70. Stralen van Licht
70. Stralen van Licht
De aarde verlicht. –- Ik zag stralen van licht schijnen uit steden en dorpen en van hoge en lage plaatsen op aarde. Gods woord werd gehoorzaamd en het resultaat daarvan was dat er gedenkplaatsen voor Hem werden opgericht in elke stad en dorp. Zijn waarheid werd verkondigd in de hele wereld. -Testimonies, vol. 9, pp. 28, 29. (1909) {Ev 699.3}
Honderden en duizenden werden gezien, die gezinnen bezochten en voor hen het woord van God openden. Harten raakten overtuigd door de kracht van de Heilige Geest, en een geest van ware bekering werd gezien. Overal gingen deuren open voor de verkondiging van de waarheid. De wereld leek verlicht met de hemelse invloeden. -Testimonies, vol. 9, p. 126. (1909) {Ev 699.4}
De grote uitstorting van de Geest van God, welke de hele wereld verlicht met haar lichtglans en heerlijkheid, zal niet komen voordat we een verlicht volk zijn, die uit ervaring weet wat het betekent om medearbeiders met God te zijn. Wanneer we een volledige, toewijding, met geheel ons hart tonen voor de dienst van Christus, zal God dat feit erkennen door de uitstorting van Zijn Geest zonder terughoudendheid. Maar dit zal niet gedaan worden als het grootste deel van de gemeente niet met God samenwerkt. God kan Zijn Geest niet uitstorten, wanneer zelfzucht en zelfgenoegzaamheid zo wijd verbreid zijn; wanneer er een geest heerst dat, als het in woorden zou worden uitgedrukt, het antwoord van Kaïn zou zijn: “Ben ik mijn broeders hoeder?” - R. & H., July 21, 1896. {CS 52.1}
Matteüs 28:18-20
18 En Jezus trad naderbij en sprak tot hen, zeggende: Mij is gegeven alle macht in de hemel en op [de] aarde. 19 Gaat dan henen, maakt al de volken tot mijn discipelen en doopt hen in de naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes en leert hen onderhouden al wat Ik u bevolen heb. 20 En zie, Ik ben met u al de dagen tot aan de voleinding der wereld.
Openbaring 14:6-7
6 En ik zag een andere engel vliegen in het midden des hemels en hij had een eeuwig evangelie, om dat te verkondigen aan hen, die op de aarde gezeten zijn en aan alle volk en stam en taal en natie; 7 en hij zeide met luider stem: Vreest God en geeft Hem eer, want de ure van zijn oordeel is gekomen, en aanbidt Hem, die de hemel en de aarde en de zee en de waterbronnen gemaakt heeft.