|
||
You are - home - My.agp - Devotional Room/ Dagelijks met God | ||
Devotional voor 21 mei 2001 Met Hem begraven in de doop WANDELEND IN ZIJN VOETSPOOR "Indien gij dan met Christus opgewekt zijt, zoekt de dingen, die boven zijn, waar Christus is, gezeten aan de rechterhand Gods." Colossenzen 3:1 Allen, die een nieuw leven willen beginnen, moeten begrijpen - alvorens zij zich laten dopen - dat zij de Here onvoorwaardelijke trouw dienen te bewijzen... dat de toepassing van de waarheid het voornaamste is. De vruchten zullen het karakter van de boom openbaren... Er is een volledige bekering tot de waarheid noodzakelijk. Er zijn kinderen die van kleins af aan geleerd hebben, dat de Sabbat gevierd moet worden. Sommigen van hen zijn hele goede kinderen en vervullen getrouw alle plichten zover het de tijdelijke zaken betreft. Zij hebben echter geen diepe overtuiging van zonde, en voelen geen noodzaak om zich van de zonde te bekeren... Omdat er in hun eigen leven geen zonden duidelijk zichtbaar naar voren komt, vleien zij zichzelf met de gedachte, dat het waarschijnlijk wel goed met hen staat. Tot deze jongeren, heb ik de opdracht te zeggen: 'Komt dan tot berouw en tot bekering, opdat uw zonden worden uitgewist.' Er wordt van ons geeist, dat we berouw hebben en wij ons bekeren; dat we geloven, en ons laten dopen. Christus was volkomen rechtvaardig, toch gaf Hij, de Heiland van de wereld, aan de mens het voorbeeld door uit Zichzelf de stappen te doen, die Hij verlangt dat de zondaar zal doen om een kind van God te worden, om zo een erfgenaam van de hemel te mogen worden. Als Christus, de vlekkeloze en reine Herschepper van de mens, Zich nederboog om datgene te doen, dat door de zondaar moest worden gedaan om tot bekering te komen, waarom zou iemand, die het licht van de waarheid op zijn pad heeft ontvangen, aarzelen om zijn hart aan God te onderwerpen en in ootmoed te belijden dat hij een zondaar is en zijn geloof te tonen in de verzoening door Christus d.m.v. woord en daad, waardoor Hij zich vereenzelvigt met hen, die belijden Zijn navolgers te zijn. Al degenen, die het leven van Christus bestuderen en Zijn onder¬wijzing in praktijk brengen, zullen Christus gelijk worden. Hun invloed zal gelijk zijn aan de Zijne. Zij zullen een gelijkmatig karakter openbaren. Omdat zij wandelen op het nederige pad van gehoorzaamheid en de wil van God doen, oefenen zij een invloed uit die leidt tot de vooruitgang van het werk van God en tot een gezonde zuiverheid van Zijn werk. |
||