|
HOOFDSTUK 6.
VERS 2. MEDEWERKING MET GOD VERMIJDT EREDIENST OP DE MANIER VAN KAIN.
Had de mens met God medegewerkt, dan zouden er nooit geen godsdienstbeoefenaars
geweest zijn op de wijze van Kain. Het voorbeeld van gehoorzaamheid van Abel zou
gevolgd geweest zijn. De mens zou de wil van God volbracht hebben. Zij zouden
Zijn wet gehoorzaamd hebben, en in gehoorzaamheid zouden zij heil gevonden
hebben. God en het hemelse universum zou hen geholpen hebben om de goddelijke
gelijkenis behouden te hebben. Lange levensduur zou verzekerd geweest zijn; en
God zou behagen gevonden hebben in het werk Zijner handen. RH Dec. 27, 1898.
VERS 3. (Petrus 3 : 18 - 21 ). GOD
PREDIKTE DOOR SET, ENOCH, NOACH.
God verleende hen honderdtwintig jaar als proeftijd om te overwegen, en
gedurende deze tijd predikte God door de mond van Set, Enoch en Noach. Zij
worden voorgesteld als mensen opgesloten in een gevangenis. Hadden zij
geluisterd naar de getuigenis van deze betrouwvolle getuigen, hadden ze zich
bekeerd en waren ze teruggekeerd naar hun getrouwheid, dan zou God hen niet
vernietigd hebben. MS 27, 1899.
ENOCH LEGDE ONWRIKBAAR GETUIGENIS AF.
V66r de vernietiging van de antediluviaanse wereld, gaf Enoch, een onwrikbare
getuigenis. RH Nov. 1, 1906. STEMMEN VAN NOAH EN METHUSALAH GEHOORD.
God besliste de wereld te vernietigen door een vloed; maar in Zijn
barmhartigheid, gaf Hij de mensen van vóór de zondvloed een proeftijd
(genadetijd) van honderd twintig jaar. Gedurende deze tijd, terwijl de ark
gebouwd werd, werden de stemmen van Noach, Methusalah en van vele anderen
gehoord met vermaning, en smeking; iedere klop geslagen op de ark was een
verwittigingsboodschap. (lbid. , Sept. 19, 1907 )
SOMMIGEN GELOOFDEN, ANDEREN VIELEN WEER IN ZONDE.
Honderd twintig jaar predikte Noah de boodschap van waarschuwing aan de
antediluviaanse wereld; maar slechts weinigen bekeerden zich. Sommige van de
timmerlieden, die medewerkten in de opbouw van de ark geloofden de boodschap
maar stierven vóór dat de zondvloed kwam; anderen van Noah's bekeerlingen werden
terug afvallig. MS 65, 1906.
Sommigen van deze die geloofden behielde hun geloof en stierven als
overwinnaars. MS 35, 1906.
ENOCH'S RELIGIEUZE ERVARING EEN OVERTUIGENDE PREDIKING. (Judas : 14 - 15)
Het sermoen gepredikt door Enoch, en zijn opneming ten hemel was een overtuigend
argument voor al dezen die in de tijd van Enoch leefden. Het was een argument
dat Methusalah en Noah konden gebruiken met macht om aan te tonen dat de
rechtvaardigen konden in de hemel opgenomen worden. MS 46, 1895.
OMGANG MET ONGELOVIGEN VEROORZAAKTE DE TELOORGANG.
Deze, die geloofden, als Noah begon met zijn ark te bouwen, verloren hun geloof
door omgang met ongelovigen, die de oude begeerten voor vermaak en praal deden
ontstaan. RH. Sept. 15, 1904.
(Joh. 3 : 8) CHRISTUS IN STRIJD IN DE TIJD VAN NOAH.
"Hiertoe is de Zoon Gods geopenbaard, opdat Hij de werken des duivels verbreken
zou". Christus was in aktie in de strijd in de dagen van Noah. Het was Zijn
stem, die sprak tot de bewoners van de oude wereld in de boodschappen van
waarschuwing, berisping, en uitnodiging. Hij gaf aan het volk een genadetijd van
honderd twintig jaar, waarin zij zich konden bekeren. Maar zij kozen de
misleidingen van Satan, en kwamen om in de waters van de vloed. lbid. , Maart,
1901.
VERS 4. GROTE KUNST EN UITVINDINGEN GINGEN
TELOOR.
Er gingen groter uitvindingen van kunst en menselijke bekwaamheden teloor in de
zondvloed, dan de wereld heden ten dage kent. De vernietigde kunsten waren
waardevoller dan de beroemdste kunsten van heden. Brief 65, 1898.
Hoe won de mens kennis in om te weten hoe zich te richten en te verzinnen 7
Van de Heer, door het bestuderen van de vorming en de gewoonten van
verschillende dieren. Ieder dier is een lesboek, en uit de manier, waarop zij
gebruik maken van hun lichamen en uit de aard van de wapens die hun beschermen,
heeft de mens geleerd toestellen te maken voor ieder soort van werk. Moest de
mens enigszins weten hoe veel kunsten voor onze wereld van nu verloren gegaan
zijn, zouden zij niet spreken op zo een vaardige wijze van de duistere eeuwen.
Hadden zij kunnen zien, hoe God eens gewerkt heeft doorheen menselijke
onderdanen, zouden zij met minder vrijmoedigheid spreken van de kunsten van de
antediluviaanse wereld. Er is meer verloren gegaan in de vloed, op alle gebied,
dan de mensen heden ten dage weten. Als God naar de wereld keek, zag God dat het
intellekt, dat Hij aan de mens gegeven had, verdorven was, dat "het gedichtsel
van de gedachten zijns harten ten allen dage alleenlijk boos was". God had aan
deze mensen kennis gegeven. Hij had hen waardevolle ideeën gegeven, opdat zij
Zijn plan zouden kunnen uitwerken. Maar de Heer zag dat deze, wien Hij bestemd
had, dat zij zouden wijsheid, takt en oordeel bezitten, dat zij iedere kwaliteit
van de geest gebruikten tot zelfverheffing. Hij vernietigde dit langlevende ras
van de aarde weg en met hen verging de kennis, die zij enkel gebruikt hadden
voor het kwaad. Als de aarde herbevolkt werd, vertrouwde God de mens spaarzamer
Zijn wijsheid toe, door hen slechts de vaardigheid te schenken, die hij nodig
had om Zijn groot plan ten uitvoer te brengen. Brief 24, 1899.
MISLEIDINGEN IN VERBAND MET HET PRINCIPE "VOORUITGANG". 93.
Ware kennis is afgenomen bij iedere zich
opeenvolgende generatie. God is oneindig, en het eerste volk, dat de aarde
bevolkte, ontving zijn onderricht van de oneindige God, die de wereld gemaakt
heeft. Deze, die hun kennis rechtstreeks van de oneindige wijsheid ontvingen,
waren niet onvolkomen in de aard van hun kennis.
God onderrichtte Noah hoe hij deze reusachtige ark moest maken, tot zijn eigen
redding en deze van zijn familie. Hij lichtte ook Mozes in hoe hij het
tabernakel en het borduurwerk, en bedreven werk ter versiering van het heiligdom
moest maken.
De vrouwen maakten met grote vindingrijkheid het borduurwerk van zilver en goud.
Er was geen gebrek aan handige mannen om de ark, met tabernakel en de gereien
van vol goud te vervaardigen.
God gaf aan David een patroon van de tempel, die Salomon moest bouwen. Alleen
zeer handige mannen in het tekenen en in de kunst waren toegelaten om iets te
verwezenlijken in het werk. Iedere steen van de tempel werd gereed gemaakt om
ten volle zijn plaats te bekleden, alvorens hij in de tempel verwerkt werd.
En de tempel kwam tot stand zonder het geluid van een bijl of een hamer. Er is
zulk geen gebouw gevonden in de wereld, wat schoonheid, rijkdom en pracht
betreft.
Er zijn nu vele uitvindingen en vooruitgang, en werkuitsparende machines, die de
ouden niet hadden. Zij hadden ze niet van doen....
Hoe langer de tijd verloopt, waarop de aarde onder de vloek zucht, hoe
moeilijker het geworden is om haar te bewerken en haar produktief te maken. Als
de grond schraler geworden is, en er dubbel werk is moeten gedaan worden, heeft
God uitvindingsfakulteiten bij de mens wakker geroepen om gereedschappen te
vervaardigen het werk te verlichtenop het land, waarop de vloek vermeerderde.
Maar God is niet tegenwoordig in alle uitvindingen van de mens. Maar Satan heeft
de geest van de mens grotelijks beinvloed en heeft de mens opgejaagd tot nieuwe
uitvindingen, die hem God hebben doen vergeten.
Wat het gehalte van het intellekt betreft, kan men de mens, die nu leeft niet
vergelijken bij deze, die in die oude tijden geleefd hebben. Er zijn meer oude
kunsten verloren gegaan dan welke de huidige generatie nu bezitten. Wat
vaardigheid en kunst betreft, kunnen dezen die nu in deze gedegenereerde periode
leven, niet devergelijking doorstaan met de kennis, die het bezit was van sterke
mensen, die bijna duizend jaar leefden. De mensen van vaar de vloed leefden
verschillende honderden jaren, en als zij honderd jaar oud waren,
waren ze nog in hun jeugd. Deze langlevende mensen hadden een gezonde geest in
een gezond lichaam. Hun geestelijke en fysische geschiktheid was zo omvangrijk,
dat een vergelijking met het huidige geslacht geen zin heeft. Deze oude
generatie had ongeveer duizend jaar om kennis op te doen. Zij kwamen tot de fase
van aktiviteit tussen de zestig en de honderd jaar, op de ouderdom, waarop
dezen, die nu het langst leven, hun doel volbracht hebben in hun kort
levensbestaan en het toneel verlaten hebben.
Deze, die misleid worden en gevleid met het bedrog, dat deze tijd een periode is
van werkelijke vooruitgang en dat het menselijke ras in zijn verleden
geschiedenis vooruitgegaan is in ware kennis, zijn onder de invloed van de vader
van de leugen, wiens werk immer geweest is om de waarheid, die van God komt te
verdraaien in leugen. 4 SG 154 - 56.
REUZEN VOOR DE ZONDVLOED. Bij de eerste verrijzenis komen allen uit het graf met
onsterfelijke gedaanten, maar bij de tweede verrijzenis, zijn de kentekens van
de vloek zichtbaar. Allen staan op zoals zij in hun graf gedaald zijn.
Deze, die vóór de vloed leefden, zullen te voorschijn komen met hun reusachtige
gestalte, maar dan dubbel zo groot als de mens, die nu op de aarde leeft, en zij
waren goed geproportioneerd. De generatie na de vloed, was kleiner in gestalte.
3SO 84.
VERS 5. ONTAARD TENGEVOLGE VAN LICHTZINNIGHEID TOT VERLAGENDE ZONDE.
Wij hebben de geschiedenis van de antediluvianen, en van de steden van de
vlakte, wiens aard van gedrag tengevolge van lichtzinnigheid en wuftheid
ontaardde tot verlagende zonden, die de wraak van God naar beneden haalde in een
verschrikkelijke vernietiging om de aarde te ontdoen van haar bezoedelende
invloed. Neigingen en passies hadden het overwicht over de rede. Hun eigen zelf
was hun god en de kennis van de Allerhoogste was bijna uitgewist door
zelftoegeving aan verdorven passies. Brief 74, 1896.
VERDORVEN HETGEEN WETTELIJK WAS.
De zonde van de antediluvianen bestond hierin, dat zij dat verdorven maakten,
wat in zichzelf wettelijk was. Zij verdierven de gaven van God door ze te
gebruiken tot het bevredigen van hun eigen begeerten. Het toegeven aan eetlust
en lage lusten maakte al het "gedichtsel der gedachten hunner harten te allen
dage alleenlijk
boos". De antediluvianen waren slaven van Satan, geleid door hem en onder zijn
toezicht. MS 24, 1891.
VERDORVEN DOOR TEGENNATUURLIJKE EETLUST.
De inwoners van de tijd van Noach werden vernietigd, omdat zij verdorven waren
wegens toegeven aan hun tegennatuurlijke eetlust. ST. Sept. 2, 1875.
VERERING EN ZELFBEVREDIGING; GEKOESTERDE MISDAAD.
Zij verafgoodden zelfbevrediging, - eten, drinken, feestelijkheden, - en gaven
zich over aan handelingen van geweld en misdaad, als hun begeerten en passies
erdoor aangetast waren.
In de dagen van Noah was de verpletterende meerderheid gekant tegen de waarheid,
en verzot op een weefsel van leugens. Het land was vervuld met geweld. Oorlog,
misdaad, moord, was aan de orde van de dag. Juist zo zal het zijn vóór de tweede
komst van Christus. MS 24, 1891.
VERS 12 - 13. NOAH IN HET BELACHELIJKE
GETROKKEN.
Vóór de vernietiging van de oude wereld door de vloed, waren er talentvolle
mensen, die vaardigheid en kennis bezaten. 94
Maar zij werden verdorven in de gedachten
huns harten omdat zij God links lieten liggen bij het maken van hun plannen en
raden. Zij waren wijs om te doen, wat God hen nooit gezegd had te doen, wijs om
kwaad te doen. De Heer zag dat dit voorbeeld schadelijk zou zijn voor dezen die
nadien zouden geboren worden, en hij nam de zaak in handen. Gedurende honderd
twintig jaren zond Hij hen waarschuwingen door de mond van Zijn dierbare Noah.
Maar zij gebruikten de genade, die hen zo gratievol verleend werd in het
belachelijk maken van Noach. Zij maakten van hem een karikatuur en kritikeerden
hem. Zij lachten hem uit wegens zijn kortzichtige ernst en diep aanvoelen in
verband met de oordelen, waarvan hij verklaarde dat God ze zekerlijk zou ten
uitvoer brengen. Zij spraken van wetenschap en van de wetten, die de natuur
beheersten. Dan amuseerden ze zich met de woorden van Noah, door hem een gekke
fanatikus te noemen. Gods geduld was uitgeput. Hij zegde tot Noah: . "Het einde
van al wat leeft is door Mij besloten, want door hun schuld is de aarde vol
geweldenarij, en zie, ik ga hen met de aarde verderven". MS 29, 1890.
VERS 17. ( 2 Petr. 3 : 10; Openb. 14 : 10)
KOLEN EN OLIE MIDDELS BIJ DE EINDVERNIETIGING.
Deze majestueuse bomen, die God veroorzaakt had te groeien op aarde, ten
voordele van de inwoners van de oude wereld, en die zij gebruikt hadden om er
idolen van te maken, en om er zichzelf mede te verderven, heeft God in de
aardbodem in reserve geplaatst in de vorm van kolen en olie om als middels te
gebruiken bij de vernietiging van de aarde. Als Hij de waters uit de aarde
opriep in de tijd van de zondvloed, als een wapen van zijn tuighuis om de
vernietiging van de antediluvianen te vervullen, zo zal Hij op het einde der
duizend jaren het vuur uit de aarde oproepen als een wapen, dat Hij voorbehouden
heeft voor de eindvernietiging niet alleen van de opeenvolgende generaties
sedert de vloed, maar ook van het antediluviaanse ras van de vloed. 38 G 87.
VERS 18 - 22.: PP Hfds. De Zondvloed.
De afstammelingen van Set werden de zoons van God genoemd; de afstammelingen van
Kain, de zoons van de mensen. Als de zonen van God zich vermengden met de zonen
van de mensen, werden zij verdorven en verloren, door onderling huwelijk en de
invloed van hun vrouwen, hun specifiek heilig karakter, en zij verenigden zich
met de zonen van Kain in hun afgoderij. Velen zetten de vrees van God opzij en
vertraden de wet van God met de voeten. Maar daar waren er enkelen, die
gerechtigheid deden, die Hun Schepper vreesden en eerden. Noah en zijn familie
behoorden bij deze weinigen.
De verdorvenheid van de mens was zo groot en breidde zich op zo een vreselijke
wijze uit, dat het God berouwde dat Hij de mens gemaakt had op de aarde, want
Hij zag dat de verdorvenheid van de mens groot was, en dat iedere verbeelding
van de gedachten van zijn hart slecht en boos waren, bestendig. Meer dan honderd
jaar vbbr de zondvloed, zendt de Heer een engel naar de gelovige Noah om hem
bekend te maken dat hij niet langer barmhartigheid zal uitvoeren met het
verdorven ras. Want Hij wilde hen niet onwetend laten nopens Zijn bedoelingen.
Hij wilde Noah onderrichten en van hem een gelovige prediker maken om de wereld
te verwittigen nopens haar komende vernietiging, opdat de inwoners van de aarde
zonder verontschuldiging zouden zijn. Noah moest prediken tot het volk, en ook
een ark bouwen zoals God het hem wijzen zou voor de redding van hemzelf en zijn
familie.
Noah en zijn familie waren niet alleen in de vreze Gods en in het Hem
gehoorzamen. Maar Noah was de vroomsten en de heiligste vanallen op de aarde en
hem behield God het leven om Zijn wil te volbrengen in het bouwen van de ark en
in het waarschuwen van de wereld nopens zijn komende ondergang. Methusalah de
grootvader van Noah, leefde tot aan het jaar van de zondvloed; en er waren er
anderen, die de prediking van Noah aannamen, en hem medehielpen in het bouwen
van de ark en die stierven vóór de waters kwamen van de vloed. Noah veroordeelde
de wereld door zijn prediking en zijn voorbeeld in het bouwen van de ark. God
geeft aan allen die de keuze doen de kans tot bekering en terugkeer naar Hem.
Zij lachten met zijn vermaningen en trokken dat groot tuig op droog land in het
belachelijke.
Noah's inspanningen om zijn evenmens tot hervorming te brengen, had geen gevolg.
Maar meer dan honderd jaar hield hij vol in zijn pogingen om de mens tot
bekering en tot God te brengen. Iedere klop op de ark was een prediking voor het
volk. Noah leidde, hij predikte, hij werkte, terwijl het volk met verbazing
stond te kijken en hem aanzag als een fanatikus. Story of Redemption 62 - 63.
2 PP.
"Iedere handeling, hoe klein ook, heeft haar plaats in het grote drama van het
leven. Stel u voor dat de begeerte voor een enkele toegeving van eetlust zonde
in de wereld inbracht, met haar verschrikkelijke gevolgen. Niet toegelaten
huwelijken van de zonen van God met de dochters van de mensen eindigden in
afval, die de vernietiging van de wereld door de zondvloed als gevolg hadden. De
meest onbeduidende handeling van zelftoegeving is uitgelopen op grote
revoluties. Dit is nu ook het geval. Er zijn weinigen, die behoedzaam zijn.
Gelijk de kinderen Israël's, willen zij geen aandacht schenken aan woorden van
raad, maar zij volgenhun eigen neigingen. Zij werken samen met het werelds
element hopende in gezelschappen te komen, waar zij in acht zullen genomen
worden en zo de weg te tonen en dat anderen volgen moeten. Wat eens gedaan
geweest is zullen zij en ook anderen opnieuw doen. Iedere stap die zij doen
werkt een blijvende invloed uit, niet alleen op hun eigen geweten en gewoonten
maar ook op deze van anderen. Deze consideratie geeft eerbiedvolle waardigheid
aan het menselijk leven. Test. (93. )
3. "Honderd en twintig jaar verkondigde Noah de boodschap aan de antediluvianen
maar slechts weinigen bekeerden zich Er waren weinig rechtvaardigen op de aarde,
en slechts acht gingen de ark binnen ... Fundamentals of Christian Education.
504.
"In de dagen van Noah, verwierpen de inwoners van de oude wereld al spottend wat
zij noemden, de bijgelovige angsten en voorspellingen van de prediker van
gerechtigheid. Hij werd beschuldigd, dat hij een visionaire geaardheid had, dat
hij een fanatikus was en een alarmroeper. "Want zoals het was in de dagen van
Noach, zo zal de komst van den Zoon des mensen zijn". Math. 24 : 37.
gen.
96.
De mensen zullen de plechtige boodschap van waarschuwing verwerpen in onze dagen
zoals zij het deden in de tijd van Noah. Zij zullen hiervoor verwijzen naar de
valse leraars, die de gebeurtenis voorspeld hebben en een bepaalde tijd
vastgesteld hebben, en zij zullen zeggen, dat zij niet meer geloof hechten aan
onze waarschuwingen dan aan de hunne. Dat is de houding van onze huidige wereld.
Ongeloof is wijd verspreid, en de wederkomst van Christus wordt bespot en
uitgelachen. Dit maakt het nog meer essentieel, dat dezen, die de tegenwoordige
waarheid geloven, hun geloof zullen laten blijken door hun werken. Zij zullen
geheiligd worden door de waarheid, die zij belijden te geloven; want zij zijn
een geur van leven ten leven of van dood tot dood. Noah predikte tot het volk
van zijn tijd dat God hen honderd jaar zou schenken gedurende dewelke zij
zichkonden bekeren van hun zonden en bescherming konden vinden in de ark, maar
zij weigerden het liefdevol aanbod. Er was hen een overvloedige tijd gegeven om
zich van hun zonden af te keren, hun slechte gewoonten te overwinnen, en een
rechtvaardig karakter te ontwikkelen. Maar toegeving aan zonde, alhoewel in
zwakke mate in het begin bij velen, versterkte door herhaalde toegeving en dreef
hen tot reddeloze ondergang. De genadevoile waarschuwing van God werd met
spotlach verworpen en met hoon; en zij werden in duisternis gelaten om de loop
te volgen, die hun zondig hart gekozen had. Maar hun ongeloof belette niet, dat
de voorspelde gebeurtenis zich volbracht. Zij kwam, en groot was de wraak van
God, die gezien werd in deze algemene ondergang.
Deze woorden van Christus zullen nederzinken in de harten van al deze, die in de
tegenwoordige waarheid geloven: "Ziet toe op uzelf, dat uw hart nimmer bezwaard
worde door roes en dronkenschap en zorgen voor levensonderhoud, en die dag niet
plotseling over u kome, als een strik". Lucas 21 : 34. Ons gevaar is voorgesteld
voor ons door Christus zelf. Hij kent de gevaren, die wij zullen ontmoeten in
deze laatste dagen, en wil ons erop voorbereiden. "Zoals het was in de dagen van
Noah, zo zal het zijn in de dagen van de Zoon des mensen". Zij waren etende en
drinkende, plantende en bouwende, huwende en ten huwelijk gevende en beseften
niets tot op de dag dat Noah in de ark trad, en de vloed kwam en hen allen
wegnam. De dag van God zal de mens vinden op de zelfde wijze opgeslorpt in zaken
en plezier van de wereld, in feesten en in overdaad, en in het toegeven aan
verdorven eetlust, in het bezoedelend gebruik van likeur en van verdovende
tabak. Dat is nu reeds de toestand van de wereld, en de toegevingen worden ook
gevonden onder dezen, die zich het belijdend volk van God noemen, sommigen van
hen volgen de gewoonten van de wereld en nemen deel aan de zonden van de wereld
Test. 4 : 309.
5. "Sedert de eerste toegeving aan eetlust, is het mensdom meer en meer
zelftoegevend geweest, totdat de gezondheid geofferd geweest is op het altaar
van de eetlust. De bewoners van de antediluviaanse wereld waren onmatig in eten
en drinken. Zij wilden vleesgerechten, ofschoon God in die tijd geen toelating
gegeven had dierlijk voedsel te eten. Zij aten en zij dronken, totdat de
toegeving aan hun bedorven eetlust geen grenzen kende, en zij werden zo
verdorven, dat God met hen niet langer geduld had. Hun kelk van ongerechtigheid
was vol, en Hij reinigde de aarde van haar morele bevuiling door de zonvloed".
Counsels on Health 109. Hoe was het in de dagen van Noah? "En de Here zag, dat
de boosheid des menschen menigvuldig was op de aarde, en al het gedichtsel der
gedachten zijns harten te allen dage alleenlijk boos was". Gen. 6 : 5. De
inwoners van de antediluviaanse wereld keerden zich af van Jehova, zijn heilige
wil weigerend te doen. Zij volgden hun eigen onheilige inbeeldingen en verdorven
gedachten. Het was wegens hun verdorvenheid, dat zij verdelgd werden; en heden
ten dage volgt de wereld dezelfde weg. Het zijn geen vleiende voortekenen van
duizend jaar heerlijkheid. De overtreders van Gods wet vervullen de aarde met
zondigheid. Hun wedden, hun paardenrennen, hun hokken, hun losbandigheid, hun
wellustige gebruiken, hun niet te beteugelen passies, vullen de wereld met
geweld". Desire of Ages 633.
"Onze grote steden bereiken snel de toestand voorgesteld door de toestand van de
wereld voor de vloed, als God zag, "dat de boosheid des menschen menigvuldig was
op de aarde, en al het gedichtsel der gedachten zijns harten te allen dage
alleenlijk boos was". God onterende zonden worden bedreven door mensen, die in
herenwoningen wonen; maar sommigen van hen zullen overtuigd worden en bekeerd,
onder de prediking van de laatste test-boodschap". Evangelisme 567.
Rev. and Her. Sept. 30, 1902.
Ik sprak tot de onderwijzers in een boodschap van berisping. Al de onderwijzers
behoeven oefening, eenverandering van bediening. God heeft uitgestippeld dat dit
zou nuttig en praktisch werk zijn; maar gij zijt afgeweken van Gods plan, om
menselijke uitvindingen te volgen, en dat ten koste van het geestelijk leven.
Niet één jota of titel van de na-invloed van een opvoeding in deze lijn kan u
waardig maken om de zware strijd in deze laatste dagen te trotseren. Welk een
soort van opvoeding ontvangen uw onderwijzers en studenten? Heeft God zulk een
soort van oefeningen ( oefeningen voor bokssport) voorgeschreven, of zijn zij
ingevoerd door menselijke uitvindingen of inbeeldingen? Hoe wordt de geest
voorbereid voor beschouwing en meditatie, en ernstige gedachten, en voor de
ernst, berouwvol gebed, komende van harten onderworpen aan de Heilige
Geest van God? "Zoals het was in de dagen van Noah, zo zal het wezen in de dagen
van de Zoon des menschen" En God zag, "dat de boosheid des menschen menigvuldig
was om de aarde, en al het gedichtsel der gedachten zijns harten te allen dage
alleenlijk boos was".
De Heer opende voor mijn ogen, dat het noodzakelijk was dat er een school
opgericht werd in Battle Creek, die geen voorbeeld zou nemen aan andere
bestaande scholen. Wij moeten onderwijzers hebben, die hun ziel willen bewaren
en de liefde en de vreze Gods. Onderwijzers moeten opvoeden in de geestelijke
dingen, om een volk voor te bereiden om stand te houden in de benarde crisis,
die voor ons ligt; maar er werd afgeweken van Gods plan in vele opzichten. De
amusementen werken meer de werking van de Heilige Geest tegen, dan gelijk wat
anders en de Heer is ten eerste hierdoor gegriefd. Fundamentals of Christian
Education 221. Bij het kiezen van de woning zullen de ouders niet alleen gericht
worden door tijdelijke inachtnemingen. Het komt er alles samen niet op aan de
plaats te kiezen, waar u het meest geld kunt verdienen, of waar gij de meest
plezierige omgeving zult hebben, of de grootste sociale voordelen. De invloeden,
die uw kinderen zullen omgeven, en hen zal aftrekken van goed en kwaad, zijn van
groter gevolg dan al deze andere beschouwin
Er ligt een grote verantwoordelijkheid van
de ouders bij het kiezen van een verblijfplaats. Zo zeer het mogelijk is, moeten
zij hun familie in lichtstralen plaatsen, waar hun gevoelens rein kunnen
behouden worden en hun liefde voor God en de evennaaste aktief kan blijven.
Dezelfde princiepen zijn geldig voor onze scholen, waar de jeugd zal verzameld
worden, en de ouders zullen aangetrokken worden voor de zaak van opvoedkundige
voordelen.
Geen inspanningen zullen gespaard worden om plaatsen te zoeken voor onze
scholen, waar de morele atmosfeer zo gezond mogelijk is; want de invloed, die
overheerst zal een diepe invloed hebben op de vorming van de karakters van de
jeugd. Hiervoor is een terug getrokken plaats het best. De grote steden, de
centrums van zaken en wetenschap, schijnen voordelen te verschaffen; maar deze
worden uitgeschakeld bij het beschouwen van andere elementen.
De maatschappij in de huidige tijd is verdorven, zoals het was in de dagen van
Noah. Aan het lang levend geslacht van de antediluvianen, slechts op een pas van
het aards paradijs, gaf God rijke gaven, en zij bezaten een kracht in hun
lichaam en geest waarvan de mens nu slechts een flauw idee heeft; maar zij
gebruikten Zijn mildheid en de kracht en de handigheid, die Hij hen gaf, voor
zelf zuchtige doeleinden, om te voldoen aan onwettige eetlust, en om hun
hovaardij te voldoen. Zij weerden God uit hun gedachten; zij misprezen Zijn wet;
vertrapten Zijn standaard van karakter in het stof. Zij doen zich tegoed aan
zondevol genot, door hunwegen te verderven voor God, en door elkander te
verderven. Geweld en misdaad vervulden de aarde. Noch het huwelijk noch het
eigendomsrecht werden gerespecteerd; en het geroep van de verdrukten, kwam aan
het oor van de Heer van Sabaoth. Bij het aanschouwen van kwaad, werd de mens
omgevormd naar het beeld ervan, totdat God hun zondigheid niet meer kon
verdragen en zij weggevaagd werden door de zondvloed. De jeugd, die opgevoed
wordt in de grote steden worden omringd met dezelfde soort invloeden als deze
die heersten vóór de zondvloed. Dezelfde princiepen van miskennen van God en
Zijn wet, dezelfde liefde voor plezier, voor zelfvoldoening, voor hovaardij en
ijdelheid zijn werkzaam in de huidige tijd. De wereld is overgegeven aan genot;
immoraliteit overweegt; de rechten van de zwakken en de hulpelozen worden
miskend; en over gans de wereld worden de grote steden broeinesten van
ongerechtigheid. De liefde voor het plezier is een van de gevaarlijkste, omdat
het een van de geraffineerde is van de vele bekoringen die de kinderen en de
jeugd aanvalt in de steden. Er zijn veel verlofdagen; spelen en paardrennen
trekken duizenden, en de roes en het plezier onttrekt hen aan de sobere
verplichtingen van het leven. Het geld, dat had kunnen besteed worden voor beter
gebruik - in veel gevallen de schaarse inkomsten van de armen- wordt weggegooid
voor amusement.
Het bestendig verzoeken om aangename vermaken verraadt de diepe verzuchtingen
van de ziel. Maar deze die drinken aan deze fontein van werelds genot, zullen
ondervinden, dat hun ziel steeds onvoldaan is. Zij zijn ontgoocheld; zij aanzien
vrolijkheid voor geluk; en als de opwinding ophoudt, verzinken velen in de
diepten van moedeloosheid en wanhoop. 0 welk een dwaasheid, welke een
waanzinnigheid om de "Fontein van levend water" voor "gebroken watervaten" van
werelds plezier te verzaken. Wij voelen tot in het diepste van onze ziel het
gevaar, dat de jeugd omringt in deze laatste dagen; en zullen niet dezen, die
bij ons komen voor een opvoeding, en de families, die aangetrokken worden door
onze scholen, zo ver mogelijk weggehouden worden van deze verleidende en
demoralise rende invloeden?
Bij het kiezen van teruggetrokken plaatsen voor onze scholen, denken wij geen
ogenblik, dat wij de jeugd buiten het bereik van de bekoring plaatsen. Satan is
een zeer ijverig werker, en onvermoeid in het zoeken naar wegen om iedere geest
te verderven, die openstaat voor zijn voorstellen. Hij bereikt families en
individuen op hun eigen terrein, zijn bekoringen aanpassend aan hun neigingen en
zwakheden. Maar in de grote steden is zijn macht over de gedachten groter, en
zijn netten voor de verwarring van onvoorbereide voeten zijn veelvuldiger. In
verband met onze scholen zullen ruime gronden voorzien worden. Er zijn sommige
studenten, die nooit geleerd hebben van te sparen en die altijd iedere duit
verteerd hebben. Deze moeten niet uitgesloten worden van de mogelijkheid van het
verkrijgen van een opvoeding. Er zal hun een betrekking bezorgd worden, en bij
hun studie in de boeken zal een training gepaard gaan in vlijtige vruchtbare
gewoonten. Laat hen de noodzakelijkheid leren inzien van zichzelf te verhelpen.
Er zal werk bezorgd worden aan alle studenten, of zij in staat zijn te betalen
of niet; de physische en mentale middels zullen in proportie de aandacht
verkrijgen. De studenten zullen leren het land te bewerken; want dat zal hen in
innig kontakt brengen met de natuur.
Er is een verfijnde verzachtende invloed in de natuur, die zal in acht genomen
worden bij het kiezen van de plaats waar de school zal opgericht worden. God
heeft dit princiep in acht genomen, wanneer hij mannen wilde opleiden voor Zijn
werk. Mozes bracht veertig jaar door in de woestijn van Midian. Johannes de
Doper werd niet gereed gemaakt voor zijn hoge roeping, als de voorloper van
Christus door in kontakt te komen met de grote mannen van de natie in de scholen
van Jerusalem. Hij trok weg in de woestijn, waar de gewoonten en de leringen van
mensen zijn geest niet kon formeren, en waar hij ononderbroken kontakt kon
behouden met God.
Als de vervolgers van Johannes, de geliefde apostel, zochten om zijn stem tot
stilzwijgendheid te brengen en om zijn invloed bij het volk te vernietigen,
verbanden zij hem naar het eiland Patmos. Maar zij konden hem niet scheiden van
de Goddelijke Onderrichter. Op het verlaten Patmos, kon Johannes de geschapen
dingen van God bestuderen. In de ruwe rotsen, en de waters, die het eiland
omgaven, kon hij de grootheid en de majesteit van God beschouwen. En terwijl hij
in vereniging was met God, en het boek van de natuur bestudeerde, hoorde hij een
stem, die tot hem sprak, de stem van de Zoon van God. Jezus was de onderwijzer
van Johannes op het eiland Patmos en ontvouwde daar aan Zijn dienaar wonderbare
dingen, die in de toekomst moeten plaats grijpen.
God wil, dat wij Zijn geschapen werken naar waarde schatten. Hoeveel kinderen
zijn er in de overbevolkte steden, die niet eens een stukje gras hebben om hun
voet erop te plaatsen. Als zij konden opgevoed worden op de buiten, temidden van
de schoonheid, de vrede en de reinheid van de natuur, het zou hun voorkomen,
dat zij op een plaats zijn dicht bij de hemel. 97.
In teruggetrokken plaatsen, waar wij ver
zijn van leerstellingen, gewoonten en ophitsingen van de wereld, en dicht bij
het hart van de natuur, daar maakt Christus Zijn tegenwoordigheid reëel voor
ons, en spreekt tot onze ziel van Zijn vrede en liefde.
Special Testimonies, May 11, 1896. Fund to Christian Education 421 - 24.
GS. (431. )
"God heeft de mens op de wereld geplaatst, en het is Zijn voorrecht te eten, te
drinken, handelen, huwen, en ten huwelijk gegeven worden; maar het is veilig
deze dingen alleen te doen in de vreze Gods. Wij moeten leven op deze wereld met
verwijzing naar de eeuwige wereld. De grote misdaad in het huwelijk in de dagen
van Noah was dat de zonen van God verenigingen vormden met de dochters van de
mensen. Deze, die beleden God te kennen en te eren verenigden zich met deze, die
een verdorven hart hadden; En zonder onderscheiding huwden zij met dezen, die
zij wilden. Er zijn er velen in deze dagen die geen diepte kennen van religieuse
belevenis, die juist dezelfde dingen willen doen die gedaan werden in de dagen
van Noah. Zij willen huwen zonder zorgvuldig in gebed de dingen in acht te
nemen. Velen nemen op zich de gewijde beloften even nonchalant alsof zij een
gewone zaak afhandelen; ware liefde is niet de beweegreden van hun binding".
Messages to Young People 456.
Education 128 - 130. Karaktervorming.
"De mens zal zonder verontschuldiging zijn. God heeft genoeg
klaarblijkelijkheden gegeven, waarop geloof kan gefundeerd worden, als hij wil
gehoorzamen. In de laatste dagen zal de aarde grotendeels beroofd zijn van waar
geloof. Op louter voorwendsel zal het Woord van God aanzien worden als
onbetrouwbaar, terwijl menselijke redenering zal aanvaard worden, ofschoon zij
in tegenspraak is met volle schriftuurlijke feiten. De mens zal pogen het werk
van de schepping uit te leggen uitgaande van natuurlijke oorzaken, Wat God nooit
geopenbaard heeft. Maar menselijke wijsheid kan nooit de geheimen van de Godvan
de hemel uitzoeken, en de wonderbare werken van de schepping uitleggen, die een
mirakel waren van de Almachtige Macht, evenzomin hij kan uitleggen hoe God tot
stand kwam.
"De verborgen dingen zijn voor den Here, onzen God, maar de geopenbaarde zijn
voor ons en voor onze kinderen tot in eeuwigheid". Mensen, die beweren
bedienaars van God te zijn, laten hun stemmen rijzen tegen onderzoekingen van de
profetie, en zeggen aan het volk, dat de profeten, inzonderheid van Daniel en
Johannes duister zijn, en dat wij ze niet kunnen verstaan. Maar sommige van deze
mensen, die zich kanten tegen het onderzoek van de profetie, omdat zij duister
is, nemen geestdriftig de veronderstellingen aan van de theologen, die het
profetisch verhaal in twijfel trekken. Maar als Gods geopenbaarde wil zo
moeilijk te verstaan is, zou de mens zekerlijk zijn hoop niet moeten laten
rusten op loutere veronderstellingen in verband met dat wat Hij niet geopenbaard
heeft. Gods wegen zijn de onze niet, noch zijn Zijn gedachten de onze.
Menselijke wetenschap kan nooit instaan voor Zijn wonderbaar werk. God schikte
het zo, dat mensen, dieren en bomen, veel keren groter dan deze die nu op de
aarde leven, en andere dingen, zouden begraven worden ten tijde van de
zondvloed. God bepaalde, dat het ontdekken van deze dingen in de aarde, het
geloof in de geinspireerde geschiedschrijving bevestigen. Maar de mens, met zijn
ijdele redenering, maakte een verkeerd gebruik van deze dingen, waarvan God
geschikt had, dat zij er toe zouden leiden tot Zijn verheerlijking. Zij vallen
in dezelfde dwaling als het volk, dat leefde voor de vloed - de dingen die God
gaf tot zegen, zetten zij om in vloek, door er een verkeerd gebruik van te
maken".
3 Spir. Gifts 94 - 96.
God gaf aan Noah de juiste afmetingen van de ark en uitdrukkelijke richtlijnen
in verband met de bouw ervan voor ieder onderdeel. In vele opzichten was zij
niet gemaakt gelijk een boot, maar zoals een huis, de fundaties waren als van
een boot, opdat zij zouden kunnen op het water drijven. Er waren geen vensters
aan de zijkanten van de ark. Zij was drie verdiepingen hoog, en het licht dat
zij ontving, kwam van de vensters in het dak. De deur was in de zijkant. De
verschillende ruimten, voorbereid voor het ontvangen van verschillende dieren,
was aldus gemaakt, dat de venster, die in het dak was licht gaf aan allen. De
ark was gemaakt uit cypressen of gofferhout, dat geen sleet zou vertonen
gedurende honderden jaren. Het was een gebouw van grote duurzaamheid, dat geen
menselijke wijsheid kon uitvinden. God was de ontwerper, en Noah de bouwmeester.
Als Noah alles gedaan had wat in zijn mogelijkheid lag, om ieder o nderdeel van
het werk juist te voltooien, was het onmogelijk, dat het uit zichzelf het geweld
van de storm zou trotseren, die God in zijn vurige toorn op de aarde zou laten
overkomen. Het voltooien van de ark was een traag proces. Ieder stuk hout werd
goed ineengestoken, en iedere naad werd met pek bestreken. Al wat de mens kon
doen, was het werk volmaakt ten uitvoer brengen; toch, na dit alles, kon God
alleen het gevaarte beschermen op de hevig deinende baren, door Zijn
wonderwerkende macht.
Een menigte ontving duidelijk de verwittiging van Noah, maar keerden zich niet
tenvolle tot God met ware bekering. Er was hen een zekere tijd gegeven, vóór de
vloed kwam, die hen als een proef tijd moest dienen. Zij konden de proef niet
doorstaan. De overheersende degeneratie overmocht hen, en uiteindelijk
vervoegden ze de anderen, die verdorven waren om de getrouwe Noah uit te lachen
en te bespotten. Zij wilden hun zonden niet afleggen, maar gingen verder in de
veelwijverij en in het toegeven aan hun verdorven passies. De periode van proef
liep op zijn einde. De ongelovige, spottende bewoners van de wereld moesten een
speciaal teken hebben van God. Noah had nauwkeurig de richtlijnen gevolgd, die
God hem gegeven had. De ark was voltooid, juist zoals God bevolen had. Hij had
er een grote voorraad voedsel ingelegd, voor mensen en dieren. En als dit gedaan
was, beval God aan de trouwe Noah, "Ga gij en uw ganse huis in de ark; want u
heb Ik gezien rechtvaardig voor Mijn aangezicht in dit geslacht".
The Story of Redemption 63 - 65.
VERS 1 - 4.
"Er is op zichzelf geen zonde in eten of drinken, of in het huwen en ten
huwelijk geven. Het was in harmonie met de wet van te huwen in de tijd van Noah,
en zo is het ook nu, als dat, wat wettelijk is, op de juiste wijze behandeld
wordt en niet uitgebouwd wordt tot een zondig misbruik. 98.
Maar in de dagen van Noah huwden de mensen
zonder God te raadplegen of zonder Zijn leiding en raad te zoeken Het feit, dat
de verhoudingen in het leven van een vergankelijke aard zijn zou moeten een
invloed hebben op alles, wat wij doen en zeggen. In de tijd van Noah was het de
ongeregelde overdreven liefde van dat wat op zichzelf wettelijk aanvaard was,
als het op de juiste wijze gebruikt wordt, dat het huwelijk zondig maakte in
Gods oog. Er, zijn er velen in deze eeuw, die hun ziel verliezen door opgeslorpt
te zijn met de gedachten van huwelijk en met de huwelijksbetrekkingen zelf.
De huwelijksverhouding is heilig, maar in deze gedegenereerde tijd, bedekt ze
een afschuwelijkheid, die niet te beschrijven is. Er is misbruik en zij is een
misdaad geworden, die nu een van de tekens uitmaakt van de laatste dagen,
evenals de huwelijken, zoals zij aanzien werden vóór de vloed, dan een misdaad
waren Als de heilige natuur en de aanspraken van het huwelijk verstaan worden,
is het huwelijk ook nu nog goedgekeurd door de hemel; en het resultaat zal zijn
geluk voor beide partijen, en God zal verheerlijkt worden. Adventist Home 121.
Eerste Geschriften 42 zie ook de nota Early Writings 45.
"In de menigte ( van de niet verlosten, die uit het graf opgestaan zijn tot
veroordeling na de duizend jaar ), zijn er velen van het langlevend ras, dat
bestond vóór de vloed; mensen met een grote gestalte en een reuzenverstand, die,
toegevend aan de controle van de gevallen engels, al hun vaardigheid in het werk
zetten alsook hun kennis om zichzelf te verheffen; mannen wiens wonderbaar werk
van kunst, de wereld ertoe bracht hun eigen genie te aanbidden, maar wiens
wreedheid en kwade uitvindingen, de aarde bevlekkend en het beeld van God
misvormend, een oorzaak uitmaakten om hen van het aanschijn van de aarde weg te
vegen"... Great Controversy 664.
Patriarchen en Profeten 460 - 61. Patriarchs and Proph. 457.
"Dezen, die in het begin God eerden en vreesden God te beledigen, voelden in het
begin de vloek maar op een lichte wijze; terwijl dezen, die zich van God
afkeerden en Zijn gezag onder de voeten traden, de gevolgen van de vloek meer
zwaar voelden wegen, vooral in hun gestalte en edelheid van vorm. De
nakomelingen van Set werden de zonen van God - de nakomelingen van Kain, de
zonen van de mensen genoemd. Als de zonen van God zich mengden met de zonen van
de mensen, werden zij verdorven, en door onder elkander te huwen, verloren zij,
door de invloed van hun vrouwen, hun specifiek heilig karakter, en zij
verenigden zich met de zonen van Kain in hun afgoderij. Velen verwierpen de
vreze Gods, en vertrapten Zijn wetten. Maar er waren er enkelen, die
gerechtigheid beoefenden, die hun Schepper vreesden en eerden. Noah en zijn
familie waren van deze weinige rechtvaardigen.
De ongerechtigheid van de mens was zo groot, en steeg tot een zulkdanige mate,
dat het God berouwde, dat Hij de mens op de aarde gemaakt had; want Hij zag dat
de boosheid van de mens groot was, en dat gans de inbeelding van de gedachten
van zijn hart slechts gedurig kwaad waren.
De vloek veranderde niet onmiddellijk het aanschijn van de aarde. De aarde was
nog steeds rijk aan de overvloed, die Hij haar gegeven had. Er was goud en
zilver in overvloed. Het ras, dat dan leefde was van een grote gestalte, en
bezat een wonderlijke kracht. De bomen waren ook veel groter, en overtroffen in
schoonheid en volmaakte proportie in grote mate dat waarop gelijk welk
sterfelijk wezen nu kan op zien. Het hout van de bomen was fijn en hard van
substantie - in dit opzicht meer gelijk steen. Het vroeg meer tijd en arbeid,
zelfs voor dit krachtig ras, om het hout klaar te maken om te timmeren, dan het
nu vergt in deze gedegenereerde tijd om bomen te bereiden, die nu groeien op de
aardbodem, zelfs met de zwakkere kracht, die de mens nu bezit. Deze bomen waren
zeer duurzaam, en zouden geen verval kennen gedurende vele jaren.
Een zware dubbele vloek, eerst tengevolge van de overtreding van Adam, en ten
tweede wegens de moord door Kain bedreven, rustte op de aarde; toch waren de
bergen en de heuvels steeds aangenaam. Op de hoogste toppen groeiden majestueuse
bomen, die hun takken tot een aangename hoogte lieten rijzen en ze aan alle
zijden tot een grote afstand uitspreidden, terwijl de vlakten bedekt waren met
groen, en als een uitgestrekte hof leken van bloemen. Sommige van de heuvels
waren bedekt met sierbomen en wijnstokken, die langs de bomen rankten en beladen
waren met druiven, terwijl mooie bloemen de lucht vervulden met hun geur. Maar
niettegenstaande de rijkdom en de schoonheid van de aarde, toch, wanneer zij
vergeleken werd met haar vroegere staat vóór de vloek uitgesproken werd over
haar, was er klaarblijkelijkheid dat zij in zeker verval was. Het volk gebruikte
goud en zilver, edelgesteenten, en koos hout, om woningen voor zichzelf te
bouwen, de ene strevend de andere te overtreffen. Zij verheerlijkten en
versierden hun huizen en landerijen met de meest vindingrijke werken, en daagden
God uit wegens hun boze daden. Zij maakten beelden om te aanbidden en onderwezen
hun kinderen, om deze stukken van ambachtswerk, gemaakt met hun eigen handen te
aanzien als goden, en hen te aanbidden. Zij verkozen niet aan God te denken, de
Schepper van de hemel en de aarde, en brachten geen dank aan Hem, die al de
dingen die zij bezaten voorzien had. Zelfs ont kenden zij het bestaan van de God
van de hemel, en roemden op, en aanbaden de werken van hun eigen handen. Zij
verdierven zichzelf bij middel van deze dingen, die God op de aarde geplaatst
had voor het welzijn van de mens. Zij maakten voor zichzelf mooie muren
overhangen met fruitbomen van niet te beschrijven schoonheid. Onder deze
majestueuse en liefelijke bomen met hun wijd uitgespreide takken, die groen
waren van het begin van het jaar tot het einde, plaatsten zij hun idolen voor
aanbidding. Hele wouden, wegens de beschutting van hun takken, waren toegewijd
aan hun afgoden, en aantrekkelijk gemaakt voor het volk om er hun toevlucht te
nemen voor hun afgoden dienst. Zij verdorven zich met deze dingen, die God op de
aarde geplaatst had voor het welzijn van de mens.
Inplaats van rechtvaardig te zijn met hun gebuurs, werkten zij hun eigen
onwettelijke wensen uit. Zij hadden meerdere vrouwen, dat niet in
overeenstemming was met Gods wijs beleid. In het begin gaf God aan Adam één
vrouw - hiermede aantonend aan allen, die op de aarde leefden, Zijn order en wet
op dat gebied. De overtreding en de val van Adam en Eva bracht zonde en
rampspoed op de aarde, en de mens volgde zijn eigen vleselijke begeerten, en
veranderde Gods bevelen. Hoemeer de man Zijn aantal vrouwen vermeerderde,
hoeraeer zij in boosheid en ongeluk stegen.
99.
Als iemand de vrouwen van zijn gebuur, of
zijn vee, of gelijk wat aan hem toebehoorde wilde nemen, dan nam hij geen
rechtvaardigheid in acht, maar als hij over hem kon overheersen door de kracht,
of door hem te doden, dan deed hij het, en roemde zich op zijn daden van geweld.
Zij verlustigden zich in het doden van de dieren. Zij gebruiken ze als voedsel,
en dat deed hun wreedheid en geweld stijgen, en was een oorzaak dat zij het
bloed van de mens aanschouwden met verbazende onverschilligheid.
Maar als er een zonde was, die meer dan alle andere de vernietiging van het
mensenras opriep door de vloed, dan was het de lage misdaad van vereniging van
mensen en dieren, dat het beeld van God wegveegde, en overal verwarring
stichtte. God nam zich voor dit machtig langlevend ras, dat zijn wegen verdierf
voor Hem, te vernietigen door een vloed. Hij kon niet toestaan, hun dagen uit te
leven, die zij natuurlijkerwijze zouden leven, namelijk verschillende honderden
jaren. Dit was slechts enkele generaties nadat Adam nog toegang had tot de boom
des levens, die bestemd was om het leven te verlengen. Na zijn ongehoorzaamheid
werd hij niet meer toegestaan te eten van de boom des levens en zijn leven van
zonde te vereeuwigen. Opdat de mens een eindeloos leven zou bezitten moest hij
voortgegaan zijn met het eten van de vrucht van de boom des levens. Beroofd van
deze boom zou zijn leven trapgsgewijze uitdoven.
3 Spir. Gifts 60 - 64.
"Ik geloof nog steeds in de gesloten deur-theorie ... .
Er was een gesloten deur in de tijd van Noah. Er was in die tijd een
terugtrekken van de Geest van God van het zondig ras, dat omkwam in de wateren
van de vloed. God zelf gaf de boodschap van de gesloten deur aan Mozes: "Mijn
Geest zal niet in eeuwigheid twisten met den mensch, dewijl hij ook vlees is,
doch zijne dagen zullen zijn honderd en twintig jaar". Gen. 6 : 3.
Er was een gesloten deur in de dagen van Abraham. Barmhartigheid hield op te
pleiten voor de inwoners van Sodoma en Gomora, en allen behalve Lot, met zijn
vrouw en twee dochters, werden verteerd door het vuur uit de hemel gezonden.
Er was een gesloten deur in de tijd van Christus. De Zoon van God verklaarde aan
de ongelovige Joden van deze generatie: "Zie, uw huis wordt u woest gelaten"
Math. 23 : 38.
Ziende doorheen de stromen van de tijd tot de laatste dagen, verklaart dezelfde
oneindige Macht door Johannes: "Dit zegt de Heilige, de Waarachtige, die den
sleutel Davids heeft, die opent, en niemand sluit, en Hij sluit en niemand
opent". Openb. 3 : 7.
Mij werd getoond in visioen en ik geloof nog steeds, dat er een gesloten deur
was in 1844. Allen, die het licht zagen van de eerste en de tweede
engelenboodschap en dat licht verwierpen, werden in de duisternis gelaten. En
dezen, die het aanvaardden en de Heilige Geest ontvingen, die de verkondiging
begeleidde van de boodschap van de hemel, en die nadien hun geloof opgaven en
hun bevindingen als een bedrog bestempelden, verwierpen hierdoor de Geest van
God, en dit licht pleitte niet lang meer voor hen. Dezen, die het licht niet
zagen, hebben geen schuld in de verwerping ervan. Het was alleen de klasse, die
het licht miskend hadden, dat van de hemel kwam, die de Geest van God niet kon
bereiken. In deze klasse was inbegrepen, zoals ik vastgesteld heb, zowel dezen,
die weigerden de boodschap aan te nemen als zij aangeboden werd aan hen, als
dezen, die, ze ontvangen hebbend, nadien hun geloof vaarwel zegden. Deze kunnen
een vorm van godsdienst hebben en beleiden volgelingen van Christus te zijn;
maar zij hebben geen levende verbinding met God, en zullen gevangen genomen
worden door de bedriegerijen van Satan. Deze twee klassen zijn getoond geweest
in het visioen - deze, die het licht, dat zij gevolgd hadden een bedrog
verklaren te zijn, en de bozen van de wereld, die het licht verworpen hebbend,
door God verworpen worden. Er is geen sprake van dezen, die het licht niet
gezien hebben, en die dus niet schuldig zijn aan de verwerping ervan". 1 Sel.
Mess. 63 - 64.
Er zijn huwelijksrelaties gemaakt geweest in Battle Creek waarmede God niets te
maken heeft. Huwelijken zijn slecht bij elkaar passend in sommige gevallen, te
vroegtijdig in andere, Christus heeft ons gewaarschuwd dat zulke dingen zullen
bestaan vóór zijn tweede komst. Het maakt deel uit van de tekenen van de laatste
dagen. Eenzelfde toestand bestond ten tijde van de vloed. De geesten van de
mensen waren betoverd door het onderwerp van het huwelijk. Als er zoveel
onzekerheid is, zulk een groot gevaar hierin, is er geen reden dat wij zulk een
grote parade zouden maken of ten toon spreiden, zelfs als de partijen perfekt
bij elkaar passen? WANT DAT LAATSTE MOET NOG OP DE PROEF GESTELD WORDEN. 4 Test.
Church 515.
VERS 1 - 7.
"Dezelfde zonden, die het oordeel trokken over de wereld in de dagen van Noah
bestaan nu in deze dagen. Mannen en vrouwen drijven het eten en drinken zover
dat het eindigt in overdaad, en dronkenschap. Deze overheersende zonde ontvlamde
de passies van de mens in de dagen van Noah, en leidde tot verstrekkende
corruptie. Geweld en zonde reikten tot de hemel. Deze morele pollutie werd
tenlaatste van de aarde geveegd bij middel van de vloed Dit is de toestand, die
zal heersen in de tijd vóór Zijn tweede komst" Counsels on Health. 23.
"De geest van intense wereldsheid, die nu heerst, de geschiktheid van geen
groter eis dan deze van zelfvoldoening te erkennen, maakte een van de zonden uit
van de laatste dagen .... Het volk van deze generatie huwen en geven ten
huwelijk met dezelfde roekeloze niet in achtneming van Gods eisen, zoals er
gemanifesteerd werd in de dagen van Noah. Er is in de christene wereld een
verbazende, alarmerende onverschilligheid nopens de onderwijzing van Gods Woord
in verband met huwelijken van Christenen met ongelovigen. Velen, die belijden
God te beminnen en te vrezen verkozen de neiging van hun eigen hart te kiezen,
dan de raad te winnen van de Eeuwige Wijsheid. In een zaak, die vitaal het geluk
en het welzijn van beide partijen aangaat voor deze wereld en voor de komende,
worden redenering, oordeel en de vreze Gods opzij gezet, en blinde impulsen, en
aan dwaze beslissingen worden de bovenhand gegeven. Mannen en vrouwen, die
anders gevoelig zijn en gewetensvol, doen hun oren dicht voor raad; zij zijn
doof voor de oproepen en de verwittigingen van vrienden en verwanten en van de
dienaars van God. 100.
Maar in de dagen van Noah huwden de mensen
zonder God te raadplegen of zonder Zijn leiding en raad te zoeken Het feit, dat
de verhoudingen in het leven van een vergankelijke aard zijn zou moeten een
invloed hebben op alles, wat wij doen en zeggen. In de tijd van Noah was het de
ongeregelde overdreven liefde van dat wat op zichzelf wettelijk aanvaard was,
als het op de juiste wijze gebruikt wordt, dat het huwelijk zondig maakte in
Gods oog. Er zijn er velen in deze eeuw, die hun ziel verliezen door opgeslorpt
te zijn met de gedachten van huwelijk en met de huwelijksbetrekkingen zelf.
De huwelijksverhouding is heilig, maar in deze gedegenereerde tijd, bedekt ze
een afschuwelijkheid, die niet te beschrijven is. Er is misbruik en zij is een
misdaad geworden, die nu een van de tekens uitmaakt van de laatste dagen,
evenals de huwelijken, zoals zij aanzien werden vóór de vloed, dan een misdaad
waren Als de heilige natuur en de aanspraken van het huwelijk verstaan worden,
is het huwelijk ook nu nog goedgekeurd door de hemel; en het resultaat zal zijn
geluk voor beide partijen, en God zal verheerlijkt worden. Adventist Home 121.
Eerste Geschriften 42 zie ook de nota Early Writings 45.
"In de menigte ( van de niet verlosten, die uit het graf opgestaan zijn tot
veroordeling na de duizend jaar ), zijn er velen van het langlevend ras, dat
bestond vóór de vloed; mensen met een grote gestalte en een reuzenverstand, die,
toegevend aan de controle van de gevallen engels, al hun vaardigheid in het werk
zetten alsook hun kennis om zichzelf te verheffen; mannen wiens wonderbaar werk
van kunst, de wereld ertoe bracht hun eigen genie te aanbidden, maar wiens
wreedheid en kwade uitvindingen, de aarde bevlekkend en hetbeeldvan God
misvormend, eenoorzaak uitmaakten om hen van het aanschijn van de aarde weg te
vegen"... Great Controversy 664.
Patriarchen en Profeten 460 - 61. Patriarchs and Proph. 457.
"Dezen, die in het begin God eerden en vreesden God te beledigen, voelden in het
begin de vloek maar op een lichte wijze; terwijl dezen, die zich van God
afkeerden en Zijn gezag onder de voeten traden, de gevolgen van de vloek meer
zwaar voelden wegen, vooral in hun gestalte en edelheid van vorm. De
nakomelingen van Set werden de zonen van God - de nakomelingen van Kain, de
zonen van de mensen genoemd. Als de zonen van God zich mengden met de zonen van
de mensen, werden zij verdorven, en door onder elkander te huwen, verloren zij,
door de invloed van hun vrouwen, hun specifiek heilig karakter, en zij
verenigden zich met de zonen van Kain in hun afgoderij. Velen verwierpen de
vreze Gods, en vertrapten Zijn wetten. Maar er waren er enkelen, die
gerechtigheid beoefenden, die hun Schepper vreesden en eerden. Noah en zijn
familie waren van deze weinige rechtvaardigen.
De ongerechtigheid van de mens was zo groot, en steeg tot een zulkdanige mate,
dat het God berouwde, dat Hij de mens op de aarde gemaakt had; want Hij zag dat
de boosheid van de mens groot was, en dat gans de inbeelding van de gedachten
van zijn hart slechts gedurig kwaad waren.
De vloek veranderde niet onmiddellijk het aanschijn van de aarde. De aarde was
nog steeds rijk aan de overvloed, die Hij haar gegeven had. Er was goud en
zilver in overvloed. Het ras, dat dan leefde was van een grote gestalte, en
bezat een wonderlijke kracht. De bomen waren ook veel groter, en overtroffen in
schoonheid en volmaakte proportie in grote mate dat waarop gelijk welk
sterfelijk wezen nu kan op zien. Het hout van de bomen was fijn en hard van
substantie - in dit opzicht meer gelijk steen. Het vroeg meer tijd en arbeid,
zelfs voor dit krachtig ras, om het hout klaar te maken om te timmeren, dan het
nu vergt in deze gedegenereerde tijd om bomen te bereiden, die nu groeien op de
aardbodem, zelfs met de zwakkere kracht, die de mens nu bezit. Deze bomen waren
zeer duurzaam, en zouden geen verval kennen gedurende vele jaren.
Een zware dubbele vloek, eerst tengevolge van de overtreding van Adam, en ten
tweede wegens de moord door Kain bedreven, rustte op de aarde; toch waren de
bergen en de heuvels steeds aangenaam. Op de hoogste toppen groeiden majestueuse
bomen, die hun takken tot een aangename hoogte lieten rijzen en ze aan alle
zijden tot een grote afstand uitspreidden, terwijl de vlakten bedekt waren met
groen, en als een uitgestrekte hof leken van bloemen. Sommige van de heuvels
waren bedekt met sierbomen en wijnstokken, die langs de bomen rankten en beladen
waren met druiven, terwijl mooie bloemen de lucht vervulden met hun geur. Maar
niettegenstaande de rijkdom en de schoonheid van de aarde, toch, wanneer zij
vergeleken werd met haar vroegere staat vóór de vloek uitgesproken werd over
haar, was er klaarblijkelijkheid dat zij in zeker verval was. Het volk gebruikte
goud en zilver, edelgesteenten, en koos hout, om woningen voor zichzelf te
bouwen, de ene strevend de andere te overtreffen. Zij verheerlijkten en
versierden hun huizen en landerijen met de meest vindingrijke werken, en daagden
God uit wegens hun boze daden. Zij maakten beelden om te aanbidden en onderwezen
hun kinderen, om deze stukken van ambachtswerk, gemaakt met hun eigen handen te
aanzien als goden, en hen te aanbidden. Zij verkozen niet aan God te denken, de
Schepper van de hemel en de aarde, en brachten geen dank aan Hem, die al de
dingen die zij bezaten voorzien had. Zelfs ontkenden zij het bestaan van de God
van de hemel, en roemden op, en aanbaden de werken van hun eigen handen. Zij
verdierven zichzelf bij middel van deze dingen, die God op de aarde geplaatst
had voor het welzijn van de mens. Zij maakten voor zichzelf mooie muren
overhangen met fruitbomen van niet te beschrijven schoonheid. Onder deze
majestueuse en liefelijke bomen met hun wijd uitgespreide takken, die groen
waren van het begin van het jaar tot het einde, plaatsten zij hun idolen voor
aanbidding. Hele wouden, wegens de beschutting van hun takken, waren toegewijd
aan hun afgoden, en aantrekkelijk gemaakt voor het volk om er hun toevlucht te
nemen voor hun afgoden dienst. Zij verdorven zich met deze dingen, die God op de
aarde geplaatst had voor het welzijn van de mens.
Inplaats van rechtvaardig te zijn met hun gebuurs, werkten zij hun eigen
onwettelijke wensen uit. Zij hadden meerdere vrouwen, dat niet in
overeenstemming was met Gods wijs beleid. In het begin gaf God aan Adam één
vrouw - hiermede aantonend aan allen, die op de aarde leefden, Zijn order en wet
op dat gebied. De overtreding en de val van Adam en Eva bracht zonde en
rampspoed op de aarde, en de mens volgde zijn eigen vleselijke begeerten, en
veranderde Gods bevelen. Hoemeer de man Zijn aantal vrouwen vermeerderde,
hoeraeer zij in boosheid en ongeluk stegen. 99.
Als iemand de vrouwen van zijn gebuur, of
zijn vee, of gelijk wat aan hem toebehoorde wilde nemen, dan nam hij geen
rechtvaardigheid in acht, maar als hij over hem kon overheersen door de kracht,
of door hem te doden, dan deed hij het, en roemde zich op zijn daden van geweld.
Zij verlustigden zich in het doden van de dieren. Zij gebruiken ze als voedsel,
en dat deed hun wreedheid en geweld stijgen, en was een oorzaak dat zij het
bloed van de mens aanschouwden met verbazende onverschilligheid.
Maar als er een zonde. was, die meer dan alle andere de vernietiging van het
mensenras opriep door de vloed, dan was het de lage misdaad van vereniging van
mensen en dieren, dat het beeld van God wegveegde, en overal verwarring
stichtte. God nam zich voor dit machtig langlevend ras, dat zijn wegen verdierf
voor Hem, te vernietigen door een vloed. Hij kon niet toestaan, hun dagen uit te
leven, die zij natuurlijkerwijze zouden leven, namelijk verschillende honderden
jaren. Dit was slechts enkele generaties nadat Adam nog toegang had tot de boom
des levens, die bestemd was om het leven te verlengen. Na zijn ongehoorzaamheid
werd hij niet meer toegestaan te eten van de boom des levens en zijn leven van
zonde te vereeuwigen. Opdat de mens een eindeloos leven zou bezitten moest hij
voortgegaan zijn met het eten van de vrucht van de boom des levens. Beroofd van
deze boom zou zijn leven trapgsgewijze uitdoven.
3 Spir. Gifts 60 - 64.
"Ik geloof nog steeds in de gesloten deur-theorie ... .
Er was een gesloten deur in de tijd van Noah. Er was in die tijd een
terugtrekken van de Geest van God van het zondig ras, dat omkwam in de wateren
van de vloed. God zelf gaf de boodschap van de gesloten deur aan Mozes: "Mijn
Geest zal niet in eeuwigheid twisten met den mensch, dewijl hij ook vlees is,
doch zijne dagen zullen zijn honderd en twintig jaar". Gen. 6 : 3.
Er was een gesloten deur in de dagen van Abraham. Barmhartigheid hield op te
pleiten voor de inwoners van Sodoma en Gomora, en allen behalve Lot, met zijn
vrouw en twee dochters, werden verteerd door het vuur uit de hemel gezonden.
Er was een gesloten deur in de tijd van Christus. De Zoon van God verklaarde aan
de ongelovige Joden van deze generatie: "Zie, uw huis wordt u woest gelaten"
Math. 23 : 38.
Ziende doorheen de stromen van de tijd tot de laatste dagen, verklaart dezelfde
oneindige Macht door Johannes: "Dit zegt de Heilige, de Waarachtige, die den
sleutel Davids heeft, die opent, en niemand sluit, en Hij sluit en niemand
opent". Openb. 3 : 7.
Mij werd getoond in visioen en ik geloof nog steeds, dat er een gesloten deur
was in 1844. Allen, die het licht zagen van de eerste en de tweede
engelenboodschap en dat licht verwierpen, werden in de duisternis gelaten. En
dezen, die het aanvaardden en de Heilige Geest ontvingen, die de verkondiging
begeleidde van de boodschap van de hemel, en die nadien hun geloof opgaven en
hun bevindingen als een bedrog bestempelden, verwierpen hierdoor de Geest van
God, en dit licht pleitte niet lang meer voor hen. Dezen, die het licht niet
zagen, hebben geen schuld in de verwerping ervan. Het was alleen de klasse, die
het licht miskend hadden, dat van de hemel kwam, die de Geest van God niet kon
bereiken. In deze klasse was inbegrepen, zoals ik vastgesteld heb, zowel dezen,
die weigerden de boodschap aan te nemen als zij aangeboden werd aan hen, als
dezen, die, ze ontvangen hebbend, nadien hun geloof vaarwel zegden. Deze kunnen
een vorm van godsdienst hebben en beleiden volgelingen van Christus te zijn;
maar zij hebben geen levende verbinding met God, en zullen gevangen genomen
worden door de bedriegerijen van Satan. Deze twee klassen zijn getoond geweest
in het visioen - deze, die het licht, dat zij gevolgd hadden een bedrog
verklaren te zijn, en de bozen van de wereld, die het licht verworpen hebbend,
door God verworpen worden. Er is geen sprake van dezen, die het licht niet
gezien hebben, en die dus niet schuldig zijn aan de verwerping ervan". 1 Sel.
Mess. 63 - 64.
Er zijn huwelijksrelaties gemaakt geweest in Battle Creek waarmede God niets te
maken heeft. Huwelijken zijn slecht bij elkaar passend in sommige gevallen, te
vroegtijdig in andere, Christus heeft ons gewaarschuwd dat zulke dingen zullen
bestaan vóór zijn tweede komst. Het maakt deel uit van de tekenen van de laatste
dagen. Eenzelfde toestand bestond ten tijde van de vloed. De geesten van de
mensen waren betoverd door het onderwerp van het huwelijk. Als er zoveel
onzekerheid is, zulk een groot gevaar hierin, is er geen reden dat wij zulk een
grote parade zouden maken of ten toon spreiden, zelfs als de partijen perfekt
bij elkaar passen? WANT DAT LAATSTE MOET NOG OP DE PROEF GESTELD WORDEN. 4 Test.
Church 515.
VERS 1 - 7.
"Dezelfde zonden, die het oordeel trokken over de wereld in de dagen van Noah
bestaan nu in deze dagen. Mannen en vrouwen drijven het eten en drinken zover
dat het eindigt in overdaad, en dronkenschap. Deze overheersende zonde ontvlamde
de passies van de mens in de dagen van Noah, en leidde tot verstrekkende
corruptie. Geweld en zonde reikten tot de hemel. Deze morele pollutie werd
tenlaatste van de aarde geveegd bij middel van de vloed Dit is de toestand, die
zal heersen in de tijd vóór Zijn tweede komst" Counsels on Health. 23.
"De geest van intense wereldsheid, die nu heerst, de geschiktheid van geen
groter eis dan deze van zelfvoldoening te erkennen, maakte een van de zonden uit
van de laatste dagen .... Het volk van deze generatie huwen en geven ten
huwelijk met dezelfde roekeloze niet in achtneming van Gods eisen, zoals er
gemanifesteerd werd in de dagen van Noah. Er is in de christene wereld een
verbazende, alarmerende onverschilligheid nopens de onderwijzing van Gods Woord
in verband met huwelijken van Christenen met ongelovigen. Velen, die belijden
God te beminnen en te vrezen verkozen de neiging van hun eigen hart te kiezen,
dan de raad te winnen van de Eeuwige Wijsheid. In een zaak, die vitaal het geluk
en het welzijn van beide partijen aangaat voor deze wereld en voor de komende,
worden redenering, oordeel en de vreze Gods opzij gezet, en blinde impulsen, en
aan dwaze beslissingen worden de bovenhand gegeven. Mannen en vrouwen, die
anders gevoelig zijn en gewetensvol, doen hun oren dicht voor raad; zij zijn
doof voor de oproepen en de verwittigingen van vrienden en verwanten en van de
dienaars van God. 100.
De uitdrukking van een waarschuwing of
verwittiging wordt aanzien als onbeschaamde bemoeiing, en de vriend die trouw
genoeg is om een vermaning te uiten wordt behandeld als een vijand. Zo is het
dat Satan het wilt. Hij weeft zijn spel rond de ziel, en zij wordt betoverd,
verdwaasd. De rede legt de teugels van zelfcontrole op de nek van de lust,
ongeheiligde passies zwaaien de scepter, tot, het slachtoffer, te laat, ontwaakt
in een leven van ellende en slavernij. Dit is geen beeld, dat opgehangen wordt
door de inbeelding, maar een verhaal van feiten. Gods bekrachtiging wordt niet
gelegd op verenigingen, die Hij uitdrukkelijk verboden heeft .'
In deze periode van de wereldgeschiedenis, als de gebeurtenissen van de
geschiedenis van deze planeet straks zullen afgesloten worden, en wij op het
punt staan binnen te gaan in de tijd van benauwdheid, is het beter voor allen,
zowel voor mannen en vrouwen dat er zo weinig mogelijk huwelijken afgesloten
worden. En in elk geval als Satan werkzaam is met alle bedrog van
ongerechtigheid in hen die omkomen, laat Christenen vermijden van zich te
verenigen met ongelovigen. God heeft gesproken. Allen, die Hem vrezen, zullen
zich onderwerpen aan Zijn wijs beleid. Onze gevoelens en genegenheden en
impulsen moeten hemelwaarts gericht zijn, niet naar de aardse dingen, niet naar
het lage, onedele kanaal van sensuele gedachten en toegevingen. Het is tijd nu
dat iedere ziel zou staan als in het zicht van de hartdoorpijlende God".
5 Test+ Church 365 - 66.
VERS 1 - 12.
"De wereld was zo verdorven geworden door toegeven aan eetlust en verlagende
passies in de dagen van Noah, dat God de inwoners ervan vernietigde door de
Zondvloed. En als de mensen opnieuw zich vermenigvuldigden op de aarde, verdierf
het toegeven aan het drinken van wijn tot bedwelming, de zinnen, en bereidde de
weg tot het onmatig eten van vlees en het versterken van de dierlijke passie.
De mens verhief zich tegen de God van de Hemel; en zijn mogelijkheden en
gelegenheden werden gebruikt tot eigen verheerlijking eerder dan tot verering
van hun Schepper. Temperance 95.
VERS 3.
Hij ( William Miller) werd tot het besluit gedwongen, vanuit de studie van de
Schrift alleen, dat de periode toegelaten tot het voortzetten van de aarde in
zijn huidige staat, op het punt was zich af te sluiten.
"Een andere soort van klaarblijkelijkheid, die levendig mijne geest aanroerde",
zegde hij ( William Miller ) "was de chronologie van de Schriften Ik ondervond,
dat de voorzegde gebeurtenissen, die in het verleden vervuld geweest zijn,
dikwijls plaats grepen in een opgegeven tijd. De honderd en twintig jaar voor de
zondvloed ( Gen. 6 : 3) : de zeven dagen, die moesten vooraf gaan, met veertig
dagen van voorspelde regen ( Gen. 7 : 4), de vierhonderd jaren van tijdelijk
verblijf van het zaad van Abraham ( Gen. 15 : 13 ), de drie dagen van de droom
van de keldermeester en de bakker ( Gen. 40 : 12 - 20 ), de zeven jaren van
Farao (Gen. 4 : 28 - 54) de veertig jaren in de woestijn ( Num. 14 : 34 ), de
drie en half jaar van hongersnood (1 Kor.
17 : 1 ) (Zie Lukas 4 : 25 ); , de zeventig jaren van gevangenschap (Jer. 25 :
11 ) Nebucadnesars zeven tijden ( Dan 4 : 15 - 16 ) en de zeven weken, twee en
zestig weken en de ene week, zeventig weken uitmakend, bepaald voor de Joden
(Daniel 9 : 24 - 27 ), - de gebeurtenissen, begrensd door deze tijdspannen,
waren allen weer slechts een kwestie van profetie, en werden vervuld in
overeenstemming met de voorspellingen".
Daarom, als hij in zijn studie van de Bijbel, verschillende chronologische
perioden vond, die, volgens zijn begrijpen ervan, zich uitstrekten tot de tweede
komst van Christus, kon hij ze niet anders aanzien als "tijden, vooraf
vastgesteld", die God aan Zijn dienaren geopenbaard heeft. "De verborgen dingen"
zegt Mozes, "zijn voor den Heere, onzen God, maar de geopenbaarde zijn voor ons
en voor onze kinderen tot in eeuwigheid, om te doen al de worden dezer wet"
The Great Controversy 323 - 24.
Patriarchen en Profeten Hfdst. De zondvloed.
Zoals de prediking van Noah de bewoners van de wereld waarschuwde, toetste en op
de proef stelde voor de vloed van wateren hen verdelgde van het aanschijn van de
aarde, zo doet de waarheid van God voor deze laatste dagen hetzelfde werk van
waarschuwen, toetsen en op de proef stellen van de wereld. De publicaties, die
door de Dienst verzorgd worden dragen het zegel van de Eeuwige. Zij moeten
verspreid worden door
het land, en zijn beslissend voor het lot van de zielen. Er zijn nu ten zeerste
mensen nodig, die kunnen vertalen en die onze publicaties in andere talen kunnen
verzorgen, opdat de boodschap van waarschuwing kan gebracht worden aan alle
naties en hen kan toetsen door het licht van de waarheid., opdat mannen en
vrouwen, als zij de waarheid zien, zich mogen afwenden van overtreding en zich
richten naar de gehoorzaamheid aan de wet van God.
Life Sketches 205 - 206.
"Er werd mij een indrukwekkende droom gegeven, waarin de bemiddeling van de
drukpers in de wereld voorgesteld werd tot het verspreiden van de derde
engelenboodschap over de wereld
Dan kwam er een jonge man, die ik dikwijls zie in mijn dromen, kwam in de raad
en sprekend met vrijmoedigheid en gezaghebbend zelfvertrouwen, zegde hij: "De
steden en de dorpen maken een deel uit van de wijngaard van de Heer. Zij moeten
de boodschap van waarschuwing horen ....
"Als gij niet ineens het resultaat ziet van uw werk, moet dit u niet
ontmoedigen. Neem Christus als uw voorbeeld. Hij had vele hoorders, maar weinig
volgelingen. Noah predikte honderd en twintig jaren aan het volk vóór de vloed;
toch waren uit de grote menigte mensen, die toen op de aarde leefden, maar acht,
die gered werden".
Idem 208.
"De Verlosser van de wereld had veel hoorders, maar weinig volgelingen. Noah
predikte honderd en twintig jaar aan het volk voor de vloed, maar er waren er
maar weinigen, die deze kostbare proeftijd naar waarde schatten. 101.
Behalve Noah en zijn familie, was er niet
een gerekend onder de gelovigen en trad de ark binnen. Van al de inwoners van de
aarde, ontvingen slechts acht zielen de boodschap; maar deze boodschap
veroordeelde de wereld. Het licht werd gegeven opdat zij zouden kunnen geloven;
hun verwerpen van het licht bewees hun ondergang. Onze boodschap aan de wereld
zal een geur tot leven zijn voor allen, die aanvaarden, en van veroordeling voor
allen die ze verwerpen.
7 Test. Church 36.
VERS 4.
"Het is waar dat er in de grondlagen van de aarde overblijfselen zijn, die
getuigen voor het bestaan van mensen en dieren, en planten, die veel groter
waren, dan dezen die wij nu kennen. Deze worden aanzien als bewijzen voor het
bestaan van planten- en dierenleven vóór de tijd van het verhaal van Mozes. Maar
aangaande deze dingen verschaft de Bijbel ruime uitleg. V66r de zondvloed was de
ontwikkeling van planten en dierenleven onmetelijk hoger dan dat wat sindsdien
gekend geweest is. Met de zondvloed werd het aanschijn van de aarde afgebroken,
kenmerkende veranderingen grepen plaats, en in de hervorming van de aardkorst
zijn vele dingen bewaard die klaarblijkelijk het leven vooraf vaststellen. De
grote wouden bedolven in de aarde ten tijde van de Vloed, en sedertdien in kolen
veranderd, vormen de uitgestrekte kolenvelden, en verschaffen de voorraad olie,
die dienstig is voor ons gemak en gebruik heden ten dage. Deze dingen, als zij
in het licht gebracht worden, zijn zovele getuigen voor de waarheid van het
woord van God. Education 129.
"Bij de eerste opstanding komen allen uit hun graf in onsterfelijke glans maar
bij de tweede, zijn de kentekens van de vloek op allen zichtbaar. Allen komen
uit het graf zoals zij erin gegaan zijn. Zij, die vó6r de vloed leefden, komen
eruit met hun op reuzen gelijkende gestalte, meer dan tweemaal de lengte van de
mens die nu leeft op de aarde en daarbij goed geproportioneerd. De generaties na
de vloed waren kleiner van gestalte. Er was een bestendige vermindering doorheen
opeenvolgende geslachten, tot aan de laatste die leven op de aarde. Het kontrast
tussen de eerste boze mensen, die op de aarde leefden en deze van de laatste
generatie was zeer groot. De eerste waren van een aangename hoogte en goed
geproportioneerd - de laatste staan op als zij binnen gingen, als een
dwergachtig, zwak en misvormd ras. 3 Spir. Gifts 83.
VERS 5.
God heeft ons wetten gegeven waardoor wij kunnen leven, maar nu, zoals in de
tijd van Noah, is "al het gedichtsel der gedachten zijns harten te allen dage
alleenlijk boos". Gen. 6 : 5; de mens wandelt naar de begeerten en de listen van
zijn eigen hart en voltrekt zo zijn eigen ondergang. God zou willen mensen
hebben, in hun door God gegeven manhaftigheid, vrij van de slavernij van
eetlust". Temperance 181.
"Leden van de kerk doen dat wat de bewoners van de wereld in de dagen van Noah
deden, toen al "het gedichtsel der gedachten zijns harten te allen dage
alleenlijk boos was". Welfare Ministry 290.
VERS 5 - 8.
"De waarschuwing werd niet in acht genomen door het joodse volk. Zij vergaten
God, en verloren het begrip over hun hoge privileges als Zijn
vertegenwoordigers. De zegeningen, die zij ontvangen hebben, brachten geen
zegeningen voor de wereld. Al hun voordelen werden aangewend voor hun eigen eer.
Zij beroofden God van de dienst, die Hij van hen vergde, en zij beroofden hun
evenmens van godsdienstige leiding en heilig voorbeeld. Gelijk de inwoners van
de wereld vóór de zondvloed, volgden zij "al het gedichtsel van hun harten, die
ten allen dage alleenlijk boos waren". Zo deden zij heilige dingen voorkomen als
een spel, zeggend "Des Heeren tempel, des Heeren tempel zijn deze". Jer. 7 : 4.
, terwijl zij terzelvertijde Gods karakter op een verkeerde wijze
interpreteerden, Zijn naam oneer aandoend, en Zijn heiligdom bevlekkend De
onbeheerste toegeving en daaruit voortvloeiende ziekte en aftakeling, die
bestond vóór de eerste komst van Christus, zal opnieuw bestaan, met stijging van
het kwaad, vbbr Zijn tweede komst. Christus verklaart dat de toestand van de
wereld zal zijn als in de dagen van vóór de zondvloed, en als in Sodoma en
Gomora, als "al het gedichtsel der gedachten zijns harten te allen dage
alleenlijk boos was". Wij leven nu op het punt van deze gevaarlijke tijd en de
les van het vasten van de Heiland zal ons nu aanspreken. Alleen door de
onbeschrijfelijke angst, die Christus doorstond kon ons het kwaad van
onbeteugeld toegeven, doen inzien. Zijn voorbeeld verklaart, dat onze eenige
hoop tot eeuwig leven hierin bestaat dat wij de eetlust en de passies in
onderwerping brengen aan de wil van God".
Desire of Ages 122.
"God staat de mens een zekere proeftijd toe. Er bestaat echter een hoogtepunt,
waarop het goddelijke geduld is uitgeput en dan volgt Gods oordeel met besliste
zekerheid. De Here heeft lang geduld met mensen en steden. Hij geeft hun in
barmhartigheid waarschuwingen, teneinde hen van de goddelijke wraak te redden.
Er zal echter een tijd komen, dat het pleiten om genade niet langer meer gehoord
zal worden en het opstandige element, dat voortgaat om het licht der waarheid te
verwerpen, zal dan in barmhartigheid, terwille van zichzelf en terwille van
diegenen, die anders door hun voorbeeld zouden beinvloed worden, worden
uitgewist. Prof. en Koningen 218. Prophets and Kings 275.
"Gedurende de eeuwen, die onmiddellijk aan de zondvloed voorafgingen, was Satan
erin geslaagd om een wereldwijde algemene opstand tegen God tot stand te
brengen". Idem 556. Idem 587. "De heilige bewoners van de andere werelden,
wachtten met grote interesse op de gebeurtenissen, die op de aarde plaats
grepen. In de toestand, die heerste op de wereld vóór de zondvloed, zagen zij
het resultaat geillustreerd van het beheer dat Satan gepoogd had te vestigen in
de hemel, door het gezag van Christus te verwerpen, en door het opzij zetten van
de wet van God. 102.
In deze aanmatigende zondaars van de
antediluviaanse wereld, zagen zij de onderworpenen over wie Satan scepter
voerde. De gedachten van de harten waren ten allen dage alleenlijk boos. Ieder
gevoel, iedere impuls en inbeelding, was in tegenstrijd met de goddelijke
voorschriften van reinheid, vrede, en liefde. Het was een voorbeeld van de
schrikwekkende verdorvenheid, voortvloeiend uit Satans beleid om van Gods
schepselen het beheer van Zijn heilige wet weg te nemen.
Door de factoren, die ontvouwd worden in het voortschreiden van de grote strijd,
wil God de princiepen van Zijn regels van regeren aantonen, die vervalst geweest
zijn door Satan en door allen, die hij verleid heeft, Zijn gerechtigheid zal ten
laatste erkend worden door de gehele wereld, toch zal dit bekennen te laat komen
om de opstandigen te redden. God ondervindt de sympathie en de goedkeuring van
gans het universum als Zijn plan stap voor stap voortschreidt naar de volle
vervulling. Hij zal de goedkeuring meedragen bij de uiteindelijke uitroeiing van
de opstand. Het zal blijken, dat allen, die de goddelijke voorschriften verzaakt
hebben zich aan de zijde van Satan geschaard hebben, in opstand tegen Christus.
Als de prijs van deze wereld zal geoordeeld worden, en allen, die zich met hem
geschaard hebben, zijn lot zullen dragen, zal gans het universum als getuige van
het vonnis verklaren, "rechtvaardig en waarachtig zijn Uw wegen, Gij Koning der
Heiligen". Openb. 15 : 3.
Patriarchen en Profeten 64. Patr. and Prophets 78 - 79.
Zie ook Hoofdstuk "De Zondvloed".
Het volk, dat leefde vóór de vloed at dierlijk voedsel, en voldeed zijn lusten
totdat Zijn beker van ongerechtigheid vol was, en God de aarde reinigde van haar
morele onreinheid door de zondvloed. Dan rustte de derde verschrikkelijke vloek
op de aarde. De eerste werd uitgesproken over Adam en zijn nageslacht en over de
aarde, wegens ongehoorzaamheid, de tweede vloek kwam op de grond nadat Kain zijn
broer Abel doodsloeg. De derde meest verschrikkelijke vloek van God, kwam op de
aarde met de zondvloed". 4 Spir. Gifts a - 121.
"De mens is alleen sterfelijk, en als hij zichzelf te wijs voelt om Jezus te
aanvaarden, zal hij alleen sterfelijk blijven. De mens heeft wonderbare dingen
gedaan in de intellektuele wereld, maar wie gaf hem macht om dit te doen ? - De
Here God der heirscharen. In zijn vermeende bekwaamheid zegepraalt de mens
wegens zijn eigen macht en verheerlijkt zichzelf, hierin het voorbeeld volgend
van de antediluviaanse wereld, zullen ook zij vergaan. De inbeelding van de
gedachten van dit langlevend ras was slechts boos, en de aarde was bedorven
onder de inwoners die erop leefden. Hadden ze zich verenigd met de Ene, die
oneindig is in wijsheid, zouden zij wonderbare dingen gedaan hebben met de hun
door God gegeven vaardigheid en talenten. Maar zich afkerend van God, kozen zij
Satan te volgen, zoals velen heden ten dage doen; en de Heer veegde hen van de
aarde, met al hun grootsprakerige kennis.
De mensheid kan roem ontvangen van de wereld voor wat zij gedaan heeft. Maar de
mens kan zich verlagen in het oog van God door het verkeerd toepassen en
verkeerd aanwenden van de hem toevertrouwde talenten, die, indien zij juist
gebruikt werden, hem zouden verheffen. Terwijl de Heer lankmoedig is en niet
begeert, dat iemand zou vergaan, toch wil Hij door geen enkel middel de schuld
goed spreken. Dat allen de woorden van de Heer in acht nemen: "Waarom slaat
gijlieden achteruit tegen mijn slachtoffer en tegen mijn spijsoffer, hetwelk Ik
geboden heb in de woning, en eert uwe zonen meer dan Mij, dat gijlieden u mest
van het voornaamste aller spijsofferen van mijn volk Israël? Daarom spreekt de
Heere, de God Israëls: Uw huis en uws vaders huis zouden voor mijn aangezicht
wandelen tot in eeuwigheid; maar nu spreekt de Heere: Dat zij verre van Mij;
want die Mij eeren, zal Ik eeren, maar die Mij versmaden, zullen licht geacht
worden". 1 Sam 2 : 29 - 30. God eert, die Hem gehoorzamen. "De Heere vergold mij
naar mijne gerechtigheid, Hij gaf mij weder naar de reinheid mijner handen. Want
ik heb des Heeren wegen gehouden, en ben van mijnen God niet goddelooslijk
afgegaan. Want al zijn rechten waren voor mij, en zijne inzettingen deed ik niet
van mij weg". Ps. 18: 20 - 22. 1 Sel. Mess. 298.
De boodschap, die wij brengen moet zo doeltreffend zijn als de boodschap was van
Johannes de Doper. Hij vermaande koningen wegens hun ongerechtigheid. Hij
klaagde het overspel aan van Herodes. Niettegenstaande zijn leven in gevaar was,
versmachtte de waarheid niet op zijn lippen. En ons werk in deze tijd moet even
getrouw volbracht worden. De inwoners van de wereld in deze tijd zijn te
vergelijken aan dezen, die op de aarde woonden ten tijde van de zondvloed. De
boosheid van de inwoners van de oude wereld is tenvolle vastgesteld: "En de
Heere zag, dat de boosheid des menschen menigvuldig was op de aarde, en al het
gedichtsel der gedachten zijns harten te allen dage alleenlijk boos was". Gen. 6
: 5. God kwam, dit volk moe, die alleen dachten op genot en bevrediging. Zij
wonnen de raad niet in van God, die hen geschapen had, noch droegen zorg om Zijn
wil te doen. Gods berisping kwam over hen omdat zij de inbeeldingen van hun
eigen harten bestendig volgden; en er was geweld in het land. "Toen berouwde het
den Heere, dat Hij den mensch op de aarde gemaakt had, en het smartte Hem aan
zijn hart". "En toen zag God de aarde, en zie, zij was verdorven; want alle
vleesch had zijnen weg verdorven op de aarde. Daarop zeide God tot Noah: Het
einde van alle vleesch is voor Mijn aangezicht gekomen, want de aarde is door
hen vervuld met wrevel; en zie, Ik zal ze met de aarde verderven". Gen. 6 : 6,
12, 13
Er moeten speciale plichten vervuld worden, speciale berispingen die moeten
gegeven worden in deze periode van de geschiedenis van de aarde. De Heer zal
Zijn kerk niet zonder berispingen en waarschuwingen laten. Zonden zijn als
gewoonten geworden, maar zijn daarom niet minder verergerend in de ogen van God.
Zij worden verbloemd, bemanteld, er, verontschuldigd; De rechterhand van
volgelingschap wordt gegeven aan deze mensen, die valse theorieën en valse
gevoelens brengen , de geesten van het volk van God verwarrend, hun
ontvankelijkheden dodend, in verband met wat de juiste princiepen uitmaken. Het
geweten wordt aldus ongevoelig voor de raad en de verwittigingen die gegeven
geweest zijn. Het licht, dat gegeven geweest is, oproepend tot bekering, werd
uitgedoofd in de wolken van ongeloof en tegenkanting, binnengebracht door
menselijke plannen en menselijke uitvindsels". 2 Sel. Mess. 151.
In deze aanmatigende zondaars van de
antediluviaanse wereld, zagen zij de onderworpenen over wie Satan scepter
voerde. De gedachten van de harten waren ten allen dage alleenlijk boos. Ieder
gevoel, iedere impuls en inbeelding, was in tegenstrijd met de goddelijke
voorschriften van reinheid, vrede, en liefde. Het was een voorbeeld van de
schrikwekkende verdorvenheid, voortvloeiend uit Satans beleid om van Gods
schepselen het beheer van Zijn heilige wet weg te nemen.
Door de factoren, die ontvouwd worden in het voortschreiden van de grote strijd,
wil God de princiepen van Zijn regels van regeren aantonen, die vervalst geweest
zijn door Satan en door allen, die hij verleid heeft, Zijn gerechtigheid zal ten
laatste erkend worden door de gehele wereld, toch zal dit bekennen te laat komen
om de opstandigen te redden. God ondervindt de sympathie en de goedkeuring van
gans het universum als Zijn plan stap voor stap voortschreidt naar de volle
vervulling. Hij zal de goedkeuring meedragen bij de uiteindelijke uitroeiing van
de opstand. Het zal blijken, dat allen, die de goddelijke voorschriften verzaakt
hebben zich aan de zijde van Satan geschaard hebben, in opstand tegen Christus.
Als de prijs van deze wereld zal geoordeeld worden, en allen, die zich met hem
geschaard hebben, zijn lot zullen dragen, zal gans het universum als getuige van
het vonnis verklaren, "rechtvaardig en waarachtig zijn Uw wegen, Gij Koning der
Heiligen". Openb. 15 : 3.
Patriarchen en Profeten 64. Patr. and Prophets 78 - 79.
Zie ook Hoofdstuk "De Zondvloed".
Het volk, dat leefde vóór de vloed at dierlijk voedsel, en voldeed zijn lusten
totdat Zijn beker van ongerechtigheid vol was, en God de aarde reinigde van haar
morele onreinheid door de zondvloed. Dan rustte de derde verschrikkelijke vloek
op de aarde. De eerste werd uitgesproken over Adam en zijn nageslacht en over de
aarde, wegens ongehoorzaamheid, de tweede vloek kwam op de grond nadat Kain zijn
broer Abel doodsloeg. De derde meest verschrikkelijke vloek van God, kwam op de
aarde met de zondvloed". 4 Spir. Gifts a - 121.
"De mens is alleen sterfelijk, en als hij zichzelf te wijs voelt om Jezus te
aanvaarden, zal hij alleen sterfelijk blijven. De mens heeft wonderbare dingen
gedaan in de intellektuele wereld, maar wie gaf hem macht om dit te doen? - De
Here God der heirscharen. In zijn vermeende bekwaamheid zegepraalt de mens
wegens zijn eigen macht en verheerlijkt zichzelf, hierin het voorbeeld volgend
van de antediluviaanse wereld, zullen ook zij vergaan. De inbeelding van de
gedachten van dit langlevend ras was slechts boos, en de aarde was bedorven
onder de inwoners die erop leefden. Hadden ze zich verenigd met de Ene, die
oneindig is in wijsheid, zouden zij wonderbare dingen gedaan hebben met de hun
door God gegeven vaardigheid en talenten. Maar zich afkerend van God, kozen zij
Satan te volgen, zoals velen heden ten dage doen; en de Heer veegde hen van de
aarde, met al hun grootsprakerige kennis.
De mensheid kan roem ontvangen van de wereld voor wat zij gedaan heeft. Maar de
mens kan zich verlagen in het oog van God door het verkeerd toepassen en
verkeerd aanwenden van de hem toevertrouwde talenten, die, indien zij juist
gebruikt werden, hem zouden verheffen. Terwijl de Heer lankmoedig is en niet
begeert, dat iemand zou vergaan, toch wil Hij door geen enkel middel de schuld
goed spreken. Dat allen de woorden van de Heer in acht nemen: "Waarom slaat
gijlieden achteruit tegen mijn slachtoffer en tegen mijn spijsoffer, hetwelk Ik
geboden heb in de woning, en eert uwe zonen meer dan Mij, dat gijlieden u mest
van het voornaamste aller spijsofferen van mijn volk Israël? Daarom spreekt de
Heere, de God Israëls: Uw huis en uws vaders huis zouden voor mijn aangezicht
wandelen tot in eeuwigheid; maar nu spreekt de Heere: Dat zij verre van Mij;
want die Mij eeren, zal Ik eeren, maar die Mij versmaden, zullen licht geacht
worden". 1 Sam 2 : 29 - 30. God eert, die Hem gehoorzamen. "De Heere vergold mij
naar mijne gerechtigheid, Hij gaf mij weder naar de reinheid mijner handen. Want
ik heb des Heeren wegen gehouden, en ben van mijnen God niet goddelooslijk
afgegaan. Want al zijn rechten waren voor mij, en zijne inzettingen deed ik niet
van mij weg". Ps. 18: 20 - 22. 1 Sel. Mess. 298.
De boodschap, die wij brengen moet zo doeltreffend zijn als de boodschap was van
Johannes de Doper. Hij vermaande koningen wegens hun ongerechtigheid. Hij
klaagde het overspel aan van Herodes. Niettegenstaande zijn leven in gevaar was,
versmachtte de waarheid niet op zijn lippen. En ons werk in deze tijd moet even
getrouw volbracht worden. De inwoners van de wereld in deze tijd zijn te
vergelijken aan dezen, die op de aarde woonden ten tijde van de zondvloed. De
boosheid van de inwoners van de oude wereld is tenvolle vastgesteld: "En de
Heere zag, dat de boosheid des menschen menigvuldig was op de aarde, en al het
gedichtsel der gedachten zijns harten te allen dage alleenlijk boos was". Gen. 6
: 5. God kwam, dit volk moe, die alleen dachten op genot en bevrediging. Zij
wonnen de raad niet in van God, die hen geschapen had, noch droegen zorg om Zijn
wil te doen. Gods berisping kwam over hen omdat zij de inbeeldingen van hun
eigen harten bestendig volgden; en er was geweld in het land. "Toen berouwde het
den Heere, dat Hij den mensch op de aarde gemaakt had, en het smartte Hem aan
zijn hart". "En toen zag God de aarde, en zie, zij was verdorven; want alle
vleesch had zijnen weg verdorven op de aarde. Daarop zeide God tot Noah: Het
einde van alle vleesch is voor Mijn aangezicht gekomen, want de aarde is door
hen vervuld met wrevel; en zie, Ik zal ze met de aarde verderven". Gen. 6 : 6,
12, 13
Er moeten speciale plichten vervuld worden, speciale berispingen die moeten
gegeven worden in deze periode van de geschiedenis van de aarde. De Heer zal
Zijn kerk niet zonder berispingen en waarschuwingen laten. Zonden zijn als
gewoonten geworden, maar zijn daarom niet minder verergerend in de ogen van God.
Zij worden verbloemd, bemanteld, en verontschuldigd; De rechterhand van
volgelingschap wordt gegeven aan deze mensen, die valse theorieën en valse
gevoelens brengen , de geesten van het volk van God verwarrend, hun
ontvankelijkheden dodend, in verband met wat de juiste princiepen uitmaken. Het
geweten wordt aldus ongevoelig voor de raad en de verwittigingen die gegeven
geweest zijn. Het licht, dat gegeven geweest is, oproepend tot bekering, werd
uitgedoofd in de wolken van ongeloof en tegenkanting, binnengebracht door
menselijke plannen en menselijke uitvindsels". 2 Sel. Mess. 151.
VERS 7 - 9.
"God roept mensen op, die Hem dienen in iedere levensverrichting. Zaken doen is
een verleiding, als de wet van God niet gemaakt wordt als de wet van het
dagelijks leven. Deze die iets te maken hebben met het werk van God moeten
onwankelbare ongeschondenheid in stand houden. In alle zakenonderhandelingen,
zowel als
hij op gebogen knieën de hulp van God afsmeekt, moet Gods wil zijn wil zijn. Hij
moet de Heer altijd voor zich hebben, bestendig instuderend de onderwerpen,
waarover het Heilig Woord spreekt. Toch, ofschoon levend temidden van dat wat de
mens met brede princiepen zou kunnen verlagen, behoudt de godsvruchtige mens met
vaste onkreukbaarheid, zijn Christelijkheid.
De wereld is niet gunstiger nu voor de ontwikkeling van een Christelijk karakter
als in de tijd van Noah. Dan was de boosheid zo verspreid, dat God zegde "Ik zal
den mensch, dien Ik geschapen heb, verdelgen van den aardbodem, van den mensch
tot het vee, tot het kruipend gedierte, en tot het gevogelte des hemels toe;
want het berouwt Mij, dat Ik ze gemaakt heb. Maar Noah vond genade in de oogen
des Heeren .... Noah was een rechtvaardig, oprecht man ( in het engels perfect)
in zijne geslachten: Noah wandelde met God". Gen. 6 7 - 9. Toch was Noah,
temidden van deze gedegenereerde tijd aangenaam in de ogen van Zijn Schepper.
Wij leven in de laatste dagen van de geschiedenis van de aarde, in een tijd van
zonde en verderf, en gelijk Noah moeten wij leven om aangenaam te zijn aan God,
de lof voortbrengend van Hem, "die U uit de duisternis geroepen heeft tot zijn
wonderbaar licht". 1 Petr. 2 : 9. In het gebed, dat Jezus de Vader opdroeg juist
vóór Zijn kruisiging, zegde Hij: "Ik bid niet dat Gij hen uit de wereld
wegneemt, maar dat Gij hen bewaart van den booze". Joh. 17 : 15.
1 Sel. Mess. 90.
VERS 8 - 13.
Patr. Pr. 363. Patriarchen en Profeten 361.
"In deze tijd van trotse verlichting, wordt de christelijke kerk geconfronteerd
met een wereld, temidden van een middernachtelijke duisternis, nagenoeg gans
overgegeven aan afgoderij. Een bijna universele veronachtzaming van de wet van
Jehova maakt de wereld vlug zoals de steden van Sodoma en Gomora. Zoals in de
dagen van de zondvloed, vervult geweld het land. Spelen en roven wordt algemeen
kwaad. Het gebruik van sterke dranken gaat in stijgende lijn. Velen, die hun
ongeheiligde wil gevolgd hebben, zoeken hun onheilzaam leven te beeindigen door
zelfmoord. Ongerechtigheid en misdaad van elk soort worden gevonden op de aarde
in de hoge plaatsen, en deze die instemmen met dit kwaad zoeken de schuldigen te
onttrekken van straf. Geen honderdste deel van de verdorvenheden, die op de
aarde bestaan wordt tot onze kennis gebracht. De boosheid van de mens heeft
nagenoeg zijn grenzen bereikt.
In vele opzichten wordt geopenbaard dat Satan de wereld regeert. Hij beinvloedt
de harten van de mens en verderft hun geest. Mannen in hoge
verantwoordelijkheidsplaatsen geven klaarblijkelijkheid dat hun gedachten
bestendig kwaad zijn. Velen zoeken naar rijkdom en schamen zich niet aan hun
weelde toe te voegen door frauduleuse handelingen. De Heer laat deze mensen toe
elkanders boze daden ten toon te spreiden. Sommige van ongerechtige praktijken
worden opengelegd voor de wereld, opdat nadenkende mensen, die nog steeds in hun
hart het verlangen hebben van eerlijk te zijn en juist met hun naasten, zouden
kunnen verstaan waarom God Zijn oordeel begonnen is te zenden op de aarde. De
Heer wil zeker de wereld straffen om zijn ongerechtigheid; "de aarde zal haar
bloed ontdekken, en zal haar doodgeslagenen niet langer bedekt houden". Jes. 26
. 21 ...
De Heer in Zijn groot medelijden zoekt het begrip van dezen, die nu gehuld zijn
in de duisternis van dwaling te verlichten. Hij vertraagt Zijn oordeel over een
zich niet bekerende wereld, opdat Zijn lichtdragers dat mogen zoeken en redden,
wat verloren is. Hij roept nu Zijn kerk op om te ontwaken uit haar
onverschilligheid, die Satan gezocht heeft op haar te brengen, en om hun door de
hemel toegekend werk van het verlichten van de wereld te vervullen.
De boodschap aan Zijn kerk in deze tijd is: "Maak u op, wordt verlicht, want uw
licht komt, en de heerlijkheid des Heeren gaat over op u". Jes. 60 : 1.
Om de toestand het hoofd te bieden, die zal heersen als de duisternis de aarde
zal bedekken, en grote duisternis het volk, is de kerk van God opgedragen met
God samen te werken om het licht van de bijbelwaarheid uit te spreiden. Aan
dezen die zoeken getrouwvol hun deel te doen als drager van het kostbare licht,
wordt de zekerheid gegeven: "over u zal de Heere opgaan en Zijne heerlijkheid
zal over u gezien worden. En de heidenen zullen tot uw licht gaan, en de
koningen tot den glans die u is opgegaan". Jes. 60 : 2 - 3. DE WERELD IN ONZE
DAGEN HEEFT NOOD AAN DE OPENBARING VAN CHRISTUS JEZUS IN DE PERSOON VAN ZIJN
HEILIGEN.
God begeert dat Zijn volk voor de wereld zou staan als een heilig volk. Waarom?
- omdat er een wereld te redden is door het licht van de evangeliewaarheid; en
als de boodschap van waarheid die de mens uit de duisternis tot het wonderbare
licht van God moet roepen, gegeven wordt door de kerk, MOETEN DE LEVENS VAN DE
LEDEN, GEHEILIGD DOOR DE GEEST VAN WAARHEID, GETUIGENIS AFLEGGEN DOOR DE
BOODSCHAPPEN DIE VERKONDIGD WORDEN.
God wenst dat Zijn volk zich plaatst in de juiste verhouding tot Hem, opdat zij
mogen verstaan wat Hij van hen verlangt boven alle andere dingen. Zij moeten aan
iedere struikelende ziel in de wereld openbaren, wat het betekent "recht te doen
en weldadigheid lief te hebben en ootmoediglijk te wandelen met uwen God ?" Mich.
6
8. Waar zij ook zijn, thuis of elders, moeten zij Zijn geboden houdend volk
zijn. Zij moeten de zekerheid hebben, dat hun zonden vergeven zijn en dat zij
moeten aanvaard worden als kinderen van de Allerhoogste ... Test, to Ministers
and Gospel Workers. 457 - 59.
VERS 9.
Er waren er weinigen, die Hun Schepper vreesden en eerden. Noah en zijn familie
behoorden tot de weinige
rechtvaardigen. 3 Spir. Gifts 61.
VERS 11 - 13.
De bewoners van de oude wereld waren onmatig in eten en drinken. Zij willen
vleesvoeding, alhoewel God hen geen toelating gegeven had om vlees te eten. Zij
aten en dronken met overdaad, en hun verdorven eetlust kende geen grenzen. Zij
gaven zich over aan abominabele afgoderij. Zij werden geweldig en wreed, en zo
verdorven, dat God het niet langer kon aanzien. Hun beker van ongerechtigheid
was vol, en God reinigde de aarde van zijn morele bevuiling door een vloed.
Counsels on Diets and Foods. 373 - 74.
"De zonden, die overheersten in de dagen van Noah, toegeven aan verdorven
eetlust ontvlamden de passies
in de dagen van Noah, en leidden tot wijd verspreide corruptie. Geweld enzonde
reikten tot de hemel Christus wil voor ons het gevaar aanduiden van eten en
drinken te belangrijk te maken. Hij wijst op de gevolgen van onbeteugeld
toegeven aan eetlust. De morele machten worden verzwakt, zodat de zonde niet
zondig schijnt. Misdaad wordt lichtvaardig aanzien, en passie beheerst de geest,
zodat goede princiepen en impulsen uitgeroeid zijn, en dat God onteerd wordt.
Dit alles is het gevolg van te veel eten en drinken. Deze dingen verklaart
Christus zullen bestaan bij Zijn tweede komst.
De Heer stelt ons iets voor dat hoger is om naar te streven dan juist maar wat
wij zullen eten en drinken, en met wat wij ons zullen kleden. Eten, drinken, en
kleden worden tot zulk een overdreven toestand gebracht, dat zij misdadig
worden. Zij behoren bij de kenmerkende zonden van de laatste dagen, en maken een
teken uit van de spoedige komst van Christus. Tijd, geld, en kracht, die de Heer
toebehoren, maar die Hij ons toevertrouwd heeft worden gebezigd voor overdaad in
kleding en luxueuse dingen voor de verdorven eetlust, die de levenskracht
verminderen, en die lijden en verval teweeg brengen. Het is onmogelijk, dat wij
ons lichaam als een levend offer aan God aanbieden, als wij het bestendig vullen
met verderf en ziekte door onze eigen zondig toegeven. Er moet kennis opgedaan
worden hoe men moet eten, drinken en zich kleden om de gezondheid te behouden.
Ziekte is het gevolg van het overtreden van de natuurwetten. Onze eerste plicht
tegenover God, onszelf en onze evennaaste, bestaat erin te gehoorzamen aan de
wetten van God. Deze houden ook de wetten van
gezondheid in.
Counselson Health 23 - 24.
De lankmoedigheid van God is wonderbaar. De gerechtigheid laat lang op zich
wachten terwijl barmhartigheid pleit voor de zondaar. Maar "gerechtigheid en
gericht zijn de vastigheid zijns troons". Ps. 97 : 2. "De Heer is lankmoedig,
"maar Hij is "van groote kracht, en Hij houdt den schuldige geenszins
onschuldig: Des Heeren weg is in de wervelwind en in storm, en in de wolken zijn
het stof zijner voeten. " Nahum 1 : 3
De wereld is stoutmoedig geworden in het overtreden van Gods wet. Wegens Zijn
lankmoedigheid, heeft de mens getrapt op Zijn gezag. Zij hebben elkander sterker
gemaakt in onderdrukking en wreedheid tegenover Zijn erfenis, zeggende, "Hoe zou
het God weten, en zou er wetenschap zijn bij den Allerhoogste?" Ps. 73 : 11.
Maar er is een lijn die zij niet kunnen overschrijden. Zelfs nu hebben zij reeds
de grenzen van Gods lankmoedigheid grotendeels overschreden, de grenzen van Zijn
genade, de grenzen van Zijn barmhartigheid.
De Heer zal tussenkomen om Zijn eer te verdedigen, om Zijn volk te verlossen, en
om de groeiende ongerechtigheid te onderdrukken.
In de dagen van Noah hadden de mensen de wet van God verwaarloosd tot bijna alle
herinnering aan de Schepper verdwenen was van de aarde. Hun ongerechtigheid
steeg zo hoog, dat de Heer een vloed van water over de aarde bracht, en de boze
bewoners ervan wegveegde.
Eeuw na eeuw heeft de Heer de wijze van Zijn werking bekend gemaakt. Als er een
crisis zal komen, openbaart Hij zichzelf, en is tussengekomen opdat Satan zijn
plannen niet zou kunnen uitwerken. Met naties met families met individuen, heeft
Hij toegelaten dat aangelegenheden tot een crisis stegen, hierdoor bekend makend
dat er een God is in Israel, die Zijn wet wil handhaven en Zijn volk verdedigen.
In deze tijd van overheersende ongerechtigheid, moeten wij weten dat de LAATSTE
grote crisis aan de hand is. Als de ontkenning van de wet van God bijna algemeen
is, als Zijn volk onderdrukt wordt en bedroefd door hun naaste, zal de Heer
tussenkomen.
De tijd is dichtbij, dat Hij zal zeggen, ""Ga heen, mijn volk, ga in uwe
binnenste kamers, en sluit uwe deuren achter u toe; verberg u eenen kleinen
oogenblik, totdat de gramschap overga. Want zie de Heere zal uit Zijne plaats
uitgaan om de ongerechtigheid van de inwoners der aarde over hen te bezoeken, en
de aarde zal haar bloed ontdekken, en zal hare doodgeslagenen niet langer bedekt
houden". Jes. 26 : 20-21.
Mensen, die beweren christenen te zijn kunnen nu de armen beroven en
onderdrukken, zij kunnen de wéduwen en de vaderlozen beroven; zij mogen toegeven
aan hun Satanische haat, omdat zij de gewetens van Gods volk niet kunnen
beheersen; maar voor dit alles zal God hen in het oordeel brengen. "Want een
onbarmhartig oordeel zal gaan over degene, die geen barmhartigheid gedaan
heeft". Jac. 2 : 1 - 13. Niet lang meer en zij zullen staan voor de Rechter van
de aarde, om rekenschap te geven voor de pijn die zij veroorzaakt hebben aan de
lichamen en de zielen van Zijn erfenis. Zij kunnen nu toegeven aan het geven van
valse getuigenissen, zij kunnen dezen bespotten, die aangewezen zijn om Zijn
werk te doen, zij mogen Zijn gelovigen in de gevangenissen houden, tot de ploeg
ketting gang, tot de verbanning, tot dood; maar voor iedere steek van angst,
iedere gestorte traan, zullen zij moeten verantwoorden. God zal hen dubbel
vergelden voor hun zonden. Aangaande Babylon, het symbool van de afvallige kerk
zegt hij tot Zijn bedienaars vanhet oordeel, "Want haar zonden zijn de eene op
de andere gevolgd tot den hemel toe, en God is harer ongerechtigheid gedachtig
geworden. Vergeldt haar, gelijk als zij u lieden vergolden heeft, en verdubbelt
haar dubbel naar hare werken; in den drinkbeker, waarin zij geschonken heeft,
schenkt haar dubbel". Openb. 18 : 5 - 6. 105.
Van India, van Afrika, van China, van de
eilanden van de zee, van de vertrapte nilioenen van de zo genoemde Christen
landen, stijgt het geroep van menselijk wee naar God. Dit geroep zal niet lang
onbeantwoord blijven. God wil de aarde reinigen van haar morele corruptie, niet
door een zee van water als in de dagen van Noah, maar door een zee van vuur, die
niet kan uitgedoofd worden door geen enkele menselijke beraming. "Als het zulk
een tijd van benauwdheid zijn zal, als er niet geweest is, sinds dat er een volk
geweest is; ente dien tijde zal uw volk verlost worden, al wie bevonden wordt
geschreven te zijn in het boek". Dan. 12 : 1. Van zolderkamertjes,' van loodsen,
van torens van schavotten, van bergen en woestijnen, vanuit de grotten van de
aarde en de diepten van de zee, zal Christus Zijn Kinderen vergaderen naar zich.
Op de aarde zijn zij behoeftig, bedroefd en gefolterd. Miljoenen zijn in het
graf gedaald met schande omdat zij weigerden toe te geven aan de bedriegende
eisen van de Satan. Door menselijke gerechtshoven zijn de kinderen van God
veroordeeld geworden als de gemeenste misdadigers. Maar de dag is dichtbij, dat
"God zelf rechter is" Ps. 50 : 6. Dan zal de beslissing van de aarde
voorbehouden worden. "Hij zal de smaadheid zijns vloeks van de gansche aarde
wegnemen". Jes. 25 : 8. Witte klederen zullen aan ieder van hen gegeven worden.
Openb. 6 : 11. En "zij zullen hen noemen het heilige volk, de verlosten des
Heeren; en gij zult genoemd worden de gezochte... " Jes. 62 : 12. Welk kruis zij
ook geroepen geweest zijn te dragen, welke verliezen zij ook ondergaan hebben,
welke vervolging zij ook mogen gekend hebben, zelfs het verlies van hun
tijdelijke leven, toch zijn de kinderen van God ruim beloond, "en zullen zijn
aangezicht zien, en zijn naam zal op hunne voorhoofden zijn". Openb. 22 : 4.
Christ's Object Lessons. 178 - 180.
De jeugd is over het algemeen niet opgevoed in ijverige gewoonten. Grootsteden
en plattelandssteden ook, worden gelijk Sodoma en Gomora, en gelijk de wereld
van de dagen van Noah. De opvoeding van de jeugd in deze dagen was op dezelfde
manier zoals kinderen nu opgevoed worden, van opgewondenheid lief te hebben, van
zichzelf te verheerlijken, van de inbeelding van hun eigen verdorven harten te
volgen. Nu, zoals dan zijn de gevolgen daarvan: ontaarding, wreedheid, geweld,
en misdaad". Fundamentals of Chr. Ed. 317. "Als de ongerechtigheid van de
antediluvianen God bewoog een vloed van water op de aarde te brengen, liet Hij
hen eerst Zijn voornemen kennen, opdat zij in de mogelijkheid konden zijn zich
van hun kwaad af te keren. Honderd twintig jaar klonk in hun oren de
waarschuwing tot bekering, tot de wraak van God openbaar werd in hun
vernietiging. Maar de boodschap scheen hun een ijdel vertelsel te zijn, en zij
geloofden het niet Zoals God Zijn dienaar zond om de wereld te verwittigen van
de komende vloed, zo zendt hij uitgelezen boodschappers om het dicht bij zijn
van het eind oordeel bekend te maken. En als Noah's tijdgenoten lachten om de
voorzegging te verachten, zo in de tijd van Miller spotten velen, zelfs
belijdende christenen met dewoorden van waarschuwing".
Great Controversy 338 - 39.
Profeten en Koningen 556. Prophets and Kings 687.
"Gelijk de mensen vóór de zondvloed, leefden de Kalhieten enkel om de hemel te
lasteren en de aarde te bezoedelen, en beiden, liefde en gerechtigheid vroegen
de spoedige uitroeiing van deze opstandelingen tegen God en vijanden van de
mensen". Patriarchs and Prophets 492.
"Als matigheid gepredikt wordt als een deel van het evangelie, zullen velen hun
behoefte zien aan hervorming". Temperance 246.
" Als zij zich willen onderwerpen, zouden zij vergeven worden; maar zij zijn
besloten niet toe te geven. Zij dagen God uit door hun koppigheid. Deze zielen
hebben zich aan Satan overgegeven en hij beheerst ze volgens zijn wil.
Hoe was het met de antediluviaanse wereld? Nadat zij de boodschap van Noah
verworpen hadden, duikelden zij in de zonde met groter overgave dan voordien, en
zij verdubbelden de grootheid van hun verdorven gewoonten". Test. to Min. and
Gospel Workers 75.
VERS 14 - 17.
"Gedurende meer dan honderd jaar hield hij vol in zijn inspanning om de mens te
wenden tot bekering en tot God. Ieder slag geslagen op de ark was een prediking
voor het volk. Noah bestuurde, predikte, werkte, terwijl het volk met
verwondering opzag, en hem aanzagen als een fanaticus.
3 Spir. Gifts 65 - 66.
|
|