Waar ontmoeten we vandaag onze Heer en Heiland?
Wij hebben geen tempel waar we heen moeten gaan om God te ontmoeten. Wij hoeven geen pelgrimsreis te maken naar een of ander ver oord, waar de goddelijke aanwezigheid wordt gemanifesteerd. God is al hier, op de plaats waar we zijn. God is met ons!
Voordat Jezus de aarde verliet beloofde hij: ‘Ik ben met jullie, alle dagen, tot aan de voltooiing van deze wereld’ (Matteüs 28:20). En de apostel Paulus getuigde: ‘Met Christus ben ik gekruisigd: ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij. Mijn leven hier op aarde leef ik in het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en zich voor mij heeft prijsgegeven’ (Galaten 2:19, 20).
Beste vrienden, wilt u zich bij Paulus aansluiten en die woorden herhalen? Bent u er zeker van dat Jezus in u leeft? Is hij bij u en in u, zoals hij beloofde?
Lang geleden bad Mozes: ‘Hoe zou moeten blijken dat u mij goedgezind bent, mij en ook uw volk, tenzij u met ons meegaat’ (Exodus 33:16)? En ook David smeekte: ‘Verban mij niet uit uw nabijheid’ (Psalm 51:13).
Als u soms de neiging hebt gehad om van God vandaan te lopen, bid dan het gebed dat David bad. God wil bij u zijn. Hij wil niets liever dan dat u zijn zegenrijke aanwezigheid ervaart. Hij wil uw toevlucht zijn, uw gids, uw onderwijzer, uw Verlosser, en uw Heer!
De volgende dag zag hij Jezus naar zich toe komen, en hij zei: ‘Daar is het lam van God, dat de zonde van de wereld wegneemt’ (Johannes 1:29).
Deze uitspraak van Johannes de Doper raakte de kern van Jezus’ taak. Naast al het andere waarvoor Jezus was gekomen – het openbaren van Gods karakter, het zoeken en behouden van wie verloren was en het verkondigen van het goede nieuws – was hij gekomen als goddelijk Offer voor de zonde.
De naam van Jezus wees op zich al naar het hoogste doel van zijn zending. Voor zijn geboorte was een engel des Heren verschenen aan Jozef, die met Maria zou trouwen. De engel zei: ‘Ze zal een zoon baren. Geef hem de naam Jezus, want hij zal zijn volk bevrijden van hun zonden’ (Matteüs 1:21).
‘Jezus’ is de Griekse vorm van ‘Jozua’ en die naam betekent: ‘De Heer redt.’ Later werd de naam ‘Christus’ eraan toegevoegd, wat ‘Gezalfde’ betekent, oftewel ‘Messias’. Als we dus ‘Jezus Christus’ zeggen, noemen we hem ‘Zaligmaker-Messias, of de Messias die redt.
Helaas is voor miljoenen mensen vandaag de dag ‘Jezus Christus’ niet meer dan een vloek. Hoe weinig beseffen zij wat die woorden werkelijk betekenen als zij zijn naam misbruiken.
En dat is wat de Boze doet in de grote strijd tussen goed en kwaad, als hij de aandacht probeert af te leiden van het reddende werk van Jezus!
God wil bij ons wonen –lezing - 2011)
|