[Voor een parallel verslag van James White – zie Appendix II]
(1870) 3T 18-21 803. Toen we uit Kansas terugkeerden in de herfst van 1870, lag Broeder B ziek thuis met koorts. … Zijn toestand was kritiek. … Er werd ons geen tijd van rust gegeven, hoezeer we dat ook nodig hadden. De Review, de Reformer en de Instructor moesten worden uitgegeven. [Hun redacteuren waren op dat ogenblik allemaal ziek.] … Mijn man begon zijn werk en ik hielp hem zoveel ik kon. … De Reformer was zo ongeveer dood. Broeder B had de extreme standpunten van Dokter Trall uitgedragen. Dit had zo’n invloed op deze broeder, dat hij in de Reformer scherper naar buiten trad dan hij anders zou hebben gedaan, door melk, suiker en zout af te wijzen. De opvatting om met het gebruik van deze zaken volledig te stoppen, kan op een bepaald ogenblik juist zijn; maar de tijd was nog niet gekomen om op deze punten een algemeen standpunt in te nemen. En zij die positie kiezen, en voorstander zijn van het volledig stoppen met melk, boter en suiker, moeten deze zaken zelf niet op tafel hebben staan. Broeder B leefde niet naar de dingen die hij onderwees, zelfs niet toen hij samen met Dokter Trall in de Reformer positie koos ten aanzien van de schadelijke effecten van zout, melk en suiker. Deze dingen stonden dagelijks bij hem op tafel. Velen van ons volk hadden hun belangstelling voor de Reformer verloren, en dagelijks werden brieven ontvangen met dit ontmoedigende verzoek: “Wilt u mijn abonnement op de Reformer beëindigen.” … Wij konden nergens in het Westen belangstelling wekken om abonnees te krijgen voor de Health Reformer. Wij zagen in dat de schrijvers voor de Reformer zich van de mensen vervreemdden en hen achter zich lieten. Als wij standpunten innemen die gewetensvolle Christenen, oprechte hervormers, niet kunnen overnemen; hoe kunnen we dan verwachten, dat wij die groep tot zegen kunnen zijn, die wij alleen maar via de gezondheid kunnen bereiken?
|