De Heer blijft ons steeds verbazen met zijn goedertierenheid. De geweldenaar mag razen. toch wint hij niet in de strijd Want de Geest heeft het bewezen, dat het woord zich openbaart, daar Zijn kudde niet als wezen, Machteloos zijn op deez aard.
Als wij zoeken om te vinden En aankloppen aan de Deur, Zal de Geest ons trouw verbinden Met de troost die het hart opbeurt. Willen wij met overgave Dagelijks God’s kinderen zijn Dan ervaren wij het laven Van het Geestelijk brood en Wijn.
Onze ziel wil God bewaren Voor het omringende gevaar, En wij zullen het ervaren, De Heer maakt het openbaar. Zo heeft Hij ons ook bewezen Door Zijn macht over de dood Dat Hij om ons is verrezen Wat is Hij oneindig groot.
|
|
|