"Gedraag u als man, wees sterk. "
Het christelijk leven is meer dan men gewoonlijk denkt. Het bestaat niet geheel uit hoffelijkheid, geduld, zachtheid en vriendelijkheid. Deze deugden zijn een vereiste; maar er is ook behoefte aan moed, kracht, energie en doorzettingsvermogen. Het pad dat Chn`stus heeft uitgestippeld is een nauw pad van zelfverloochening. Om dat pad te betreden en verder te trekken door moeilijkheden en ontmoedigingen zijn mensen nodig die meer zijn dan zwakkelingen.
Karaktersterkte
Mensen met uithoudingsvermogen worden gevraagd, mensen die niet wachten tot het pad voor hen geëffend is en elk obstakel verwijderd, mensen die met nieuwe ijver de slappe pogingen van ontmoedigde werkers willen inspireren, manen met harten, vol van christelijke liefde, en sterke handen om het werk van hun Meester te doen.
Sommigen die deel nemen aan zendingswerk, zijn zwak, krachteloos, geestloos, gemakkelijk ontmoedigd. Die hebben geen doorzettingsvennogen. Hun ontbreken de karaktertrekken die kracht geven iets te ondememen - de geest en de energie die enthousiasme opwekken. Wie succes willen behalen moeten moedig zijn en hoopvol. Zij zouden niet alleen de passieve, maar ook de actieve deugden moeten cultiveren. Terwijl zij het zachte antwoord moeten geven dat de grimmigheid afkeert, moeten zij ook de moed van een held bezitten om het kwaad te weerstaan. Met de weldadigheid die alle dingen verdraagt, hebben zij een sterk karakter nodig dat hun invloed tot een positieve kracht zal maken.
Sommigen hebben geen vast karakter. Hun plannen en doelstellingen hebben geen vaste vorm en inhoud. Zij zijn van weinig praktisch nut in de wereld. Deze zwakheid, besluite- loosheid en onbekwaamheid zouden overwomien moeten wor- den. Er is" in het ware christelijke karakter een onoverwrnnelijkheid die niet gevormd kan worden of onder- worpen door tegengestelde omstandigheden. Wij moeten een morele ruggengraat hebben, een oprechtheid waarop vleierij, omkopenj en verschrikkingen geen vat hebben.
Verstandelijke Ontwikkeling
God vraagt van ons iedere gelegenheid te benutten om zich van een goede voorbereiding voor Zijn werk te verzekeren. Hij verwacht van ons dat wij alle energie in de uitvoering daarvan stekennen ons hart levendig houden voor de heiligheid en de vreselijke verantwoordelijkheden daarvan.
\_/elen die in staat zijn om uitstekend werk te doen, brengen weinig tot stand omdat zij te weinig ondememen. Duizenden gaan door het leven alsof zij geen groot doel hebben om voor te leven, geen hoge standaard om te bereiken. Eén reden hiervoor is de lage die zij over zichzelf hebben. Christus betaalde een oneindige prijs voor ons, en Hij vraagt ons onszelf naar die prijs te schatten.
Wees niet tevreden met het bereiken van een lage standaard. Wij zijn niet wat wij zouden kunnen zijn. God heelt ons verstandelijke krachten gegeven, niet om ongebruikt te laten of om verknoeid te worden voor aardse of slechte bezigheden, maar om volkomen ontwikkeld te worden, verfijnd, geheiligd, veredeld en om te worden gebruikt om de belangen van Zijn konmknjk te bevorderen. Niemand zou erin moeten toestemmen om een machine te zijn die aan de gang wordt gehouden door iemand anders. God heeft ons het vermogen gegeven om te denken en te handelen en het is door zorgvuldig handelen, opziende om wijsheid, dat u in staat zult zijn lasten te dragen. Behoudt de van God gekregen persoonlijkheid. Weest geen schaduw van iemand anders. Verwacht dat de Here van u en met u en door u zal werken.
Denk nooit dat u genoeg geleerd hebt en u zich mag ontspannen. Het ontwikkelde verstand is de maatstaf van de man. Uw opvoeding zou het gehele leven door moeten gaan; u zou elke dag moeten leren en uw kennis in praktijk moeten brengen. Bedenk dat welke post u ook vervult, u uw motieven openbaart en uw karakter ontwikkelt. Welk werk u ook doet, doe het in de puntjes, met ijver; overwin de neiging om de kantjes er af te lopen.
Dezelfde geest en hetzelfde beginsel die iemand in zijn dagelijks werk tentoonspreidt, zullen in zijn gehele leven tot uiting komen. Zij die een vastgestelde hoeveelheid werk willen doen voor een vast salaris zonder een speciale inspanning, zijn niet degenen die God roept voor Zijn zaak. Zij die berekenen hoe zij zo weinig mogelijk kunnen geven van hun lichamelijke, verstandelijk en morele krachten, zijn niet de werkers op wie Hij overvloedig Zijn zegen kan uitgieten. Zij die bewaakt moeten worden en alleen werken als elke plicht htm wordt vermeld, zijn niet degenen die goed en getrouw genoemd kunnen worden. Er worden werkers vereist die energie tonen, oprechtheid, ijver, die bereid zijn alles te doen wat gedaan moet worden. Velen worden onbekwaam door het ontlopen van verant- woordelijkheden uit vrees voor mislukking. Daardoor missen zij die ervaring en vorming, die studie en lezen en al de andere voordelen die anderszins worden behaald, hun niet kunnen geven.
De mens kan vonn geven aan de omstandigheden, maar men moet niet toelaten dat de omstandigheden de mens vonnen. Wij zouden omstandigheden moeten aangrijpen als instrumenten om mee te werken. Wij moeten ze beheersen, maar moeten niet toelaten door hen beheerst te worden. Krachtige mannen zijn degenen, die tegenstand hebben gekend, getergd en ge- dwarsboomd zijn geweest. Door al hun energie in het geweer te roepen, zijn de hindemissen die zij ontmoetten, hen tot zegen geworden. Zij women zelfvertrouwen. Strijd en verwarring vragen om oefening van Godsvertrouwen en om vastberadenheid, die kracht ontwikkelt.
Het Motief in de Dienst
Christus deed geen half werk. Hij mat zijn werk niet per uur. Zijn tijd, Zijn hart, Zijn ziel en kracht gaf Hij tot zegen van de mensheid. Hij zwoegde door vennoeiende dagen en bad lange nachten geknield om genade en uithoudingsvermogen om een groot werk tevolbrengen. Onder sterk geroep en tranen zond Hij Zijn smekingen ten hemel, opdat zijn menselijke natuur versterkt mocht worden, zodat Hij bereid zou zijn de sluwe vijand in al zijn bediieglijke werkingen tegemoet te treden en versterkt zou worden om Zijn zending - het verheffen van de mensheid - te vervullen. Tegen Zijn werkers zei Hij: "Ik heb gezet? Zßorbeeld gegeven, opdat gij ook doet, gelijk Ik u gedaan "De liefde van Christus, zei Paulus, "dringt ons." (2) Dit was het werkelijke beginsel van zijn gedrag; het was zijn beweeg- reden. Als ooit op het pad van de plicht zijn vuur voor een moment verslapte, was één blik op het kruis voldoende om de lendenen van zijn geest opnieuw aan te gorden en de weg van zelfverloochening te vervolgen. In zijn werk voor zijn broeders steunde hij veel op de openbaring van oneindige liefde van het offer van Chnstus, met de verzachtende, dringende macht daarvan.
Hoe emstig, hoe ontroerend is zijn oproep: "Gij kent immers de genade van onze Here Jezus Christus, dat Hij om uwentwil ann is geworden, terwijl Hij rijk was, opdat gij door Zijn annoede rijk zoudt worden." (3) U kent de hoogte vanwaar Hij neerdaalde, de diepte van vemedering waartoe Hij afdaalde. Zijn voeten betraden het pad van opoffering en gingen niet terzijde totdat Hij Zijn leven had gegeven. Tussen de troon in de hemel en het kruis was er geen mst voor Hem, zijn liefde voor de mens bracht Hem tot het verwelkomen van iedere smaad en het ondergaan van iedere mishandeling.
Paulus maant ons aan om "niet slechts op eigen belang te letten, maar ieder lette ook op dat van anderen." (4) Hij vraagt ons ook: "Laat die gezindheid bij u zijn, welke ook in Christus Jezus was, die, in de gestalte Gods zijnde, het Gode gelijk te zijn niet als een roof heeft geacht, maar Zichzelf ontledigd heeft, en de gestalte van een dienstknecht heeñ aangenomen, en aan de mensen gelijk geworden is. En in Zijn uiterlijk als een mens bevonden, heeft Hij Zich vemederd en is gehoorzaam geworden tot de dood, ja, de dood des kruises." (5)
Paulus was diep verlangend dat de vemedering van Christus gezien en beseft zou worden. Hij was ervan overtuigd dat, als men ertoe gebracht kon worden om het verbazingwekkende offer, gebracht door de majesteit des hemels, te overdenken, zelfzucht uit de harten zou worden gebannen. De apostel blijft stilstaan bij elk punt, zodat wij enigeimate de wonderbare vemedering van de Verlosser ten behoeve van zondaars kumien begrijpen. Hij richt de aandacht eerst op de hoge positie die Christus in de hemel vervulde aan de boezem van Zijn Vader; hij openbaart Hem daama bij het afstand doen van Zijn heerlijkheid, Zichzelf vrijwillig onderwerpend tot de vemede- rende toestand van het leven van een mens, het op Zich nemen van de verantwoordelijkheden van een dienstknecht, gehoorzaam geworden tot de dood, en dat de meest schandelijke en weerzinwekkende, de meest wrede - de dood des kruises. Kunnen wij deze wonderlijke openbaring van Gods liefde overdenken zonder dankbaarheid en liefde, en diep gevoel van het feit dat wij niet van onszelf zijn? Zo°n Meester zou niet gediend moeten worden uit zelfzuchtige motieven.
"Gij weet," zei Petrus, "dat gij niet met vergankelijk dingen, zilver of goud zijt vrijgekocht." (6) O, hadden deze dingen kimnen voldoen voor de redding van de mens, hoe gemakkelijk zou het Hem geweest zijn dit tot stand te brengen, die gezegd heeft: "Van Mij is het zilver en van Mij is het goud." (7) Maar de zondaar kon alleen vrijgekocht worden door het kostbare bloed van de Zoon van God. Wie dit wonderbare offer niet naar waarde kunnen schatten, onthouden zichzelf die dienst van Christus en zullen in hun zelfzucht vergaan.
Vastberaden Doel
In het leven van Christus werd alles ondergeschikt gemaakt aan Zijn werk - het grote werk der verlossing - dat Hij kwam volbrengen. En dezelfde toewijding, dezelfde zelfverloochening en zelfopoffering, dezelfde onderwerping aan de eisen van Gods woord moet door Zijn discipelen getoond worden. Ieder die Christus aanvaardt als zijn persoonlijke Zaligmaker zal verlangen naar het voorrecht God te dienen. Door te overdenken wat God voor hem gedaan heeft, wordt zijn hart bewogen door de grenzeloze liefde en aanbiddende dankbaarheid. Hij verlangt emaar gestalte te geven aan zijn dankbaarheid door zijn vermogens in de dienst van God te stellen. Hij verlangt emaar zijn liefde voor Christus te tonen en voor Zijn gekocht bezit. Hij begeeit hard werken, moeilijkheden, opoífering. De ware werker van God zal zijn best doen omdat hij daarin zijn Meester kan verheerlijken. Hij zal het goede doen teneinde te voldoen aan Gods eisen. Hij zal trachten zijn vennogens te verbeteren. Hij zal elke plicht nakomen als een plicht van God. Zijn enige wens zal zijn dat Christus geëerd zal worden door vohnaakte dienst.
Er is een schilderij dat een os afbeeldt, staande tussen een ploeg en een altaar, met het onderschrifi "Gereed voor beide," gereed om te zwoegen in de voren of geofferd te worden op het altaar. Dit is de houding van een waar kind van God - bereid om te gaan waar de plicht roept, zichzelf te verloochenen, zich op te offeren voor de Zaak van de Verlosser.
Verwijzingen: 1. Joh. 13:15. 4. Filip.2:4. 7. Hag.2:8 2. 2 Cor.5:14. 5. Filip.2:5-8. 3. Cor.8:9. 6. 1 Petr.l:18.
|