Christus de “Vredevorst”

 

‘Zalig de vredestichters, want zij zullen kinderen Gods’ genoemd worden. “  Matth. 5:9

 

Christus is de “Vredevorst” (Jesaja 9: 6). Bij is gezonden om in de hemel en op aarde de vrede te herstellen, die door de zonde is verbroken. “Wij dan, gerechtvaardigd uit het geloof, hebben vrede met God door onze Here Jezus Christus.” (Rom. 5: 1). Al wie er mee instemt, de zonde af te zweren en zijn hart voor de liefde van Christus open te stellen, krijgt deel aan deze hemelse vrede.

 

Er is geen ander fundament voor vrede dan dit. De genade van Christus, die met het hart wordt aangenomen, onderwerpt vijandschap, het brengt twist tot bedaren en vult onze ziel met liefde. Iemand die vrede heeft met God en zijn medemensen kun je niet diep ongelukkig maken. In zijn hart zal geen afgunst zijn; voor achterdocht is daar geen plaats; haat kan niet bestaan. Het hart dat in harmonie met God leeft, heeft deel aan de hemelse vrede en zal vol zegen iedereen in zijn omgeving beïnvloeden. De geest van vrede zal als dauw rusten op harten die vermoeid en belast zijn door wereldse strijd.

 

De volgelingen van Christus worden met de vredesboodschap de wereld in gezonden. Ieder die, door de stille, onbewuste invloed van een heilig leven, de liefde van Christus laat zien; ieder die, door woord of daad, een ander ertoe brengt de zonde af te zweren en zijn hart aan God te onderwerpen, is een vredestichter.

 

En: “Zalig zijn de vredestichters, want zij zullen kinderen van God genoemd worden.” (Matth. 5: 9) De geest van vrede vormt het bewijs, dat zij met de hemel in verbinding staan. De zoete geur van Christus omringt hen. De geur van hun leven en de liefelijkheid van hun karakter tonen aan de wereld, dat zij kinderen van God zijn. De mensen kunnen aan hen zien dat zij bij Jezus horen.

“En het overblijfsel van Jacob zal te midden van vele volkeren zijn als dauw van de HEERE, als regenstromen op het groene kruid.”(Micha 5: 7 S.V.) — Gedachten van de Berg der Zaligsprekingen, blz. 3, 31.

 

Toen Jesaja de geboorte van de Messias voorzegde, schreef hij Hem de titel “Vredevorst” toe. Toen engelen de aankondiging aan de herders deden, dat Christus geboren was, zongen zij boven de velden rond Bethlehem: “Ere zij God in de hoge, en vrede op aarde bij mensen van het welbehagen.”(Luc. 2: 14).

Er bestaat een schijnbare tegenstelling tussen deze profetische uitspraken en de woorden van Christus: “Ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar het zwaard.” (Matth. 10: 34). Maar de twee zijn, indien juist verstaan, volkomen met elkaar in overeenstemming. Het evangelie is een vredesboodschap. Het Christendom is een geloofstelsel dat, indien het wordt aangenomen en gehoorzaamd, over de gehele aarde vrede, harmonie en geluk zal verspreiden. Het geloof in Christus zal allen die de leer daarvan aanvaarden in een hechte broederschap verenigen. Jezus werd gezonden om de mensen met God, en zo met elkaar, te verzoenen.
(De Grote Strijd, biz. 42, 43, "Christus weerspiegelen" blz.35, - E.G.White)