Noodzakelijkheid van ernstige
krachtinspanning (4)
De afgevaardigde dienstknechten van
Christus moeten in de kracht des
Geestes van hun Leidsman getuigen. Het
smachtend verlangen van de Heiland,
naar de redding van zondaren mot al
hun pogingen kenmerken. De
vriendelijke uitnodiging die het eerst
door Christus gegeven werd, moet door
menselijke stemmen herhaald, en door
de gehele wereld heen gehoord worden.
“ Die wil, neme het water des levens
om niet.” Openbaring 22:17.
De gemeente moet zeggen: “Kom.” Iedere
kracht in de gemeente moet ijverig
werkzaam zijn aan de zijde van
Christus. De volgelingen van Christus
moeten zich verenigen, in een sterke
poging om de aandacht van de wereld to
vestigen op de snel in vervulling
tredende profetieën. van Gods woord.
Ongeloof en spiritisme beginnen een
sterk houvast op de wereld te krijgen.
Zullen zij, aan wie groot licht
geschonken is, thans koud en ontrouw
zijn?
Wij, staan juist aan de rand van de
tijd der benauwdheid, en
moeilijkheden, waar wij nauwelijks van
dromen, wachten op ons. Een macht van
beneden leidt de mensen tot
krijgvoeren tegen de Hemel.
Mensen hebben zich met satanische
invloeden verbonden om de wet van God
te niet te doen. Da bewoners van de
wereld beginnen snel te worden wat de
bewoners van “de wereld in de tijd van
Noach waren, die door de zondvloed
werden weggenomen, en worden de
inwoners van Sodom gelijk, die door
vuur uit de hemel verteerd werden. De
machten van satan zijn aan het werk om
het verstand van de mensen aanhoudend
af te trekken van eeuwige
werkelijkheden.
De vijand heeft de zaken zo geregeld,
dat ze met zijn eigen plannen
overeenkomen. Wereldse bezigheden,
sport, mode van de dag, – die dingen
houden de gedachten van mannen en
vrouwen bezig. Vermakelijkheden en
onnutte leesstof bederven het
oordeel. Op de brede weg, die naar het
eeuwig verderf leidt, wandelt een
lange processie. De wereld vol,van
gewelddadigheid, brasserij en
dronkenschap, beïnvloedt do kerk. Gods
wet, de Goddelijke standaard van
gerechtigheid, wordt verklaard van
geen betekenis te zijn.
In deze tijd, – een tijd van
overweldigende ongerechtigheid – moet
een nieuw. leven, voortkomende uit de
Bron van alle Leven, bezit nemen van
degenen, die de, liefde Gods in hun
harten hebben, en zij moeten uitgaan
om de boodschap van een gekruisigde en
verrezen Heiland met kracht to
verkondigen. Zij, moeten ernstige
onvermoeide pogingen in het werk
stellen om zielen te redden. Hun
voorbeeld moet zodanig wezen, dat het
een voelbare invloed ten goede heeft
op degenen, die rondom hen zijn. Zij
moeten alle dingen schade achten te
zijn om de uitnemendheid der kennis
van Christus Jezus, onze Here.
Diepe ernst beheerst zich thans van
ons meester te maken. Onze sluimerende
werkkrachten moeten opgewekt worden
tot onvermoeide krachtsinspanning.
toegewijde arbeiders moeten uitgaan in
de velden om de weg to bereiden voor
da Koning en nieuwe plaatsen te
overwinnen. Mijn broeder, mijn zuster,
raakt het u niet te weten, dat er elke
dag zielen ten grave dalen
ongewaarschuwd en niet gered, onwetend
aangaande hun behoefte aan een eeuwig
leven en de verzoening, die de Heiland
voor hen deed? Raakt het u niet, dat
de wereld zich weldra voor Jehova zal
moeten verantwoorden, en voor het
verbreken van Zijn wet? Engelen in de
hemel verwonderen zich, dat zij, die
zoveel jaren lang het licht gehad
hebben, de fakkel der waarheid niet
tot de duistere plaatsen der aarde
hebben gebracht.
De oneindige waarde van het offer, dat
voor onze verlossing geëist werd,
brengt het feit aan het licht dat de
zonde een ontzaglijk, kwaad is. God
had deze vuile smet op de schepping
kunnen uitwissen door de zondaar van
de aarde te. verdoen. Maar Hij heeft
de wereld alzo lief gehad, “dat Hij
Zijn Eniggeboren Zoon gegeven heeft,
opdat een iegelijk, die in Hem gelooft
, niet verderve, maar het eeuwige
leven hebbe.” Joh, 3: 16. Waarom maken
wij, dan niet meer ernst?
Waarom zijn er zo velen onder ons die
niets doen? Waarom trachten niet
allen, die voorgeven God lief te
hebben, om hun naaste en hun bekenden
in te lichten, zodat zij niet langer
aangaande zulk een grote zaligheid
onwetend zijn?
Gebrek aan medegevoel
Er heerst tegenwoordig onder
belijdende christenen een vreselijk
gebrek aan medegevoel, dat
verschuldigd is aan zielen, die niet
behouden worden. Hoe kunnen wij, de
heiligheid en het gewicht verstaan van
het werk, waartoe wij, geroepen worden
met de woorden: “Waakt voor zielen,
als die rekenschap geven zullen,”
tenzij onze harten kloppen in
overeenstemming met het hart van
Christus? Wij, spreken over
christelijke zending. Het geluid van
onze stemmen wordt gehoord; maar
gevoelen wij Christus’ tedere. hart
verlangen naar zielen?
De Heiland was een onvermoeide
arbeider. Hij mat Zijn werk niet bij
uren af. Zijn tijd, Zijn hart, Zijn
kracht gaf Hij, om voor het welzijn
van de mensheid te arbeiden. Hij gaf
gehele dagen aan dat werk en ganse
nachten bracht Hij in het gebed door
opdat Hij gewapend mocht zijn om de
geslepen vijand in al zijn bedrieglijk
werkte kunnen weerstaan, en gesterkt
te worden tot het doen van Zijn werk
van verheffing en wederoprichting van
de mensheid.
De man,
die God lief heeft, meet zijn werk
niet af bij het acht –urenstelsel. Hij
werkt altijd, en is nooit vrij. Waar
Hij, gelegenheid heeft doet Hij goed.
Overal en ten alle tijden en op alle
plaatsen, vindt hij gelegenheid om
voor God te werken. Hij verspreidt een
goede reuk, waar hij ook gaat. Een
weldadige atmosfeer
omgeeft zijn ziel. De
schoonheid van zijn goed geregeld
leven en zijn goddelijke wandel
boezemen andere vertrouwen, hoop en
moed in....
Het zijn zendelingen,
die door hun hart gedreven worden,
waar behoefte bestaat. Ongestadige
pogingen zullen weinig goeds
uitrichten. Wij moeten; de aandacht
trekken. Wij moeten in diepe ernst
zijn. Door krachtig strijd te voeren,
te midden van tegenstand, gevaar,
verlies, en menselijk lijden, moet het
werk van de redding van zielen
voortgezet worden. Tijdens een zekere
veldslag gebeurde het, dat, toen één
van de regimenten van de aanvallende
macht door de legerscharen der vijand
teruggedreven werd, werd de
vaandeldrager, die voor de gelederen
uitging, niet wilde wijken toen de
troepen terugtrokken. De kapitein riep
hem toe dat hij de vlag terug moest
brengen; maar het antwoord van de
vaandeldrager luidde: ‘Breng de
soldaten terug naar de vlag!” Dat is
het werk dat op iedere getrouwe
vaandeldrager rust, – de soldaten naar
de vlag terug brengen. De Here vraagt
om volkomen toewijding. Wij weten
allen dat de zonde van veel belijdende
christenen hierin bestaat, dat zij; de
moed en de geestkracht missen om
zichzelf en hen, met wie zij verbonden
zijn tot de rechte standaard te
brengen.
Uit alle landen komt het Macedonische
verzoek: “Kom over en help ons. “God
heeft arbeidsvelden voor ons geopend,
en indien menselijke werkkrachten
wilden samenwerken met Goddelijke
werkkrachten., zouden er veel, veel
meer zielen voor de waarheid gewonnen
worden. Maar het belijdende volk des
Heren heeft geslapen bij het hun
aangewezen. werk, en op veel plaatsen
is het betrekkelijk onaangeroerd
gebleven. God heeft boodschap op
boodschap gezonden om onze mensen op
to wekken om iets te doen, en het…..
nu to doen. Maar op de vraag, “Wie
zal Ik zenden?” zijn er weinigen
geweest die geantwoord hebben: “ zie,
hier ben ik, zend mij.” Jes. 6: 8.
Wanneer de blaam van traagheid en
luiheid van de gemeente zal worden
weggenomen, zal de Geest des Heren
zich genadiglijk vertonen. Goddelijke
kracht zal geopenbaard worden. De
gemeente zal het voorzienigheidswerk
van de Here der heirscharen zien. Het
licht der waarheid zei met heldere,
sterke stralen schijnen, en gelijk in
de tijd van do apostelen, zullen zich
vele zielen ven dwaling tot de
waarheid bekeren. De aarde zal
verlicht worden door de heerlijkheid
des Heren.
Engelen in de hemel hebben lang
gewacht op menselijke medewerkers,
leden van de gemeente, om met hen
samen te staan in hot grote werk, dat
gedaan moet worden. Zij wachten op, u.
Het arbeidsveld is zó groot, het plan
zoveelomvattend, dat ieder geheiligd
hart in dienst zei moeten genomen
worden als een werktuig van Goddelijke
kracht.
Tegelijkertijd zal er een kracht zijn,
die ondergronds werkt. Terwijl Gods
werktuigen van barmhartigheid arbeiden
door de dienst van toegewijde mensen,
zet satan zijn werkkrachten in
beweging, en legt allen, die zich aan
zijn beheer onderwerpen, de
verplichting op van te werken. Er
zullen vele heren en vele goden zijn.
Do kreet zal gehoord worden, “Zie hier
is de Christus.” en, “Zie, daar is de
Christus.” Overal zullen sluwe
plannen zich openbaren, die satan
beraamt met het doel om de aandacht
van mannen en vrouwen van de plicht
van het ogenblik af te trekken. Er
zullen tekenen en wonderen gezien
worden. Maar hot oog des geloofs zal
in al deze openbaringen de voorlopers
herkennen van de grote en vreselijke
toekomst, en van de triomf, welke Gods
volk wacht.
Werkt, o werkt, met de eeuwigheid voor
ogen Gedenk er aan dat iedere kracht
geheiligd moet worden, Er moet een
groot werk worden verricht. Laat
het gebed van ongeveinsde lippen
vloeien; …... “God zij ons genadig, en
zegene ons; Hij doe Zijn aangezicht
over ons lichten; ….. opdat men op de
aarde Uw weg kenne, onder alle
Heidenen Uw heil.” Psalm 67: 1,2.
Zij die, zelfs in beperkte mate
beseffen wat verlossing voor hen en
hun medemensen betekent, zullen
wandelen door geloof, en zullen tot op
zekere hoogte de grote behoeften van
de mensheid verstaan. Kun harten
zullen door medelijden bewogen worden,
wanneer zij, de alom verspreide
armoede in onze wereld zien, – de
armoede van de scharen, die gebrek
aan voedsel en kleding hebben, en de
zedelijke armoede van duizenden die
onder een vreselijke doem leven, in
vergelijking waarmee lichamelijk
lijden in het niet verzinkt.
Gemeenteleden moeten niet vergeten dat
het feit, dat hun namen in het
gemeenteboek staan:, hen niet zal
zalig maken. Zij moeten zich Gode
beproefd voorstellen, arbeiders, die
niet beschaamd maken. Zij moeten dag
na dag hun karakters opbouwen volgens
de aanwijzingen van Christus. Zij,
moeten in Hem blijven, en voortdurend
geloof in Hem beoefenen. Op deze wijze
zullen zij opgroeien tot de mate van
de grootte der volheid van mannen en
vrouwen in Christus, – gezonde,
opgeruimde, dankbare Christenen, die
door God tot helderder en steeds
helderde licht geleid worden. Indien
dit niet hun ervaring is, zullen zij
onder degenen zijn,die hun stem
eenmaal in bittere klaagtonen zullen
verheffen: “De oogst is ingezameld, da
zomer is voorbij, en mijn ziel is niet
behouden! Waarom ben ik. niet naar de
Burcht gevlucht voor veiligheid?
Waarom heb ik gespeeld met de
zaligheid van mijn ziel, en heb da
Geest der genade smaadheid aangedaan?”
“De grote dag des Heren is nabij, hij,
is nabij, en zeer haastende.” Zef.
1:14. Laat onze voeten geschoeid zijn
met evangelie –schoenen, bereid om
onmiddellijk als het gevraagd wordt op
mars te gaan. Ieder uur, iedere minuut
is kostbaar. Wij hebben geen tijd te
verspillen in zelfbevrediging. Overal
om ans heen komen zielen in de zonde
om. Iedere dag is er iets te doen voor
onze Heer en Meester, iedere dag
moeten wij, zielen wijzen op, het Lam
Gods, dat de zonde der wereld
wegneemt.
“Daarom, zijt ook gij bereid, want in
welke ure gij het niet meent, zal da
Zoon des mensen komen.” Matth. 24: 44
Begeeft u ‘s avonds ter ruste na
iedere zonde beleden te hebben. Zo
deden wij in 1844, toen wij
verwachtten de Here tegemoet te gaan.
En nu is deze grote gebeurtenis nader,
dan toen wij eerst geloofd hebben.
Zijt altijd bereid, in de avond, in de
morgen en op de middag, dat wanneer de
kreet gehoord wordt: Ziet, de
bruidegom komt, gaat uit Hem tegemoet,
u al ontwaakt zijt uit de slaap, met
uw lampen bereid en brandende kunt
uitgaan, om Hem te ontmoeten.
(9. Testimonies p.43 - 48 - E.G.White)