Psalm 107 is een van mijn favorieten, want ik vind erin al de kracht die nodig is voor elke verwarrende situatie waarmee wij mensen geconfronteerd kunnen worden.
Deze parel in de bijbel is voor mij de Oud Testamentische tegenhanger van Efeziërs 3:20, die mij vertelt “dat God machtig is om onmetelijk meer te doen dan alles wat wij vragen of bedenken”.
Psalm 107 is Lofprijzing en Belofte, omdat het begint met: “Looft de HERE, want Hij is goed, eeuwig duurt zijn trouw!” en verder gaat met ons te vertellen dat God onze SOS-berichten hoort en verhoort.
Zeker, Hij koopt ons vrij uit slavernij, verlost ons uit elke ramp, of het nu onze eigen domme schuld is of niet.
Al lezend zult u in deze psalm uw eigen probleem levendig uitgetekend vinden in een van de vier omstandigheden die er beschreven staan en u zult een pasklare oplossing vinden in Gebed!
Hee, dat zijn we toch aan het doen in Operation Global Rain en het vervolg daarop? Als u uw situatie ontdekt en Gods oneindige liefde begrijpt, breng dank en prijs Hem alstublieft, want Hij is erg goed voor u. Het is door uw gewillig hart dat Hij ook Zijn andere kinderen wil bereiken en hen wil wijzen op de edelstenen van Zijn liefde.
In deze Psalm wordt de situatie van 4 groepen mensen beschreven en hoe zij Gods kinderen worden. Wat de psalm ons vertelt, is verhelderend!
1. God verlost de Onwetenden Er zijn verloren kinderen van God die als blinden ronddolen in een dor en dorstig land, zonder water (Psalm 63:2). Ze weten niet waar ze naar toe gaan en ze lopen in cirkels en zijn onwetend over de genade die God voor hen in petto heeft Ze weten dat ze op zoek zijn naar “iets”, maar wat? Zij hebben geen toegang tot de middelen om hun verlangen te vervullen. Maar wanneer zij roepen: “Als er een God is”, zelfs zonder woorden uit te spreken, wordt er een vloedgolf van zegeningen vrijgemaakt. En met grote vreugde en dankzegging richten zij zich naar het pad der gerechtigheid, dat hen zal leiden naar een plaats van rust, waar zij kunnen eten van het brood en drinken van het water des levens.
2. God verlost de Goddelozen Er zijn verloren kinderen van God die door hun opvoeding of door eigen keuze roepen dat er geen God is, terwijl ze in een erg miserabele en donkere situatie verkeren. Ze worden gevangen gehouden door de prins der duisternis en leven een leven van opstandigheid tegenover hun Schepper en verachten zijn wijze raadgevingen. God heeft hen aan zichzelf overgelaten, zodat zij gaan beseffen dat de enige hulp die zij hebben in henzelf ligt en dat die op elke manier schromelijk tekort schiet. Toch zien we dat ondanks hun slechtheid, één verzoek – “Geef mij een teken” (Jozua 2:12) -voldoende is om gered te worden. Hun ketenen vallen af en met uitroepen van lofprijzing tot God voor Zijn wonderbare liefde, banen zij zich een weg naar de vrijheid.
3. God verlost de Afvalligen Dan zijn er mensen die het voorrecht hadden om Gods liefde en genade te kennen, maar afgevallen zijn van hun hoge roeping en langzaam dwaas en rebels zijn geworden. Zij voeden zich niet genoeg met het brood des levens en hebben geen echte relatie met God. Ze worden levende doden, verhongerend, zelfs in de kerk. Als ze in hun christelijk leven geconfronteerd worden met tegenspoed en hun hart pijn doet van ellende vragen zij zich verwonderd af waar God gebleven is. Opeens herinneren zij zich Zijn genadegaven van oudsher en vragen: “Waarom God, kan het niet zo zijn als weleer, wij belijden onze schuld en verlangen naar Uw helende kracht en Uw heerlijkheid. Heer, gedenk mijner!” (2 Kron 7:14; Luc 23:42). En zie, God hoort! Hij geeft hen Zijn kostbare raadgevingen uit Zijn woord terug en zij leren opnieuw hoe zij een geheiligd leven kunnen lijden. Met vreugde en met heel hun hart brengen zij hun dankoffers en zij zingen lofliederen. Zijn liefde wordt hun lijfspreuk en zij betonen op hun beurt veel liefde, omdat zij beseffen dat hen veel vergeven is (Luc 7:47).
4. God verlost van Arrogantie De laatste groep bestaat uit gelovigen die steunpilaren in de gemeente zijn en gered in eigen ogen. Zij verkondigen de boodschap met schijnbaar gemak en met kracht en ‘vermarkten’ het evangelie als ware het een gebruiksgoed. En zij zien zeker de hand van God aan het werk door hun inspanningen. Er echter is geen geduld met “mindere leden,” want het werk heeft uitzonderlijk talent nodig – hun talent –en het werk mag niet verder vertraagd worden. Maar voorzeker, de vijand slaapt nooit en tegenslagen komen ook bij hen. Hun geest zinkt net zo diep weg als het eens hoog geweest is en alle moed zinkt hen in de schoenen. Zij zijn ten einde raad: “ O Heer, hoe kan dit gebeuren? Heb ik niet altijd op mijn post gestaan voor U?”en zij verlangen te sterven onder de bremstruik (1 Kon 19:4). Daar komen ze tot bezinning en herinneren zich dat God hen had geboden te wachten op de kracht van Zijn Geest. Ze erkennen hun onmacht en roepen om hervorming en de Heer stilt de storm tot een zacht, strelend briesje. Zij beginnen opnieuw met God en met blijdschap bereiken ze de geheiligde doelen. Als God de tempel verlaten heeft omwille van de zonden van het volk, dan verandert een vruchtbaar land in een woestijn. Het aantal gelovigen neemt af en zij die blijven voelen zich vernederd aan alle kanten. Zijn heerlijkheid wordt niet meer gezien en mistroostige kerkelijke routine neemt de plaats in van blijdschap in de Here. Maar als zij zich bekeren van hun boze wegen, maakt Hij het dorre en dorstige land tot uitbundige fonteinen van levend water. Wie wijs is, let op deze dingen, hij slaat er acht op hoe de Heer telkens zijn liefde toont. (vs 43, GNB)
Prijs de Here want Hij is goed, Zijn goedertierenheid is tot in eeuwigheid!
Ingrid Wijngaarde, OGR Nederland
|