|
|
Daar zullen de verlosten kennen zoals ook zij gekend zijn. De liefde en de tere gevoelens die God in de ziel van de mens heeft geplant, zullen dan op de meest waarachtige en verheven manier tot uiting komen.
De zuivere omgang met heilige wezens, het harmonieuze gezelschap van de gezegende engelen en van de getrouwen van alle tijden die hun gewaden hebben gewassen en wit gemaakt hebben in het bloed van het Lam, de geheiligde banden die de gehele ‘gemeenschap in de hemelsferen en op aarde’ (Efeziërs 3:15) samenbindt – dit alles is de basis voor het geluk dat de verlosten ervaren.
Daar zal onze onsterfelijke geest zich met nooit aflatende verrukking verdiepen in de wonderen van zijn scheppende macht en in de geheimenissen van Gods reddende liefde. Niet langer is er een wrede, bedrieglijke vijand die ons God wil doen vergeten. Al onze mogelijkheden worden dan ontwikkeld, en elke vaardigheid neemt alleen maar verder toe.
Het vergroten van onze kennis zal onze geest niet vermoeien of onze energie uitputten. De grootste projecten kunnen dan worden ondernomen, de hoogste ambities kunnen worden verwezenlijkt, en toch blijven er steeds nieuwe hoogten om te exploreren, nieuwe waarheden om te ontdekken, en nieuwe doelstellingen om onze geest, ziel en lichaam uit te dagen.
Alle schatten van het universum liggen open ter bestudering door Gods verlosten. Niet gehinderd door onsterfelijkheid kunnen zij zich verplaatsen naar verre werelden – werelden die met oneindig verdriet keken naar het toneel van de menselijke ellende en die uitbarstten in gejubel bij elke ziel die verlossing vond.
Met een onuitsprekelijke vreugde delen de bewoners van deze aarde nu in het geluk en de wijsheid van de wezens die nooit in zonde vielen. Zij delen nu in de schatten van kennis en begrip die deze wezens vergaarden, doordat ze door alle tijden heen Gods werk konden gadeslaan.
Met onbelemmerde blik zien zij nu de heerlijkheid van de schepping – de zonnen en sterren en stelsels van hemellichamen, die de troon van God omcirkelen in de banen die God hen gaf.
Op alles, wat zij zien, van het grootste, tot het kleinste, staat de naam van de Schepper gegrift en in alles wordt de rijkdom van zijn macht gemanifesteerd.
Naarmate de jaren van de eeuwigheid verstrijken, zullen de verlosten steeds meer kostbaarheden laten zien en steeds heerlijker openbaringen tonen van God en van Christus. Samen met hun kennis, neemt ook hun liefde, eerbied en geluk toe. Hoe meer de mensen over God te weten komen, des te meer neemt ook hun bewondering toe voor zijn karakter. Naarmate Jezus de schatten van de verlossing voor hen blootlegt en laat zien wat er allemaal gedaan moest worden in de grote strijd met de satan, zullen de harten van de vrijgekochten vervuld worden met steeds grotere toewijding.
Met steeds uitbundiger vreugde raken zij de snaren van hun gouden harpen en tienduizend maal tienduizend en duizenden maal duizenden stemmen zwellen aan tot een machtig koor van lofprijzing.
Ja beste lezer:
‘Elk schepsel in de hemel, op aarde, onder de aarde en in de zee, alles en iedereen hoorde ik zeggen: “Aan hem die op de troon zit en aan het lam komen de dank, de eer, de lof en de macht toe, tot in eeuwigheid” ‘ (Openbaring 5:13).
Eindelijk :
De grote strijd is ten einde. De zonde en de zondaars bestaan niet meer. Het gehele heelal is nu gereinigd. De hartslag van harmonie en vreugde klopt nu door de ganse schepping.
Van hem die alles schiep, stroomt leven en licht en blijdschap, door de onmeetbare ruimte. Van de kleinste tot de grootste wereld, verklaren alle dingen, levende wezens en vormen van materie, in hun onbelemmerde schoonheid en volmaakte vreugde, dat God liefde is. (The Great Controversy, blz. 674-676. )
God wil bij ons wonen–lezing - 2011)
|
|