12 Dodelijke dwalingen

Openbaring 1:18 Jezus heeft de sleutels tot het dodenrijk – Hij heeft macht over het graf

Genesis 3:1-4 De eerste leugen in de bijbel ging over de dood; “U zult zeker niet sterven”

Genesis 2:7 Lichaam + adem = een levende ziel

Psalm 104:29 Lichaam – adem = dood (lichaam wordt weer stof)

1 Tim 1:17 Het is het enige moment dat het woord “onsterfelijk” word gebruikt in de Bijbel

1 Tim 6:15,16 Alleen God bezit onsterfelijkheid

Ezekiel 18:14 De ziel die zondigt, sterft (Zie ook Jakobus 5:20)

Let op: een ziel in de Bijbel is altijd een mens, een vogel, een vis of een dier – alles met een combinatie van een lichaam en adem van leven. Het is nooit een gewetensvolle entiteit zonder het lichaam. Voorbeeld handelingen 2:41, Genesis 46:27, handelingen 27:37; Openbaring 16:3

Prediker 12:7 Het lichaam keert terug naar stof, de geest (adem) keert terug naar God

Job 27:3 Let op de betekenis van Geest in de zin; “De Adem welke God hem gaf”

Lucas 23:46 Jezus gaf Zijn geest (levensadem) aan Zijn Vader en stierf

Genesis 7:22 Levens adem = Geest van leven. Deze “adem” is de kracht van God die hij aan levende wens geeft zodoende dat ze kunnen leven. Deze kracht wordt verwijderd bij sterven en wordt niet teruggeven tot het moment van opstanding

Jakobus 2:26 Een Lichaam zonder een geest (oftewel adem) is dood

Prediker 3:19,20 een man en een dier sterven beiden op dezelfde wijze

Handelingen 2:29,34 David is nog niet in de hemel

Johannes 11:11-14,17 Jezus noemt de dood een slaap

Prediker 9L5,6 De doden weten van niets, ze hebben geen geheugen, en hun gevoelens verdwijnen

Job 7:8-10 De dood keren niet terug naar hun huizen (zie ook Job 16:22)

Prediker 9:10 Er is geen werk, kennis of wijsheid in het graf

Psalm 115:17 De doden prijzen God niet

Job 14:12-14 Job vat alles samen in deze passage

De mens sterft en staat niet op, of ontwaakt van de dodelijke slaap, totdat de opstandingsdag

1 Kor 15:51-55 Sterfelijke krijgen onsterfelijkheid bij de tweedekomst van Jezus. Dis is wanneer onze verandering plaatsvindt. Diegene die gered zijn door Christus, zullen alle veranderend worden bij de laatste signaal van de bazuin (Matt 24:31) als Jezus verschijnt. De rechtvaardigen doden zullen dan opgewekt worden, veraderen en eeuwig leven ontvangen.

1 Tess 4:13-18 Wanneer Jezus komt, de stem van de aartsengel en de bazuinen, zullen de doden opgewerkt worden om Jezus te ontmoeten in de lucht en zij zullen altijd bij He zijn.

John 6:39,40,44,54 Vier keer in dit hoofdstuk, zegt Jezus dat de opstand zal plaatsvinden in het einde der tijden, wat een verwijzing is op de dag van Jezus zichtbare wederkomst.

John 5:28.29 De rechtvaardigen en de verlorenen die dood zijn in het graf, wachten beiden op de stem van de Levensgever. Jezus Christus, maar de opstandig van de rechtvaardigen en de verlorenen zal plaatsvinden op verschillende tijdstippen (zie ook openbaring 20;6)

2 Tim 4:6-8 De kroon van rechtvaardigheid wacht op de toegewijde Christenen en wordt gegeven bij de komst van Jezus Christus. De verschijning zal zijn met alle engelen en in de glorie van de Vader (Zie ook Matt. 24:30, Matt 16:27)

Lucas 23:43 De komma, staat vaak verkeer in dit vers. Als de verse correct wordt gebruik, dan is het in overeenstemming met de rest van de bijbel op het gebied van de dood. Het gebruik van het woord (heden/vandaag) door Christus kan verwarring brengt. “Voorwaar, ik zeg tegen u,” kijk ook naar Zacharia 9:12 voor een ander vergelijkbaar gebruik van het woord (vandaag/ heden) Christus zijn niet tegen de dief dat hij samen met hem in de hemel zou zij op diezelfde dag, maar eerder dat de dief een gered mens zou zijn in paradijs op de dag wanneer allen gered worden en samen zullen zijn met Jezus Christus.

2 Kor 5:8 Paulus zei nooit dat zijn toehoorders in deze vers meteen naar de hemel zouden gaan bij sterven. Hij maakte die punt al eerder duidelijk in zijn brief van 1 Kor. 15:51 – 55 en in vele andere plaatsen in de Geschriften. In 2 cor. 5:8 hij vertelt alleen maar aan de kerk dat zijn diepste verlangen is o dit aardse lichaam te verlaten en gekleed te zijn en omkleed te zijn in een hemels lichaam. Wanneer de tijd komt (bij de opstanding wanneer Jezus wederkeert) dan wordt hij gekleed met zijn hemles lichaam en zij zullen voor eeuwig samenzijn met Christus.