06. Soldaten van het Kruis
Zevende-dags Adventisten maken vooruitgang, verdubbelen hun aantal, richten zendingsposten op en ontvouwen het banier van de waarheid in de donkerste plaatsen op aarde. En toch gaat het werk veel langzamer dan het Gods bedoeling is.
[Waarom?] De leden van de kerk zijn persoonlijk niet op te wekken om een oprechte poging te doen waartoe zij in staat zijn en elk onderdeel van het werk is kreupel door gebrek aan ijverige vroomheid en toegewijde, nederige godvrezende arbeiders. Waar zijn de soldaten van het kruis van Christus? Laat de godvrezende, eerlijke en oprechten van hart, die vastberaden uitkijken naar de heerlijkheid van God, zichzelf voorbereiden voor de oorlog tegen onwaarheid. Er zijn teveel zwakke, laffe harten in dit uur van geestelijke strijd. O dat zij uit hun zwakheid sterk gemaakt zouden kunnen worden en opwassen tot een moedige strijdlustigheid en de legers van de vijand op de vlucht zullen jagen! ----Historical Sketches, p. 290.
1 Timoteus 6:12
12 Strijd de goede strijd des geloofs, grijp het eeuwige leven, waartoe gij geroepen zijt en de goede belijdenis afgelegd hebt voor vele getuigen.
2 Timoteus 2:3-4
3 Lijd met de anderen als een goed soldaat van Christus Jezus.
4 Tijdens de veldtocht wordt geen soldaat gemoeid in de zorg voor zijn onderhoud; hij heeft (slechts) hem te voldoen, door wie hij aangeworven is.
Openbaring 14:6-12
6 En ik zag een andere engel vliegen in het midden des hemels en hij had een eeuwig evangelie, om dat te verkondigen aan hen, die op de aarde gezeten zijn en aan alle volk en stam en taal en natie;
7 en hij zeide met luider stem: Vreest God en geeft Hem eer, want de ure van zijn oordeel is gekomen, en aanbidt Hem, die de hemel en de aarde en de zee en de waterbronnen gemaakt heeft.
8 En een andere, een tweede engel, volgde, zeggende: Gevallen, gevallen is het grote Babylon, dat van de wijn van de hartstocht zijner hoererij al de volkeren heeft doen drinken.
9 En een andere engel, een derde, volgde hen, zeggende met luider stem: Indien iemand het beest en zijn beeld aanbidt en het merkteken op zijn voorhoofd of op zijn hand ontvangt,
10 die zal ook drinken van de wijn van Gods gramschap, die ongemengd is toebereid in de beker van zijn toorn; en hij zal gepijnigd worden met vuur en zwavel ten aanschouwen van de heilige engelen en van het Lam.
11 En de rook van hun pijniging stijgt op in alle eeuwigheden, en zij hebben geen rust, dag en nacht, die het beest en zijn beeld aanbidden, en al wie het merkteken van zijn naam ontvangt.
12 Hier blijkt de volharding der heiligen, die de geboden Gods en het geloof in Jezus bewaren.