|
||
You are - home - My.agp - Sermonroom Nederlandstalig | ||
Zeker weten De vraag wat Christenen geloven weten de meeste mensen wel te beantwoorden. Maar de vraag waarom ze geloven roept wisselende reacties op. Variërend van onzekerheid tot indoctrinatie. Niets is minder waar. Het Christelijk geloof berust op feiten. Het is ronduit jammer dat er zo weinig geargumenteerd wordt als het gaat om Jezus. Er is zelfs een wetenschap die zich met deze materie bezig houdt. De wetenschap van de Apologetiek houdt zich bezig met de verdediging van het Christelijk geloof. Hier zijn al vele boeken over geschreven. Het is niet onze bedoeling dat hier nog eens dunnetjes over doen. Wat hier staat is een samenvatting. Een korte uiteenzetting van de argumenten, de feiten en de zekerheden met betrekking tot het Christelijk geloof. Waar of niet waar. Tegenwoordig worden uitspraken of stellingen modern of ouderwets genoemd. Vooruitstrevend of behoudend, scherp of bot. Zelden wordt de vraag gesteld of iets waar is of niet waar. Tegenwoordig heeft iedereen zijn eigen waarheid. Tot u geld moet wisselen. Dan is er ineens weer een waarheid. Apologetiek is voor mensen die met hun beide benen op de grond staan. Geen zweverig geneuzel over randverschijnselen maar een nuchtere analyse van (historische) feiten. Als u concrete antwoorden zoekt, moet u zeker verder lezen. God maakt zich bekend in de Bijbel. Van alle boeken uit de oudheid is er niet een die nog zo actueel is, als de Bijbel. Nog steeds is de Bijbel de grootste bestseller aller tijden. Geen ander boek is in meer talen vertaald dan de Bijbel. Geen ander boek in de wereldgeschiedenis is meer onderzocht en getoetst dan de Bijbel. Geen ander boek heeft al die toetsingen weerstaan dan de Bijbel. De Bijbel is in alle opzichten uniek.Na de tweede wereldoorlog zijn in Qumran, vlak bij de dode zee in Israel,de zogenaamde dodezeerollen gevonden. Ditwaren boekrollen van Escennen, een strenge Joodse secte, die de boeken uit het oude testament zeer nauwkeurig overschreven. Die fragmenten waren geschreven voor het begin van onze jaartelling. Bij vergelijking van die gevonden teksten met de teksten in de Bijbel, bleken deze vrijwel volledig gelijk. De veronderstelling dat door de tijd de inhoud verdraaid zou zijn, bleek onjuist. De Bijbelboeken zoals van Jesaja en Habakuk bleken volledig overeen te stemmen met de geschriften zoals we die vandaag de dag in de Bijbel lezen. Het argument dat door de overlevering woorden verdraaid zouden zijn en betekenissen verloren zouden zijn gegaan, blijkt dus onjuist. De veronderstelling dat de kerk wellicht enkele passages had aangepast, zodat die meer in haar straatje zou passen, blijkt niet waar te zijn. Interessant is verder te kijken hoeveel tijd er zit tussen het moment dat het geschrift is geschreven en het moment waarop het meest recente afschrift is gevonden. Van een flink aantal gezaghebbende werken is dat wel duizend jaar. En niemand twijfelt eraan dat die daadwerkelijk door de persoon in kwestie geschreven zijn. Bijvoorbeeld de Gallische oorlogen van Ceasar dat zo'n 50 jaar voor Christus is geschreven. Het meest recente originele afschrift bestaat uit tien kopieen die stammen uit 950 na Christus. Hetzelfde geldt voor de geschriften van Plato, geschreven 350 voor Christus en zeven kopieen uit 900. Of de Annalen van Tacitus, 2 kopieen uit 1100 na Christus terwijl het origineel is geschreven 100 na Christus. En niemand twijfelt aan de inhoud ervan en of die al dan niet verdraaid is. Het is typisch dat mensen als het op bewijzen aankomt bij de Bijbel ineens andere maatstaven gaan hanteren. Maar dankzij de dodezeerollen, kunnen we het argument dat teksten uit het oude testament verdraaid zouden zijn, naast ons neerleggen. Voor het nieuwe testament geldt hetzelfde. Uit de tekst blijkt duidelijk dat dit ooggetuigeverslagen zijn. Ze zijn geschreven tussen 50 en 100 na Christus. De oudste gevonden kopie van het hele nieuwe testament stamt uit 350 na Christus. Een tijdsperiode van "maar" ongeveer 250 jaar. Maar van enkele delen van het nieuwe testament zijn losse kopieeen van ongeveer 130 na Christus. In totaal zijn er meer dan 24.000 oude handschriften van het nieuwe testament. De Bijbel die wij vandaag de dag in de boekenwinkel aantreffen is dus niet verdraaid. Ook het feit dat het een vertaling betreft geeft geen verstrekkende vertekening van de Boodschap van de Bijbel. De Boodschap van de Bijbel. Zonder uitzondering heeft religie te maken met uiterlijkheden en vormen. Er worden manieren van leven voorgehouden, wetten, taalgebruik, rituelen waar iedereen zich aan dient te houden. Dat geeft mensen zekerheid. Ze weten waar ze aan toe zijn. Van alle religies is het Christendom uniek. Zeker, er is grote verscheidenheid binnen de verschillende stromingen. Ook in de verschillende Christelijke stromingen zien we dat uiterlijkheden en vormen een belangrijke rol spelen. Maar op een vlak zijn ze het eens. Dat moet, omdat ze anders niet Christelijk kunnen worden genoemd. Dat Christelijk slaat namelijk op Jezus en het feit dat Hij de Christus is. Christus staat voor verlosser. En aan het erkennen van deze waarheid hangt een belofte. Die belofte is even duidelijk als concreet. Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder, die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft (Joh 3:16). Want indien gij met uw mond belijdt, dat Jezus Heer is, en met uw hart gelooft, dat God Hem uit de doden heeft opgewekt, zult gij behouden worden; want met het hart gelooft men tot gerechtigheid en met de mond belijdt men tot behoudenis (Rom 10:9-10). Door te geloven in Jezus Christus wordt u gered en mag u zeker weten dat u in de hemel komt. Dat is het verschil met alle andere religies. Het Christendom geeft absolute zekerheid als het gaat om eeuwig leven. Daarbij heeft deze belofte niets met vormen of uiterlijkheden te maken. Jezus is niet uit op uiterlijkheden. Dat blijkt ook duidelijk uit de bergrede, die u ook op deze website kunt vinden (Matteüs 5 t/m 7).Dat het Christendom deze verlossende boodschap brengt, maakt nog niet dat het waar is. Toch kunt u zeker weten dat het waar is. Daarvoor zijn de bewijzen. De antwoorden zijn te vinden als we ons afvragen wie Jezus is. Jezus is uniek. Of u nu gelovig bent of niet, Jezus is zonder twijfel de meest bepalende figuur uit de geschiedenis van de wereld. Geen enkele veldheer, regeerder, filosoof of religieus leider kan aan de invloed die deze timmermanszoon had op de gescheidenis van de wereld tippen. Hij was beslist meer dan een soort Gandhi. Jezus deed grootse uitspraken: Jezus zei: Ik ben de weg de waarheid en het leven, niemand komt tot de Vader dan door mij. (Joh 14:6) Jezus trad naderbij en sprak tot hen, zeggende Mij is alle macht in hemel en op aarde (Matt 28:18) Alleen de zoon van God kan dergelijke uitspraken doen. Of een volslagen idioot. Een tussenweg is er niet. Jezus was niet zomaar een goed mens. Die mogelijkheid heeft. Hij ons niet gelaten. Te zeggen dat Jezus een goed mens was of een profeet is volslagen onzin. Voor Pontius Pilatus werd Hij ter dood veroordeeld, omdat Hij beweerde de zoon van God te zijn. Hij had simpelweg kunnen ontkennen. Dan had Hij het er levend vanaf gebracht. Iemand die in zo'n situatie volhoudt de zoon van God te zijn, kan met recht een idioot worden genoemd, tenzij hij werkelijk de Zoon van God is. De uitspraken van Jezus zijn bijzonder radicaal. Lees ook Joh 6:60-66 er maar eens op na. Hij is glashelder in zijn boodschap en dat maakt dat velen Zijn boodschap niet konden verdragen en zich aan Hem stoorden. Toen al. Historisch bewijs voor het bestaan van God. Voor het historisch bewijs van het bestaan van God moeten we kijken naar bewijzen voor het bestaan van Jezus. Hij is de enige uit de geschiedenis die beweerde zelf God te zijn en dat ook bewezen heeft. Jezus zei: 'Als je mij kent, zul je ook mijn Vader kennen. Van nu af aan ken je hem; je hebt hem gezien.' Filippus zei: 'Heer, laat ons de Vader zien; meer verlangen we niet.' Jezus zei tegen hem: 'Filippus, nu ben ik zo lang bij jullie, en je kent me nog niet? Wie mij heeft gezien, heeft de Vader gezien. Hoe kun je dan vragen: Laat ons de Vader zien? (Joh 14:7-9). En Hij maakte zijn woorden waar. Door wonderen, een leven zonder zonde en Zijn opstanding uit de dood. Zijn sterven en opstanding is volledig in overeenstemming met de wijze waarop dat in de profetie van Jesaja wordt omschreven. En dankzij de dodezeerollen weten we zeker dat die geschreven is voor Zijn sterven! Jezus was zonder zonden. Als hij ook maar iets verkeerd gedaan zou hebben, had het in de Bijbel of een ander geschrift gestaan. En als de Bijbel al door partijdigen geschreven zou zijn, zouden de andere belanghebbenden (en dat waren er velen) wel gezorgd hebben dat het algemeen bekend geworden was. Voor een historisch bewijs van het bestaan van God, moeten we dus kijken naar de persoon van Jezus Christus en de gebeurtenissen gedurende Zijn leven. Historische geschriften over het leven van Jezus (externe bewijsvoering). Van John F. Kennedy is op film te zien hoe hij werd vermoord. Voor andere personen uit de geschiedenis als Napoleon, Julius Ceasar, Nasar of Pontius Pilatus moeten we terugvallen op geschriften die bewaard zijn gebleven. Dus moeten we datzelfde ook doen als we bewijzen willen hebben over het bestaan van Jezus. Naast de Bijbel, waarin het leven van Jezus beschreven staat, zijn er nog andere schriftelijke bronnen, die melding maken van Jezus. Zo schrijft Plinius, de gouverneur van Bithynia (Noord Turkije) zo'n 115 jaar na Christus een uitgebreid verslag aan Keizer Trajanus. Hij schrijft dat hij overal in de provincie Christenen tegenkomt en dat de tempels wegens gebrek aan belangstelling moeten sluiten. Hij vermeldt dat die Christenen op zondag samenkomsten hebben, waarbij ze liederen zingen tot aanbidding van Christus als ware hij God. Nog interessanter is een discussie, die gevoerd werd over de vraag hoe de duisternis kon ontstaan, toen Jezus aan het kruis stierf. Thallus, een Samaritaanse historicus, beweerde dat het een zonsverduistering moest zijn geweest. Deze Thallus werkte rond het jaar 52 na Christus in Rome. Toen al werd deze discussie gevoerd. En dat in Rome. De Joodse geschiedschrijver Josephus schrijft in zijn "Joodse geschiedenis" in 93 na Christus: 'En daar verscheen omstreeks die tijd, 26-36 na Christus, een wijs man, als we hem werkelijk mens kunnen noemen. Want hij deed wonderbaarlijke dingen.' De Bijbel over het leven van Jezus (interne bewijsvoering). De vier Evangelien, die in de Bijbel staan, beschrijven het leven van Jezus. Voordien was het veel gehoorde argument dat de citaten van Jezus niet letterlijk genomen kunnen worden, omdat ze honderden jaren na Zijn dood geschreven zouden zijn. Dit is niet waar. Uit de toon en zinsbouw blijkt al dat dit ooggetuige verslagen zijn. Na onderzoek van fragmenten die gevonden zijn in Luxor door Charles Huleatt, is vast komen te staan, dat het Evangelie van Mattheus niet later dan 68 na Christus (35 jaar na Zijn dood) geschreven is (onderzoek van Karsten Tiede; London Times december 1994). Waarschijnlijker is dat dit 10 jaar na Zijn sterven is geschreven. De evangelieën zijn dus geschreven en gelezen door ooggetuigen. Er staan immers verwijzingen in naar de lezers. Alles wat beschreven staat, hebben ze zelf gezien. Als er in die tijd iemand was geweest die het niet gezien had, had dit er zeker bij gestaan. Er waren teveel belanghebbenden om het feit dat Jezus de Zoon van God was te ontzenuwen. Zo is er nu het evangelie van Thomas, dat in 1945 bij Nag Hammadi gevonden is. Het degradeert Jezus tot een groot geestelijk leider, wat alle gezagsdragers vlak na Zijn dood en vandaag de dag graag horen. Maar of Thomas dit werkelijk geschreven heeft is een vraag. Er zijn veel onbeantwoorde vragen. De betrouwbaarheid is discutabel. Opvallend is wel dat een in 1945 gevonden evangelie mensen aan het twijfelen kan brengen, terwijl het bewijs voor de waarheid zo overweldigend is. Overweldigend is bijvoorbeeld het antwoord als Paulus wordt gevraagd te zeggen hoe hij zo zeker weet dat Jezus is opgestaan uit de dood. Hij reageert broodnuchter. Lees 1 Kor 15 er maar eens op na. Hij zegt daar heel duidelijk dat Jezus is opgestaan uit de dood. En hij is concreet. Hij zegt dat Jezus is verschenen aan Kefas en aan zijn 12 discipelen. Vervolgens is Hij verschenen aan 500 volgelingen tegelijk, waarvan er nog een aantal in leven zijn. Vraag maar na zegt hij letterlijk. En dat hebben ze zeker gedaan, want iedereen was er op uit om de opstanding van Jezus te ontzenuwen. Bloedgetuigen, bewijs voor de opstanding van Jezus. Overweldigend bewijs is ook het feit dat de auteurs van de vier Evangeliën hun schrijven uiteindelijk met de dood hebben moeten bekopen. En niet alleen de schrijvers van de evangeliën. Alle apostelen die vertelden van Jezus en Zijn verlossingswerk aan het kruis op Golgotha, hebben deze boodschap met de dood moeten bekopen. Petrus, die aanvankelijk uit angst voor de gevolgen, voordat de haan kraaide, drie keer zei dat hij Jezus niet kende, sterft uiteindelijk toch de kruisdood. Aan het einde van het evangelie van Johannes kondigt Jezus dit aan en ziet u hoe Petrus nog tegensputtert. Hij vraagt waarom Johannes vrijuit gaat. Maar Jezus is zeer direkt. Hij zegt dat dat hem niets aangaat. En na een aantal jaren sterft Petrus. Ondersteboven welteverstaan, omdat hij zichzelf niet waardig achtte te sterven als Jezus. Ook de andere apostelen zijn een marteldood gestorven: Petrus : gekruisigd Andreas : gekruisigd Mattheus :het zwaard Johannes : natuurlijke dood Jacobus, de zoon van Alfeus: gekruisigd Filippus : gekruisigd Simon : gekruisigd Thaddeüs :door pijlen Jacobus de broer van Jezus : gestenigd Thomas : speerstood Bartholomeüs : gekruisigd Jacobus de zoon van Zebedeüs : het zwaard Johannes is dus de enige uitzondering. Waarom? Lees het boek Openbaringen maar eens. Dat heeft Johannes geschreven. Maar de anderen zijn dus gedood. Nu kunt u dat wreed vinden. Maar feit is dat wij hierdoor dus absolute zekerheid kunnen hebben over de opstanding van Jezus. Petrus zegt daar zelf ook iets over in de Bijbel: Want wij zijn geen vernuftig gevonden verdichtsels nagevolgd, toen wij u de kracht en de komst van onze Here Jezus Christus hebben verkondigd, maar wij zijn ooggetuige geweest van Zijn majesteit (2 Petrus 1:16). Nu is het een feit dat in de geschiedenis velen hun leven gegeven hebben voor hun idealen. Dat op zichzelf is nog niet bijzonder. Maar ze waren er allemaal van overtuigd dat ze voor een goede zaak stierven. Wat betreft de opstanding van Jezus moeten Zijn discipelen absolute zekerheid hebben gehad. Ze waren er zelf bij. Het zal niet meevallen om 11 mensen te vinden die zijn gestorven voor een ideaal, waarvan ze wisten dat het een verzinsel of beeldspraak is. Dat deze mensen uiteindelijk gestorven zijn voor deze boodschap, zegt iets over de betrouwbaarheid ervan. Op basis van o.a. dit feit, kunnen we dus zeker weten dat Jezus is opgestaan uit de dood. En daarmee weten we zeker dat Jezus inderdaad God is. Het is waarheid wat Hij zegt. Dat Jezus is opgestaan uit de dood is een historisch feit. Net als de opstanding van Lazarus, die ook door velen is gezien. Zijn wonderen en de aankondiging daarvan, wijst op een doordacht plan, dat lang voor de geboorte van Jezus een aanvang had. De profetieën hebben dit tot in detail beschreven en zijn uitgekomen. Dit toont wederom aan dat Jezus de Messias is. Hij is gestorven voor onze zonden en opgestaan uit de dood. Jezus is ook heel duidelijk over de Boodschap die Hij komt brengen. In de Bijbel staat: En dit is de wil van Hem, die Mij gezonden heeft, dat Ik van alles wat Hij Mij gegeven heeft, niets verloren late gaan, maar het opwekke ten jongsten dage. Want dit is de wil mijns Vaders, dat een ieder, die de Zoon aanschouwt en in Hem gelooft, eeuwig leven hebbe, en Ik zal hem opwekken ten jongsten dage. (Joh 6:39-40) Dit is goed en aangenaam voor God, onze Heiland, die wil, dat alle mensen behouden worden en tot erkentenis der waarheid komen. (1 Tim 2: 3-4) En daarom doet God de eerste stap. Daarom heeft Hij laten zien hoe lief wij Hem zijn. Als wij door deze liefde in het offer van Jezus Christus worden bewogen, veranderen we van binnen uit. Dan kijkt u met andere ogen naar de wereld, dan kunt u niet anders meer en volgt u Hem. Niet omdat het moet. Niet omdat anderen dat van u verwachten. Niet omdat uw leven dan van een lijen dakje gaat. Maar omdat Jezus zo fascinerend is. Keuze voor de waarheid. Als u op zoek gaat, zult u Hem vinden. Ook dat heeft Hij beloofd in Zijn woord. Door u te bekeren, door voor Jezus te kiezen en Hem centraal te stellen in uw leven, gaat u niet verloren maar krijgt u eeuwig leven. Dat is de belofte van God. En God is Zijn beloften altijd nagekomen. Dat kunt u lezen in de Bijbel. Met deze belofte hebt u de mogelijkheid de dood te overwinnen. U hoeft niet meer vast te zitten in doodsangst. Zo ervaart u Zijn rust. Naast lichamelijk uit de moederschoot, bent u ook geestelijk geboren. Jezus zei: 'u zult de waarheid kennen en de waarheid zal u vrijmaken.' (Joh 8:32) Vrijheid, een keuze met consequenties. De bewijzen staan voor wat ze zijn. Maar uiteindelijk komt het erop aan of u het gelooft of niet. De mens heeft daarin een vrije wil. God wil geen marionetten op deze aarde. Zo heeft Hij de schepping niet bedoeld. Hij geeft de mensen werkelijke vrijheid. En die vrijheid is pas echte vrijheid, als ons handelen consequenties heeft. Door onze fouten vindt er op deze aarde veel onrecht plaats. Maar dat is hier op aarde. En deze aarde is maar een tijdelijke zaak. Veel belangrijker is het vraagstuk wat na dit leven komt. Onze vrije wil heeft tot gevolg dat wij kunnen kiezen. Voor Jezus of tegen Jezus. Een tussenweg is er niet. Dit is een keuze met consequenties. Vrijheid heeft alles te maken met keuzes en keuzes zijn geen echte keuzes als er geen consequenties aan verbonden zijn. Een keuze voor God betekent redding, een keuze tegen God betekent dat we verloren gaan. Het is onze wil die naar het verkeerde leidt. Doordat wij onze eigen wil doen is de ellende in de wereld gekomen. Het is beter voor ons ervoor kiezen Zijn wil te doen. En Zijn wil kunnen we uit de Bijbel leren. De wet geeft verplichtingen, liefde geeft dat u niet meer anders wilt. Misschien heeft u angst om de regels waar u zich aan moet houden. In de tijd van de Bijbel hadden ze daar in ieder geval al wel problemen mee. Op de vraag: 'Meester, wat is het grootste gebod in de wet?' antwoordde Jezus: 'Heb de Heer, uw God, lief met heel uw hart en heel uw ziel, en met heel uw verstand. Dat is het grootste en eerste gebod. Het tweede gebod is even belangrijk als het eerste: u moet uw naaste liefhebben als uzelf. Alles in de Wet en in de Profeten hangt af van deze twee geboden.' (Matt 22:36-40). Het is daarom dat we zeggen dat God liefde is. Jezus verlost ons van het oude verbond, van de wet, en geeft het nieuwe verbond van de liefde. Niet omdat Hij alles wel goed vindt. God is onveranderlijk. Een constante. U kunt Hem leren kennen door de Bijbel te lezen. Als u die woorden tot u laat doordringen, zult u ook Zijn liefde ervaren. Een wet leidt tot verplichtingen. Liefde geeft een warmte in uw hart die u vrij maakt. Een goed gevoel dat blijft en uw gedrag en keuzen uiteindelijk van binnenuit zal veranderen. Zo kunt u Jezus ontmoeten, letterlijk en figuurlijk. Jezus zei: Wie aan zijn leven vasthoudt, zal het verliezen, maar wie zijn leven durft te verliezen omwille van mij, zal het vinden. (Matt.10:34-39). Jezus geeft echte vrijheid en eeuwig leven. Wie de Zoon heeft, heeft het leven. Wie de Zoon niet heeft, heeft het leven niet. (Jac 5:12) De keuze is aan u. |
||