55. Eenheid deel 2
Johannes 17:21-22
opdat zij allen één zijn, gelijk Gij, Vader, in Mij en Ik in U, dat ook zij in Ons zijn; opdat de wereld gelove, dat Gij Mij gezonden hebt. 22 En de heerlijkheid, die Gij Mij gegeven hebt, heb Ik hun gegeven, opdat zij één zijn, gelijk Wij één zijn:
Handelingen 1:13-14
En toen zij in de stad gekomen waren, gingen zij naar de bovenzaal, waar zij verblijf hielden: Petrus en Johannes en Jakobus en Andreas, Filippus en Tomas, Bartolomeüs en Matteüs, Jakobus, de zoon van Alfeüs, en Simon de Zeloot en Judas, de zoon van Jakobus.
14 Deze allen bleven eendrachtig volharden in het gebed, met enige vrouwen en Maria, de moeder van Jezus, en met zijn broeders.
Handelingen 2:46
en voortdurend waren zij elke dag eendrachtig in de tempel, braken het brood aan huis en gebruikten hun maaltijden met blijdschap en eenvoud des harten,
Handelingen 4:32
En de menigte van hen, die tot het geloof gekomen waren, was één van hart en ziel, en ook niet één zeide, dat iets van hetgeen hij bezat zijn persoonlijk eigendom was, doch zij hadden alles gemeenschappelijk.
We waakten er ernstig voor dat de Schriften niet zouden worden gebogen om tegemoet te komen aan de gedachten van mensen. We probeerden om onze verschillen zo min mogelijk te benadrukken door niet lang stil te staan bij punten die minder belangrijk waren, of waarover veel verschil van mening was. Maar de last van elke ziel was om onder de broeders een omstandigheid te creëren die zou beantwoorden aan het gebed van Christus dat Zijn discipelen één zouden zijn zoals Hij en de Vader een zijn.
Soms verzetten een of twee van de broeders zich koppig tegen het inzicht dat gepresenteerd werd vanuit de natuurlijke gevoelens van hun hart. Maar wanneer deze houding opspeelde, stelden we de studie uit en schortten we de vergadering op, zodat iedereen de gelegenheid kreeg om tot God te gaan in gebed en in stilte onderzocht iedereen de passage voor zichzelf, ondertussen licht vragend van omhoog. Met uitdrukkingen van vriendschap gingen we uiteen, om elkaar spoedig weer te ontmoeten om onze studie te hervatten.
Soms kwam de kracht van God over ons op een of andere duidelijke manier en wanneer helder licht werd gepresenteerd over de punten die wij onder handen hadden, huilden wij en verblijden we ons met elkaar. We hielden van Jezus; we hielden van elkaar. {RH, July 26, 1892, par. 5}
In deze dagen heeft God grote dingen voor ons gedaan en de waarheid was kostbaar voor onze zielen. Het is nodig dat onze eenheid vandaag zodanig is dat het de toets der beproeving kan doorstaan. Wij zijn hier in de school van de Meester, opdat we getraind mogen worden voor de hogeschool in de hemel. We moeten leren teleurstellingen te dragen zoals Christus deed en de lessen die we aldus leren zullen van grote belangrijkheid voor ons zijn. {RH, July 26, 1892 par. 6}
We hebben vele lessen te leren en vele, vele om af te leren. God en de hemel alleen zijn onfeilbaar. Zij die denken dat zij nooit een geliefd standpunt zullen hoeven opgeven, nooit de gelegenheid hebben om van standpunt te veranderen, zullen teleurgesteld worden. Zolang als we ons met vasthoudendheid vastklampen aan onze eigen ideeën en meningen, kunnen we niet die eenheid hebben waar Christus voor gebeden heeft. {RH, July 26, 1892 par. 7}
Filippenzen 3:15-16
Laten wij dan allen, die volmaakt zijn, aldus gezind zijn. En indien gij op enig punt anders gezind zijt, God zal u ook dat openbaren; 16 maar hetgeen wij bereikt hebben, in dat spoor dan ook verder!
Romeinen 12:2
En wordt niet gelijkvormig aan deze wereld, maar wordt hervormd door de vernieuwing van uw denken, opdat gij moogt erkennen wat de wil van God is, het goede, welgevallige en volkomene.