Onze beloning nu!



Onze beloning nu!

Wij nemen aan dat alle Christenen een aan God toegewijd leven willen leiden,
waar er geen ruimte wordt gelaten om God onze Schepper en Zaligmaker te vragen wat Hij ons in ruil zal geven voor de diensten die wij aan hem tonen.

Toch is het in het verleden gebeurd. Enkele voorbeelden kunnen wij lezen in Genesis 15: 2 Maar Abraham zei: "Och Oppermachtige HERE, U kunt mij wel zegenen, maar wat helpt dat, nu ik geen zoon heb?
In Genesis 28:20,21 daar lezen we als volgt: “Jacob deed een gelofte: "Als God mij op deze reis helpt en beschermt, voor eten en kleding zorgt en mij in de toekomst veilig terugbrengt bij mijn vader, zal de HERE voortaan mijn God zijn.……. En Matteus 19 vers 27b “Petrus merkte op: "Wij hebben alles verlaten om U te volgen. Hoe staat het dan met ons?"

Het dienen van God vraagt van de volgelingen van Jezus onbaatzuchtige liefde. Waarom? Paulus, in zijn bief aan de Romeinen, legt het antwoord voor ons bloot: God echter bewijst Zijn liefde voor ons, doordat Christus, toen wij nog zondaars waren, voor ons gestorven is.
(Mat. 10:8)

Maakt de dood van mijn verlosser zoveel indruk op mijn dagelijks leven en word ik door die indruk zodanig beïnvloed dat ik bereid ben, uit pure liefde tot God, mijn ziel en mijn lichaam, in Zijn dienst, ter beschikking te stellen? Weet u, de mens die in God gelooft zal bij het be-mediteren van Genesis hoofdstuk Eén en Twee, Gods onuitputtelijke liefde voor de mensheid ontdekken en dan kunnen wij ons voorstellen dat God veel dingen die wij individueel en collectief denken en doen ten strengste afkeurt. Wij beminnen de Heer; moge het zijn in het denken, in woorden en in daden, omdat de Heer ons bemint.

Willen wij toch een beloning vragen, laat het dan zijn wat de Heer zal behagen, iets wat Hij dagelijks van ons wens, n.l. meer liefde voor Hem en de medemens.
Amen



(C) 2004 - Alle rechten voorbehouden

Deze pagina afdrukken