijke basis- principes leert, vanwaar ons geweten ons verder de weg wijst. Terug naar het onderwerp van deze brochure, de rustdag. Als de tien geboden nog gelden, wat doen we dan met het vierde gebod: 'Gedenk de I sabbat dat gij die heiligt. Zes dagen zult gij arbeiden en al uw werk doen, maar de zevende dag is de sabbat van de Here, uw God, dan zult gij geen werk doen'? Hoe kunnen we dat gebod serieus nemen? Het antwoord is heel eenvoudig: door gewoon te doen wat het gebod van ons vraagt!
De dag van de joden?
We zagen 't al eerder, ruim voordat het volk Israël de tien geboden kreeg, functioneerde de sabbat al. De sabbat maakte vanaf het begin van onze wereld deel uit van de onveranderlijke relatie tussen de mens en zijn Schepper. Universeel wat tijd en plaats betreft en daarom duidelijk anders dan de veranderlijke, rituele vormen waarmee de mens zijn Schepper aanbidt. De eigenlijke betekenis van het Hebreeuwse woord voor sabbat is 'ophouden, rusten'. Het uiteindelijke doel van de sabbat is het verstand en het morele bewustzijn van de mens te stimuleren, als gevolg van zijn relatie met God. Het getuigt van groot onbegrip deze door God voor dit doel bestemde dag te veronachtzamen en in plaats daarvan een dag naar eigen keuze te stellen: de eerste dag van de week. Daarmee plaatst de mens zich boven God. Bij de discussie over de viering van de zevende of de eerste dag van de week, gaat het er uiteindelijk om of we het gebod van de Schepper hoger achten dan de neiging onze eigen wil centraal te stellen. Dat laatste zorgde in de hemel al voor de val van de engel die de tegenstander (satan) van God werd. In principe gaat het bij de sabbatviering dus eigenlijk om een beslissend onderscheid in het aloude conflict tussen goed en kwaad, en voor de christen tussen Christus en satan. Satan heeft gedurende de loop van de geschiedenis voortdurend getracht de mens met bedrieglijke voorstellen te hinderen in z'n relatie met God. Voortdurend kwam hij met oplossingen die I aantrekkelijker schenen dan de oorspronkelijke bedoeling, maar het niet waren. l5 Op die manier laat in de christelijke kerk de zaterdag vervangen door de zondag. De Bijbel is het 'instructieboek' waarin de Maker van de mens advies geeft aan zijn schepselen. Waarom zouden we het instructieboek van onze auto wel serieus nemen (niemand gooit diesel in een benzine auto) maar dat van onszelf niet? Maakt het veel uit om zaterdag of zondag te vieren? Niemand zou erover peinzen bevrijdingsdag op 6 mei of nog een heel andere datum te vieren, en zeker niet op een feestdag van de toenmalige tegenstander. En toch zouden we wel de bijbelse rustdag vervangen door de heidense rustdag van de zonaanbidders? Het ogenschijnlijk kleine verschil tussen de twee dagen kan grote gevolgen hebben in de relatie met onze Schepper. Wie een radiostation zoekt, maar op de schaal slechts enkele millimeters afwijkt, ontvangt alleen ruis of een heel ander station. En wie zich bij het intoetsen van een telefoonnummer een cijfer vergist, krijgt niemand of heel iemand anders dan bedoeld aan de lijn! Theologisch gezien is de verbinding tussen schepping en sabbat van bijzondere betekenis.
Wat God op de zevende scheppingsdag deed, was ophouden met zijn werk van de eerste zes dagen, zoals de oorspronkelijke betekenis van het Hebreeuwse woord shabbat (ophouden) aangeeft. Het was dus niet een uitrusten van vermoeidheid (Jesaja 40:28). Dat God kon ophouden met werken laat zijn vrijheid zien. Hij is geen blinde, steeds werkende natuurkracht (zoals evolutionisten willen doen geloven) maar een God die in soevereine vrijheid schept of met scheppen ophoudt wanneer Hij dat wil. Dat God rustte wijst erop dat zijn scheppingswerk voltooid was en dat Hij met alles wat Hij geschapen had tevreden was. Dat bewijzen ook de woorden: 'En zie, het was alles zeer goed' (Genesis 1:31).
Voortdurend heeft God zijn sabbat in het teken van bevrijding geplaatst. Toen de Israëlieten in de woestijn rondzwierven en er geen voedsel was, zorgde God voor een wonder, Hij gaf elke dag voedsel, maar elke zevende dag bleef dat voedsel uit. In plaats daarvan gaf hij op de zesde dag een dubbele portie. Daarmee liet God overduidelijk zien hoe belangrijk de sabbat voor Hem was (Exodus 16). Het belang van de sabbat komt ook sterk naar voren in de tien geboden. Het sabbatsgebod is het hart van de wet. Herhaaldelijk wordt dat onderstreept. Mozes moest in opdracht van God tegen Israël zeggen: 'Maar mijn sabbatten moet gij onderhouden want dat is het teken tussen mij en u, van geslacht tot geslacht, zodat gij weet, dat ik de Here ben die u heiligt' (Exodus 31:13). Een echo daarvan vinden we in de woorden van de profeet Ezechiel, die zo'n duizend jaar later leefde: 'Heiligt mijn sabbatten, dan zullen deze een teken zijn tussen Mij en u, opdat gij weet, dat Ik, de Here uw God ben' (Ezechiel, 20:20; Ezechiel 20:12). De sabbat zorgde ervoor dat de Israëlieten elke week opnieuw bepaald werden bij hun afhankelijkheid van God. In de tien geboden wordt een rechtstreeks verband gelegd tussen de sabbat en de schepping en in een enigszins afwijkende versie van de tien geboden wordt de sabbatviering in verband gebracht met de bevrijding die Israël had ervaren uit de Egyptische slavernij (Exodus 20:11; Deuteronomium 5:6-21). De sabbat had een bijzondere betekenis voor de Israëlieten die als geen ander volk de bevrijdende hand van God hadden gevoeld. Maar het was bepaald niet de bedoeling dat de sabbat een exclusieve aangelegenheid zou zijn voor een volk. Ook andere volken moesten kennis maken met de sabbat en deze dag gaan 'heiligen' (Jesaja 56:1-8). In feite was het een van de hoofdopdrachten aan Israël om daarvoor te zorgen.
De dag van Jezus Christus
Van Jezus is bekend dat hij leefde in overeenstemming met alle geboden en voorschriften van de thora (Manaus 22:34-40). Wel keerde Hij zich af van allerlei godsdienstige gebruiken die Hij niet als zinvol beschouwde (Marcus 2;18-20). Hij keerde zich tegen loze tradities en ging meer dan eens tegen de gangbare gewoonten in. Maar op het punt van de sabbat sloot Hij zich nadrukkelijk aan bij het patroon van zijn tijdgenoten. Hij ging 'naar zijn gewoonte' op sabbat naar de synagoge, de plaats van de joodse eredienst (Lucas 4:16,31). Overigens had Jezus wel degelijk kritiek op de wettische wijze waarop joodse wetgeleerden de sabbat invulden. De overdreven wijze waarop schriftgeleerden hadden omschreven wat op sabbat wel en niet mocht, had in wezen het karakter van de sabbat ontkracht. Tegen die manier van sabbatvieren ging Jezus in (Marcus 2:23-28; Matteüs 12:1-8; Lucas 6:1-5 en Matteüs 12:9-14 en alle parallelle teksten).
Hij gaf het volmaakte voorbeeld van hoe de sabbat kan functioneren, zodat de mens er geestelijk en lichamelijk wel bij vaart. Jezus toonde zich daarmee heer van de sabbat (Matteüs 12:8; Marcus 2:28; Lucas 6:5). Ook de leerlingen van Jezus waren trouwe sabbatvierders. Van Paulus lezen we dat hij steeds op sabbat naar de synagoge gelig (Handelingen 17:3). Als er een verandering zou zijn geweest, dan had het Nieuwe Testament ons daar zorgvuldig over ingelicht. Maar het Nieuwe Testament gaat uit van de sabbat als een zo vanzelfsprekend onderdeel van de christelijke geloofsvisie, dat daar verder geen woord aan wordt gewijd. Jezus had een overduidelijk voorbeeld gegeven. Hij had gezegd niet gekomen te zijn om de wet teniet te doen, maar juist om die aan ons voor te leven. Dat sluit elk misverstand uit.
Een langzame verandering
De verandering van sabbat naar zondag is binnen het christendom een geleidelijk proces geweest. Vooral de laatste tijd is er nogal wat historisch onderzoek gedaan naar de vraag hoe en wanneer die verandering exact heeft plaats- gevonden. Daarbij is gebleken dat op sommige plaatsen zondag naast sabbat gevierd werd aan het eind van de eerste en het begin van de tweede eeuw. In de tweede helft van de tweede eeuw begon zondag de overhand te krijgen. Verschillende kerkleiders brachten anti-joodse sentimenten in de discussie. De sabbat zou een joodse aangelegenheid zijn en christenen konden beter de opstandingsdag van Christus gaan vieren om zich van de joden te onderscheiden. Toch was die gedachtengang allerminst algemeen. De geschiedschrijver Socrates meldt in de derde eeuw na Christus dat in zijn dagen de sabbat nog overal werd gevierd, behalve in Alexandrië en Rome. In het veranderingsproces heeft de kerk van Rome inderdaad een doorslaggevende rol gespeeld. Maar ook de Romeinse keizer was erbij betrokken. Keizer Constantijn maakte in 321 de zondag de officiële rustdag voor zijn christelijke rijk. Van hem is ook de eerste winkelsluitingswet voor de zondag afkomstig.
Rond 600 noemde paus Gregorius I alle mensen, die in Rome de leer verbreidden dat op sabbat niet gewerkt mocht worden, predikers van de 'antichrist'. Desondanks bleven veel Bijbelgetrouwe christenen de sabbat vieren. De Kelten ten tijde van Columbia (521-597) vierden massaal de sabbat. In Phrygie in Klein-Azië waren er tussen de achtste en twaalfde eeuw groepen christenen die eveneens sabbat vierden. Dergelijke groepen waren er ook in West-Europa in de twaalfde eeuw, in Noorwegen in de vijftiende eeuw en in Zweden en Finland in de zestiende eeuw. Ook onder de Waldenzen waren er sabbatvierders. Ten tijde van de kerkhervorming werd de discussie 'sabbat of zondag' opnieuw actueel. Luther durfde het niet aan de hervormingen door te voeren tot eerherstel van de sabbat.
De meer radicale hervormers - de Anabaptisten - wilden niet alleen het herstel van de doop door onderdompeling, maar sommigen van hen streden ook voor herinvoering van de rustdag op de zevende dag van de week. De zevendedags baptisten die aan het einde van de zestiende eeuw in Engeland ontstonden en sinds 1671 ook in de Verenigde Staten vertegenwoordigd waren, stamden af van de Anabaptisten. Kort samengevat kunnen we vaststellen dat de verandering van sabbat naar zondag een puur menselijke, goeddeels politieke zaak is geweest. De invloed van de Roomse kerk en de heidense zonnecultus zijn daarin doorslaggevend geweest. Toch zijn er altijd christenen geweest die het vierde gebod in ere hebben gehouden en de Bijbelse rustdag op zaterdag vierden.
Maar de opstanding dan...?
Wie aan zondag vierende christenen naar de achtergronden van hun rustdag vraagt, krijgt meestal als antwoord dat de zondag de opstandingsdag van Jezus is en dat die dag daarom belangrijker is dan alle andere. Een gebeurtenis om minimaal wekelijks bij stil te staan. Inderdaad is de opstanding van Jezus de basis van het christelijk geloof. Het is de belangrijkste gebeurtenis die sinds de schepping heeft plaatsgevonden, Het is een thema dat eigenlijk voortdurend in de gedachten van de christen moet zijn. Maar belang hechten aan Jezus' opstanding en zijn overwinning over de dood, wil niet zeggen dat daarmee de sabbat moet worden vergeten. De sabbat is een goddelijke instelling. Ten onrechte hebben mensen zich aan dit geschenk uit de hemel vergrepen. Helemaal onverwacht was dat overigens niet: De profeet Daniel voorspelde al lang voor Christus' komst dat er een poging gedaan zou worden om Gods wet en de goddelijke tijdsindeling te veranderen (Daniel 7:25). De afkeuring die daar over wordt uitgesproken door de profeet is overduidelijk.
Maar Paulus vierde toch zondag?
Sommige reformatorische christenen menen een argument voor zondagsviering te vinden in Handelingen 20:7: 'En toen zij op de eerste dag der week samengekomen waren om brood te breken, hield Paulus een toespraak tot hen en, daar hij van plan was de volgende dag te vertrek- ken, zette hij zijn rede voort tot middernacht'. Wie zich echter realiseert dat de bijbelse tijdgrenzen niet zoals bij ons van oo.oo uur tot oo.oo uur lopen maar van zonsondergang tot zonsondergang, kan niet anders dan constateren dat de beschreven bijeenkomst op zaterdagavond tot middernacht plaatsvond (de 1`e dag ving aan bij de zonsondergang op zaterdag, de 7e dag) en dat Paulus op de volgende dag (zondag) verder zou reizen. In Handelingen 28:17 zegt Paulus zelfs tegen de voormannen der joden: '...Ik, die niets heb gedaan tegen ons volk of de voorvaderlijke gewoonten...' Een beter bewijs dat Paulus evenals z'n voor- vaderen sabbat (zaterdag) vierde is nauwelijks denkbaar. Was dat niet het geval dan zouden de aanwezige joden hem dat zeker voor de voeten hebben gegooid!
Maakt die ene dag verschil nu zoveel uit?
Niemand wil beweren dat sabbatvierders bij God een streepje voor hebben. Wij mensen kunnen Gods goedkeuring niet verdienen. God accepteert ons op grond van ons geloof. Maar is het tegenover zo'n vergevingsgezinde God niet logisch om zijn richtlijnen uiterst serieus te nemen? God verwacht van ons mensen dat we zijn regels respecteren en die niet vervangen door de onze. Ons eerbetoon aan Hem is tevergeefs wanneer we de verkeerde golflengte kiezen (Matteüs 15:9; Marcus 7:7). De sabbat is voor God een zeer bijzonder monument, een dag waaraan Hij zijn zegen verbonden heeft (Genesis 2:3).
Rust in God
De sabbat vormt de apotheose van Gods scheppingswerk. Op de vijfde dag zegt Hij: 'het is goed'. Op de zesde dag: 'het is zeer goed' en op de zevende dag: 'dit is heilig'. Adam rust met God op de eerste sabbat van de wereldgeschiedenis en de mens wordt geacht dat wekelijks te doen tot in alle eeuwigheden. Het gaat pas mis als Adam en Eva eigenmachtig wijzigingen aanbrengen in Gods adviezen, daar toe aangezet door satan.
Ook op het moment dat God zijn tien geboden aan de mens geeft in de Sinaí, zien we dat de mens het werk van eigen hand, het gouden kalf, verkiest boven de rust in God. Zij maken een andere feestdag voor de Here (Exodus 32:5). Het Nieuwe Testament leert dat Jezus Gods wet op een volmaakte manier heeft gehouden. Hij toonde zich daarmee solidair met Gods schepping, zelfs tot in de dood. Daarmee neemt Hij de zonde van de wereld op zich. Als Jezus sterft roept Hij: 'Het is volbracht'! Jezus rust in het graf en staat vervolgens weer op om aan zijn nieuwe werk te beginnen. Wij kunnen kiezen Hem daarin te volgen, of eigen- machtig een werkdag omdopen tot rustdag en daarmee Gods heilige werk trachten te 'verbeteren'. Zoals Adam en Eva in het paradijs en zoals het volk Israël in de Sinaí...
Sabbat vieren, maar hoe dan?
Wat in deze hier verteld is over de sabbat is heel eenvoudig. God heeft in 10 regels duidelijk gemaakt hoe we al op aarde
kunnen proeven van het geluk dat Hij ons wil geven. Het vieren van de zaterdag als sabbat vormt een belangrijk onderdeel van die geboden.
Een monument van Gods schepping dat we altijd bij ons kunnen hebben wie we ook zijn of waar we ook zijn. Gods opdracht aan ons is heel eenvoudig. In het paradijs zijn we begonnen daarvan af te wijken en dat doen we nog steeds De niet te doorgronden vergevingsgezindheid van God maakt het ons mogelijk onze verkeerde keuzes te herzien. Ook als die keuzes verbonden zijn met jaren lange tradities en wanneer het wijzigen ervan grote consequenties kan hebben voor ons sociale leven. Sabbatvieren kan op eigen gelegenheid of door aansluiting te zoeken bij christenen die de zaterdag als sabbat vieren.
Probeert u ook eens de Sabbat te houden. U zult spoedig de zegen van God, als bevestiging van Zijn blijdschap, ervaren. Al Gods geboden zijn gegeven om mensen geluk en gezondheid te schenken. Neem Gods geboden serieus en gun uzelf de rustdag die God gezegend heeft. Komende zaterdag kan het begin zijn van een herstelde relatie met God door geloof in Zijn wijze leiding.
Aan u Gods zegen toegewenst, Sabbat vieren is net een stukje hemel hier op aarde !!!