Devotional voor 28 november

De laatste boodschap van genade

DE VREEMDE DAAD VAN GOD

"Want de Here zal opstaan, zoals op de berg Perasim; Hij zal in beweging komen, zoals in het dal bij Gibeon, om zijn werk te doen vreemd zal zijn werk zijn; en om zijn daad te verrichten - ongewoon zal zijn daad zijn." Jesaja 28:21

Met een feilloze nauwkeurigheid onderhoudt de Oneindige nog steeds een rekening met alle volken. Hij biedt Zijn genade zachtmoedig aan, met een oproep tot belijdenis en berouw, en daarmee kan de rekening worden voldaan. Maar als de cijfers oplopen tot een bepaald bedrag, dat God heeft vastgesteld, dan is het tijd voor de uitoefening van Zijn gramschap. Dan is de tijd afgesloten. Het goddelijk geduld is ten einde. Er is dan geen pleidooi meer om genade te bewerken voor hen.

Aan de profeet, die de eeuwen overziet werd deze tijd in een gezicht getoond. De volken van deze eeuw hebben zegeningen ontvangen die nooit eerder gegeven werden... Maar een toenemende hoogmoed, begerigheid, afgoderij, verachting van God en een snode ondankbaarheid, zijn opgeschreven in hun nadeel. Zeer spoedig zullen zij hun onvoldane rekening moeten afsluiten met God...

De crisis nadert snel. Het snelle oplopen van de getallen toont dat de tijd van Gods oordelen bijna gekomen is...

Voor onze barmhartige God is de uitoefening van de straf 'een vreemde daad'. "Zowaar Ik leef, spreekt de Here, Here, Ik heb geen lust aan de dood van de goddelozen..." (Ezech. 33:11). "Maar die de schuldige geenszins onschuldig houdt." "De Here is lankmoedig doch groot van kracht en Hij houdt de schuldige geenszins onschuldig" (Nahum 1:3). Door verschrikkelijke dingen zal Hij in gerechtigheid het gezag doen gelden van Zijn wet die vertreden werd. De gestrengheid van de vergelding, die de overtreder wacht, kan gemeten worden aan de weerzin van de Heer om het recht uit te voeren. Het volk dat Hij zo lankmoedig behandelt en dat Hij niet wil verpletteren, voordat de maat van hun ongerechtigheid naar Gods rekening is vervuld, zal uiteindelijk de beker drinken van Gods toorn, die ongemengd en zonder genade ingeschonken wordt.

Nadat God alles heeft gedaan, wat mogelijk was om mensen te verlossen en zij toch door hun leven bewijzen, dat zij de aangeboden genade verachten, zal de dood hun deel zijn, en dit zal een afschuwelijke dood zijn, want zij zullen de doodstraf moeten doorleven, die Christus leed aan het kruis. Zij zullen zich dan bewust worden, wat zij verloren lieten gaan; het eeuwige leven en de onsterfelijke erfenis.