09-G De nederigheid van Johannes
De geliefde discipel kreeg zulke verheven voorrechten, zoals zelden aan
stervelingen vergund zijn geweest. Hij was zo nauw verbonden met Christus,
dat er in zijn hart geen plaats was voor trots. Zijn nederigheid was
niet slechts een belijdenis. Het was een eigenschap die hem bedekte als
een gewaad. Hij probeerde steeds zijn eigen daden van gerechtigheid te
verbergen en alles te vermijden wat de aandacht op hem zou kunnen richten.
In zijn evangelie spreekt Johannes over de discipel die Jezus liefhad,
maar hij verbergt het feit dat hijzelf deze geëerde discipel was. Voor zelfzucht
was in zijn leven geen plaats. In zijn dagelijks leven onderwees en
beoefende hij liefde in de ware betekenis van het woord. Hij was zich
diep bewust van deze liefde die tussen natuurlijke zowel als geestelijke
broeders behoort te bestaan. Hij noemde deze liefde als een noodzakelijk
kenmerk van de volgelingen van Christus. Zonder deze liefde heeft het leven
van de christen geen zin. Johannes onderwees praktische godsvrucht.
Hij onderwees onfeilbare gedragsregels voor de christenen. Ze moesten
zuiver van hart en van onbesproken gedrag zijn. In geen geval mochten
ze tevreden zijn met een uiterlijke belijdenis. Hij verklaart in niet mis te
verstane bewoordingen dat een christen iemand is die op Christus gelijkt.
Het leven van Johannes was een ernstig streven om naar de wil van God
te wandelen. De apostel volgde zijn Heiland zo nauw en had zulk een
besef van de zuiverheid en heiligheid van Christus, dat zijn eigen karakter
daarbij vergeleken, vol gebreken was. Toen Jezus in Zijn verheerlijkte
gedaante aan Johannes verscheen, was een enkele blik voldoende om hem
als dood te doen neervallen. Dit zal altijd het gevoel zijn van hen die hun
Heer en Meester het beste kennen. Hoe meer ze nadenken over het leven
en karakter van Jezus, des te meer zullen ze hun eigen zondigheid beseffen,
en des te minder zullen ze geneigd zijn zich te beroemen op heiligheid
van hart of beweren geheiligd zijn.