Belangrijke documenten uit het verleden

In het jaar 1845 ontdekte de Engelsman, Henry Layard deze zwarte obelisk van basalt te Ninevé . Het is een overwinningsgedenkteken van ongeveer 1 .80 meter hoog . De veldtochten van de Assyrische koning Shalmaneser de Derde staan er op vermeld .

De tweede afbeelding van boven gerekend tezamen met het spijkerschrift aan de onderkant zijn van groot belang voor de studie van de Bijbel over deze periode . Er staat op vermeld dat koning Jehu van Israël schatting betaalde aan deze Assyrische koning . De zwarte
Obelisk staat in het Britse Museum . Als wij de twee bovenste panelen van het boven vermelde monument van dichterbij bekijken dan zien we "Jehu, de zoon van Omri" zich neerbuigen voor de Assyrische koning in de nabijheid van een Assyrische ambtenaar en twee begeleiders . Hij biedt "zilver, goud, een gouden beker, gouden kruiken, lood, staven voor de hand des konings en speren"

Dit is de enige "afbeelding" van welke Israelitische koning dan ook afkomstig uit die tijd . Hij dateert van 841 voor Christus . Na de dood van Ahab, stond Mesha de koning van Moab met succes op tegen Israel . Dit is vastgelegd op de Moabitische steen die zich nu in het Louvre bevindt .
In 2 Koningen 3 : 4,5,27 lezen we het schriftuurlijk verslag over deze opstand . De oude steen is daarmee volledig in overeenstemming . Toen de zendeling F .A . Klein deze steen ontdekte niet ver van de Dode Zee, ontstaken jaloerse sheiks een vuur er op aan en goten daarop koud water er overheen om het te vernietigen maar het werd hersteld met behulp van de wasafdrukken die eerder genomen waren .

"Toen ik Babylon in vrede binnenging" zegt Cyrus op zijn stenen cilinder, "en mijn intrek nam in mijn koninklijke woning, in het paleis der prinsen omringd door uitroepen en kreten van vreugde, de grote Heer Mardoek neeg de harten van de Babyloniers tot mij . . . . Ik bevrijdde de inwoners van Babylon van
het juk dat hen ergerde . . . . Ik ben Cyrus, koning van alle dingen, de grote koning . . . . koning der gehele aarde . . . ."
2 Kronieken 36 :23 gelijken enigszins op de laatste woorden van de cilinder waar Cyrus zich koning noemt van "alle koninkrijken der aarde"

Hoewel de stenen tafelen waarop de tien geboden werden geschreven nooit te voorschijn zijn gekomen, behoort dit document zoals het voor ons bewaard gebleven is in de Heilige Schrift, tot één van de belangwekkendste documenten der oudheid . De Bijbel vermeldt dat het met de vinger God's werd geschreven en door Mozes in de "Ark des Verbonds" gelegd werd . In feite vormde deze wet het middelpunt van de heiligdomdiensten in Oud Testamentische tijden . De duurzaamheid van deze wet kwam tot uiting door het feit dat God zelf sprak en schreef, het in steen graveerde en het op de heiligste plaats in Israel liet bewaren, aldus de Heilige Schrift .