|
|
Heer Gij zijt de herder tot het eind der tijden Die ons als Uw kudde kostelijk zal weiden. Door Uw genade zijn wij het volk dat leeft, En dat Gij met Uw vrede dagelijks omgeeft.
Uw goedheid en trouw zijn de zegeningen Die de mensheid dag en nacht met liefde blijft omringen. Uw zorgzaamheid spant wereld en heelal En Gij zijt onze koning die eens komen zal.
Dank U voor genade gegeven aan geslachten Die door de eeuwen heen op U hebben willen wachten. Ik bid U, hou ons waakzaam tot aan het stervensuur, Doe ons in U inslapen voor slechts een korte duur.
|
|